Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Fantoompijn door Arnon Grunberg

Beoordeling 5.2
Foto van een scholier
Boekcover Fantoompijn
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas havo | 3737 woorden
  • 7 november 2007
  • 6 keer beoordeeld
Cijfer 5.2
6 keer beoordeeld

Boekcover Fantoompijn
Shadow
Fantoompijn door Arnon Grunberg
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Zakelijke gegevens

Schrijver: Arnon Grunberg
Titel boek: Fantoompijn
Uitgever: Nijgh & van Ditmar
Plaats en jaar van uitgave: Amsterdam, 2000
Eerste druk april 2000, vijfde druk november 2000
Genre: Tragische roman

2. Eerste reactie

Ik was opzoek naar een goed, leuk en misschien ook grappig boek.
Ik had geen idee wat ik moest kiezen, dus vroeg al snel suggesties bij mijn familie. Mijn zus leest vrij veel en omdat mijn zus en ik veel dezelfde interesses hebben, wist zij mij een leuk boek te adviseren.
‘Fantoompijn’ van Arnon Grunberg vond zij erg leuk. Ze vertelde niet specifiek waarom, maar ze raadde het mij aan en ik vond het al snel goed. Bovendien heeft het boek een prijs gewonnen, ook niet geheel onbelangrijk.

Ik kende de schrijver Grunberg wel. Van tv. Ik had nog nooit iets van hem gelezen, dus het leek me wel leuk om eens een boek van hem te kiezen. Hij ziet er nogal intelligent uit, dus ik werd al gauw benieuwd. Benieuwd naar wat hij ‘te vertellen’ heeft.
De kaft van het boek zegt niet zoveel. Vaak ga ik op het uiterlijk af, maar in dit geval niet. Ik ging volledig op het advies van mijn zus af.

“Het leven dient in scène te worden gezet. En je leven in scène zetten, dat kun je niet aan anderen overlaten. Dat moet je zelf doen. Robert G. Mehlman wil de werkelijkheid produceren zoals anderen boeken, films en schilderijen produceren. … Mehlman, schrijver van ‘268 op de wereldranglijst’ en werkend aan zijn magnum opus, ziet zichzelf als een parasiet die naar verlossing zoekt. In plaats daarvan vindt hij roem, met zijn internationale bestseller ‘de Pools-joodse keuken in 69 recepten’. Kookboekenschrijver was niet zijn eerste keus, en roem is een lek luchtbed, maar dat beseft hij pas als hij midden op zee zit.”

Deze korte samenvatting op de achterkant van het boek, vond ik erg onduidelijk. Ik snapte er nog helemaal niks van. Wat word er nou precies mee bedoeld? Wat wil de schrijver hiermee duidelijk maken?
Ik verwachtte dan ook vrij weinig van dit boek. De voorkant is onduidelijk, de titel is verwarrend en de korte samenvatting op de achterkant schept ook niet echt veel duidelijkheid. Het enige wat ik er aan kon opmaken was, dat het over ene Robert G. Mehlman zou gaan, een schrijver. Ik dacht, dat het een mogelijkheid zou zijn, dat deze schrijver last van Fantoompijn heeft. En dat hij op zoek is naar ‘verlossing‘.
We zullen zien…

3. Verdieping

Samenvatting

Het begin van het verhaal, wordt verteld door Harpo. Harpo Saul Mehlman, zoals zijn naam voluit wordt geschreven, is de zoon van Robert G. Mehlman.
Robert G. Mehlman verteld het grootste deel van het verhaal.
Harpo begint te vertellen over zijn vader, moeder en grootouders, over hoe hij is opgegroeid, over de grote hoeveelheid brieven voor hem van zijn vader en over ‘Het Lege Vat’. ‘Het Lege Vat’ is een persoon, waarover nog weinig duidelijk gemaakt wordt.

Na deze introductie, krijgen we te maken met Robert G. Mehlman. Robert is een bekende schrijver. Hij is geboren in Amsterdam.

Hij vertelt over hoe hij een baantje in de avondwinkel heeft en over hoe hij zijn aanstaande vrouw (‘sprookjesprinses’ genoemd) leert kennen.
De sprookjesprinses werkt als psychotherapeute en Robert weet onder het motto ‘Ik ben bij jou in therapie’ zich aan haar te binden. Zo zien ze elkaar steeds vaker en ze besluiten te trouwen ‘omdat dat niet eens zo’n slecht idee is’.

