A: Zakelijke gegevens
Evert Hartman
De Vloek van Polyfemos: de Avonturen van Odysseus
8e druk, 2006
Illustratie omslag: Reint de Jonge
Lemniscaat b.v., Rotterdam
219 pagina's
1e druk: 1994
ISBN: 90-6096-911-4
B: Samenvatting van de inhoud
"De Vloek van Polyfemos" is een navertelling, door Evert Hartman, van 29 avonturen uit de Odyssee van Homerus. Dat is ook de bedoeling van de schrijver: op een spannende, leuke en moderne manier een mythe navertellen. Het verhaal speelt zich af op de Griekse wateren en op vele eilanden waar Odysseus avonturen beleeft. Men vermoedt dat dit verhaal is gebaseerd op ware gebeurtenissen die zich hebben afgespeeld rond 1180 voor Christus of rond 1400 voor Christus.
Na tien jaar oorlog werd Troje eindelijk ten val gebracht door middel van Odysseus’ houten paard. Odysseus, koning van Ithaka, keert samen met zijn bemanning (de Achaiers) terug naar huis.
Het verhaal bestaat uit drie delen. Deel 1 gaat over de avonturen die Odysseus met zijn vloot beleeft als hij naar huis probeert te varen. Poseidon zit hem dwars en veroorzaakt hevige stormen. In deel 2 wordt verteld wat er ondertussen in Ithaka gebeurt. Telemachos (Odysseus' zoon) gaat in dit deel per schip naar zijn vader op zoek. Deel 3 gaat over Odysseus' verdere reis en thuiskomst. Hierin wordt ook verteld hoe Odysseus de vrijers, die zijn vrouw willen hebben, aanpakt.
Deel 1 begint als de vloot in Ismaros terecht komt en het binnenvalt om voedsel te halen. Zes mannen van elk schip worden door het leger afgeslacht. Vervolgens komen ze op een eiland waar de Lotofagen wonen. Deze mensen geven de verkenners lotos, een soort drugs waar je nooit genoeg van krijgt. Odysseus neemt zijn verkenners mee en de vloot gaat meteen verder. De stormen en ongunstige wind drijven hen naar een eiland waar de Kyklopen wonen. Odysseus wordt met twaalf andere verkenners door de Kykloop Polyfemos gevangen genomen. Elke dag eet Polyfemos twee mannen op. Odysseus bedenkt een list. Met de wijn die hij van een Kikoonse priester kreeg, voert hij de reus dronken en hij steekt zijn oog uit. Als de reus zijn schapen naar buiten laat, kan Odysseus met zijn mannen ook weg. Polyfemos spreekt een vloek over Odysseus uit: "Laat Odysseus nooit thuiskomen! Maar als dat wel gebeurt, laat het dan lang duren! Laat hem al zijn bemanning verliezen zodat hij eenzaam zal zijn! Laat hem thuis op Ithaka niets dan ellende vinden!" Dan komen ze op het eiland waar Aiolos woont, de heerser van de winden. Hij geeft Odysseus een zak met alle winden, behalve de wind die de vloot naar huis zal brengen. Maar voor de kust van Ithaka valt Odysseus in slaap. De bemanning denkt dat in de zak kostbaarheden zitten en maakt de zak open. Het schip wordt weggeblazen en binnen de kortste keren zitten ze weer op volle zee. De vloot komt op een eiland waar een reuzenvolk woont, de Laistrygonen. Deze reuzen eten het overgrote deel van de bemanning op. Er blijft een schip over: het schip waar Odysseus op vaart. Op Aia, een eiland waar Kirke (een tovenares) woont, wordt de helft van de overgebleven bemanning door haar in varkens veranderd. Odysseus dwingt Kirke de bemanning terug te toveren. Hij sluit vriendschap met haar en zij vertelt hem hoe hij naar huis terug moet gaan: langs de onderwereld (daar moet hij de ziener Teiresias om raad vragen, die zegt dat hij de runderen van Helios, de zonnengod, niet mag opeten). Verder vertelt Kirke dat Odysseus langs de Sirenen zal varen, die zo mooi zingen dat je nooit meer weg wil (Odysseus stopt was in de oren van de bemanning en bindt zichzelf vast zodat hij niet naar de Sirenen toe kan) en langs Charybis, die enorme draaikolken veroorzaakt en tenslotte langs Skylla die met haar zes koppen op alles wat eetbaar is, aast (ook op mensen). Als ze hier langs gevaren zij, komen ze aan op het eiland met Helios' runderen, waar Teiresias over vertelde. Ondanks het bevel de runderen met rust te laten slacht de bemanning ze af. De goden straffen de bemanning door het schip de volgende dag in een hevige storm te laten vergaan. Alleen Odysseus overleeft de schipbreuk. Hij krijgt het voor elkaar een stuk hout vast te grijpen en niet te verdrinken. Na dagen drijven, komt hij op een eiland aan waar de Nimf Kalypso woont.
