Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

De tweede man door Doeschka Meijsing

Beoordeling 8.1
Foto van een scholier
Boekcover De tweede man
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 3811 woorden
  • 18 mei 2014
  • 37 keer beoordeeld
Cijfer 8.1
37 keer beoordeeld

Boekcover De tweede man
Shadow

Gelezen versie bevat geen flaptekst. 

Gelezen versie bevat geen flaptekst. 

Gelezen versie bevat geen flaptekst. 

De tweede man door Doeschka Meijsing
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

Formele gegevens:

  1. Schrijver: Doeschka Meijsing
  2. Biografische gegevens:  

Maria Johanna Meijsing werd geboren op 21 oktober 1949 in Eindhoven. Toen ze drie jaar was, verhuisde ze met haar gezin naar Haarlem, waar ze gymnasium op school ging doen. Daarna studeerde ze Nederlands en algemene literatuurwetenschap in Amsterdam, waar ze nog steeds woont. Ze gaf van 1971 tot 1976 les aan het Ignatius College en was vervolgens van 1976 tot 1978 wetenschappelijk medewerkster aan het instituut voor Neerlandistiek van de Universiteit van Amsterdam. In 1978 werd ze literatuurredacteur van Vrij Nederland en daarna van Elsevier.

In haar schrijfwerken speelt de verhouding tussen werkelijkheid en verbeelding een belangrijke rol. Ook fascinatie is een belangrijk aspect in haar boeken. Al haar personages hebben het vermogen in de ban te raken van iemand. Gevolgen van deze fascinatie zijn kwetsbaarheid, isolement en jaloezie. Vaak worden de hoofdpersonen geconfronteerd met het verleden. Bovendien is in veel boeken van Meijsing spraken van een verlies. Dit aspect is autobiografisch en vindt zijn oorsprong in de verbroken relatie met Xandra Schutte, de toenmalige hoofdredacteur van Vrij Nederland die haar bedroog met een man. Ze is inmiddels overleden.

Haar werken doen het niet alleen goed in Nederland, ook zijn haar romans ‘De kat achterna’, ‘Tijger, tijger!’ en ‘Utopia’ overal in Duitsland verkrijgbaar.

  1. Titel: De tweede man
  2. Ondertitel: niet van toepassing
  3. Opdracht: ‘Voor X.’ De ‘X’ staat waarschijnlijk voor Xandra Schutte, met wie Meijsing een relatie had en die haar heeft bedrogen met een andere man.
  4. Motto: ‘Maar niemand, niemand kan de weg naar Indië vinden.’

- Franz Kafka, ‘De nieuwe advocaat’.

Citaat blz. 163 van het boek: ‘Alexander was niet tot aan Indië gekomen als Hefaistion er niet was geweest.’ De diepere betekenis hiervan is dat je nooit helemaal alleen je doel zult bereiken, maar dat je altijd iemand erbij nodig hebt: een tweede man.

  1. 1e druk: de eerste druk was in het jaar 2000.

Inhoud:

  1. Samenvatting:

Robert is leraar oude talen in Amsterdam. Hij geeft daar 10 uur in de week. Hij leeft voor de rest van de erfenis van zijn moeder. Die had hem achtergelaten bij zijn vader toen hij twee jaar oud was en was zelf naar Amerika verhuisd samen met zijn broer. Hij is tevreden met zijn leven, dat met de regelmaat van de klok verstrijkt.
Dan krijgt hij op een dag een telefoontje dat het niet goed gaat met zijn broer. Dat hij zo snel mogelijk naar Cyprus moet komen. Als hij daar aankomt, is het al te laat. Alexander is al dood. 
Alexander blijkt te hebben gewoond in een huis op Cyprus, met nog 6 andere mannen. Daarvan was er een zijn minnaar. Chaim. Dat is de mooiste man de Robert ooit heeft gezien. Hij probeert via de vrienden van zijn broer erachter te komen wat er precies was met Alexander, maar ze zijn alle erg zwijgzaam. Zeker Chaim die Robert de eerste paar dagen niet te zien krijgt.


