Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Spyeghel der salicheyt van Elckerlijc door Onbekend

Beoordeling 5.6
Foto van een scholier
Boekcover Spyeghel der salicheyt van Elckerlijc
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 1852 woorden
  • 3 juli 2003
  • 19 keer beoordeeld
Cijfer 5.6
19 keer beoordeeld

Boekcover Spyeghel der salicheyt van Elckerlijc
Shadow
Spyeghel der salicheyt van Elckerlijc door  Onbekend
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
A. Het voorwerk 1. Petrus Dorlandus/Diesthemus (1454-1507), “Den spyeghel der salicheyt van elckerlijc” (1972 5de druk, 1501 1ste druk) Uitgelezen op 7-9-2001, 52 bladzijdes. 2. Ik heb dit boek gekozen, omdat het in de vorm van een toneelstuk is opgeschreven en het leek me daarom makkelijker te lezen, omdat duidelijk wordt aangegeven wie spreekt en het is ingedeeld in redelijk korte alinea’s. Ook vind ik het idee van de schrijver om (abstracte) dingen, zoals deugd, gezelschap en verstand, als mensen van vlees en bloed af te beelden, wel bijzonder. 3. Het gaat over Elckerlijc, een man die van God op een pelgrimstocht moet gaan, voordat hij dood gaat. Aangezien Elckerlijc, iedereen betekent, zal ermee bedoeld worden dat dit voor iedereen geldt die gezondigd heeft in zijn leven. Bovendien heet het ook den spyeghel der salicheyt, wat waarschijnlijk betekent dat de mensen die naar het toneelstuk keken eigenlijk naar zichzelf keken, in een soort van spiegel dus. 4. Ik vond het niet heel erg moeilijk om te lezen, je moet je er gewoon goed op concentreren. Ik vond het eigenlijk wel een mooi boek, omdat het wat dieper gaat dan de middeleeuwse ridderromans, alleen wel jammer dat het wel erg godsdienstig is, maar dat waren de boeken in die tijd volgens mij bijna allemaal. 5. De auteur van de Latijnse versie heet Petrus Diesthemus, maar omdat niemand hem kende, identificeerde men hem met Petrus Dorlandus. Dat zou dus de Nederlandse naam zijn van de auteur. Ik denk dat de auteur een zeer godsdienstig persoon was en erg geloofde in bekering en vergeving van de zonden. Omdat het stuk wat dieper is, zal het op de rand van de middeleeuwen naar de renaissance gemaakt zijn. B. Korte samenvatting van de inhoud 1. De hoofdpersoon is Elckerlijc, een redelijk welvarende man die weet dat hij snel dood zal gaan. Zijn tegenspelers zijn de dood, die hem op komt halen, God die deze opdracht aan de dood meegeeft, en zijn vrienden, zoals Gheselscap (gezelschap), Neve (vrienden en familie), Maghe (familie), Tgoet (zijn bezittingen), Duecht (deugd), Kennisse (kennis), Cracht (kracht) enz. 2. De dood komt Elckerlijc halen, maar Eckerlijc heeft in zijn leven veel gezondigd en wil een dag uitstel, zodat hij iemand kan vinden die met hem mee wil gaan in de dood. Vervolgens vraagt hij het aan al zijn vrienden, die eerst aan hem beloven alles voor hem te zullen doen, maar zodra ze erachter komen dat Elckerlijc doodgaat, zeggen dat ze niet met hem mee willen. Alleen Duecht (of het goede) wil met hem mee, maar is te zwak omdat Elckerlijc nou eenmaal niet veel goeds heeft gedaan in zijn leven. Daarom gaat Elckerlijc biechten en wordt hij gegeseld, zodat hem alles wordt vergeven. Als hij zo zijn leven gebeterd heeft, is Duecht ook sterker geworden en gaat deze met hem mee in de dood. Hij laat al zijn bezittingen na aan de armen en zo gaat hij uiteindelijk samen met Duecht naar de hemel. 3. Opvallende passages: ELCKERLIJC

O levende Leven! o hemels Broot! O Wech der waerheyt! o godlic Wesen, Die neder quam uut sijns Vaders schoot