Met zijn vrouw gaat Robert G. Mehlman in New York wonen. Hijzelf sleept zich daar van hotel naar hotel.
Na het bescheiden succes van zijn boek ‘268 op de wereldranglijst’ wordt al zijn literaire werk verramsjt en spendeert Robert in een zeer hoog tempo de voorschotten die hij op ‘beloofde boeken’ krijgt. Hij begint met schrijven van de boeken, maar weet ze niet af te krijgen.
Robert zet zijn -zeer negatieve- huwelijk op het spel door een affaire met Evelyn aan te gaan, de serveerster van het koffiehuis waar hij vaak langskomt. Ze bedrijven samen vurig de liefde, maar op een dag verdwijnt Evelyn uit beeld en kan Robert haar achterlaten zonder dat zijn vrouw er ook maar iets van gemerkt heeft.

Op een zekere dag, ontmoet Robert ene Rebecca. Een jonge vrouw die Robert een beeldje van haar vriendin uit Nederland wil overhandigen. Het is een beetje een merkwaardige ontmoeting in het café van de Museum of Natural History. Melhman stelt, in een opwelling, voor om naar Altlantic City te gaan. Eigenlijk zonder een duidelijk doel. Om een beetje te gokken en misschien om aan zijn nieuwe boek te beginnen (waar hij ook niet erg aan toe blijkt te komen). Rebecca is de vrouw, die de sprookjesprinses ‘Het Lege Vat’ noemt. Deze naam heeft ze haar gegeven, omdat het, volgens Roberts’ vrouw, een ‘lege’ persoonlijkheid is zonder dieperliggende emoties.
Ondertussen dringt de tijd. Robert zit diep in de schulden en hij wordt nu ook al als ‘wanbetaler’ aangezien. Hij moet een literair kookboek schrijven over de Pools-joodse keuken. En wel snel, want hij is al 2 jaar over de deadline heen en hij heeft dringend geld nodig. Veel geld.
Op de advertentie, die hij in de krant heeft laten zetten, reageert de vriendelijke, oude, joodse mevrouw Fischer. Mevrouw Fischer weet veel van de Pools-joodse keuken af en weet Robert te helpen met zijn kookboek. Het kookboek heet ‘de Pools-joodse keuken in 69 recepten’. Robert krijgt toestemming van de vriendelijke vrouw om haar archief te plunderen en troggelt zo’n slordige 30.000 dollar, slim verscholen onder een laagje sentiment.
Het kookboek bezorgt Robert internationale roem, waardoor hij zijn opgelopen schulden kan aflossen. Ondanks de roem, is Robert G. Mehlman niet tevreden met de rol die hij als kookboekenschrijver toebedeeld heeft gekregen. Hij voelt zich niet passen in het leven dat hij lijdt. Hij wil al heel lang weg bij zijn vrouw, maar kan zich niet van haar losmaken (omgekeerd kan zij dat ook niet). Robert wil ontsnappen uit de werkelijkheid die hij steeds minder kan omzeilen.


De halfslachtige relatie met Rebecca zet zich niet voort. En ook scheidt hij uiteindelijk van zijn vrouw, waar hij zo‘n 20 jaar mee bezig was. Wel maakt hij haar nog zwanger. Hij is dit haar min of meer verschuldigd. Eigenlijk wil Robert geen kind, maar de sprookjesprinses weet hem om te praten. Hier komt Harpo uit.
En Robert verhuist naar het noorden van Canada.

Het einde van het verhaal wordt wederom verteld door zoon Harpo. In dit laatste deel komt aan bod hoe zijn vader (vrij gestoord) in het ziekenhuis terecht komt. Zelf kan hij er niks meer van herinneren, maar Harpo legt uit: ‘Papa,’ zeg ik, ‘je hebt op het strand van Sabaudia mensen met een keukenmes bedreigd, en toen hebben ze op je geschoten. En nu lig je in een ziekenhuis in Rome en je kan een groot gedeelte van je lichaam niet meer gebruiken.’
En Robert reageert daarop met de woorden: ‘Geloof dat toch niet,’ zegt hij, ‘dat zijn geruchten die je moeder verspreidt.’

* Deze samenvatting is, voor het gemak, chronologisch verteld.
In het boek worden delen vanuit het verleden van de hoofdpersoon door middel van gedachtegangen, flashbacks en herinneringen verteld. Dit vindt plaats in de loop van het verhaal.
Het verhaal in het boek begint ongeveer bij de ontmoeting met Rebecca.