Als Robert en Chaim naar de notaris moeten voor het testament van Alexander, blijkt dat Robert een paar Miljoen heeft geerfd. Chaim heeft een miljoen en het huis geerfd. Bij zijn erfenis krijgt Robert ook nog een pakketje. Er blijkt een steen in te zitten. Hij wil opzoek naar de oorsprong van de steen, of wat hij dan ook te beteken heeft.
Door die steen komt hij op allerlei verschillende plekken. Hij gaat eerst naar zijn oom toe. Die is oud en leeft in een klooster. Zijn oom stuurt hem door naar Dottore Leonardo Beretta in Rome. Dat was een oude geleerde die was weggestuurd bij de universiteit, maar die niet wilde geloven dat hij gewoonweg te slecht was. 
Bij Beretta leerde hij Anna kennen. Hij was op slag verliefd. Beretta stelde voor dat Robert zijn assistent werd, dan konden ze samen naar de oorsprong van de steen zoeken. Ze denken dat de steen hoort bij de gevonden Dode Zeerollen. Dat blijkt niet zo te zijn. Maar het blijkt ook helemaal geen steen te zijn. Het blijkt een koker te zijn, met daarin een brief. Robert gaat die brief vertalen.
Hij en Anna hebben ondertussen een affaire gekregen. Omdat hij zo lang mogelijk bij Anna wil blijven, rekt hij het onderzoek naar de steen zo lang mogelijk. Ze gaan naar musea en ze wandelen in de parken van Rome. Ze lunchen samen in restaurantjes in Rome. Als Robert zijn angst uitspreekt dat mensen en Beretta erachter zullen komen, lacht Anna zijn twijfels weg. Het is heel gewoon dat de vrouw van de professor met zijn assistentes optrekt. Alle twijfels en angsten die Robert eerst had door en over al zijn geld, lijken in Rome helemaal niet belangrijk. Hij koopt een appartement en alles lijkt goed te gaan.
Maar Robert kan natuurlijk niet eeuwig in Rome blijven. Hij kan Beretta ook niet voor altijd aan het lijntje houden. Tegen de zomer krijgt hij de tip van Beretta om naar Oxford te gaan. Daar zit een vriend van hem. Die zou Robert wel kunnen helpen. Met pijn in zijn hart neemt hij afscheid van Anna, die zelf voor de zomer samen met Beretta naar het Zuiden trok.
In Oxford leert hij Isaak Conrad kennen. Hij en Isaak worden goede vrienden. Robert legt al zijn heorieën voor aan Isaak die geduldig luisterde. Doordat de brief over Alexander de Grote ging, die ook homo was, moest Robert de hele tijd aan zijn broer Alexander denken. Die was ook homo geweest. Uit de brief bleek dat de vriend van Alexander de Grote, Hefaistion, altijd in de schaduw van Alexander de Grote had gestaan. Robert heeft ook altijd door zijn ideeen over Alexander in diens schaduw gestaan. Robert kreeg allerlei fantasieen over Hefaistion. Hij dacht zichzelf als Hefaistion. 
Na de zomer in Oxford keert Robert weer terug naar Rome. Hij is helemaal gelukkig dat hij Anna weer ziet. Alles gaat goed tussen hen totdat Isaak een keer naar Rome komt. Hij is zo druk bezig met zijn brief, dat hij niet in de gaten heeft dat Isaak en Anna hopeloos verliefd worden op elkaar. Als Isaak Robert op een gegeven moment vertelt dat hij Anna ten huwelijk wilde vragen, stortte Roberts wereld in. Robert besefte dat hij weer op de tweede plaats was gekomen. Hij was weer de tweede man. Hij besloot weg te gaan uit Rome. Hij stapte op het eerste het beste schip weg van Rome. Toevallig ging et schip naar Dakar, Afrika. Aan boord leert hij Luigi kennen. Hij is de scheepskok. Luigi en hij schaken avonden aan elkaar. Luigi zit op het schip omdat zijn vrouw vreemd was gegaan met zijn beste vriend. Zo hebben steun aan elkaar. In Dakar leert hij Sam Smart kennen. Sam Smart is een Amerikaan die weet dat hij mislukt is. Hij zat elke avond in de Totobar. Pipsy was de barman die hen elke avond bijschonk en op Robert na, de enige vriend van Sam was. Sam Smart leerde aan Robert vele dingen over het leven. Als Robert weer eens over zijn grote broer Alexander zat te praten maakte Sam Smart hem duidelijk dat hij niets anders was geweest als een grote dronkelap die zichzelf niet in de hand kon houden. 
