Donor door Tomas Ross

Lucy Mertens en Frank Klein zaten bij de doktor en kregen te horen dat Lucy nooit kinderen zou kunnen krijgen. Doordat er iets in haar baarmoeder zat was er niet thuis hoorde. Ze vonden dit allebei vreselijk en na een tijdje besloten ze een kind te adopteren. Ze gingen naar het adoptiebureau, kregen veel informatie en schreven zich in. Het was wel een hoop geld maar Frank zou het bij de zaak kunnen lenen. Ze vonden dat alles bij elkaar wel erg lang duurde, soms wel meer dan 2 jaar. Ze besloten er toch voor te gaan. Maar na een tijdje kregen ze te horen dat ze geen kind konden adopteren omdat ze niet getrouwd waren. Daarom gingen ze naar Het bureau van Wereldouders. Deze regelde ook adopties maar dan op een andere manier. Op de ze manier was het eigenlijk illegaal, maar op de een of andere manier toch weer legaal. Het kind zou een aantal jaren illegaal in Nederland verblijven en na die jaren kon het een Nederlandse nationaliteit krijgen dus zo was ze er toch legaal. Bij dit bureau was het duidelijk duurder maar het nam mindertijd in beslag, namelijk maar 4 maanden. Na een week kregen ze te horen dat er een meisje uit Colombia was dat ze konden adopteren. Ze zat in een weestehuis en heette voluit: Margaretica Domenica Castaño, ze was 4 jaar. Lucy en frank mochten een keer bij haar gaan kijken in Colombia. Frank was al eerder getrouwd geweest. Dat was met Lies ze hadden samen een zoontje en die heette Thomas. Maar die was verdronken in een vijver toen hij samen met zijn vader op de speelweide in de stad was. Frank had hem wel gezien maar was niet in de vijver gesprongen. Dat kwam omdat hij een fobie voor water had (doordat zijn vader hem toen hij nog niet kon zwemmen in het water had gegooid). Twee jaar na de dood van hun zoontje gingen Lies en Frank als vrienden uit elkaar. Lies had voor Frank en Lucy vertrokken hen nog een pop met Volendamse kleding aan gegeven, die was voor Margaretica. Ze straalde helemaal toen ze de pop zag. Frank en Lucy gingen weer terug en een paar dagen voor dat ze Margaretica aan het vliegveld konden gaan halen, kregen ze te horen dat Margaretica was gestorven aan een zeer ernstige ziekte. Maar op de dag dat Frank en Lucy Margaretica eigenlijk zouden gaan halen, zag Lies (zij werkte op het vliegveld) Margaretica lopen met een andere man en vrouw. Ze wist dat het Margaretica was omdat ze haar op de foto’s had gezien die Frank had gemaakt in Colombia en op de passagiers lijst stond duidelijk haar naam met Franks achternaam. De man en vrouw hadden de naam van Lucy en Frank. Ze waren met deze namen binnen gekomen omdat er pas geleden bij Lucy en Frank was ingebroken en hun pasporten waren gestolen. Lies liep achter hen aan en ze kon nog een verscheurde parkeerbon vinden die de man had weggegooid. Door het kenteken dat erop stond kon ze er achter komen dat het een huurauto was. Ze lichte Frank in maar die geloofde haar niet, totdat ze zei dat ze de pop gevonden had in de huurauto hierna geloofde hij haar wel. Ze probeerde uit te vinden wie de auto had gehuurd en Margaretica dus had meegenomen. Ze informeerde Lucy ook mee maar die was zo overstuur dat ze er niks van wilde horen, totdat ze de pop zag en ze hielp mee zoeken. Ze zochten uit dat ze ergens in een stad was met een kermis. Dat wisten ze doordat ze op het bandje van het antwoordapparaat van het adres waar de auto mee was gehuurd hadden gehoord dat Margaretica lastig was en ze (de vrouw op het bandje) er even mee naar de kermis ging. Ze zochten uit in welke stad op dat