Titel: Geestgrond
Schrijver: Boudewijn Buch
Eerste druk: november 1995 1. Schrijf voor potentiële lezers de zgn. Achterkant/flaptekst van het boek. Geestgrond gaat over de zoektocht van een Winkler Brockhaus naar zijn vader. Hij heeft eigenlijk zijn vader nooit goed begrepen maar na zijn dood wil hij alles over hem te weten komen. Winkler heeft vooral grote problemen met de herinneringen aan zijn vader. Bij alles wat hij doet spookt zijn vader door zijn hoofd. Hij gaat wel naar een psychiater maar luistert eigenlijk niet naar diens advies, hij vertelt vooral waarom zijn vader er nog wél is. Ook krijgt hij een zoon. Hij wil hem niet opvoeden zoals hij door zijn vader is opgevoed. Dat lukt helaas niet omdat zijn zoon op zesjarige leeftijd overlijdt. Het boek kan gezien worden als een vervolg op 'de kleine blonde dood' en 'de hel'. Het is eigenlijk het zelfde verhaal als in 'de kleine blonde dood' maar op een andere manier geschreven en met de hoofdpersoon uit 'de hel'. Het boek bestaat uit korte zinnen en veel korte hoofdstukken waaruit langzamerhand blijkt waarom de hoofdpersoon zo van zijn vader hield. 2. Herschrijf het begin vanuit een totaal ander perspectief. Aftocht. Toen mijn zoon Lonely Rock op een zuidpoolkaart zag liggen wilde hij erheen. Hij is op weg geweest, maar de Eenzame Rots heeft hij niet gehaald; een storm, de ijsgang en de onmetelijke afstand. Een paar jaar later kwam hij in Washington State 'Lonesome Lake' tegen op een plaatsnaambord en hij maakte de omweg. 'Het mag hier nu eenzaam zijn maar dat was het zeventig, vijfenzeventig jaar geleden niet toen goudzoekers en gouddelvers deze streek afstroopten,' las hij in het boek dat hem op reis begeleidde. Het Eenzame Meer bleek geen mooie waterplas te zijn en de omgeving had iets droefgeestigs. Weliswaar was hij de enige bezoeker, maar toch heerste er geen gevoel van verlatenheid in die uiterste noordwesthoek van Skamania Country. In de atlas is de wereld eenzamer dan in werkelijkheid. De wereldkaart is een verzameling van vlekken waarachter meer fantasie, maar vooral meer werkelijkheid steekt dan achter duizend Rorschachtests. De topografische naamlijst van de aarde is onthutsender dan de mooiste poëzie. Op zoek gaan naar het water, de grond, de ravijnen en de verten achter die namen was een voornemen dat hij als kleine jongen al maakte. Mijn vrouw en ik waren twee hoeken van de wereld ontvlucht. Boze hoeken in kwade tijden, maar wel met namen als uit exotische liedjes. Ik sprak niet graag over mijn verloren wereld en mijn vrouw had waarschijnlijk al voor zijn geboorte besloten dat haar wereld voortaan niet groter zou zijn dan de grenzen van het dorp waarin hij opgroeide.
3. schrijf een totaal ander einde voor het boek.
'Hebt u die laatste zinnen wel eens goed doorgelezen?' vroeg ik aan de psychiater, wie ik ze had toegestuurd. Ik had opgebeld en gevraagd of ik weer eens lang kon komen.
'wel gelezen, niet begrepen'
'U begrijpt toch wel wat ik bedoel. Mijn vader is er nog steeds.'
De psychiater keek me aan. 'We schieten hier niks mee op zo als je dat blijft zeggen.'
'Nee.'
'Ik weet niet of je ooit nog eens door zal krijgen dat je vader dood is.'
'Ik ook niet.'
De psychiater wist het ook niet meer. Hij gaf het op.