Ook vertelde Sam hem dat hij niet meer zo veel moest drinken als hij niet net als zichzelf en Alexander wilde eindigen. Robert wist wel dat Sam te veel dronk. Sam vond dat niet erg. Hij wist dat hij in Dakar aan de alcohol zou sterven. Hij wist dat het geen zin voor hem had om nog te proberen wat te maken van zijn al lang verprutste leven. Zo gebeurde het dan ook dat hij stierf aan de alcohol. Robert en Pipsy woonden als enige twee de begrafenis van Sam Smart bij. 
Nu Sam gestorven was, kon Robert niet meer in Dakar blijven. Hij besloot om naar Jeruzalem te gaan. Hij woonde daar en werkte aan zijn zogenaamde boek. Deed allerlei research, maar er kwam vrij weinig van zijn boek terecht. Op een gegeven moment kwam hij in Jeruzalem Isaak tegen. Hij koesterde geen wrok tegen hem, zoals hij eigenlijk zou willen. Hij was alleen maar blij dat hij zijn verloren vriend weer had gevonden. Nu kon hij eindelijk zijn heorieën weer aan hem voorleggen. Het erover hebben. Met Anna en hem bleek het toch niet te werken.
Zij had al aan Beretta verteld dat ze wilde scheiden, omdat ze met Isaak wilde trouwen. Toen zij met hem naar Engeland ging om voorgesteld te worden aan zijn ouders, bleek dat ze het daar helemaal niet leuk vond. Te koud, te nat, te Engels. Daarbij kwam dat de ouders van Isaak het helemaal niks vonden dat hun joodse zoon met een niet joods meisje wilde trouwen. Zo kwamen er steeds meer bezwaren, totdat het uiteindelijk helemaal niet meer doorging. Het leek niet zo goed te gaan met Isaak. Hij zei weinig en werd steeds dunner. Robert bedacht dat hij weer zou terug keren naar het huis van zijn broer. Chronos Chrysios.
Toen hij daar kwam, zag hij hoe vervallen het huis eigenlijk was. De vrienden waren blij om Robert weer te zien. Hij besloot zijn intrek te nemen in het huis. Hij liet het verbouwen. Niemand mocht zich er mee bemoeien, behalve Chaim. Hij liet een kamer voor hem maken, voor Chaim en de kamers van de rest werden verbouwd. Er kwam een directe waterleiding en een telefoonkabel. De vrienden probeerde ondertussen Robert duidelijk te maken dat hij minder moest gaan drinken, anders zou hij net zo eindigen als zijn broer. 
De laatste keer dat hij Isaak ziet, is als die naar Chronos Chrysios komt. Robert is weer helemaal blij. Weer vraagt hij of Isaak hem wil helpen met zijn boek. Ondertussen is hij er al drie jaar mee bezig. Isaak vraagt hoever hij eigenlijk is met zijn boek over Hefaistion, de tweede man achter Alexander de Grote. Het blijkt dat hij alleen nog maar wat trefwoorden heeft. Isaak rent overstuur weg en laat een pakje bij hem achter. De volgende dagen wil Robert niemand zien. Het is een boek. Over de tweede man, achter Jezus van Nazareth. Het onderwerp is hetzelfde als van zijn boek, alleen de personen zijn anders. Hij is woedend. Dit is de tweede keer dat Isaak hem iets heeft afgenomen. Eerst de vrouw van zijn leven, en nu zijn boek. Het enige wat hij nog over had na de dood van Alexander. 
Toch leest hij het boek. Hoe boos hij ook is, hij kan niet ontkennen dat het boek fantastisch is. Het is tot in de puntjes goed. Heel goed geschreven. Alles klopt gewoon. Dat maakt hem nog verdrietiger. Het wijst hem ook op de feiten. Dat zijn leven eigenlijk mislukt is. Dat hij alles te lang heeft laten wachten, dat hij alles voor vanzelfsprekend aan nam als dat niet het geval was.
Als laatste gaat hij nog naar de presentatie van het boek. Als hij daar komt blijkt het gigantisch druk te zijn. Het is dan ook een veel besroken boek. Het zet namelijk heel de christelijke fundering van het geloof op wankele poten. Hij komt niet door de chaotische zwerm van mensen.
Hij besluit maar weg te gaan, met in zijn achterhoofd dat hij hoe dan ook altijd de tweede man zal blijven.

