Geraakt door Marlies Verhelst

Geraakt – Marlies Verhelst (2016)
Titelverklaring?
Hoofdpersoon Aron Starke wordt bij het bankje aan het water flink geraakt door een jongen op een scooter die daar met nog drie vrienden langskwam. De vier jongens zitten normaal altijd op dat bankje. Omdat Aron niet weg wil gaan, slaat een van de jongens hem behoorlijk in elkaar.
Aron wordt niet alleen lichamelijk geraakt, maar ook psychisch. Na de kaakoperatie durft hij nog lange tijd niet naar buiten. Samen met zijn vriendin, zijn moeder en een psycholoog probeert hij er weer bovenop te komen.
Belangrijkste personen?

- Aron Starke, 16 jaar, slachtoffer van geweld
- Maira, vriendin van Aron
- Naomi en Whitney, oudere zussen van Aron
- moeder van Aron
- Omar, de dader, de jongen die Aron mishandelde
- Van Prooijen, de arts die Aron opereert
- Claudia Pasten, agente
- Berto Ramos, agent
- Ismina, verpleegster
- Pascal Faasse, psycholoog   Korte inhoud
Aron Starke wacht op een bankje aan het water op zijn eerste date met Maira. Dan komt er een groepje scooterrijdende jongens aan. Ze gaan om hem heen staan en een van de jongens zegt dat Aron moet oprotten. Aron wijst naar een van de andere bankjes. Er zijn nog genoeg lege bankjes. Dan begint die ene jongen (hij heeft een rauwe stem) hem in elkaar te slaan. Aron wordt behoorlijk geraakt, onder andere in zijn gezicht. Bij de laatste trap zegt de jongen: ‘Zo, een, twee, klaar.’
De jongens gaan weg, want ze horen het geluid van een scooter. Ze willen niet betrapt worden. Dat is Maira. Zij belt 112. Politie en ambulance komen. Aron gaat naar het ziekenhuis. Hij heeft een hersenschudding, een gebroken jukbeen, een gekneusd been en veel blauwe plekken.’

Twee agenten stellen hem in het ziekenhuis vragen. Het blijkt dat Arons portemonnee door de jongens is meegenomen. De agenten adviseren Aron om na de operatie aangifte te doen. Na de operatie heeft Aron een tijd moeite met eten. Hij moet vloeibaar eten. Maira komt vaak langs. Aron snapt dat niet. Hij ziet er niet uit door de zwellingen. Hij is meer een patiënt en Maira een verpleegster. Van Arons moeder moet hij naar een psycholoog, Pascal Faasse. Aron wil eerst niet. Hij schaamt zich. Hij vindt niet dat hij gek is, maar zijn moeder legt uit dat hij over de mishandeling moet praten. Dat geeft rust in zijn hoofd. Als hij een keer met Maira naar de disco gaat, gaat het mis. Hij krijgt een paniekaanval door de drukte. De psycholoog leert hem hoe hij rustig kan worden bij zo’n aanval. Hij moet dan zijn telefoon uit zijn zak pakken en met zijn vingers over het hoesje strijken. Focussen. Zijn aandacht op een ding richten. Daar wordt hij rustig van. Als Aron bij de bakker is, krijgt hij weer een paniekaanval. De truc met het telefoonhoesje werkt. Aron gaat met Maira naar de bioscoop. Dat is minder druk dan naar de disco. Voor de film begint, gaat hij naar de wc. Daar hoort hij de rauwe stem van degene die hem in elkaar geslagen had. Ook zegt die dader dezelfde zin als bij het bankje: ‘Zo, een, twee, klaar.’ Aron stuurt Maira een berichtje (‘Hij is er!!! Welke zaal?’), maar dat is zo onduidelijk voor haar, dat zij er niets van snapt. Aron komt de wc uit en ziet Maira gezellig met die dader praten. Dan rent hij de bioscoop uit naar huis. Maira komt hem achterna, maar hij wil niet met haar praten. Van Arons moeder moet het toch. Dan blijkt dat Maira het berichtje van Aron niets snapte. De jongen is Omar. Hij woont in haar straat. Met z’n drieën gaan ze naar de politie. Onderweg komt hij die Omar tegen. Aron scheldt hem uit. Na het bezoek aan het politiebureau wordt Aron al snel gebeld. De dader is opgepakt. Ze vieren het met roti. Aron is nog niet de oude, maar hij durft nu wel met Maira naar de film. Ze zijn nu echt vriend en vriendin. Zo voelt het wel.   Genre
Spannend verhaal over de gevolgen van zinloos geweld.
 
Perspectief
Het is in de hij-vorm geschreven. Aron is de hij-persoon.