Verhaaltechniek

De schrijfstijl is erg grappig en opvallend. Grappig, omdat Grunbergs’ superdroge humor door het hele verhaal loopt. En opvallend, omdat het een beetje naar het absurdistische neigt te gaan. Soms lijkt het een beetje smakeloos of grof, maar het blijft leuk. Er worden korte, duidelijke zinnen gebruikt in moderne taal. Er wordt veel in gegaan op detail, zoals hoe iemand eruit ziet, wat er precies gegeten wordt, hoe het ergens ruikt en hoe de mensen de dingen precies doen.
In het verhaal wordt er gebruik gemaakt van citaten, gedachtes/vertellingen (door Harpo en vooral door Robert) en brieven.

Grunberg schrijft op zo’n manier, dat het net lijkt, alsof je de gedachtes van de verteller kunt lezen. De gedachtes wijken dan af van de gebeurtenissen die zich op dat moment afspelen (net als in het echt). Dit blijft de schrijver consequent doorvoeren en het maakt de stijl erg origineel.

Voorbeeld:
… ’Maar Robert,’, zei de redacteurweer op een toon alsof hij lid was geworden van een vereniging in oosterse geneeskunde doet, (droge humor + gedachte van Robert) ’We hebben je al twee keer een voorschot gegeven. Een 3e voorschot is echt niet realistisch. ’Niet realistisch?!’ De eieren die ik die ochtend had gegeten zaten nu echt in mijn keel. Ik voelde me misselijk worden. (gevoelens van Robert)

Een ander voorbeeld over de afwijking van de gedachtes:
…”Met behulp van een plattegrondje vond ik het Garden café uiteindelijk. Er zat bijna niemand. Een familie met 7 kinderen, ze spraken Portugees. Met mijn vrouw was ik een keer in Lissabon geweest. Romantische stad, Lissabon. (afwijkende gedachte, die verder niets toegevoegd aan het verhaal) Ik ging in een hoekje zitten…

Het verhaal speelt zich voornamelijk af in Amerika (New York en Atlantic City) en later nog in Canada (Sabaudia). Tijdens de flashbacks worden er fragmenten beschreven over gebeurtenissen uit landen in Europa, zoals Italië, Marokko en Nederland. Nederland, omdat de hoofdpersoon daar geboren is en zijn vrouw in dit land heeft ontmoet.
Het hele leven van de hoofdpersoon wordt beschreven, vanaf de ontmoeting met zijn vrouw tot aan het op sterven liggen in het ziekenhuis.
Het verhaal verloopt niet chronologisch. Er worden op onstructurele wijze gebeurtenissen, flashbacks en herinneringen beschreven. Dit komt zomaar in de hoofdpersoon op en wordt door hem verteld.

Personages

De belangrijkste personen uit dit boek zijn Robert G. Mehlman, de sprookjesprinses, Rebecca en Harpo.

Robert G. Mehlman:
Robert G. Mehlman is de hoofdpersoon. Het is een zeer merkwaardige en gevoelloze persoonlijkheid, omdat hij leeft in zijn eigen realiteit. Volgens hem houdt de wereld zich niet aan zijn wetten. Robert noemt zichzelf een ‘producent van waanvoorstellingen’. Hij wil het leven in scène zetten. Het leven stelt volgens hem eigenlijk niets voor. Hij zoekt als een parasiet naar verlossing.
Robert G. Mehlman is een bekend schrijver. Ooit was hij aardig succesvol, maar het grote succes is voorbij. Hij geeft geld uit, veel geld, wat hij eigenlijk niet heeft. Hierdoor komt hij diep in de schulden.

Het huwelijk met zijn vrouw is totaal niet gelukkig meer. Ooit hadden ze een fijn huwelijk, maar daar kan Robet zich niets meer van herinneren. De twee maken vooral veel ruzie. Naast zijn vrouw heeft hij twee affaires. Met Evelyn (de serveerster in een koffiehuisje waar Robert vaak komt) en met Rebecca (Het Lege Vat).
Wonder boven wonder, vindt hij zijn roem, door zijn internationale bestseller ‘De Pools-joodse keuken in 69 recepten’. Dit was echter niet bepaald zijn eerste keus, maar hij kan er wel zijn schulden mee aflossen.
Uiteindelijk wil hij niet meer leven. Het heeft geen zin meer voor hem. Hij wil een einde maken aan zijn leven door een verdwijntruc. Een verdwijntruc die past in zijn ‘waanvoorstellingen-leven’. De verdwijntruc waarin hij volledig doordraait.