  1. Thema: Het op de achtergrond blijven, oftewel: in de schaduw van iemand anders staan, oftewel: de tweede man zijn. In het begin is die man Chaïm, de vriend van Alexander die altijd minder belangrijk zou zijn dan Alexander zelf.

Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

Als Robert aan zijn onderzoek begint, vergelijkt hij Chaïm met Hefaistion, de vriend van Alexander de Grote, die ook altijd naast hem leefde op de achtergrond en waar eigenlijk bijna nooit iemand iets over heeft gehoord.

Dit idee wil Robert in zijn boek verwerken, maar Isaak, zijn beste vriend, heeft het idee van de tweede man van hem afgepakt en gebruikt het voor Jacobus in de schaduw van Jezus van Nazareth.

Op het laatst ontdekt Robert dat hijzelf ook de tweede man is en altijd zal blijven, in de schaduw van zijn broer Alexander die hij nooit zou kunnen evenaren en Isaak, die een veel beter boek had geschreven en er nu met de eer rondliep.

  1. Motieven:

Literair-historische motieven:

  • De dood is een belangrijk motief in het verhaal. Het doodgaan van iemand gaat steeds gepaard met een grote verandering in Roberts leven. Het begint met de dood van zijn moeder, van wie hij een klein bedrag als erfenis waar hij een bescheiden, relaxed leventje van kan leiden. Alles verandert als ook zijn stinkend rijke broer, Alexander, overlijdt. Hij erft het overgrote deel van het geld en is in één klap multimiljonair. Zijn leefgedrag veranderd drastisch: hij gaat in Rome wonen en is niet onvoorzichtig met zijn geld. Als Isaak, zijn beste vriend, een bijna doodervaring krijgt, verandert alles en is Robert genoodzaakt om weg te gaan uit Rome. Hij belandt in Dakar, waar Sam, die hij daar ontmoet, gezelschap houdt terwijl ze zich dag in, dag uit lam drinken. Maar ook Sam sterft aan de drank en gedreven door het lot vertrekt Robert weer weg naar een andere plek, waar hij waarschijnlijk tot zijn dood zou blijven.
  • Ongelukkige liefde. Geen enkele liefde blijkt stand te houden in dit verhaal. De ouders van Alexander en Robert zijn al vroeg gescheiden en hebben een grondige hekel aan elkaar. Chaim gaat door een periode van liefdesverdriet, omdat Alexander overlijdt. Robert verliest de liefde van zijn leven aan zijn beste vriend, waardoor hij helemaal de kluts kwijtraakt en ook Luigi die hij ontmoet tijdens een boottocht, zou niet op die boot gezeten hebben als hij niet verlaten was door zijn vrouw. De rest van zijn vrienden gaat ook allemaal single het leven door. Bovendien gaat de relatie tussen zijn vriend en de vrouw die hij heeft afgepakt later ook weer stuk.
  • Alcoholisme kan ook zeker niet over het hoofd gezien worden. Alexander de Grote en Alexander (zijn broer) sterven aan de drank, evenals Sam en de kans is groot dat Robert deze weg ook zal volgen. De fles wordt in dit verhaal afgeschilderd als de enige betrouwbare vriend, de enige betrouwbare partner en factor in het leven. De fles zal je nooit teleurstellen, in tegenstelling tot vele andere dingen in het leven. Een citaat uit blz. 282: ‘Vrouwen denken dat ze jouw redder zijn, dat houdt ze op de been. Maar jij en de fles weten dat jullie en jullie alleen de dikste kameraden zijn en dat elke andere liefde opgelegd pandoer is.’
  • Eenzaamheid/isolement. Robert is niet het persoon om vastgebonden te zitten aan iemand. Dat is ook de reden waarom hij scheidde met zijn vrouw en waarom Anna later niet met hem, maar met zijn vriend verder wilde gaan. Daarom reist hij ongebonden rond, gedreven door zijn eenzaamheid, zonder enig idee waar hij heen moet gaan. Telkens ontmoet hij andere eenzamen mensen, bij wie hij dan een tijdje in gezelschap blijft en uiteindelijk vindt hij zichzelf in het oude huis van Alexander, Chronos Chrysios, met een bijeengeraapt hoopje vrienden die ook eenzaam zijn. Ze leven daar in isolement, afgezonderd van het echte leven.
  • Obsessie: Robert is zo geobsedeerd door de steen en het verhaal van Alexander en Hefaistion, dat hij bijna alleen daar aan kan denken en anderen afsluit. Hij besteedt te weinig aandacht aan Anna, die dit ook als rede aanduidt dat ze bij hem weg wil. Hij praat met iedereen over Hefaistion, terwijl niemand dit echt boeit. Hij blijft steken in het verhaal en laat zijn leven aan zich voorbijgaan. Alles in zijn leven synchroniseert hij met het leven van Alexander en Hefaistion tot hij op een gegeven moment beseft dat hij zelf net als Hefaistion ís en dan stort zijn wereld in.
  • Queestemotief. Het verhaal gaat eigenlijk over de zoektocht naar Alexander de Grote, maar vooral de zoektocht naar Hefaistion. Zonder het zelf door te hebben is het eigenlijk een zoektocht naar hemzelf.

