De Joodse messias door Arnon Grunberg

Beoordeling 8.4
Foto van Cees
Boekcover De Joodse messias
Shadow
  • Boekverslag door Cees
  • Docent | 4695 woorden
  • 29 oktober 2004
  • 135 keer beoordeeld
Cijfer 8.4
135 keer beoordeeld

Boekcover De Joodse messias
Shadow
De Joodse messias door Arnon Grunberg
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Arnon Grunberg De Joodse messias (2004)

Gebruikte editie

De roman De joodse messias werd gepresenteerd op donderdag 16 september 2004 op Rosj Hasjana, het joodse nieuwjaar. Grunberg heeft zichzelf (nou ja, met door zijn uitgever bedachte vragen) ter gelegenheid daarvan in de glossy Joods Journaal geinterviewd. "Daar moet je niets achter zoeken. Die presentatie op Rosj Hasjana in een shoarmatent die Jerusalem heet, hebben we bedacht omdat de joodse messias op een joodse feestdag hoort te komen. Dit was de enige dag die daarvoor in aanmerking kwam.


Het boek verscheen bij de uitgeverij Vassallucci, terwijl Grunberg zijn met de AKO-prijs 2004 bekroonde boek De asielzoeker (2003) nog bij Van Nijgh en Ditmar uitbracht. Hij is wat de uitgevers betreft dus niet zo honkvast. De gebonden uitgave telt 494 bladzijden. Op de blauwe kaft staat een getekende witte pelikaan afgebeeld. ( In de roman zegt Rochelle, het zusje van Awromele , dat de messias die de joden zal verlossen, de gedaante zal aannemen van een pelikaan.)

De joodse messiasverscheen bovendien in een gelimiteerde uitgave onder een andere titel in de Jiddische Bibliotheek deel 13 nl. “Grote Jiddische roman” . Deze reeks verschijnt bij de uitgever Vassalucci in Amsterdam.

Titelverklaring

De hoofdfiguur Xavier Radek heeft zichzelf in het leven tot doel gesteld het joodse volk te verlossen van zijn zonde, het te troosten , omdat in de geschiedenis gebleken is dat het voor het noodlot geboren is. Hij moet de messias (De Verlosser) worden waarop het joodse volk nog steeds wacht. Hij laat zich daarom als niet-jood in met de orthodoxe jonge jood Awromele , laat zich zelf besnijden als teken van het lidmaatschap van het verbond tussen God en de joden en gaat Jiddische lessen nemen.

Motto


Het laatste wat sterft is hoop” luidt het motto van deze roman. Het motto spreekt voor zich zelf in een roman die uitgaat van de komst van de verlosser.

Opbouw van de roman

De roman telt 494 bladzijden die in 45 getitelde maar ongenummerde hoofdstukken zijn onderverdeeld. Elke titel is een benaming of een zinsnede die in hetzelfde hoofdstuk in een passage voorkomt. De bladspiegel van de roman is ruim opgezet en er zijn veel dialogen die het verhaal een zeer hoog verteltempo mee geven. In de eerste 35 hoofdstukken worden heel gedetailleerd passages verteld en uitgediept. Na het vertrek van Xavier Radek naar Amsterdam worden er meer stukken tijd samengevat en nadat de lezer in hoofdstuk 40 in Het Beloofde Land is aangekomen, wordt er nog meer tijdversnelling toegepast. In amper 50 bladzijden, wordt er meer dan tien jaar verteld. Het lijkt er een beetje op alsof de schrijver genoeg heeft van zijn verhaal en er rap een einde aan heeft willen maken.

Vertelwijze

Vrijwel de gehele handeling wordt op chronologische wijze verteld. In het begin worden de passages gedetailleerd achter elkaar verteld (vgl. het aantal bladzijden dat wordt besteed aan de besnijdenis en de afloop ervan) Nadat ze in Amsterdam zijn aangekomen, wordt er veel meer tijdverdichting toegepast en dat gebeurt , zoals hierboven gezegd, vooral in de passages over het Beloofde Land. Er zijn geen flash backs in de roman te ontdekken.

