Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Een nagelaten bekentenis door Marcellus Emants

Beoordeling 5.8
Foto van een scholier
Boekcover Een nagelaten bekentenis
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 2004 woorden
  • 22 december 2002
  • 20 keer beoordeeld
Cijfer 5.8
20 keer beoordeeld

Boekcover Een nagelaten bekentenis
Shadow
Een nagelaten bekentenis door Marcellus Emants
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
INLEIDING Aan het begin van de negentiende eeuw waren er twee vernieuwingsbewegingen: De Tachtigers & Emants en Couperus. Erfelijke bepaaldheid, ontgoocheling en zelfbedrog zijn allen erg belangrijk in Emants wek. Von Feuchtersleben was een Weense psychiater die de eenheid van lichaam en geest en de importantie van erfelijke factoren benadrukte, en waardoor Emants erg geïnspireerd raakte. Thema’s in dit boek zijn de samenleving als oplichterij en de liefde als zelfbedrog. De hoofdpersoon, Willem Termeer, vertelt dat zijn vrouw dood en begraven is en dat hij haar heeft vermoord. Hij lijkt nogal onverschillig en vraagt zich af hoe hij zijn leven volhoudt. Hij heeft een enorme dwang te vertellen waarom hij zijn vrouw heeft vermoord, maar voor de veiligheid doet hij dit op papier. Hij begint met het verhaal van zijn jeugd, toen hij nog op de lagere school zat. Zijn herinneringen aan deze tijd zijn alles behalve gelukkig: als schooljongen was hij laf, egoïstisch en oneerlijk. Hij heeft wel een ‘relatie’ met Mina, dochter van de schooldirecteur (het is een jongensschool). Op de hbs verveelt elke studie hem. Hij heeft totaal geen eerzucht, wat door anderen voor onwil wordt aangezien. Hij is schuw tegenover meisjes en voelt zich tussen de andere jongens ook niet op zijn plaats. Langzaam maar zeker wordt hij schuw, achterdochtig en hij durft geen beslissingen te nemen. Hij zakt opzettelijk voor zijn toelatingsexamen voor de Polytechnische School in Delft. Zijn vader reageert niet meteen kwaad maar boort Willem langzaam de grond in, waarna ook van zijn moeder een preek volgt. Wat Willem het ergste vindt is dat zijn ouders hem nooit hebben begrepen, of zelfs maar vriendelijk toegesproken. Een paar weken na een afgebroken vakantie naar Zwitserland belandt Willems vader in een gesticht en sterft daar niet veel later. Willem voelt geen enkele emotie. Hij besluit dat de mensen kennelijk gelijk hebben hem daarom te minachten. Niet lang na zijn vader sterft Willems moeder ook, aan een longontsteking. Meneer Bloemendael, een verre neef en vriend van Willems vader wordt Willems voogd. Omdat Willem besluit zijn studie niet af te maken en ook niet op zoek te gaan naar een baan, laat dhr. Bloemendael hem meerderjarig verklaren en krijgt hij een ruim inkomen (zijn vader was behoorlijk rijk). Willem gaat vervolgens op reis en komt via Brussel, Parijs en Zuid- Frankrijk in Interlaken aan, in Zwitserland. Hier ontmoet hij een zeer mooie Zweedse, die met haar moeder in hetzelfde hotel logeert als hij. Hij dwingt zichzelf contact met haar te zoeken, en het lijk wat te worden tussen hem en het Zweedse meisje, maar een paar Amerikanen weten het goed te verpesten. Ongelukkig keert hij naar Nederland terug. Hij neemt zijn intrek in een hotel en besluit zijn levensgeschiedenis op te schrijven en naar een tijdschrift te sturen. Na een tijdje krijgt hij zijn werk terug met de mededeling dat het te onbelangrijk is. Hij vat dit op als een veroordeling van zijn leven. Willem maakt kennis met een burgemeester uit de Achterhoek, die hem een baan aanbiedt. Hij houdt het twee jaar uit in de Achterhoek en vertrekt dan met Van Dregten, een zielsverwant naar Amsterdam, omdat Van Dregten daar gaat studeren. Willem vindt de omgang leuk omdat hij socialer is dan Van Dregten, en deze zo tegen hem opkijkt. Als Willem dertig wordt begint hij voor het eerst te denken aan trouwen omdat hij liever niet alleen wil zijn op zijn oude dag. Hij herinnert zich de dochter van de familie Bloemendael en vraagt of hij daar mag komen logeren. Hij is welkom en ontmoet Anna Bloemendael. Samen musiceren ze wat en na een aantal dagen besluit Willem zich met haar te verloven en na korte tijd trouwen ze. De eerste twee jaren gaat het nog behoorlijk goed, als je bedenkt dat Willem trouwde om niet alleen te zijn en Anna omdat een meisje hoorde te trouwen en Willem de eerste was geweest die haar een aanzoek had gedaan. Na die eerste twee jaar wordt Anna zwanger. De geboorte verloopt voorspoedig en Anna is dolgelukkig. Willem kan echter geen enkele affectie voor het kind opbrengen en als het na anderhalf jaar dood gaat, voelt hij zich zelfs opgelucht. Willem houdt meer van de poes dan van zijn dochtertje. Dit neemt Anna hem ontzettend kwalijk en vanaf dit moment is er eigenlijk geen liefde meer in hun huwelijk. De nieuwe buurman, ex-predikant De Kantere, brengt hen ook niet nader tot elkaar. De Kantere heeft een dochtertje: Sofietje, en zijn vrouw is plots overleden. Later in het boek verdwijnt hij met zijn dochtertje naar het kuuroord Davos, en hij belooft te zullen schrijven met Anna. Hij heeft veel contact met Anna en Willem wordt jaloers. Zijn eerste gesprek met De Kantere is neutraal, maar hun tweede gesprek is sterk filosofisch en ze zijn het op bijna alle punten oneens. Vanaf dit moment gaan De Kantere en Willem vaak met elkaar wandelen en Willem legt langzaam maar zeker zijn hele leven bloot. Ook De Kantere vertelt over zijn leven, zij het in veel mindere mate, en Willem maakt uit wat De Kantere vertelt op dat ook hij had willen genieten, maar dat ook hij daar niet in was geslaagd. Ondertussen verslechtert de verhouding tussen Willem en Anna alleen maar. Willem is nog steeds jaloers op De Kantere en ook slapen hij en zijn vrouw al geruime tijd gescheiden. Willem geeft Anna’s minachting en hooghartigheid de schuld van al zijn ellende. Tijdens een opvoering van de opera Carmen waar hij in zijn eentje is ontmoet Willem Carolien en weet hij zijn verlegenheid van zich af te zetten. Carolien wordt dan een obsessie van Termeer. Bij Carolien vindt Willem zo ongeveer alles wat hij op zoveel plaatsen gezocht had. Natuurlijk had hij liever gewild dat het echte liefde was en niet voor geld, maar “is een roos minder mooi, als hij gevoed wordt met drek?” Carolien vindt het maandgeld dat Willem betaalt echter te laag en eist meer geld. Willem belooft er over na te zullen denken. De volgende dag kan Carolien hem niet ontvangen, omdat er iemand anders bij haar is. Bij zijn volgende bezoek belooft Willem het gevraagde geld te betalen als Carolien belooft nooit een ander te ontvangen. Carolien belooft dit, maar de volgende keer is de ander er weer. Willem is woedend en slaat een ruit van de voordeur in met zijn wandelstok. Hij bedrinkt zich in de kroeg en besluit bij zijn schoonvader zijn effecten op te vragen en met Carolien het land te verlaten. Als Willem thuis komt, slaapt Anna al, maar is ze vergeten haar deur op slot te doen. Willem gaat naar binnen en verbaast zich erover dat Anna niet wakker wordt. Dan ziet hij twee flessen chloraal staan en herinnert zich dat Anna dit slaapmiddel al gebruikt sinds hun kind is overleden omdat ze daardoor niet zou kunnen slapen. Hij aarzelt niet lang en laat de slapende Anna de eerste fles chloraal helemaal leeg drinken en van de tweede zoveel lepels, totdat het gevaarlijke en dodelijke slaapmiddel vanzelf terugloopt. Anna sterft nog diezelfde nacht. Iedereen denkt dat het zelfmoord is, hoewel de dokter enige bedenkingen heeft. Maar deze besluit Justitie niet te waarschuwen, omwille van de familie van Anna. Hij meldt de zelfmoord wel, maar Justitie neemt genoegen met zijn verklaring. Willem vraagt zich na de begrafenis af of hij Carolien ooit nog zal durven bezoeken. Voorlopig heeft hij in ieder geval de moed niet. Toch denkt hij, dat als hij het haar opbiecht, zij het hem misschien kan vergeven. Personages - De hoofdpersoon is Willem Termeer, een zenuwachtige man. Hij is ongeveer 35 jaar oud en vindt zichzelf gevoelloos, angstig, eenzaam, laf, leugenachtig, egoïstisch, in zichzelf gekeerd, onverschillig, lui en verbitterd. Overdag doet hij niet zoveel, hij is maar alleen en hij wekt een droevige indruk. - Naast Willem en zijn vrouw Anna woont de ex-dominee De Kantere met zijn 11-jarige dochter. Hij is, in tegenstelling tot Willem, een knappe man en is aardig. Anna mist een hoop bij Willem en dat denkt ze te zien in De Kantere, ze is dol op hem en ze hebben misschien wel een stiekeme relatie, maar die gaat niet zo diep. - Anna, de echtgenote van Willem heeft een grote plichtsbetrachting. Ze is niet echt knap en is met Willem getrouwd, omdat je hoort t trouwen en niet omdat ze van hem houdt. Dit komt hun huwelijk beslist niet ten goede, ook omdat Willem om dezelfde reden getrouwd is. Anna is pissed omdat ze geen contact meer hebben met de buitenwereld. Anna wil blijven voldoen aan haar ‘plicht’ als vrouw, ookal ziet ze niks meer in Willem. - Van Swamelen en Suze, de zwager en zus van Anna - De ouders van Willem Termeer - Hun huwelijk was een verstandshuwelijk. De man had al een veelbewogen leven achter de rug. Willem groeit op in een kille, liefdeloze omgeving en de dood van zijn ouders doen hem niets.
Informatie over de schrijver Marcellus Emants werd op 12 augustus 1848 geboren in Den Haag. Als zijn vader tijdens Marcellus’ studie overlijdt, gaat Marcellus op reis van het geld van de erfenis, waarvan hij zijn hele leven rond kan komen. In die tijd publiceert hij al schrijfsels, die zijn nog idealistisch, ook al moet hij niets van het idealisme hebben. Hij trouwt met Christina Prins, die echter al na twee jaar overlijdt. Emants was een pessimistisch persoon, zo blijkt uit het epische gedicht Lilith dat hij publiceerde rond deze tijd. 25 jaar na het overlijden van zijn eerste vrouw trouwt hij met Eva Verniers. Dit was een heel gelukkig huwelijk, omdat Eva haar man begreep. Ook zij overlijdt, waarna voor Emants een moeilijke periode begint. Hij begint zich te interesseren voor spiritisme. In 1904 trouwt Emants voor de derde keer, met de Duitse Jenny Kuhn. Dit huwelijk bevestigde Emants zwarte ideeën over het huwelijk. In 1920 wil zijn vrouw graag dat ze zich in Zwitserland vestigen, maar Emants ziekte bemoeilijkt dit. Volgens Jenny is deze ziekte meer geestelijk dan lichamelijk, haar man is een grote zenuwlijder. Hij lijdt aan nerveusiteit en is een beetje mensenschuw. In 1923 sterft Emants. Emants is er zijn ouders nooit dankbaar voor geweest dat zijn hem het leven hebben geschonken. Hij vond dat je de doden niet mocht beklagen, hieruit blijkt weer dat hij het leven niet als een plezier beschouwde. In het werk van Emants zijn de volgende begrippen van toepassing: erfelijke bepaaldheid, zelfbedrog, ontgoocheling. Aan het einde wordt zijn betoog voor zijn ‘onschuld’ nog een extra benadrukt en wordt de lezer wederom direct aangesproken: “Maar als me dus zulk een ellendig lot ten deel is gevallen alleen, omdat ik nu eenmaal ben zoals ik ben en geen kans ze even buiten me zelf te gaan staan en me te laten vernieuwen, gelijk een huiseigenaar met een onbruikbare woning kan doen, maak er me dan ook geen verwijt van, dat die toestand was wat i moest zijn.” Dit is dus eigenlijk de conclusie van het betoog. Citaten: blz. 55: “In de glasheldere, nuchtere ogenblikken, dat ik mijn verleden, als een reeks van schakels door de noodzakelijkheid aaneengesmeed, achter me uitstrekt ontwaarde en die ketening zag voortlopen tot in de horizont van mijn toekomst, begon ik te begrijpen, dat mijn onhandigheid, mijn gebrek aan moed en ontharding, mijn behoefte aan emotie, mijn hang naar het verbodene slechts de giftige bloesems waren van zaadkorrels in mijn voorouders ontkiemd. De wortels reikten over me heen tot in afgesloten levens en daarom zou ik ze nimmer kunnen uitroeien. Al wat ik misschien vermocht was het verbergen van enige karaktertrekken door het spelen van een rol en dit zou alleen mogelijk zijn op een nieuw terrein, waar niemand onder de gezonde rode Schminke de ziekelijke bleekheid van de acteur vermoedde.” Op blz. 108 beschrijft Willem hoe hij met Anna naar de komedie ‘Artiest’ van Marcellus Emants, en dat stuk maakt indruk op hem, omdat hij zichzelf in de hoofdpersoon herkent. Zij gedegenereerden zijn altijd gedwongen een rol te spelen omdat hun echte ik teveel afwijkt van de standaard. (Emants schrijft dus over zichzelf).

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Een nagelaten bekentenis door Marcellus Emants"