93
Het werd stil. Ik geloof dat ik op mijn vader begon te lijken; de psychiater keek tegen me op. Hij zei: 'Ik weet niet meer wat ik moet zeggen.' 'Zeg toch maar wat,' dreunde ik zoals mijn vader dat altijd had gedaan. Hij zei niks meer. Hij begreep dat mijn vader er nog steeds was. Mijn vader was terug gekomen. De zoektocht was voorbij. 4. Stel zes zinvolle open vragen aan de hoofdpersoon en noteer zijn antwoorden hierop. >Waarom denk je altijd aan je vader? < Omdat hij in mijn jeugd een belangrijke rol heeft gespeeld. Hij wou me veel vertellen, en ik wil er nu graag achter komen wat hij precies bedoelde. > Was je vader een goede vader? < Nee, hij kon niet goed opvoeden en hij had het altijd over zichzelf. > Als je vader nog leefde, wat zou je hem dan willen vragen? < Wat hij heeft meegemaakt waardoor hij zo is geworden als hij was. > Wie was er belangrijker, je vader of je moeder? < Mijn vader. Hij kon me altijd dingen uitleggen en ik had meer een band met hem vanwege zijn gedrag. En ook al deed hij vaak heel raar, mijn moeder heeft nooit echt aandacht aan hem besteed en daardoor zijn ze gescheiden en heb ik mijn vader nooit meer gezien. > Wat bedoel je met geestgrond? < De grond die belangrijk was voor mijn vader, de grond waar ik herinneringen aan mijn vader kan ophalen. > Waarom luisterde je zo weinig naar je psychiater? < Omdat ik eerst mijn verhaal over mijn vader kwijt wou en niet meteen kon inzien dat hij er echt niet meer was. 5. Kopieer een dialoog die belangrijk is i.v.m. het thema/ de idee van het verhaal. Licht je keuze toe. Thema: vader-zoon relatie, dood. Bladzijde 150 en 151 - op bladzijde 150 denkt Winkler na over de dood . In hoofdstuk 91 heeft hij een gesprek met zijn vader waarin zijn vader het heeft over het land waar hij vandaan komt. Eigenlijk kan je in elke bladzijde wel iets van het thema terug vinden, maar ik heb voor deze twee gekozen omdat Winkler in bijna ieder gesprek met zijn vader zegt ‘ik begrijp u niet’ en dat zegt hij ook in dit gesprek. Verder heb ik hiervoor gekozen omdat uit de tekst blijkt dat Winkler en zijn vader een goede band hebben.
Schrijver: Boudewijn Buch
Eerste druk: november 1995 1. Schrijf voor potentiële lezers de zgn. Achterkant/flaptekst van het boek. Geestgrond gaat over de zoektocht van een Winkler Brockhaus naar zijn vader. Hij heeft eigenlijk zijn vader nooit goed begrepen maar na zijn dood wil hij alles over hem te weten komen. Winkler heeft vooral grote problemen met de herinneringen aan zijn vader. Bij alles wat hij doet spookt zijn vader door zijn hoofd. Hij gaat wel naar een psychiater maar luistert eigenlijk niet naar diens advies, hij vertelt vooral waarom zijn vader er nog wél is. Ook krijgt hij een zoon. Hij wil hem niet opvoeden zoals hij door zijn vader is opgevoed. Dat lukt helaas niet omdat zijn zoon op zesjarige leeftijd overlijdt. Het boek kan gezien worden als een vervolg op 'de kleine blonde dood' en 'de hel'. Het is eigenlijk het zelfde verhaal als in 'de kleine blonde dood' maar op een andere manier geschreven en met de hoofdpersoon uit 'de hel'. Het boek bestaat uit korte zinnen en veel korte hoofdstukken waaruit langzamerhand blijkt waarom de hoofdpersoon zo van zijn vader hield. 2. Herschrijf het begin vanuit een totaal ander perspectief. Aftocht. Toen mijn zoon Lonely Rock op een zuidpoolkaart zag liggen wilde hij erheen. Hij is op weg geweest, maar de Eenzame Rots heeft hij niet gehaald; een storm, de ijsgang en de onmetelijke afstand. Een paar jaar later kwam hij in Washington State 'Lonesome Lake' tegen op een plaatsnaambord en hij maakte de omweg. 