‘De leugenaar is hij die er niet is. Ik was er al heel lang niet. Ik was allang uit de levens van anderen verdwenen, mijn leugens waren er en die hadden toevallig dezelfde fysieke verschijning als ik, maar daarmee was ook alles gezegd. Ik moest alleen nog uit mijn eigen leven verdwijnen. Een laatste verdwijntruc, het moest een peulenschil zijn, na alle verdwijntrucs die ik al had uitgevoerd.’

Sprookjesprinses:
Sprookjesprinses (of Prinses Sprookje). Dat is de bijnaam die Robert G. Mehlman aan zijn vrouw heeft gegeven. Ze werkt als psychotherapeute. Een moeilijk beroep, waarbij zij keer op keer met de zelfmoorden van haar patiënten word geconfronteerd.
Ze kan het eigenlijk moeilijk aan. Ze kan hierover onmogelijk met Robert praten, omdat die zich er nauwelijks voor interesseert. De relatie tussen Robert en zijn vrouw is zeer slecht. Robert Mehlman kan haar niet geven waar zij zo naar verlangt: een diepgaande relatie.
Uiteindelijk wordt Prinses Sprookje gelukkig met haar zoon, Harpo, en een Rus die werkt aan een alternatieve geneeswijze voor schizofrenen.

Rebecca / ‘Het Lege Vat’:
Rebecca wordt door de vrouw van Robert ‘Het lege Vat’ genoemd. Ze heeft haar zo genoemd, omdat ze vindt dat Rebecca een lege persoonlijkheid is, zonder dieperliggende emoties.
Rebecca werkt als onderzoekster in een museum. Het is een jonge vrouw die op zoek is naar enige houvast. Dit hoopt ze te vinden bij Robert. Rebecca is erg onzeker Ze vraag meerdere malen of Robert nog wel van haar houdt en of hij haar mooi vindt. De vrouw is niet lelijk, maar ook niet erg aantrekkelijk te noemen. Ze heeft zeer lelijke handen en voeten. Robert vind haar een beetje op een trol lijken.
Ook deze relatie loop af en Rebecca vind haar eigen weg. Uiteindelijk komt ze weer terecht in Amsterdam en krijgt twee dochtertjes.


Harpo:
Harpo Saul Mehlman is de zoon van de hoofdpersoon. Er wordt vrij weinig over hem verteld. We maken enkel met hem kennis in het begin en op het eind van het verhaal. Harpo is geboren, omdat zijn moeder zo graag een kind wilde. Hij is niet verwekt uit liefde. Meer uit plichtsgevoel, om een belofte na te komen. Harpo voelt zich weinig verwant met zijn ouders, eigenlijk zijn het vreemden voor hem.
… Maar als hij hoort dat zijn vader in het ziekenhuis ligt, is Harpo degene die hem meteen opzoekt.

De belangrijkste situaties in het verhaal zijn:
- de ontmoeting van Robert G. Mehlman met Rebecca.
- de relatie met Robert’s vrouw
- de affaires met Evelyn en Rebecca
- de roem die Robert vindt met het boek ‘de Pools-joodse keuken in 69 recepten’
- de merkwaardige gebeurtenis in Sabaudia, waarbij Robert mensen met een mes bedreigd en waarbij Robert uiteindelijk wordt beschoten.

Thematiek

Het thema van het verhaal is het creëren van een eigen realiteit en een eigen wereld. Robert G. Mehlman wil de werkelijkheid produceren zoals anderen boeken, films en schilderijen produceren.
“Het waren deze kleine toneelstukjes die mij gelukkig maakten. Het moment dat ik zelf begon te geloven in de zorgvuldig door mij geënsceneerde werkelijkheid, dat was het moment van de euforie. Het moment dat het verhaal dat je zelf hebt bedacht er met je vandoor gaat. Het moment dat je het idee hebt dat er eindelijk iemand aan de andere kant va het schaakbord heeft plaatsgenomen, dat je niet meer tegen je zelf speelt. Dat moment, dat is het moment van de euforie.”

Deze hoofdgedachte loopt als een rode draad door het verhaal.

