Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Eclips door J. Bernlef

Beoordeling 5.6
Foto van een scholier
Boekcover Eclips
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 2315 woorden
  • 9 april 2008
  • 8 keer beoordeeld
Cijfer 5.6
8 keer beoordeeld

Boekcover Eclips
Shadow

Op weg naar een oud-collega krijgt Kees Zomer een hersenbloeding. Plotseling heeft hij geen gevoel meer in het linkergedeelte van zijn lichaam. Omdat hij de macht over het stuur verloren heeft, kan hij niet voorkomen dat zijn auto te water raakt. Met een uiterste krachtsinspanning weet hij aan de kant te komen en merkt dan tot zijn ontsteltenis dat de helft van de wer…

Op weg naar een oud-collega krijgt Kees Zomer een hersenbloeding. Plotseling heeft hij geen gevoel meer in het linkergedeelte van zijn lichaam. Omdat hij de macht over het stuur ve…

Op weg naar een oud-collega krijgt Kees Zomer een hersenbloeding. Plotseling heeft hij geen gevoel meer in het linkergedeelte van zijn lichaam. Omdat hij de macht over het stuur verloren heeft, kan hij niet voorkomen dat zijn auto te water raakt. Met een uiterste krachtsinspanning weet hij aan de kant te komen en merkt dan tot zijn ontsteltenis dat de helft van de wereld verdwenen is. Dat niet alleen: hij kan ineens niet meer op zijn eigen naam komen en er is ook iets in zijn spreken verschoven. In het contact met de omgeving is een storing opgetreden. Stukje bij beetje moet hij zich gaan herinneren wie, wat en waar hij is, moet hij de taal weer leren beheersen, en zich bewust worden van de simpelste dingen.

Eclips door J. Bernlef
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Titel: Eclips
Auteur: J. Bernlef
Plaats van uitgave: Amsterdam
Jaar van uitgave: 2001
Uitgeverij: Querido
Druk: zesde druk

Verwachtingen
Toen ik de titel las, dacht ik niet meteen dat een eclips met geheugenverlies te maken had. Later, toen ik de titel las, werd dat wel duidelijk. Ik verwachtte dat het verhaal wel spannend zou zijn, want ik was benieuwd wat er zou gebeuren met degene die aan geheugenverlies leed.

Titelverklaring
De titel van het boek is “Eclips”. In eerste instantie kon ik niet de link brengen waarom je een boek over “geheugenverlies” zo zou noemen. Maar al lezende werd het me wel duidelijk. De titel "Eclips", een verduistering van de zon of een ander hemellichaam, slaat op het tijdelijk verliezen, "verduisteren", van de linkerhelft van zijn lichaam, welke later weer "terugkomt", net als bij een "echte" eclips, het desbetreffende hemellichaam komt weer terug.


Onderwerp
Het boek heeft als onderwerp het verdwijnen van het geheugen door beschadiging van de hersenen van Kees Zomer, als gevolg van het auto-ongeluk, en het langzamerhand terugkrijgen van zijn geheugen. Het onderwerp sprak me heel erg aan, ik vond het op een bepaalde manier wel fascinerend hoe hij ermee om ging. Ik heb ook wel eens een film gezien over een man die in de oorlog getroffen word door een kogel, hij wordt bij anderen mensen opgenomen, dit is naast het tehuis waar hij zijn dochtertje voor de oorlog afzette. Hij weet helemaal niets meer, op het moment dat het dochtertje haar vader herkent, moet hij zelfs niets van haar hebben. Uiteindelijk komt het natuurlijk nog wel allemaal goed als hij op het cruciale moment zich ineens weer alles herinnerd. (de titel van deze film is: “My Little Princess”)

Gebeurtenissen
Het begin van het verhaal is een heel goed voorbeeld van “in medias res”. Wanneer je begint te lezen beland je midden in een auto-ongeluk. Het is eigenlijk niet zo dat je uiteindelijk precies weet hoe het nou kwam dat Kees Zomer een sloot in reed. Verder wordt het wel heel erg goed beschreven, vooral de gedachten van Kees Zomer. Eigenlijk leef je mee met zijn gedachten, er worden vaak zinnen gebruikt als “ik denk..” of “het deed me denken aan..”. Hierdoor leer je Kees erg goed kennen, na een tijdje kun je eigenlijk ook al wel een beetje raden dat hij voor zijn werk iets met boeken doet. Wanneer hij af en toe dingen probeert te zeggen komt er alleen maar boekentaal uit, of heel deftige zinnen. Hierdoor wordt eigenlijk ook wel duidelijk dat het niet over een dom iemand gaat, maar een erg intelligente man. De dingen die gebeuren zijn uiteraard wel erg logisch. Kees Zomer ontwikkelt zijn spraakvermogen en ruimtelijk inzicht naarmate de tijd verstrekt.

Personages
Kees Zomer vind ik een sympathieke held, omdat hij, ondanks zijn "verkregen handicap", zich toch weer zijn leven wil herinneren en weer naar zijn gezin wil terugkeren. Hij probeert wat van zijn leven te maken: dit vind ik een goede karaktereigenschap van hem. Het kost hem soms veel moeite om zich uit te drukken, zodat andere mensen hem begrijpen, waardoor het elf dagen duurt voor hij weer bij zijn vrouw en zoon is.
De karaktereigenschappen van Kees worden eigenlijk niet beschreven. Het boek is ook geschreven in de ikvertelsituatie, zodat je hem alleen leert kennen door zijn gedachten en zijn handelingen. Het is niet zo dat het echt ‘beschreven’ wordt, je ervaart het meer. Dit wordt wel op een manier gedaan, dat je jezelf helemaal kunt inleven in de persoon zelf en echt met hem mee gaat leven, voelen en denken.
De personages zijn levensecht, want ze zouden allen in het echt kunnen leven. Ook de gebeurtenissen die ze beleven, zouden in het echt gebeurd kunnen zijn, omdat er dagelijks wel een auto-ongeluk gebeurt. Het enige, wat me onlogisch lijkt, is het feit dat Kees elf dagen heeft gezworven, voordat hij iemand herkende of iemand anders hem herkende.
IJe en Kees’ collega Fielemieg vind ik sympathiek, omdat die proberen Kees te helpen weer naar zijn gezin terug te keren. IJe niet bewust denk ik, maar zonder hem zou Kees er waarschijnlijk nog langer over gedaan hebben.
Van Kees' vrouw en zoon Wouter kun je niet zeggen of ze sympathiek zijn, omdat ze pas aan het einde van het verhaal "op het toneel komen", waardoor je hen niet goed leert kennen.

Cor, Karel en Toos vind ik onsympathieke figuren, omdat ze eigenlijk allemaal willen profiteren van de situatie waarin hij verkeert, in feite misbruiken ze hem gewoon.

Opbouw
Het verhaal is opgebouwd uit zeven hoofdstukken, die chronologisch en fragmentarisch verteld worden. De chronologische opbouw wordt afgewisseld door diverse flashbacks, waaruit blijkt dat de verhaalfiguur zich dingen herinnert.
Het verhaal is niet moeilijk van opbouw, omdat je, ondanks de verscheidene flashbacks, het verhaal toch blijft snappen. De flashbacks helpen om het verhaal beter te snappen en te begrijpen waar Kees aan denkt.
Ik vind het verhaal spannend, omdat je helemaal niet weet wat er met Kees zal gaan gebeuren en of hij zijn gezin ooit weer terug zal zien. Maar doordat hij zich niet in taal kan uitdrukken, is contact met de buitenwereld voor de hoofdpersoon heel moeilijk, zodat bijna niemand hem begrijpt.
In het verhaal zaten vrij veel flashbacks, maar dat is in dit verhaal prettig, omdat je zo wel te weten komt dat Kees zich dingen van vroeger herinnert. En nog belangrijker, wat hij zich dan precies herinnert en hoe hij hierover denkt. Over het algemeen zijn die wel allemaal positieve ervaringen, veelal uit zijn eigen jeugd.
Wat ik niet had verwacht, maar wat achteraf wel zo bleek te zijn was dat het boek eigenlijk gelijk vanaf de eerste bladzijde boeiend was.

Taalgebruik
Het taalgebruik is erg eenvoudig. Er wordt nauwelijks gebruik gemaakt van moeilijke woorden of lange zinnen. Hierdoor is het boek makkelijk te lezen. De lezer kan zich goed inleven in de gebeurtenissen van Kees, doordat er ‘meegekeken’ wordt met Kees.
De verhouding tussen de dialogen en de gebeurtenissen is absoluut niet in evenwicht, aangezien Kees Zomer amper kan praten zijn er vrij weinig dialogen.
Wat met wel opviel aan het taalgebruik waren de aparte beschrijvingen en omschrijvingen van bepaalde dingen. Bijvoorbeeld in het begin, wanneer een oude man hem vind en vraagt wie Kees is, wordt dit als volgt geschreven; ‘Neemt u mijn geen excuus,’ zeg ik. ‘Beroep, geboorteplaats. Dat. Ik weet wel waar u op aanvaart. Mijn identiteit. Ten alle tijd. Helaas heb ik geen papier om deze feiten op te boekstaven. Mijn reputatie wilt u weten, hoe ik door vader en moeder lang geleden werd benoemd.’ Hieruit blijkt direct al dat Kees geestelijk nog heel pienter is. Toch moest ik aan deze manier van schrijven, zeker in het begin, erg wennen. Je moet dan zelf ook gaan denken over wat hij hiermee zou bedoelen. Toch is dit niet vervelend, het is juist eerder een uitdaging.


Samenvatting
Kees Zomer rijdt op een dag met zijn auto het water in. Wonder boven wonder overleeft hij het ongeval, maar hij houdt er wel een hersenbloeding aan over. Als gevolg van deze hersenbloeding werkt de linkerhelft van zijn hersenen niet meer en heeft hij geen gevoel meer in zijn linker lichaamshelft. Verward loopt hij door een weiland tot hij bij een huis aankomt. De bewoners denken dat Kees een zwerver is en hij wordt hardhandig weggewerkt. Na een lange wandeltocht valt hij op de grond in slaap. Zodra hij weer wakker wordt ziet hij een radio staan. Hij zet deze aan en krijgt langzaam maar zeker weer het gevoel in zijn lichaam terug. Als hij de radio weer uitzet, dan wordt het gevoel weer minder. De eigenaar van het tuinhuisje, waar Kees lag te slapen, stuurt hem weer weg. Kees loopt verder en komt terecht bij een cafetaria, waar hij kennis maakt met Toos. Ze besluiten samen verder te gaan. Op hun weg eten ze uit vuilnisbakken en overnachten ze op een bouwplaats.
De volgende dag begeven ze zich naar een vuilstortplaats. Toos vindt een naaimachine en besluit deze te verkopen. Kees blijft achter op de vuilstortplaats. Plotseling hoort Kees een auto. Er stappen twee mannen uit die rommelen met kentekenplaten. Kees wordt ontdekt en de mannen, genaamd Cor en Karel, nemen hem mee naar het autokerkhof. Ze eisen van Kees dat hij het autokerkhof bewaakt en voorkomt dat nieuwsgierigen het terrein betreden. Gedurende deze tijd krijgt hij steeds meer het gevoel in de linkerhelft van zijn lichaam terug. Op een nacht nemen Cor en Karel Kees mee in hun auto naar een klus. Kees dient bij een boerderij op wacht te gaan staan. Cor en Karel stelen de motor van een auto en gooien deze in de laadruimte van hun eigen auto. Op de terugweg wordt Kees door de mannen uit de auto gegooid.
Kees wordt de volgende ochtend door een onbekende man gewekt. De man stelt zich voor als IJe en hij neemt Kees mee naar zijn huis. Het is een grote rommel en IJe vertelt dat hij zijn geld verdient met de ruil van allerlei spullen voor natuurproducten. Af en toe krijgt hij iets van de boeren uit de omgeving. Om te kunnen douchen mag hij iedere zaterdag gebruikmaken van de douche in het lijkenhuisje op het kerkhof. Samen met IJe gaat Kees naar het lijkenhuisje. Als IJe onder de douche staat vertrekt Kees weer.
Op zijn weg ‘neemt’ Kees een fiets mee, die niet op slot staat. Hij komt uit bij een boekhandel. De eigenaar herkent Kees, maar heeft al snel in de gaten dat Kees niet ‘de oude’ is. De hoofdpersoon vertrekt weer en fietst in de richting van Bergen. Hij eet een patatje uit een vuilnisbak en wordt uitgescholden door een groep baldadige jongeren.
Een agent vindt Kees op het strand en neemt hem mee naar het politiebureau. Daar wordt hem verteld dat hij al een week wordt vermist. Zijn vrouw komt hem uiteindelijk weer ophalen.

Personages
Kees Zomer:
Kees Zomer verliest door een hersenbloeding, als gevolg van een auto-ongeluk, het gevoel in de linkerhelft van zijn lichaam. Ook geestelijk krijgt hij een grote klap. Een tijdlang kan hij zich zijn eigen naam zelfs niet meer herinneren. Hij zwerft rond en krijgt langzaam maar zeker weer het gevoel in zijn lichaam terug. Geestelijk herstelt hij nauwelijks. Pas op het moment dat hij naar het politiebureau wordt gebracht, wordt hij weer herenigd met zijn vrouw. Het karakter van Kees laat zich beschrijven als een round character. Kees is de hoofdfiguur en je leert hem in het boek beter kennen. Deze informatie is als gevolg van de hersenbloeding niet altijd even betrouwbaar.

Cor en Karel:
Op de vuilstortplaats maakt Kees kennis met deze twee criminelen. Onder dwang wordt hij meegenomen en moet hij mee naar een ‘klus’. Cor en Karel zijn beiden bijfiguren.


Toos:
In de cafetaria ontmoet Kees deze vrouw. Samen gaan ze zwerven, maar al snel laat Toos hem weer in de steek. Ook Toos is een bijfiguur.

Tijd
Het verhaal is chronologisch verteld, maar door de vele herinneringen van Kees Zomer die erin terug komen lijkt dat niet zo. De verteltijd is 166 bladzijden, en de vertelde tijd 11 dagen, de tijd dat Kees heeft rond gezworven.

Structuur
Het verhaal is opgebouwd uit verschillende opeenvolgende hoofdstukken. Er is een duidelijke verhaallijn: je kijkt mee met Kees’ ervaringen. Het verhaal begint bij het begin: ab ovo. Het begint met het auto-ongeluk, en de gebeurtenissen die volgen worden verder verteld in het verhaal.

Ruimte
Het verhaal speelt zich af in Nederland, tussen Bergen aan Zee en Haamstede.
Er wordt niet echt gepraat over steden maar meer over ruimtes: vuilnisstortplaats, nieuwbouwhuizen, braakland, weilanden en een autokerkhof.
De sfeer is soms heel gezellig, bij IJe bijvoorbeeld. Hij voelt zich daar erg op zijn gemak. Maar bij de autodieven is de sfeer weer heel anders, daar vond Kees het helemaal niet gezellig.

Perspectief
Het verhaal wordt verteld door de 'ik' -persoon Kees Zomer.

Degene die het verhaal leest ervaart het in het begin net als de hoofdpersoon, alle dingen die gebeuren zijn onduidelijk omdat Kees een hersenbloeding heeft gehad en daardoor moeilijk kan praten. Vaak kom je dan ook stukjes tegen als:
Mijn faam, wat natuurlijk mijn naam moet zijn.

Thematiek
Het thema van Eclips is de plotselinge afwezigheid van tijd en slechts de aanwezigheid van ruimte, daardoor raakt de hoofdpersoon volledig gedesorienteerd. Je zou het thema dus ook kunnen omschrijven als desorientatie.
Een ander belangrijk thema is uit dit boek is afasie. Afasie is het verschijnsel dat een taalgebruiksstoornis optreedt ten gevolge van een hersenbeschadiging. In Eclips kan de hoofdpersoon nog wel goed denken. Maar doordat hij zich niet in taal kan uitdrukken, is contact met de buitenwereld voor de hoofdpersoon heel moeilijk zodat bijna niemand hem begrijpt. Daarom is eenzaamheid een belangrijk motief in Eclips: Kees Zomer voelt zich voortdurend alleen omdat weinig mensen hem begrijpen.

Tekstfragmenten
(blz 51)
De zware geur van ontbinding adem ik nu al zonder weerzin in. Ik herinner me die geur uit een platte vuilnisschuit, waar ik met vriendjes naar maandverband zocht. We bestudeerden de bruine, diep in de absorberende laag van het verband getrokken vlekken vol afschuw en opwinding. Vrouwen bloedden, eens per maand, al hadden wij dat nooit gezien.
Dit stuk heeft de meeste indruk op me gemaakt omdat het zo keurig beschreven is, terwijl het hartstikke smerig is. Er kwamen meer vuilnisschuiten in het verhaal voor, maar deze was echt het smerigst.

Eindoordeel
Het boek is mooi geschreven, en heel begrijpelijk, door het simpele taalgebruik. Ik vind het erg knap dat iemand zo’n boeiend verhaal kan schrijven over alleen geheugenverlies (ik zou niet verder komen dan ‘hij wist ineens niets meer’..). Door de vele gebeurtenissen blijft het verhaal spannend. Dit komt ook doordat je niet weet wat er gaat gebeuren, alles is onverwacht. De spanning is ook terecht, omdat je dit verhaal niet dagelijks meemaakt.

Kortom, ik vond het heel leuk dit boek te lezen, en het was helemaal niet vervelend. Totaal geen saai boek, en een echte aanrader!

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Eclips door J. Bernlef"