In deel 2 wordt verteld hoe Peneloppe en Telemachos (vrouw en zoon van Odysseus) lastig worden gevallen door de vrijers die met Peneloppe willen trouwen. Telemachos krijgt bezoek van de godin Athene (beschermster van Odysseus) in de gedaante van Mentes. Deze haalt Telemachos over om zijn vader te zoeken. Telemachos roept de volksvergadering bijeen om de vrijers uit zijn huis te krijgen, maar dat mislukt. Samen met Athene (nu in de gedaante van Mentor) gaat Telemachos per schip zijn vader zoeken. Hij bezoekt Nestor (koning van Pylos) en Menelaos (koning van Sparta). Maar hij vindt zijn vader niet.
In deel 3 vertrekt Odysseus, na 7 jaar vast gezeten te hebben bij Kalypso, op een vlot richting huis. Zijn vlot gaat kapot door een storm maar een zeenimf helpt hem land te bereiken. Daar wordt hij goed ontvangen door de Faiken, die hem naar huis brengen. Godin Athene verandert Odysseus in een zwerver, zodat hij ongemerkt Ithaka in kan. Samen met zijn zoon Telemachos en twee trouwe dienaren beraamt hij een plan om de honderd vrijers te vermoorden.
Na twintig lange jaren was hij thuis en kon hij zijn vrouw veilig in zijn armen sluiten…
C:Eigen mening: leeservaringen
Ik vind mythes en mythologie interessant en over de inhoud van de Illias en de Odyssee van Homerus heb ik altijd al iets meer willen weten. Van Evert Hartman had ik al een keer een boek gelezen en vond dat heel mooi en spannend. Toen ik dit boek in de bibliotheek tegen kwam was ik dus meteen verkocht.
Ik dacht dat de schrijver van het verhaal op een spannende, moderne manier de Odyssee zou navertellen en dat het verhaal daardoor boeiend en vlot leesbaar zou zijn. Die verwachting is uitgekomen. Ik kon het boek nauwelijks wegleggen en vond het spannend en mooi, maar ook interessant, intrigerend en fascinerend. Het verhaal is vlot verteld maar toch wordt er ook aandacht besteed aan de details van de gebeurtenissen zoals weer, landschap en hoe mensen en andere wezens eruit zien. Deze beschrijvingen en details vloeien op een goede manier over in stukken waar veel actie in zit en in interessante gesprekken of discussies.
In deze discussies kan de lezer zich een mening vormen of een partij kiezen. In het begin van het boek staat al een goed voorbeeld: Odysseus en zijn vriend Polites beslissen of ze op Ismaros aan land zullen gaan voor voedsel. Dat is gevaarlijk want daar wonen hun vijanden, de Kikonen.