Er zijn verschillende motieven typerend voor het thema. Dit zijn vooral motieven die in het denken en doen van de hoofdpersoon voorkomen. Een belangrijk motief in het verhaal is het gevoel te hebben iets te missen. Robert G. Mehlman heeft het gevoel dat hij iets of iemand mist, maar hij weet niet goed wat.
“Ik haat je, omdat ik je mis, had ik willen zeggen. En ik wist niet eens wie ik miste, miste ik de sprookjesprinses, miste ik Rebecca, miste ik Evelyn? Ik wist het niet. Ik wist alleen dat ik miste. Dat was dat missen te ontsnappen viel. Nu niet, in het verleden niet en in de toekomst al helemaal niet. Het zou alleen meer worden, tot het als een soort mist om me heen zou hangen, een ondoordringbare mist. En als ik dan in die nevel over straat liep op weg naar de sigarenboer, zouden kinderen aan hun ouder vragen: ‘Er liep net een wolk voorbij, hoe kan dat?’ En dan zouden hun ouders zeggen: ‘Oh, dat is Robert G. Mehlman, de kookboekenschrijver.’
Als je iemand mist, ga je diegene haten om aan dat gemis een eind te maken. Iemand die je mist, moet uit de weg worden geruimd, overwonnen, vernietigd. Haat is de zee waarin al het missen samenvloeit. In die zee zwom ik, maar de stroom had me een beetje te ver meegevoerd.”
Een ander motief is het spel wat Robert met het leven speelt.
Volgens Robert G. Mehlman moet je het leven als een spel zien, maar wel een spel dat je serieus moet spelen. Wanneer je de werkelijkheid naar je eigen zinnen omdraait, ben je dat spel al aan het spelen.
Verder leeft Robert in een leven van bedrogen en schijn. Hij bedriegt zijn vrouw (om twee affaires met andere vrouwen aan te gaan) en hij bedriegt de uitgevers (door beloftes uit te spreken, die hij vervolgens niet nakomt). Bovendien bedriegt hij ook de uiterst vriendelijke mevrouw Fischer (door geld af te troggelen voor één of andere stichting, genaamd ‘Karper in Gelei’).
Roberts leven bestaat voor een groot deel uit bedrogen en schijn en dit weet hij knap door te voeren.

“Fantoompijn is een pijnsensatie die beleefd wordt als afkomstig van een geamputeerd lidmaat. Dit kan om een geamputeerd been of arm gaan, maar ook bijvoorbeeld een geamputeerde borst of een getrokken kies betreffen”
Fantoompijn is dus de pijn van het gemiste lidmaat. De pijn van het gemis, is waar Robert ook mee te kampen heeft.

4. Beoordeling

‘Fantoompijn’ vond ik een zeer apart en ook erg leuk. Een moderne stijl, ontzettend veel omschrijvingen en absurdistische karakters.


Toen ik aan het verhaal begon, moest ik er even moeite voor doen om erin te komen. Dit kwam, omdat het weer een totaal nieuwe schrijfstijl is. Een beetje een drukke (van de hak op de tak gaande) schrijfstijl. Ik moest er even aan wennen, maar dit lukte vrij snel. Het is een vlotte manier van schrijven met moderne taal, korte zinnen en duidelijke woorden. Maar ook: oeverloze omschrijvingen van de flauwste dingen (’Aan zijn lippen kleefden pindaresten’) en ontzettend droge conversaties (over lelijke handen en voeten).
Juist deze combinatie maakt het zo lekker doorleesbaar en het vermijd het saaiheidgehalte. De stijl is lekker origineel, wat voor mij een pré is met zo’n boek.

Wat mij erg aansprak in dit verhaal, was de superdroge humor van Grunberg. Deze humor wordt door Grunberg tot in den treure uitgevoerd. Hij maakt gebruik van kleine flauwekulgrapjes (zoals: ‘De dame die nog altijd in gevecht was met een schijfje ananas’) en melige beschrijvingen (zoals Harpo’s oma, die geobsedeerd is door stof en de dood en die maar blijft volhouden wat voor een gracieuze tennisspeler haar man was, terwijl hij slechts 268 op de wereldranglijst is geworden). Zo zijn er nog ontzettend veel melige flauwekul-grapjes die ik zou kunnen opnoemen.
Ik zou me goed kunnen voorstellen dat iemand hier niet van houd, maar deze humor spreek mij persoonlijk juist erg aan.