In een suver Maecht gheresen, Om dat ghi Elckerlijc wout ghenesen, Die Adam onterfde bi Yeven rade; O Heylighe Triniteit uut ghelesen, Wilt mi vergheven mijn mesdade, Want ic begheer aen u ghenade. O godlijc Tresoer! o coninclijc Saet! O alder werelt toeverlaet! Specie der engelen sonder versaden! Spiegel der vruecht daert al aen staet, Hoor mijn roepen, al yst te spade; Mijn bede wel inden troen ontfaet. Alt bin ic sondich, mesdadich ende quaet, Scrijft mi int boeck des Hemels blade, Want ic begheer aen u ghenade. O Maria, moeder des Hemels almachtich! Staet mi ter noot bi voordachtich, Dat mi die Viant niet en verlade! Want nakende is mi die doot crachtich. Bidt voer mi dijnen Sone voerdachtich, So dat ic mach gaen inden rechten pade, Daer die wegen niet en sijn onrachtich. Maect mi uwes Kints rijc delachtich, So dat ic in Sijn Passie bade, Want ic begheer aen U ghenade. Kennisse, gheeft mi die gheselen bi vramen, Die penitencie hieren bi namen; Ic salt beghinnen, God geeft mi gracie. Hier lijkt Elckerlijc een soort van gebed op te zeggen, voordat hij gegeseld wordt. Ik snap niet zo goed wat het gebed betekent en ik weet ook niet zeker of hij gegeseld wordt of dat ermee bedoeld wordt dat hij zijn leven moet beteren of zo. Bij het gebed stond ook bijna geen vertaling, dus dat begreep ik niet zo goed, terwijl het me toch redelijk belangrijk lijkt, omdat hij hierna vergeven is voor zijn zonden. Ook is er een passage waarin zijn kracht, schoonheid, verstand en wijsheid hem verlaten. Ik wist niet welke reden zij hiervoor hadden, want dat begreep ik ook niet uit de tekst. C. De verdieping 1. Het perspectief
Het is een toneelstuk en dus worden alleen de dialogen of monologen van de spelers opgeschreven. Gebeurtenissen worden hooguit beschreven door één van de spelers. Ik weet niet hoe zo’n perspectief heet. De epiloog en de inleiding op het boekje wordt wel door een verteller verteld. Ik denk dat dat in het auctorieel perspectief staat. De auteur staat los van het verhaal en wil alleen aangeven waar het boekje op gebaseerd is en wat de les is die je uit het boekje kunt leren. De personages weten zelf ook niet wat er gaat gebeuren en aangezien zij de enige zijn die het verhaal ‘vertellen’ wordt er dus met het verhaal meeverteld. 2. Ruimte
De ruimte wordt niet beschreven in het boek. Er wordt maar één keer aangeduid waar de hoofdpersoon is en dat is in de kerk.Ook komt de hemel er een keer in voor, want dat is de plaats waar Elckerlijc en Duecht naar toe gaan als ze sterven. De kerk komt er in voor, omdat Biechte daar is. Elckerlijc moet bij haar biechten en boete doen voor zijn zonden. 3. Tijd
Tijd komt er niet veel in voor en ik denk ook niet dat het belangrijk is, maar de auteur moest wel een grens stellen voor de hoeveelheid uitstel die Eckerlijc krijgt van de dood. Eckerlijc heeft maar één dag de tijd om iemand te vinden die met hem mee wil gaan. Verder wordt er een keer vermeld dat het middag is en dat Elckerlijk niet erg lang meer heeft om iemand te vinden die met hem mee kan gaan. 4.Personages
De hoofdpersoon, Elckerlijc, staat zoals eerder gezegd voor iedereen. Iedereen kan zichzelf dus herkennen in de hoofdpersoon. Alle andere figuren zijn personificaties van alles wat de mens heeft, zoals zijn bezittingen, zijn familie en zijn eigenschappen. Elckerlijc is een welvarende man die zijn geld alleen uitgeeft aan zijn eigen plezier en zoveel mogelijk van het aardse leven geniet. Dit doet hij niet helemaal bewust, want iedereen probeert zo veel mogelijk van zijn eigen leven te maken en bijna elk mens zet zichzelf op de eerste plaats. Als Elckerlijc erachter komt dat hij nog maar één dag te leven heeft, beseft hij dan ook dat het niet gaat om zijn eigen leven op aarde, maar om wat je kunt betekenen voor anderen en het leven na de dood. Dit beseft hij vooral als zijn ‘vrienden’ op aarde, zoals Neve (familie en vrienden), Gheselscap (gezelschap), Maghe (familie) en Tgoet (zijn bezittingen) hem beloven alles voor hem te zullen doen, maar hem in de steek laten als ze erachter komen dat hij doodgaat. Zijn andere ‘vrienden’ of zijn eigenschappen blijven hem steunen tot aan zijn dood, maar blijken ook dan vergankelijk. Dit zijn Kennisse (kennis), Vroescap (levenswijsheid), Cracht (kracht), Schoonheyt (schoonheid) en Vijf Sinnen (verstand). De enige die met hem mee gaat om voor God te verschijnen en tevens de enige die hij dan nodig heeft is Duecht oftewel het goede. Deze personen hebben dus allen maar één echt belangrijke ‘eigenschap’, namelijk dat ze allemaal behalve Duecht niet mee zullen gaan in de dood en dat je er dus alleen in het leven op aarde iets aan hebt. Als citatenmatrix, heb ik van acht persoon een citaat dat vertelt over wie of wat de persoon voorstelt. Eckerlijc: Doot, wildi van mi hebben goede! Duysent pont sal ic u gheven op dat ic behouden mach mijn leven. (Dood, wilt u ‘geld’ van mij? Ik zal u duizend pond geven als ik dan mag blijven leven) blz. 8
Gheselscap:Op goet gheselscap ende trou ghesworen (Omwille van de goede vriendschap en de trouw die wij elkaar hebben gezworen) blz. 13

Maghe: Wi zijn tuwen besten, wat ghi bestaet (Wij zorgen voor u, wat u ook wil ondernemen) blz. 19
Neve: Want het moet alsoe staen salment maechscap te recht orboren (Zoals de plichten die het verwantschap met zich meebrengt) blz. 19 Tgoet: Waendi dat ic u bin? ( Denkt u dat ik uw blijvend bezit ben?) blz. 25
Duecht: Ick en sal u nemmermeer beswijken, om leven, om sterven, of om gheen torment (Ik zal u nooit of
te nimmer verlaten, wat er ook gebeurt met u) blz. 48
Kennisse: Ick, Kennisse sal u gheven raet (Ik zal u raad geven) blz. 33
Die Doot: Ick ben die Doot. Elckerlijc sal bi Gods beveele doen rekeninghe mi (Ik ben de dood. Iedereen zal op Gods bevel rekening doen aan mij) blz. 8
Uit deze citaten blijkt hoe bang de mens is om te sterven en wie of wat in het uur van zijn dood echt van waarde is. 4. Het grondmotief
De moraal van dit verhaal is dat iedereen zich uiteindelijk aan God zal moeten verantwoorden voor zijn daden en zonden en dat niemand dan iets aan zijn vrienden, zijn bezittingen of zijn schoonheid en kracht heeft. Omdat het goede in de mens het enige is wat belangrijk is op het eind. D. Relatie tussen tekst en auteur Ik heb geen autobiografische gegevens over de auteur kunnen vinden, maar ik denk ook niet dat het boek autobiografische elementen bevat. Het boek is voor iedereen bedoeld dus, dat zou ook op hem van toepassing kunnen zijn, maar het is niet op zijn eigen leven gebaseerd, aangezien het ook een beetje abstract is. Hij heeft er een toneelstuk van gemaakt, omdat veel mensen in die tijd niet konden lezen. Ik denk dat hij daarom ook dingen als deugd en verstand als mensen heeft afgebeeld, omdat dat makkelijker te begrijpen was. Ik denk dat hij dit ook heeft gedaan, omdat het zo een goed verhaal met gewone personen vormde, want je kan natuurlijk ook gewoon zeggen wat de les is die je eruit kan leren, maar dan is het veel minder leuk om ernaar te luisteren denk ik. Aangezien ik geen andere werken ken van deze auteur kan ik het daar ook niet mee vergelijken. E. Relatie tussen tekst en context Het is geschreven op het einde van de middeleeuwen en aan het begin van de renaissance. Dit kan je wel merken, omdat het stuk dieper is dan de literatuur uit bijvoorbeeld het begin van de middeleeuwen. Ook werd er in die overgangsperiode vaak over de dood nagedacht en dit stuk gaat over het sterven en de weg die je daarvoor af moet leggen, om naar de hemel te mogen. Het boek is ook erg godsdienstig en de meeste boeken waren dat toen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Spyeghel der salicheyt van Elckerlijc door Onbekend"