De schrijver besteedt dus veel aandacht aan de gebeurtenissen. Hierdoor vallen de gedachten en gevoelens van de hoofdpersoon soms wat in het niet. De lezer komt er in gesprekken, die de hoofdpersoon voert, wel achter wat zijn mening is, maar de gevoelens en gedachten worden minder uitvoerig besproken. Hierdoor moet de lezer wel wat invullen over het innerlijk. Toch kon ik de keuzes en het gedrag van de hoofdpersoon goed begrijpen. Ze pasten goed bij zijn karakter, dat heldhaftig en actief is. Zijn keuzes worden in de loop van het verhaal meer voorspelbaar.
Ik werd ook aan het denken gezet: wat had ik gedaan als ik in de schoenen van Odysseus had gestaan? Een voorbeeld is: Odysseus moet beslissen of hij op Kirkes advies naar de onderwereld gaat om de ziener Teiresias om raad te vragen over het vervolg van de reis. Het was nog nooit iemand gelukt om in de onderwereld te gaan en er dan weer uit te komen. Een moeilijke beslissing dus.
Het onderwerp is goed uitgewerkt. Voorspelbaar is het bijna nooit. Het verhaal krijgt onverwachte wendingen doordat de bemanning van de vloot dingen doet zonder er bij na te denken. Ze maken bijvoorbeeld de zak, met alle ongunstige winden, die Aiolos aan Odysseus had gegeven, open, omdat ze denken dat er kostbaarheden in zitten. Het gevolg hiervan is dat de vloot, vlak voor de kust van Ithaka, weer op volle zee wordt geblazen zodat de reis weer van voor af aan moet beginnen. Hierdoor duurt het verhaal langer dan de lezer verwacht.
Het boek is vaak wel onrealistisch, omdat het een mythe is waarin meestal onwerkelijke dingen voorkomen. In het verhaal worden er bijvoorbeeld mensen in varkens veranderd, ontmoet de hoofdpersoon dode mensen (schimmen) en komen er monsters en reuzen voor.
Doordat de sympathieke hoofdpersoon steeds in gevaarlijke, soms levensbedreigende, situaties terechtkomt is de opbouw spannend en wil je steeds verder lezen om erachter te komen of de hoofdpersoon veilig thuiskomt. Het slot past daarom heel goed bij het verhaal want na veel tegenslagen komt Odysseus veilig thuis bij zijn geliefde vrouw en zoon.
Het boek leest snel weg en bevat weinig lange zinnen. Onbekende woorden worden uitgelegd en als je bent vergeten wie de personen, met de soms moeilijke Griekse namen, zijn, kan je ze achterin het boek opzoeken.
Het boek is een aanrader voor iedereen vanaf ongeveer 12 jaar, ook als je niet zo van mythes houdt.
D: Verwerkingsopdracht: maak een ABC-tekst bij het verhaal
De A van Aardschokker, de bijnaam van Poseidon, die Odysseus tijdens de reis met stormen en ongunstige wind dwars zit.
De B van Betovering, die de tovenares Kirke over de verkenners van Odysseus uitspreekt, zodat ze varkens worden.
De C van Chiton, een onderkleed dat Odysseus samen met een mantel van Nausikaä (een prinses van de Faiaken) krijgt, nadat hij als schipbreukeling zonder kleren aan land komt.
De D van Draaikolken, die Charybdis, een zwarte demon, veroorzaakt door het zeewater op te zuigen en even later weer uit te spuwen.
De E van Ergernis, die Telemachos, Peneloppe en andere mensen voelen tegenover de vrijers die zich onfatsoenlijk gedragen en zich te buiten gaan aan eten en drank.
De F van Feestmaal, dat Odysseus aangeboden krijgt als hij zich heeft gewassen nadat hij hongerig, dorstig en haveloos is aangespoeld op Scheria, het eiland van de Faiaken.
De G van Goden, die een grote rol spelen in het verhaal. Door hen ontstaan stormen of meewind. Zij helpen Odysseus of zitten hem dwars (bijvoorbeeld: Poseidon, Athene, Zeus, Appolo en alle andere Olympische goden). Ze beslissen onder andere dat Odysseus na 7 jaar bij de nimf Kalypso weg mag).