moment een kermis was en ze gingen er heen. Ondertussen had de man die Margaretica mee had genomen geprobeerd Lies te vermoorden omdat hij had gezien, dat Lies hen had gezien op het vliegveld. Gelukkeg was dit niet gelukt en lies had de man dood geslagen met de stang van het douche gordijn. Ze gingen (Lucy en Frank, Lies kwam later) naar het stadje, gingen naar een hotel en bestelde wat te eten. Frank ging nog even iets aan een collega makelaar vragen. Toen frank terug was, was Lucy verdwenen. De ober zei dat ze heel snel naar buiten was gerend. Frank wachtte totdat ze terug kwam. Maar Lucy was weg gerend omdat ze Margaretica had gezien. Ze rende naar haar toe, en ze werd mee genomen door (dat dacht ze ) de Duitse politie. Ze zat bij Margaretica en Malou in de auto. Malou was de vrouw die Margaretica had meegenomen en de vrouw op het bandje. Ze reden naar Stuttgart, waarom dat wist Lucy niet. Ondertussen wist Frank nog steeds niet waar Lucy was. Na drie kwartier kwam Lies, Frank vertelde haar het verhaal. Samen gingen ze zoeken en gaven Lucy als vermist op bij de politie. Even later kregen ze te horen dat Lucy in het zieken huis van Stuttgart lag omdat ze een ernstig auto ongeluk had gehad en Margaretica was daar ook. Lies en Frank gingen er heen en konden daar een paar nachtjes blijven slapen. Toen ze bij het ziekenhuis aan kwamen lag Lucy te slapen, omdat ze net een operatie had gehad (een rib had haar maagwand doorboort). ’s Avonds toen iedereen sliep werd Lies wakker door het gehuil van een kind. Ze dacht dat het Margaretica was en ze maakt Frank wakker. Ze gingen kijken maar het bleek een Israëlisch jongetje te zijn dat zat te wachten op een donor hart. Dat had dokter Steiner gezegd. De volgende dag was Lucy al sterk genoeg om vervoerd te worden naar het ziekenhuis in haar eigen woon plaats. Lies zou in de auto van Frank achter de ambulance aan rijden en Frank zou naast Lucy zitten in de ambulance. Maar Lies werd opgesloten en dokter Steiner reed zelf achter de ambulance aan. Lies ontsnapte en hield een auto aan en probeerde de ambulance in te halen, maar ze was te laat. De ambulance reed niet richting Nederland maar naar een ander plaatsje in Duitsland. Langs een riviertje stopte ze. De Saab (de auto van Frank) werd op de brug gezet. Lucy (die nog steeds sliep) en Frank (die bewusteloos was geslagen) werden voorin de auto gezet met Margaretica (gewoon wakker) achterin. Steiner en nog een paar anderen die voor hem werkten hadden alles zo onder controle dat het achteraf gewoon op een ongeluk zou lijken. De Saab werd in het water geduwd. Ze deden dit omdat het hartje van Margaretica precies goed was voor het Israëlisch jongetje. Ondertussen Had Lies hen gevonden en zwom naar de auto toe. Frank was intussen wakker geworden en durfde niks te doen omdat hij overal om zich heen water zag (zijn fobie). Lies dwong hem om uit de auto te komen en dat deed hij. Ze haalde Margaretica uit de auto en zwom naar de kant. Daar hielp een politieagent Margaretica uit het water. De politie was daar, omdat een andere politie agent die met Steiner meedeed voor geld, hen had gewaarschuwd voor het zogenaamde ongeluk. Duikers probeerde Lucy nog uit de auto te halen maar het was al te laat. Frank stond nog steeds in het water en Lies zwom terug om hem te halen. Frank en Lies stonden bij het graf van Lucy met Margaretica erbij. Lies vroeg Krank of ze ook nog even bij Thomas’ graf gingen kijken. Hij vond het goed en toen zei Margaretica: “Thomas”. En ze leefde met z’n drieën nog lang en gelukkig.