Perspectief

Het verhaal wordt in de hij-vorm verteld. De belangrijkste personale verteller is natuurlijk Xavier. Veel van wat hij denkt en voelt , wordt door hem van binnenuit verteld. Dat gebeurt ook bij de tweede belangrijke figuur Awromele . Andere personages die tekst voor hun rekening nemen, zijn bijvoorbeeld de Egyptenaar, de moeder van Xavier en de rabbijn de vader van Awromele.. Toch zweeft er boven de roman een vertelfiguur met auctoriale trekjes, die af en toe zelfs vooruit grijpt in de tijd.(Later toen Xavier een radicaal succesvol politicus in Israel was geworden, zou hij zich ……..) Het komt in de roman de ironie wel ten goede. Zo kan hij ook het bordeelbezoek van Xaviers vader met een auctoriale lantaarn beschijnen.


Stijl

Grunberg vertelt wervelend en snel: het verteltempo ligt hoog en de hoofdstukken rijgen zich in het begin aan elkaar; zijn gevoel voor (soms gitzwarte) humor is groot, ( bijv. de passage van de besnijdenis en de passage waarin Xavier onderhandelt met een half blinde Hamas-leider) De passage van de gefrituurde voeten van de Egyptische shoarmatent -eigenaar is wreed, maar wel met veel humor geschreven. De vele passages waarin seks op een nogal grove manier wordt beschreven, zijn ook een typische kenmerk van de Grunberg-stijl: hij gaat vrijwel geen taboe uit de weg. Zo laat hij de moeder van Xavier zichzelf verminken met een broodmes dat de ideale minnaar moet voorstellen: de automutilatie als teken van genot.

Maar aan het einde wordt wel erg grotesk de draak gestoken met de komst van de messias en in feite met de holocaust. Keihard zijn in dit opzicht toch zinnen als : “Zoals sommige vrouwen vragen om verkrachting,zo vragen sommige joden kennelijk om een pogrom”

Grunberg laat zelfs Ierse media verkondigen dat het eigenlijk jammer is dat de poging van Hitler om destijds een preventieve oorlog tegen de joden te beginnen, mislukt is. Ook deinst Grunberg er niet voor terug om de joodse messias te vergelijken met Hitler ( de ene teelbal, de mislukte schilder, de dood in de bunker, de vertaler van Mein Kampf ) Daartegenover staat dat de moeder van Xavier de naam van Hitler niet durft uit te spreken en daarom over hem praat als “Je-weet-wel-wie” (het doorbreken van dit taboe is blijkbaar te groot)

Opvatting van Grunberg over zijn mensvisie (uit het interview met het Joods journaal naar aanleiding van zijn roman)

“Ik pleit, als romanschrijver, voor een realistischer kijk op de mens. Als een waardeloos wezen - wat niet hetzelfde is als zinloos. Een waardeloos wezen dat geregeerd wordt door pijn, door de angst ervoor, door het verlangen ernaar, door de vlucht ervoor, door de nieuwsgierigheid ernaar.”

“Elke moraal die dat ontkent zal uiteindelijk tot het tegenovergestelde leiden van wat zij wil bewerkstelligen. Het waardeloze van de mens is ook geen excuus voor uitroeiing. Elke moralist zal zich bewust moeten zijn van het waardeloze karakter van zijn moraal en van het waardeloze dat hij verdedigt. Dat is een noodzakelijke ironische positie.”

“Ironisch omdat het per definitie een paradox is het waardeloze te willen verdedigen, maar bij gebrek aan iets waardevols is het de enige positie die overblijft. Ontkenning van het waardeloze is verraad aan het leven, en verraad aan het leven betekent dat men of vroeg laat een handlanger wordt van de dood.''

Voor meer informatie over het mensbeeld van de schrijver kun je terecht op de websites


www.grunberg.nl en www.dejoodsemessias.nl Ook interessant is het interview van Fien Sabbe met Grunberg in het Vlaamse tijdschrift De Morgen van 22 september 2004. Via de hierboven genoemde websites op te vragen.