De H van Heimwee naar huis, naar Ithaka, die Odysseus en zijn mannen voelen tijdens de lange zwerftocht over zee.
De I van Impulsief, zo reageert Odysseus als hij is ontsnapt uit de grot van Polyfemos en veilig is aangekomen op zijn schip: hij begint tegen de Kykloop te schreeuwen dat hij zich onbeschoft gedragen heeft en hij roept zijn naam. Als Polyfemos hem dan uitnodigt, weigert Odysseus en spreekt Polyfemos de vloek over hem uit.
De J van Jaloezie, die de vrijers voelen omdat Odysseus zo'n mooie, lieve vrouw heeft. Ze zeggen dat Odysseus dood is, omdat ze willen dat Peneloppe een andere echtgenoot kiest.
De K van Kazen, die Odysseus vindt in de grot van Polyfemos. De kazen zijn gigantisch groot en Odysseus offert er een deel van aan de goden, maar hij en zijn mannen eten er ook van.
De L van list, die Odysseus bedenkt als hij samen met twaalf anderen, gevangen zit in de grot van Polyfemos. Hij voert Polyfemos dronken en steekt zijn oog uit. Als de schapen naar buiten worden gelaten, ontsnappen de gevangenen.
De M van mengvat, dat Telemachos van koning Menelaos krijgt, als hij hem om informatie vraagt, tijdens de zoektocht naar zijn vader. Het is een prachtig versierd, zilveren vat met een gouden rand. De god van de smeedkunst, Hefaistos, heeft het gemaakt.
De N van noodkreet, die een zestal mannen van Odysseus roepen, als ze worden vastgegrepen door de zes koppen van het monster Skylla.
De O van offer, dat Odysseus aan de goden ( vooral aan Hades en Persefone (god en godin van de onderwereld)) brengt, als hij naar de onderwereld wil, om de ziener Teiresias om raad te vragen over het vervolg van de reis. Hij offert melk, honing, wijn, water, gerstekorrels en vers, dampend schapenbloed.
De P van Polites, de vriend en vertrouweling van Odysseus, een gespierde man met donker haar en waakzame ogen. Odysseus overweegt zelfs om aan hem de leiding over te dragen, als hij in een pessimistische bui is, omdat er maar één schip is overgebleven na het gevecht met de Laistrygonen.
De R van runderen, die de bemanning slacht. Ze hadden deze runderen van Helios met rust moeten laten. De goden straffen en laten het schip in een storm vergaan.
De S van schimmen, die Odysseus ontmoet tijdens zijn bezoek aan de onderwereld.
Hij komt ook schimmen tegen van mensen die hij vroeger kende.
De T van taboe. Odysseus wil niet dat er over Poseidon wordt gesproken, omdat de aardschokker steeds onheil brengt door stormen te veroorzaken.
De U van uitmoorden. Odysseus vermoordt de vrijers die in zijn huis zitten en zich onbeschoft gedragen.
De V van vlot, waarop Odysseus, na zeven jaar vast te hebben gezeten bij Kalypso, vertrekt richting huis. Het vlot vergaat en Odysseus spoelt aan bij de Faiaken.
De W van wraak, die de families van de vrijers op Odysseus nemen, nadat hij de vrijers heeft afgeslacht. Ze vallen hem aan, maar Athene beveelt Odysseus dat ze moeten stoppen met vechten. Zijn bevel luidt dan: "Houdt op met vechten! Vanaf nu is het vrede op Ithaka!"
De Z van zang, waarmee de Sirenen de scheepsbemanningen verleiden, zodat ze niet meer weg willen. Odysseus stopt, om dit te voorkomen, was in de oren van zijn mannen, en bindt zichzelf vast aan de mast.
REACTIES
1 seconde geleden