 

 

                Leidmotieven:

 

  • Godsdienst. Steeds komt in het verhaal duidelijk naar voren dat Robert agnost is. Ook komen de qumran rollen telkens terug in het verhaal, waarin informatie staat die schadelijk kan zijn voor het christendom. Robert vraagt zich af waarom hij tekens weer te maken krijgt met deze rollen, maar schuift het onderwerp opzij. Eigenlijk zijn de rollen en de veel voorkomende toespelingen op Roberts atheïsme een soort van verwijzing naar wat er later gaat gebeuren: zijn vriend pakt het idee van ‘de tweede man’ af, past het toe op het christendom en schrijft er zelf een boek over. Dit is het moment dat Robert inziet dat al zijn werk voor niets is geweest, dat hij in een tunnelvisie heeft geleefd en dat hij niks heeft bereikt in zijn leven.
  • Tijd: voordat Robert de erfenis van zijn broer kreeg en zijn leven veranderde, verliep alles met regelmaat. Elke dag deed hij hetzelfde, strikt dezelfde routine. Op de boot op weg naar Alexander is hij genoodzaakt zijn horloge weg te geven aan de schipper, omdat hij anders niet kon overvaren. Vanaf dat moment verandert heel zijn leven. Door al het geld wat hij erft wordt tijd wordt een onbelangrijk begrip. Het kan dan ook geen toeval zijn dat de schrijfster het luxe huis van zijn broer ‘Chronos Chrysios’, Gouden Tijd, heeft genoemd.
  • Water.Een quote van Alexander is: De vissen hebben stil verdriet./ Ze huilen maar het troost hen niet./ Aquaria zijn oceanen/ van ongeschreven vissentranen. Hier staat het water dus voor verdriet.Evenals wanneer Sam overlijdt en het plotseling vreselijk hard gaat regenen.Bovendien brengt Robert na zijn vlucht uit Rome, een tijdje op een boot door om zijn verdriet te kunnen verwerken.Ook in een droom die Robert vaak heeft gehad staat het water voor verdriet: hij wil zich behoeden voor het verdriet en probeert daarom het anker dat boven zijn hoofd hangt te grijpen. Als dit lukt, houdt hij stevig vast, maar het anker zit nergens aan vast. 
  1. Idee: Dit verhaal wil duidelijk maken dat je je niet op één onderwerp moet focussen en vervolgens nergens anders meer omkijken naar hebt, omdat, wanneer dit ene ding dan in elkaar stort, je helemaal niets meer hebt.