De idee

Je kunt je afvragen wat de schrijver met de roman eigenlijk wil. Steekt hij de draak met de overeenkomsten tussen de Duitsers en de joden (vgl de overeenkomsten tussen Xavier en Hitler) ? De Palestijnen als slachtoffers van de joden leven ook in kampen ( Zegt niet de moeder van Xavier dat alle slachtoffers ook daders zijn?) Toch blijft het voor de gewone lezer onbegrijpelijk hoe de menslievende Xavier die de joden wil troosten, tenslotte verandert in de hater van de mensheid. Het mensbeeld van Grunberg in deze roman is toch zeker zwart te noemen: het enige wat troosten kan, is de vernietiging. De dood als oplosser van de problemen : meer personages plegen in de roman zelfmoord : de Egyptenaar smeekt de Palestijnse terroristen om gedood te worden, mijnheer Schwartz hangt zich op in zijn cel, de moeder van Xavier drijft tenslotte het broodmes in haar buik en in feite zorgt Xavier voor zijn eigen vernietiging door op de knop van de kernbom te drukken..

Thematiek en symboliek

Thema van de roman moet wel het lijden van de mensheid zijn: de enige troost van de mens is immers de vernietiging. Zie de ideeen van Grunberg hierboven. De schrijver koppelt zijn mensbeeld en levensvisie aan steeds terugkerende motieven als de joodse identiteit en de holocaust (vgl. besnijdenis, de messias)

seksualiteit in alle mogelijke variaties

hoerenlopen

existentiele eenzaamheid

angsten en pijnen

de vernietiging



Talrijk zijn verder de symbolische verwijzingen naar Hitler en nazi-Duitsland. Het lijkt alsof Grunberg een omgekeerde holocaust wil beschrijven : de ene teelbal, de mislukte schilder, de vertaling van Mein Kampf , de terugtrekking in de bunker, de dood van Awromele en de moord op zijn honden. De omgekeerde situatie van Palestijnen nu en de joden uit de Tweede Wereldoorlog.

Beide groepen sterven in kampen , slachtoffers worden daders (= de ironie van de geschiedenis, vindt de vader van Xavier)

De pelikaan als symbool

Het symbool van de pelikaan als messias (Rochelle vindt dit) is een beeld uit de middeleeuwse schilderkunst en literatuur. Volgens de overlevering voedt de pelikaan als teken van naastenliefde zijn kinderen wanneer die honger hebben met zijn eigen bloed. De vergelijking van Christus die stierf voor de zonden van de mensheid en daarmee zijn bloed gaf aan de mensheid (bijvoorbeeld aan het kruis) is zo snel gemaakt. Van Jezus naar de messias is een kleine stap.

Dat bloed en pelikaan nog steeds symbolisch met elkaar in verband worden gebracht is nog te zien in het logo van de Bloedbank die tegenwoordig in Nederland Sanquin heet , maar zowel in het oude als nieuwe logo staat een pelikaan afgebeeld. De wederkomst van de messias zou met de vernietiging van de wereld gepaard kunnen gaan. Als de kernbom aan het einde van de roman ontploft, wijst Rochelle haar kinderen op de komst van de messias.

Samenvatting van de inhoud

Xavier Radek is de hoofdfiguur van deze absurde roman. Hij is een in Basel woonachtige niet-joodse jongeman (hij zit nog op de middelbare school) met een missie. Zijn grootvader van moeders kant is een nazi geweest die er plezier in schiep om joden van het leven te beroven. Hij komt er achter wanneer hij in dozen met oude foto's en documenten snuffelt. Zo komt hij ook in aanraking met een Duits exemplaar van Mein Kampf ( Hitlers lang verbonden boek) wat hij zeer interessante literatuur vindt. Hij wil graag iets terugdoen voor de joden en meldt zich aan bij een zionistische jeugdvereniging. Hij begint met zwemmen in de Rijn bij Basel met de groep joden. Hij vertelt nog weinig over zijn joodse passie. tegen zijn ouders Zijn vader is een architect met een grote voorliefde voor het bezoeken van massagesalons (lees: bordelen) en zijn moeder moet leven met de gedachte dat haar vader een nazi was en haar moeder na de bevrijding door de Russen is verkracht. Ze spreekt de naam van Hitler nooit uit, maar noemt hem “Je-weet-wel-wie” en ze is in feite nog steeds een antisemiet. Ze noemt de Duitsers de joden van nu ( de ironie van de geschiedenis) en ze heeft het over het feit dat “daders altijd slachteroffers zijn en slachtoffers ook altijd daders zijn”.