De leukste en grappigste passage uit het boek, vind ik de beschrijving van oma Mehlman. De moeder van Robert heeft maar een kleine rol in het verhaal, maar wordt wel heel komisch neergezet. Oma Mehlman meent het geluk te vinden in totale properheid en is daarom altijd aan het schoonmaken. Ook tennis had haar belangstelling. Oma Mehlman leeft in de waanzin dat haar man, opa Mehlman, een belangrijke en beroemde tennisspeler is geweest, maar in werkelijkheid heeft deze man het nooit verder geschopt dat 268 op de wereldranglijst. “Het wemelde bij haar thuis van de bekers van onbelangrijke en duistere toernooien uit de jaren 30 en in de woonkamer hing een groot schilderij van Aron Mehlman in actie. Bovendien hingen er aan de muur in de gang vijf tennisrackets. Haar huis leek een tennismuseum.”
Ik vind het geweldig om te zien, hoe iemand zulke druilerige flauwekul kan verzinnen. Humoristische flauwekul. Het slaat eigenlijk helemaal nergens op, om zoiets te verzinnen over deze ‘zogenaamde tennisheld’. Eigenlijk voegt het niets toe aan het verhaal, maar het maakt het verhaal wel heel komisch.
Een ander geweldig stukje over oma vind ik de volgende:
“Als ze gasten had, las mijn moeder hun de juryrapporten voor. Mooier dan wat ik ooit had geschreven vond mijn moeder de juryrapporten. De buurvrouw zei weleens: 'Maar die juryrapporten heb ik toch al gehoord.' 'Jawel,' zei mijn moeder, 'maar je kan niet alles in één keer onthouden.''

Wat ik jammer vind aan dit boek, is dat de zoon Harpo niet zo duidelijk beschreven wordt. Eigenlijk kom je maar vrij weinig van hem te weten. Ik had wel wat meer van hem te weten willen komen. Meer te weten over zijn karakter, maar misschien ook over zijn uiterlijk. Het is tóch de zoon van de hoofdpersoon. Bovendien leidt hij het verhaal in en sluit hij het verhaal af. Harpo is dus geen ‘bijfiguur’, die even als een soort ‘figurant’ in het verhaal komt, maar hij heeft zeker wel een belangrijke functie in het boek.
Aan de andere kant denk ik dat een uitgebreidere beschrijving van Harpo het niet veel toevoegt aan het verhaal. Ik ben er gewoon benieuwd naar. Het zal me leuk lijken.


Verder heb ik sterk het idee dat er nog meer onderliggende boodschappen in het verhaal ’verstopt’ zitten. Een soort symbolische boodschappen. Helaas ben ik niet ervaren genoeg om zit te doorzien.
Toen ik het verhaal had uitgelezen, dacht ik er het mijne van. Maar toen ik een aantal recensies las, werd het verhaal voor mij veel duidelijker.
Het verhaal is dus niet zo duidelijk beschreven als ik aanvankelijk dacht. Voor mij is dit jammer, maar voor de ‘gevorderden’ lezers maakt dit het juist erg interessant.

In het begin van het boek, had ik niet verwacht dat ik er uiteindelijk zo positief over zou zijn. Ik werd snel afgeleid, maar naarmate ik verder kwam in het verhaal, kon ik niet meer stoppen.
Pas toen ik het boek uit had, kwam alles een beetje op zijn plaats.
Uiteindelijk vind ik het een erg leuk boek. De schrijfstijl vind ik erg verrassend en de hoofdlijn van het verhaal vind ik indrukwekkend. Het boek heeft een serieuze ondertoon, wat met droge humor en flauwekulletjes wordt vormgegeven.
Ik heb erg om het boek moeten lachen, maar me ook geïrriteerd aan de hoofdpersoon. Ik heb me geen moment verveeld en me bewonderd over de vernieuwende schrijfstijl van Grunberg.
Ik denk dat dit een boek zal zijn, die mij wel bij zal blijven (en dan met name het typische verhaal).
Ik verwonder me erover, hoe zo’n schrijver als Grunberg zo’n verhaal kan verzinnen. Dat heb ik ook vaak bij andere boeken. Hoe verzint iemand zoiets?
Ik wil graag ander werk van Grunberg lezen. Vooral, omdat ik erg te spreken ben over de droge humor en de leuke schrijfstijl van Grunberg.
Ik denk, dat dit boek een goede aanrader is. En dan met name voor mensen die wat dieper op een verhaal in willen gaan. En natuurlijk voor de mensen die Grunberg’s humor net zo leuk vinden als ik.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Fantoompijn door Arnon Grunberg"