 

  • Godsdienst. Steeds komt in het verhaal duidelijk naar voren dat Robert agnost is. Ook komen de qumran rollen telkens terug in het verhaal, waarin informatie staat die schadelijk kan zijn voor het christendom. Robert vraagt zich af waarom hij tekens weer te maken krijgt met deze rollen, maar schuift het onderwerp opzij. Eigenlijk zijn de rollen en de veel voorkomende toespelingen op Roberts atheïsme een soort van verwijzing naar wat er later gaat gebeuren: zijn vriend pakt het idee van ‘de tweede man’ af, past het toe op het christendom en schrijft er zelf een boek over. Dit is het moment dat Robert inziet dat al zijn werk voor niets is geweest, dat hij in een tunnelvisie heeft geleefd en dat hij niks heeft bereikt in zijn leven.
  • Tijd: voordat Robert de erfenis van zijn broer kreeg en zijn leven veranderde, verliep alles met regelmaat. Elke dag deed hij hetzelfde, strikt dezelfde routine. Op de boot op weg naar Alexander is hij genoodzaakt zijn horloge weg te geven aan de schipper, omdat hij anders niet kon overvaren. Vanaf dat moment verandert heel zijn leven. Door al het geld wat hij erft wordt tijd wordt een onbelangrijk begrip. Het kan dan ook geen toeval zijn dat de schrijfster het luxe huis van zijn broer ‘Chronos Chrysios’, Gouden Tijd, heeft genoemd.
  • Water.Een quote van Alexander is: De vissen hebben stil verdriet./ Ze huilen maar het troost hen niet./ Aquaria zijn oceanen/ van ongeschreven vissentranen. Hier staat het water dus voor verdriet.Evenals wanneer Sam overlijdt en het plotseling vreselijk hard gaat regenen.Bovendien brengt Robert na zijn vlucht uit Rome, een tijdje op een boot door om zijn verdriet te kunnen verwerken.Ook in een droom die Robert vaak heeft gehad staat het water voor verdriet: hij wil zich behoeden voor het verdriet en probeert daarom het anker dat boven zijn hoofd hangt te grijpen. Als dit lukt, houdt hij stevig vast, maar het anker zit nergens aan vast. 
  1. Idee: Dit verhaal wil duidelijk maken dat je je niet op één onderwerp moet focussen en vervolgens nergens anders meer omkijken naar hebt, omdat, wanneer dit ene ding dan in elkaar stort, je helemaal niets meer hebt.

 

Verteltechniek:

  1. Historische tijd: Vijf jaar na de vrede van de Tweede Wereldoorlog werd Robert geboren, dus in 1950. Zijn leeftijd liep tegen de 50 aan toen het verhaal begon, dus waarschijnlijk speelt het zich ergens rond het jaar 2000 af.
  2. Tijdsduur: Het verhaal duurt drie jaar.
  3. Tijdsvolgorde: De tijd loopt niet chronologisch. Sterker nog: heel het verhaal is een flashback. Het boek begint met: ‘Ik heb Chaïm voor het eerst gezien op Chronos Chrysios in de maand september, nu drie jaar geleden.’

Ook zijn er in het verhaal nog een paar kleine flashbacks, bijvoorbeeld bij Sams dood, waarbij het hoofdstuk begint met: ‘Het was aan het begin van de regentijd dat Sam stierf’ en vervolgens het stukje komt vlak voor Sams dood.

De stukjes over Alexander de Grote en Hefaistion reken ik niet tot de flashbacks, aangezien dat door Robert zelf wordt geschreven en dus niet echt gebeurd is.

  1. Perspectief: in dit boek is er sprake van een ik- verteller, Robert, die vision par derrière vertelt. Je ziet telkens maar stukjes van zijn leven. Hij kijkt terug op een periode van zijn leven en vertelt ook af en toe al informatie die later zal gaan gebeuren.

‘… alsof ik in één klap miljonair was geworden. Dat dat inderdaad het geval was, wisten we geen van drieën.’

Je zou dus ook kunnen spreken van een alwetende verteller.

 

Het perspectief is meervoudig. Robert schrijft in zijn verhaal ook stukjes die Hefaistion meegemaakt zou kunnen hebben. Die stukjes worden weergeven door een personale verteller (Hefaiston) die vision par derrière vertelt.

  1. Personages:
  • Robert Martin: Hij is leraar klassieke talen, hij is gescheiden van zijn vrouw en leeft in het begin van het boek van een kleine erfenis van zijn moeder.

Robert heeft een eenzame jeugd gehad, zijn vader besteedde nooit veel aandacht aan hem en zijn moeder heeft hem verlaten toen hij twee was. Door die eenzaamheid vind hij het later ook moeilijk om zich aan iemand te binden, daarom bind hij zich niet aan personen, maar aan dingen: eerst de tijd en na de erfenis van zijn broer de steen en de alcohol. Hij denkt deze dingen onder controle te hebben. Hij denkt zijn leven onder controle te hebben, maar hij heeft niet door dat hij alles helemaal niet onder controle heeft.

  • Alexander Martin

Alexander is de broer van Martin. Hij is reiziger en avonturier, maar ook drugssmokkelaar en alcoholist. Op een gegeven moment vestigt hij zich op Cyprus, omringd door vrienden in een groot huis, waar hij sterft aan overmatig drankgebruik.

Iedereen mocht hem, hij was altijd vrolijk en in voor uitdaging. Hij heeft een vriend Chaïm.

  • Chaïm is dus de vriend van Alexander. Hij is een bedoeïnen uit de woestijn van Judea. Toen hij zes jaar was, werd hij aangereden door Alexander, die hem naar de dokter bracht en de jongen daarna niet meer los kon laten. Chaïm wordt vooral omschreven als mysterieus, zoals hij ’s avonds laat vertrekt en hele stukken gaat lopen om ’s ochtends pas weer terug te komen. Hij wordt omschreven als een mooie man.
  • Isaak Conrad: Isaak is de vriend van Robert, een joodse man in de buurt van de vijftig. Hij helpt Robert vooral met zijn zoektocht naar de inhoud van de steen. Isaak is vooral bescheiden, maar wel goed in heel veel dingen, zoals de wetenschap en schrijven. Daarnaast is hij wel een beetje geniepig, aangezien hij Roberts vriendin en het idee over zijn boek afpakt.
  1. Structuur:  Het boek kent vierentwintig hoofdstukken, onderverdeeld in drie delen. Dat zijn dus ongeveer 16 pagina’s per hoofdstuk, wat redelijk veel is.

Literaire achtergronden:

  1. Invloed van biografische gegevens van de auteur op het werk: Robert woont oorspronkelijk in Amsterdam, de stad waar Meijsing ook woont. Meijsing heeft gymnasium gedaan en Robert studeerde klassieke talen.

Waarschijnlijk hebben persoonlijke problemen met relaties ook bijdragen gehad aan dit boek. In de opdracht staat ook: ‘Voor X.’ wat waarschijnlijk duidt op haar ex-vriendin Xandra Schutte, die haar bedroog door vreemd te gaan met een man. Dit zie je ook terug in het verhaal, omdat bijna geen relatie erin standhoudt.   

  1. Relatie tussen inhoud en tijd van ontstaan: Het boek is uitgekomen in het jaar 2000 en rond deze tijd speelt het boek zich ook af. Technische uitvindingen uit deze tijd komen ook naar voren, bijvoorbeeld de televisie, de computer en het mobieltje.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De tweede man door Doeschka Meijsing"