Xavier Radek stoort zich hieraan echter niet en hij volhardt de synagoge te bezoeken, totdat de rabbijn Michalowitz zich over hem ontfermt. Later hoort hij van diens vrouw dat hij eigenlijk helemaal geen rabbijn is , maar de mislukte ondernemer van een huwelijksbemiddelingsbureau en dat hij zich voor rabbijn uitgeest. In feite is het een autist met hele vreemde eigenaardigheden. Ook hij bezoekt regelmatig massagesalons (dus ook bordelen) en zijn voorliefde gaat uit naar de masseur of masseuse Lucy , een travestiet, die ervoor zorgt dat de rabbijn aan zijn lichamelijk gerief kan komen. Bovendien heeft hij een verhouding met de zus van zijn vrouw, wat ze maar pikt omdat hij een autist is. Het gezin heeft dertien kinderen. Xavier Radek raakt bevriend met een zoon van de rabbijn, Awromele , en liegt dat hij een geassimileerde Poolse jood is en dat zijn ouders hem niet hebben laten besnijden. Xavier wil zich steeds meer als de vriend der joden opstellen. Intussen gaan zijn vader en moeder uit elkaar: zij hadden toch al sinds de geboorte van Xavier geen normaal seksueel contact met elkaar en de voorliefde van zijn vader voor massagesalonbezoek wordt steeds erger.


Intussen heeft Xavier de eerste seksuele contacten met het meisje Bettina dat hem daarna meteen strikt om geld te doneren voor het adopteren van een dorp in India. Xavier vertelt Awromele van het mooie boek van zijn opa dat hij in het Jiddisch wil laten vertalen. Hij wil zich namelijk opwerpen als de trooster van het joodse volk. Ze besluiten het boek in het Jiddisch te vertalen. Er is wel een uitgever die denkt dat er in de upper class wel belangstelling voor zo'n vertaling zal bestaan. Awromele brengt Xavier in contact met de halfblinde mijnheer Schwartz, een moheel (= iemand die een besnijdenis kan uitvoeren) die hem voor een luttel bedrag wel wil helpen met de chirurgische ingreep. Xavier vertelt niets aan zijn moeder; zijn vader krijgt intussen een hartaanval en sterft in het ziekenhuis. De nieuwe vriend van zijn moeder Marc is daarbij aanwezig. In de massagesalon wacht de masseur tevergeefs op de vader van Xavier.

Vlak voordat Xavier besneden zal worden, wil Awromele wel eens zien hoe een onbesneden man eruit ziet. Hij bevredigt daarbij Xavier oraal. Daarna zal de halfblinde Schwartz Xavier besnijden , maar hij gaat nogal rigoureus te werk. Bijzonder komisch wordt daarna de pijn beschreven die Xavier ondervindt (“alsof hij in brand staat”) Dat is het offer dat hij aan de joodse mensheid brengt. Hij kruipt naar huis, belt aan, maar zijn moeder die denkt dat hij dronken is , laat hem voor straf op de stoep liggen. Zelf wordt ze even later door Marc een gebroken neus geslagen en belandt ze wel in het ziekenhuis. Bij thuiskomst ligt Xavier nog steeds op de stoep. Dan wordt het hun duidelijk dat hij er slecht aan toe is. Xavier arriveert net op tijd op intensive care , maar moet na enkele dagen toch zijn linkerteelbal missen. Die krijgt hij mee in een potje met “sterk “water. Xavier noemt zijn linkerteelbal “Koning David”. Intussen is er een hetze in de media uitgebroken : mijnheer Schwarz wordt opgepakt en bestempeld als Pedofiel Lenin (vanwege zijn communistische ideeen) Hij pleegt later zelfmoord in de gevangenis. De vriend van zijn moeder Marc bekent Xavier dat hij eigenlijk alleen maar van Xavier houdt en niet van de moeder. Hij biecht dit ook later aan de moeder op. Die besluit geen seksueel contact met Marc te hebben en gaat 's nachts naar de keuken om met een broodmes in haar linkerbovenbeen te kerven. (automutilatie) Het broodmes beschouwt ze als haar minnaar. Op een keer betrapt Xavier zijn moeder met het mes en ze vertelt hem dat het broodmes haar geliefde is. Ze vertelt hem dat ze hem als kind heeft willen vergiftigen, maar op het laatste moment het rattengif uit de zuigfles heeft gehaald. Ze vraagt Xavier ook haar te schilderen met het mes. Hier begint de carriere van Xavier als kunstschilder.