'Het mag hier nu eenzaam zijn maar dat was het zeventig, vijfenzeventig jaar geleden niet toen goudzoekers en gouddelvers deze streek afstroopten,' las hij in het boek dat hem op reis begeleidde. Het Eenzame Meer bleek geen mooie waterplas te zijn en de omgeving had iets droefgeestigs. Weliswaar was hij de enige bezoeker, maar toch heerste er geen gevoel van verlatenheid in die uiterste noordwesthoek van Skamania Country. In de atlas is de wereld eenzamer dan in werkelijkheid. De wereldkaart is een verzameling van vlekken waarachter meer fantasie, maar vooral meer werkelijkheid steekt dan achter duizend Rorschachtests. De topografische naamlijst van de aarde is onthutsender dan de mooiste poëzie. Op zoek gaan naar het water, de grond, de ravijnen en de verten achter die namen was een voornemen dat hij als kleine jongen al maakte. Mijn vrouw en ik waren twee hoeken van de wereld ontvlucht. Boze hoeken in kwade tijden, maar wel met namen als uit exotische liedjes. Ik sprak niet graag over mijn verloren wereld en mijn vrouw had waarschijnlijk al voor zijn geboorte besloten dat haar wereld voortaan niet groter zou zijn dan de grenzen van het dorp waarin hij opgroeide.
Het werd stil. Ik geloof dat ik op mijn vader begon te lijken; de psychiater keek tegen me op. Hij zei: 'Ik weet niet meer wat ik moet zeggen.' 'Zeg toch maar wat,' dreunde ik zoals mijn vader dat altijd had gedaan. Hij zei niks meer. Hij begreep dat mijn vader er nog steeds was. Mijn vader was terug gekomen. De zoektocht was voorbij. 4. Stel zes zinvolle open vragen aan de hoofdpersoon en noteer zijn antwoorden hierop. >Waarom denk je altijd aan je vader? < Omdat hij in mijn jeugd een belangrijke rol heeft gespeeld. Hij wou me veel vertellen, en ik wil er nu graag achter komen wat hij precies bedoelde. > Was je vader een goede vader? < Nee, hij kon niet goed opvoeden en hij had het altijd over zichzelf. > Als je vader nog leefde, wat zou je hem dan willen vragen? < Wat hij heeft meegemaakt waardoor hij zo is geworden als hij was. > Wie was er belangrijker, je vader of je moeder? < Mijn vader. Hij kon me altijd dingen uitleggen en ik had meer een band met hem vanwege zijn gedrag. En ook al deed hij vaak heel raar, mijn moeder heeft nooit echt aandacht aan hem besteed en daardoor zijn ze gescheiden en heb ik mijn vader nooit meer gezien. > Wat bedoel je met geestgrond? < De grond die belangrijk was voor mijn vader, de grond waar ik herinneringen aan mijn vader kan ophalen. > Waarom luisterde je zo weinig naar je psychiater? < Omdat ik eerst mijn verhaal over mijn vader kwijt wou en niet meteen kon inzien dat hij er echt niet meer was. 5. Kopieer een dialoog die belangrijk is i.v.m. het thema/ de idee van het verhaal. Licht je keuze toe. Thema: vader-zoon relatie, dood. Bladzijde 150 en 151 - op bladzijde 150 denkt Winkler na over de dood . In hoofdstuk 91 heeft hij een gesprek met zijn vader waarin zijn vader het heeft over het land waar hij vandaan komt. Eigenlijk kan je in elke bladzijde wel iets van het thema terug vinden, maar ik heb voor deze twee gekozen omdat Winkler in bijna ieder gesprek met zijn vader zegt ‘ik begrijp u niet’ en dat zegt hij ook in dit gesprek. Verder heb ik hiervoor gekozen omdat uit de tekst blijkt dat Winkler en zijn vader een goede band hebben.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden