Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Eclips door J. Bernlef

Beoordeling 7.3
Foto van een scholier
Boekcover Eclips
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vwo | 1878 woorden
  • 25 mei 2001
  • 35 keer beoordeeld
Cijfer 7.3
35 keer beoordeeld

Boekcover Eclips
Shadow

Op weg naar een oud-collega krijgt Kees Zomer een hersenbloeding. Plotseling heeft hij geen gevoel meer in het linkergedeelte van zijn lichaam. Omdat hij de macht over het stuur verloren heeft, kan hij niet voorkomen dat zijn auto te water raakt. Met een uiterste krachtsinspanning weet hij aan de kant te komen en merkt dan tot zijn ontsteltenis dat de helft van de wer…

Op weg naar een oud-collega krijgt Kees Zomer een hersenbloeding. Plotseling heeft hij geen gevoel meer in het linkergedeelte van zijn lichaam. Omdat hij de macht over het stuur ve…

Op weg naar een oud-collega krijgt Kees Zomer een hersenbloeding. Plotseling heeft hij geen gevoel meer in het linkergedeelte van zijn lichaam. Omdat hij de macht over het stuur verloren heeft, kan hij niet voorkomen dat zijn auto te water raakt. Met een uiterste krachtsinspanning weet hij aan de kant te komen en merkt dan tot zijn ontsteltenis dat de helft van de wereld verdwenen is. Dat niet alleen: hij kan ineens niet meer op zijn eigen naam komen en er is ook iets in zijn spreken verschoven. In het contact met de omgeving is een storing opgetreden. Stukje bij beetje moet hij zich gaan herinneren wie, wat en waar hij is, moet hij de taal weer leren beheersen, en zich bewust worden van de simpelste dingen.

Eclips door J. Bernlef
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. ZAKELIJKE GEGEVENS Auteur: J. Bernlef Titel: Eclips Uitgever: Querido Jaar van uitgave: 1993 Druk: tweede druk (eerste druk 1993) Aantal bladzijden: 168 blz Genre: Psychologische roman; het verhaal gaat over een man die letterlijk de helft van zijn wereld verliest, door
een auto-ongeluk. Het gaat voornamelijk over zijn gevoelens. 2. EERSTE REACTIE Dit boek heb ik gekozen, omdat het mij best wel interessant leek om te zien hoe een mens omgaat met geheugenverlies. Toen ik het uit had vond ik het boek wel o.k. Het was anders dan ik had verwacht; namelijk veel oppervlakkiger. Ik had eigenlijk een heel erg diepzinnig verhaal verwacht over het nut van het leven. Nu ik het weer bekijk kan je eigenlijk niet veel diepzinnigs verwachten van een persoon met geheugenverlies. 3. VERDIEPING Samenvatting Als Kees Zomers op een dag op weg is naar een oud-collega van hem krijgt hij opeens een herenbloeding. Hij verliest de controle over zijn linker lichaamshelft en gezichtsvermogen aan zijn linkerkant. Hij rijdt rechtstreeks een vaart in. Wanneer hij met moeite aan wal is gekropen, weet hij niet meer wie hij is of waar en heeft hij bovendien de helft van zijn lichaamsvermogen. Opeens ziet hij een kantoorgebouw. Daar wordt hij opgemerkt door een bewaker. Deze vraagt wat hij daar doet. Kees wil hem antwoorden, maar wat hij denkt zegt hij niet. Dan wordt Kees weggejaagd. Na een tijdje lopen vindt Kees een huisje in een volkstuinencomplex. Deze gaat hij in en hij brengt daar ook nog de nacht door. Als Kees de volgende morgen wakker wordt, zijn de dingen er niet beter op. In het huisje vindt hij een radiootje. Hij zet het aan. Op de radio wordt klassieke muziek gespeeld en opeens begint hij weer delen van zijn linker lichaamshelft te voelen. Om dat radiootje altijd bij zich te hebben knoopt hij het om zijn nek. Dan komt de eigenaar van het huisje en Kees moet dus weer wegvluchten. Op een gegeven moment komt hij bij een snackbar uit. Daar ontmoet hij Toos, een zwerfster. Zij ‘adopteert’ hem en ze blijven die avond samen in een huis in de aanbouw slapen. De volgende dag neemt Toos Kees mee naar de vuilnisbelt, daar vindt ze een Singer naaimachine die ze in de stad wil verkopen. Zij vertrekt en laat Kees alleen achter. Plotseling hoort hij een auto naderen. Er zitten twee mannen in. Eerst zien ze hem niet en verbergt één van ze nummerplaten van auto’s in een vuilnisberg. Dan ontdekken zij hem en nemen hem mee naar hun huis. De twee mannen heten Cor en Karel, ze zijn broer van elkaar. Kees verblijft een tijdje bij deze mannen. Hij helpt ze met karweitjes opknappen. Op een nacht mag Kees mee met de broers om iets te stelen. Hij moet op de uitkijk staan. De diefstal verloopt goed en Kees herinnert zich zijn naam weer: Kees Zomers. Heel onverwachts pakt Karel Kees op en gooit hem uit de auto. Kees verliest zijn bewustzijn. Als hij weer bijkomt, blijkt dat hij de vorige nacht gevonden was door een oude man, IJe. Wanneer Kees IJe beter leert kennen, komt hij erachter dat de oude men doof is. IJe verstaat dus niets van wat Kees zegt en denkt dat hij een gek is. IJe is tegen de moderne maatschappij. In plaats van geldgebruiken doet hij aan ruilhandel. Op een gegeven moment ontmoet Kees het achtjarige vriendje van IJe, Jules. Jules heeft een geheime schuilplaats. Daarin heeft hij het boek Robinson Crusoe verstopt. Kees herkent het boek uit zijn verleden en probeert het te lezen. de volgende morgen klad hij een blaadje vol met alleen maar het woordje vrijdag. Ook gaan IJe en Kees op pad naar de begraafplaats om te douchen in het lijkenhuisje. Wanneer ze daar aankomen, gaat IJe eerst douchen. Kees wacht op het kerkhof. Als hij echter een grafsteen met de naam Kees tol leest, vlucht hij weg. Het dorp waarin hij terecht is gekomen, doet hem heel erg veel denken aan vroeger. hij heeft namelijk in dat dorp gewoond. Als hij denkt het winkeltje van zijn vader te zien, blijkt dat helaas niet zo te zijn. hij steelt dan een fiets en fietst er een ander dorp mee in. Daar gaat hij naar een boekhandel. De boekhandelaar Richard Fielemieg herkent hem als “meneer Zomers van uitgeverij Discus”. Kees heeft dan opeens een groot probleem, hij kan niet meer zeggen wat hij wil en praat iedereen na. Hij vindt de hele situatie maar raar en besluit te vertrekken. s’ Avonds loopt kees over het strand. Hij krijgt honger en zoekt eten in een vuilnisbak. Dan vallen een paar jongeren hem lastig, die de vuilnisbak in brand willen steken. Kees krijgt opeens zijn spraakvermogen terug en scheldt hen uit met alle mogelijke scheldwoorden. De jongeren gaan weg. Even plotseling als hij zijn spraakvermogen terug kreeg, herinnert hij zich zijn telefoonnummer en ook nog dat hij een vrouw heeft die Marion heet. Hij besluit om haar de volgende morgen weer terug te bellen. De volgende dag is Kees in topconditie, het enige “slechte” aan hem is dat hij zich de laatste paar dagen niet meer herinnert. Als Kees over het strand loopt, wordt hij opgemerkt door twee politieagenten. Deze nemen hem mee naar het politiebureau. Daar komt Kees tot de ontdekking dat hij tien dagen weg is geweest. Marion komt hem dan ophalen. Ze is erg blij, om hem gevonden te hebben en om te zien dat hij nog leeft. Kees schaamt zich dat hij zo lang is weggeweest zonder zich er nog iets te herinneren. Wouter, zijn zoon, heeft een beetje moeite met het feit dat zijn vader zo lang is weggeweest. Kees gaat na een klein gesprekje met Wouter zijn bed in en heeft het gevoel dat zijn leven gewoon weer verder gaat.
Onderzoek naar de verhaaltechniek Het verhaal wordt verteld vanuit Kees Zomers’ oogpunt. Alles is in de tegenwoordige tijd geschreven, zodat het lijkt alsof alles op precies dat moment aan het gebeuren is. Zo lijkt het alsof je echt Kees Zomers bent of vanuit zijn hoofd meekijkt naar alle gebeurtenissen. Aan het begin van het boek zijn ook heel erg weinig beschrijving en van Kees’ omgeving te vinden. Je hoort alleen maar dat hij de linkerhelft van zijn wereld mist. Het verhaal is in het begin alles best wel kortaf en cryptisch geschreven. Dit pas heel goed bij de toestand waarin hij verkeert. Naarmate het verhaal vordert en Kees dus meer herinnert en kan doen, worden de zinnen ingewikkelder. Voorbeeld: (Hoofdstuk 1 blz 7) “Links is niets, daar houdt mijn lichaam op, al kan ik niet bepalen waar de grens precies loopt. Begrijpen doe ik het niet. Misschien later. Nu eerst kijken of ik kan staan, lopen, niets gebroken heb. Pijn voel ik nergens. Over het linkerdeel ontbreken alle gegevens. Toch moet dat toch ergens zijn.” (Hoofdstuk 7 blz 162) “De weilanden, de bomen en de sloten hebben nu definitief plaats gemaakt voor rijen flats, soms afgewisseld met lagere huizen van vroegere datum. De hoeveelheid op borden en winkelramen neemt toe. Mensen staan te praten op een opgeschoren grasveld tussen twee flats. Ze lijken zich volkomen op hun gemak te voelen. Niets wijst erop dat zij zich van hun omgeving bewust zijn.” Personages: Kees Zomers: hij is de hoofdpersoon van het verhaal. In het begin weet je niets van hem, terwijl je toch in zijn hoofd zit. Je weet zijn naam niet eens. Je krijgt wel te weten dat er iets verschrikkelijks met Kees aan de hand is, hij heeft de helft van zijn wereld verloren. Zo beleeft hij het ook. Hij moet telkens nakijken of alles wat links is verdwenen nog bestaat. Langzaamaan geneest hij en hij ontdekt de wereld opnieuw net als een pasgeboren kind. Hoe meer Kees over zichzelf komt te weten, des te meer jij komt te weten. Toos: is een zwerfster. Ze is een heel erg zelfstandig persoon, die zelf voor het zwerversbestaan heeft gekozen. Haar man/vriend was gestorven aan een hartstilstand. Ze wilde niet langer meer thuisblijven, omdat alles daar haar aan hem herinnerde en zo is haar zwerven ontstaan. Ze heeft medelijden met Kees en besluit een beetje voor hem te zorgen. Hij is echter iets te langzaam en te afhankelijk, dus laat ze hem achter. Karel: hij is de broer van Cor. Net als zijn broer is hij een ex-gevangene. Ondanks het feit dat hij in de gevangenis heeft gezeten doet hij nog steeds aan criminele activiteiten. Hij is stil en nors. Toen hij en Cor hem meenamen, was hij in het begin erg argwanend, maar later zag hij dat Kees niets aan de politie kon vertellen over hen en ontspande hij zich een beetje. Hij heeft veel belangstelling voor Kees, als deze schrijft. Hij is namelijk een analfabeet. Cor: hij is de broer van Karel en heeft net als hij een tijdje in de gevangenis gezeten. In tegenstelling tot zijn broer wil Cor weer op het rechte pad komen. Hij kan dat echter niet door het dominerende karakter van Karel. Cor is een aardig en meelevend persoon. Hij weet meestal precies wat Kees wil zeggen of hoe hij zich voelt. IJe: hij is een vriendelijke oude boer. Hij is gedeeltelijk doof en verstaat mensen door te liplezen. Hij heeft een hekel aan de maatschappij van nu, omdat een één of andere overheidsinstantie zijn geiten heeft afgenomen. Geld heeft hij niet, hij doet aan ruilhandel. Zijn huis is een grote rotzooi. Hij heeft geen douche, dus gaat hij eens in een week bij het kerkhof in het lijkenhuisje douchen. Alle mensen die Kees helpen, een zwerver, criminelen en een boer die een hekel heeft aan de samenleving, zijn buitenbeentjes in de maatschappij. Zij hebben (gedeeltelijk) meegemaakt wat er nu met Kees gebeurt en hebben er begrip voor. Normale mensen, zoals de bewaker en de boer van het volkstuinhuisje in het begin van het verhaal, zien hem als een één of andere gek. Ze stoppen niet even om te denken dat er iets mis is met Kees, maar jagen hem meteen weg. 4. BEOORDELING Dit boek vind ik heel erg goed geschreven. Het is heel gemakkelijk te lezen; je hebt het zo uit. Ik vind het heel erg gaaf dat de schrijfstijl van Bernlef de gedachten van Kees zo goed weerspiegelt. Het zijn echt zijn gedachten, ze worden steeds ingewikkelder in de loop van het verhaal. Ook vind ik dat Bernlef heel erg goed in het hoofd van een “half” persoon kan kruipen. Hij heeft de gevoelens van Kees goed tot uiting gebracht. Heel mooi vond ik de vergelijking van Kees’ gedachten met een Electrospel aan het einde van het boek. Het is ook een soort ironie als hij er eentje vindt op de vuilnisstortplaats. Je weet dan echt hoe hulpeloos hij zich moet voelen. Het enige wat ik jammer vond was dat dit boek de diepgang miste die heel erg goed past bij dit soort onderwerpen. Wat je te weten komt over de personages is vrij oppervlakkig. Uit het boek kun je allen opmaken hoe de mensen zich voelen of wat ze doen op dat moment. Je komt niets over hun persoonlijkheid, oordelen, motto’s en dergelijke te weten. Ik zou dit boek aanraden aan mensen die even snel een boek willen lezen en aan mensen die niet te veel over iets willen nadenken.

REACTIES

C.

C.

Hey,

hartstikke bedankt voor je boekverslaqg, ik heb er veel informatie van kunnen gebruiken.

Doei en bedankt, =xxx= Corné

21 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Eclips door J. Bernlef"