Hij zoekt ook weer contact met Awromele . In het stadspark hebben ze oraal seksueel contact; (hoofdstuk : Zaad sterft snel) ze worden betrapt door vier christenjongens die over Kierkegaard praten , maar intussen als een soort potenrammers Awromele in elkaar schoppen. Xavier vlucht weg en keert pas de volgende morgen terug. Als de ouders van Awromele alarm hebben geslagen omdat de jongen niet is thuisgekomen, wordt Awromele door iedereen gezocht. Xavier vindt Awromele meer dood dan levend in het park. Hij zeult met hem in een kruiwagen de stad rond, totdat hij hem kan afleveren bij het ziekenhuis. De zuster die Xavier herkent van zijn besnijdenisproblemen, wordt door hem keihard in de hand gebeten, wat zijn reputatie in het ziekenhuis geen goed doet.

Het comite Waakzame Joden is ook op zoek naar Awromele ; enkele leden verzamelen zich in de shoarmatent “Jeruzalem” (lees hierboven over de presentatie van de roman) Hier verkoopt de Egyptenaar behalve broodjes vlees ook alcohol en drugs onder de toonbank. Het meisje Bettina koopt voor een hoog bedrag cocaïne bij hem. Jammer dan van de financiele steun aan ontwikkelingsgelden van het door haar geadopteerde dorp. Na gebruik van de drug op het toilet merkt ze niets van het opwindende effect , maar dan komt de Egyptenaar haar helpen. Als hij ziet dat ze een geschoren geslachtsdeel heeft, wordt hij heel boos en wijst haar af. Bettina is nu zeer teleurgesteld in het leven. De volgende dag wordt de Egyptenaar in zijn shoarmawinkel bezocht door twee leden van de zionistische informatiedienst. Ze willen dat hij als informant voor hen gaat werken; ze bieden hem respect, geld en vrouwen. Een bloedmooie Israelische hoer zal met hem vrijen in de zaak. De man die bij haar is, neemt alles met een camera op: zo hebben ze een chantagemiddel in handen. De volgende dag gaat de Egyptenaar vroeg naar zijn zaak terug, omdat hij hoopt dat de Israelische hoer ook zal komen. Maar voor haar in de plaats komen drie leden van een Palestijnse beweging die hem eerst dreigen te doden, omdat hij informant voor de joden is geworden en daarna zijn voeten in de kokendhete olie frituren. Hij smeekt daarna of ze hem willen doden, maar ze vertrekken. Niet lang daarna komen de Israeliers weer terug en ze zien hem met gefrituurde voeten liggen. De man doodt hem met een schot in het hoofd.

Awromele wil het ouderlijk huis ontvluchten; hij wil naar het Venetie van het Noorden (Amsterdam) Zo kan Xavier zijn schilderskunsten op de Rietveld Academie verder bekwamen. Hij maakt namelijk steeds afbeeldingen van zijn moeder met Koning David ( het potje met de teelbal) in haar handen. Awromele overnacht bij Xavier en ook hij ziet diens moeder met het broodmes bezig. De volgende dag vertrekken ze: de nog immer op Xavier verliefde Marc brengt hen weg naar Amsterdam. In Basel bereidt Xaviers moeder een cake voor Marc met een dodelijke portie rattengif. Bij thuiskomst mag hij een paar extra stukken cake, waarna hij onder helse pijnen sterft.

In Amsterdam gaat Xavier naar de Rietveld Academie , maar eigenlijk zien de docenten niets in zijn schildertalent (overeenkomst met Hitler) Awromele daarentegen gaat bij Albert Heijn werken en wordt heel populair bij zijn mannelijke collega's en andere mannen. Zijn probleem is dat hij geen “nee” kan zeggen. Hij gaat met veel mannen naar bed tot groot verdriet van Xavier die dit niet kan uitstaan. Zelf probeert Xavier nog een avontuurtje met een jonge Marokkaan in het park ( hoofdstuk: de terrorist in het Beatrixpark), die zich verdedigt en een stuk uit zijn wang bijt. Awromele bedriegt hem met de bedrijfsleider van de supermarkt en na diens thuiskomst weet hij het ineens : het kwaad van de wereld zit in het vrouwelijk geslachtsdeel. Bovendien geeft hij aan Amsterdam te willen verlaten : de Rietveld Academie is toch eigenlijk niets voor hem: hij is een autodidact en hij wil met Awromele naar Het Beloofde Land. De volgende dag gaat hij met een wat oudere vrouw en kind mee naar huis, maar als ze denkt dat ze hem in bed kan versieren, plakt hij met kaarsvet haar geslachtdeel dicht : het lichaamsdeel veroorzaakt is immers het kwaad van de wereld.


Daarna gaan Xavier en Awromele naar Israel. Xavier maakt al gauw furore en ook hier gaat Awromele in een supermarkt werken. Hij blijft echter seksuele contacten onderhouden met veel mannen, zeer tot verdriet van Xavier. Die geeft zich uit als zionist en gaat daarna politieke redevoeringen schrijven voor een lokale politicus. In dit deel treedt aanmerkelijk meer tijdverdichting op (in principe gaat het over de laatste 50 pagina's van de roman, terwijl er een tijd van minimaal 10 jaar wordt beschreven.) In de tussentijd heeft zijn moeder met de overgebleven vergiftigde cake ook de buren om het leven gebracht en ze moet een tijd in de gevangenis doorbrengen. Ze is echter een voorbeeldige gevangene.

Xavier heeft ook kwaliteiten op politiek gebied en hij gaat op voor de race van minister-president. Met hulp van de media en Awromele die als campagneleider optreedt, schakelt hij zijn directe tegenstanders uit door valse berichten over hen in circulatie te brengen. Ook brengt hij naar voren dat de verlosser Koning David is. Er doen zich taferelen voor als op Palmzondag, toen Jezus door de joden werd gezien als de messias. Hij wordt aanbeden en tot minister-president gekozen en laat zich ha-Radek noemen. Hij krijgt steeds meer macht. Maar om de joden te kunnen troosten heeft hij meer macht nodig. De EU en de VS hebben hem om het politieke evenwicht in het Midden-Oosten te bewaren nodig. Humoristisch is de passage waarin Xavier met een halfblinde leider van Hamas onderhandelt over het aantal doden dat er per maand mag vallen bij terroristische aanslagen. Tijdens de onderhandelingen heeft de Hamas-leider (in wie de man kunnen herkennen die in de shoarmabar de Egyptenaar heeft gefrituurd) seks met Awromele .

Intussen heeft Xavier ook de beschikking over kernwapens en hij weet door handig politieke spelletjes te spelen de mogendheden tegen elkaar uit te spelen. Op den duur staan op alle westerse landen kernraketten gericht en is er door hem een verbond gesloten waarbij het westen zal worden vernietigd. Hij wordt een gevaar voor de mensheid en er zijn zelfs westerse media die in hun verslaggeving melding maken van het feit dat het eigenlijk jammer is dat Hitler in zijn preventieve oorlog tegen de joden gestopt is. Xavier stelt de wereld een ultimatum en trekt zich terug in een bunker (opnieuw vergelijking met Hitler) Net als Hitler heeft hij ook een dode geliefde bij zich , want Awromele is inmiddels door de woedende massa gelyncht.

Koning David is nog steeds bij Xaviere en op een kernwapen dat hij gericht heeft op de Westerkerk in Amsterdam, staat :”Groetjes van Anne Frank”. Intussen is de zus van Awromele , Rochelle, bezig haar kinderen voor te bereiden op de komst van de messias, die er zal uitzien als een pelikaan (afbeelding op de kaft van de roman) De wereld zit in angst: de moeder van Xavier zoekt weer steun bij haar broodmes: ze doodt zichzelf door een vorm van harakiri . Net als Hitler brengt Xavier zijn honden eigenhandig om het leven en spreekt daarbij een passage uit de Jiddische vertaling van Mein Kampf uit , waarin staat dat de joden door de omstandigheden altijd al gedwongen waren te liegen. Dan gaat de telefoon. De afspraken met de vreemde mogendheden worden gemaakt. Xavier gaat op zijn vriend liggen : hij is gekomen om de joden te troosten , maar de enige troost die rest, is de vernietiging.

Rochelle staat in de laatste zinnen van de roman voor het raam en wijst haar kinderen dat de pelikaan er aan komt. De kernwapens zijn afgegaan.

Een absurde of een absurdistische roman van 494 bladzijden is ten einde. Toch leest de roman als een trein.

Waardering en recensies

De roman van Grunberg werd na publicatie meteen in de belangrijkste kranten besproken: hij denderde ook na een week de meeste boeken top-10-lijsten binnen. De recensies waren heel divers.

De joodse messias, een overweldigende, veelomvattende roman... Grunberg is een auteur provocateur, de Nederlandse pendant van Michael Houellebecq, die in romans, essays en interviews meedogenloos te keer gaat tegen onder meer de generatie van '68 en de islam... Het enige boek waaraan ik bij het lezen van De joodse messias herhaaldelijk moest denken (
Mein Kampf uitgezonderd, maar dan om andere redenen) was American Psycho van Brett Easton Ellis... Juist de als volkomen logisch opgediste absurditeiten maken De joodse messias tot een wild grappig boek. Een besnijdenis die op een bloedbad uitloopt, een potenrammer die Kierkegaard citeert, een religieus leider die God dankt voor de redding van zijn zoon door drie dagen lang niet naar een massagesalon te gaan en tot het einde van de maand niet aan transseksuelen te denken...' zegt Pieter Steinz, NRC Handelsblad

'Er is niemand die zo veel en met zo veel brille schrijft als Grunberg... Grunberg schrijft over een hopeloze oorlog op de enige zinnige manier, namelijk door de onzinnigheid te laten zegevieren. Verteltempo en intrige grijpen terug naar de meer kluchtige romans uit het begin van zijn schrijverscarriere, Blauwe maandagen en Figuranten... Gezien het niemand ontziende en iedereen beledigende wereldbeeld dat Grunberg met deze roman tentoonspreidt (hoeren en hoerenlopers zijn het, allemaal), is het de vraag of hij met deze Grote Jiddische Roman niet zijn eigen
Duivelsverzen heeft geschreven' Marja Pruis, De Groene Amsterdammer

'De joodse messias lijkt wel een bijltjesdag voor taboes in te willen luiden. Het ene na het andere beladen onderwerp passeert de revu... dat levert een wonderlijke leeservaring op, vergelijkbaar met die bij Thomas Rosenbooms boeken: de geboekstaafde malheur is eigenlijk te erg om te lezen en tegelijkertijd maken de lachspieren overuren... De joodse messias is uit en we kunnen met juichende adjectieven gaan strooien: spannend, geestig, ontroerend, maar ook gruwelijk, ziek, macaber, zwart en vooral duivels... de grote vraag blijft na lezing van Grunbergs uitzonderlijke roman met zo'n grootse inzet, waarin hij zowel de geschiedenis als de toekomst naar zijn hand zet: wat wil de auteur?' - Jeroen Vullings, Vrij Nederland

'Gelovers in de slechtheid van de mens kunnen met De joodse messias weer helemaal hun lol op... De joodse messias is zo'n roman die wel geschreven moest worden, en Grunberg heeft dat nu gedaan. Het krankzinnige idee ligt voor de hand, het moest alleen nog uitgevoerd worden. Hier kan men alleen bewondering voor Grunberg hebben... De joodse messias is met een ijzeren consequentie opgeschreven... ik heb deze nieuwe roman van Grunberg gefascineerd gelezen... een kwaadaardig boek' - Max Pam, HP/De Tijd

'Der Nazi und der Friseur' was het eerste boek over de Holocaust waar ik om heb gelachen. Ook Grunberg heeft het gelezen, daarover kan geen twijfel bestaan. Hij moet wel betoverd zijn geraakt door de briljante joodse zelfspot van Hilsenrath, waarbij de oppervlakkige satire van zijn eigen verhaal verbleekt. Zijn nieuwe roman is het product van gemakzucht en zelfoverschatting. Misschien was hij te druk met het signeren van telefoonboeken om aan werken toe te komen? Zijn optreden in de sterreclame is in elk geval geestiger dan 'De joodse messias', waarmee hij zijn hand lijkt te hebben overspeeld. - Carl Friedman,
Trouw 18 september.

Over de schrijver Grunberg (geboren 1971)

Zelden heeft een auteur zo'n bliksemcarriere in de literatuur gemaakt als Arnon Grunberg. Bij zijn aantreden in 1994 werd hij meermaals vergeleken met de jonge Gerard Reve: sinds De avonden had nooit meer een debuut zo'n indruk gemaakt als Blauwe maandagen. Inmiddels is Arnon Grunberg vele publicaties verder en dringt zich de vergelijking op met de sarcatische schrijver Willem Frederik Hermans. Ook Grunberg bedient zich van alle genres die de literatuur ten dienst staan: de roman, het korte verhaal, de poezie, het toneel, het essay; daarnaast is hij een begenadigd columnist en polemist.

Arnon Grunberg (Amsterdam 1971) werkte na zijn verwijdering van het Vossius Gymnasium onder meer als jongste bediende bij een apotheek, als bordenwasser en als uitgever.
Op 23-jarige leeftijd debuteerde Grunberg bij Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar met Blauwe maandagen. Het boek werd een internationaal succes: in Nederland bekroond met de Anton Wachter-prijs voor het beste debuut en het Gouden Ezelsoor voor het best verkochte debuut. Het werd vertaald naar het Engels, Duits, Deens, Italiaans, Frans, Spaans, Zweeds en Japans. Met zijn tweede roman, Figuranten (1997), bevestigde hij zijn talent.


De Stichting CPNB nodigde Grunberg uit om het Boekenweek-geschenk 1998 te schrijven. Dit boek, De heilige Antonio, verscheen in maart 1998. Tegelijkertijd kwam Grunbergs essaybundel De troost van de slapstick uit. Dit boek werd bekroond met het Charlotte Köhler-stipendium 1998.

In het voorjaar van 1999 verscheen Grunbergs dichtbundel Liefde is business. In april 2000 verscheen zijn derde roman, getiteld Fantoompijn. De besprekingen van deze roman waren ook weer lovend en de roman won de AKO Literatuur Prijs 2000 en was genomineerd voor De Gouden Uil 2001.

In april 2001 kwam bij Athenaeum-Polak & Van Gennep De Mensheid zij geprezen uit, een nieuwe Lof der zotheid. De roman won de Gouden Uil 2002.

In juni 2003 verscheen De asielzoeker, de roman won de Bordewijksprijs en de AKO-literatuurprijs 2004. De Bijenkorf nodigde Grunberg uit het Boekenweekgeschenk 2004 voor De Bijenkorf te schrijven. Deze novelle, getiteld Het aapje dat geluk pakt, verscheen in maart 2004. Tegelijkertijd verscheen bij Nijgh & Van Ditmar
Grunberg rond de wereld, een verzameling van Grunbergs reisverhalen uit NRC Handelsblad.

Grunberg schreef daarnaast nog onder het pseudoniem Marek van der Jagt . Hij debuteerde onder dat pseudoniem met de roman “De geschiedenis van mijn kaalheid” (2000) Later schreef hij ook nog Gstaad 95-98 (2002). Grunberg vindt deze mystificaties een spel met de lezer en weigerde in hoogst eigen persoon de prijzen op te halen die Marek van der Jagt ten deel vielen. Momenteel woont en werkt Grunberg in New York.

REACTIES

E.

E.

vind juh da nouw leuk om te schrijven en dat werkstuk dat later van je kinderen weer terug te krijgen en wat voor cijfer geef je ze dan ???

19 jaar geleden

S.

S.

Het is niet de bedoeling van scholieren.com om gekopieërd te worden door leerlingen, volgens mij.

8 jaar geleden

R.

R.

ontzettend goed verslag, heb niet gebruik voor iets maar gewoon bekeken

19 jaar geleden

J.

J.

Chill dat je ff een verslag maakt over de joodse messias. Er was niet aan te komen! Vielen Malen Dank Keesie

Met vriendelijke groet,

Jelle B.

19 jaar geleden

M.

M.

Hartstikke bedankt voor dit overzicht. Erg handig en alles is goed uitgelicht!

13 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De Joodse messias door Arnon Grunberg"

Ook geschreven door Cees