Boekverslag de Helleveeg
- Titel: De Helleveeg
Auteur: A.F.Th. van der Heijden
Uitgeverij: Bezige bij
Plaats en jaar van uitgave: Amsterdam, 2013
- Genre:
Psychologische roman.
- Titel en Titelverklaring:
De titel is: De helleveeg. Twee keer komt het woord in het boek voor:
“Het komt jouw goed uit als zo’n helleveeg de hele familie kapot maakt.” (Blz. 137)
“Ze sleep ze met puinsteen, de helleveeg.”
(Blz. 232)
Woordenboek: Kwaadaardig wijf. (Ook wel feeks, duivelin of heks)
Dit woord slaat op tante Tiny die zich echt als een duivelin gedraagt en iedereen de grond probeert in te boren met wat haar vroeger is aangedaan.
- Personages:
Albert Egberts (Karakter/Hoofdpersoon):
Albert Egberts is de persoon waaruit het verhaal wordt geschreven. Hij is de gene die het hele leven van Tante Tiny heeft geobserveerd en heel veel heeft gezien en gehoord. Aan de ene kant vindt hij haar wel sympathiek en kiest ook soms partij voor haar, maar aan de andere kant snapt hij niet hoe deze feeks zo is geworden. Zijn hele leven staat in de zoektocht van waarom tante Tiny zo slecht is geworden.
Tante Tiny (Karakter/Hoofdpersoon):
Het hele boek draait om Tante Tiny ook wel Tientje Poets geheten. Ze heeft deze bijnaam gekregen, omdat ze altijd met een keukenmeisjes schort voor loopt met een geel doekje erin waarmee ze alles en iedereen afstoft en slaat. Er is iets gebeurd in het leven van tante Tiny waardoor zij alles en iedereen als vijand ziet. Ze moet en zal haar hele familie ervoor laten boeten, beginnend bij haar ouders en later haar oudere zus.
Ze heeft drie relaties. De eerste is met Karel Henneman, een politieagent. Haar ouders vonden dit een zeer goede partij, maar Tiny vond het maar saai. Er liep een gerucht dat Tiny onvruchtbaar zou zijn. Karel is hier achteraan gegaan en heeft het bewijs in de vorm van een brief onder Tiny’s neus geschoven. De relatie eindigde meteen. De volgende gegadigde was Peer Portier (zoals Tiny hem noemde). Het was een leuke relatie, maar eindigde abrupt toen Peer Portier de brief onder ogen kreeg die Karel opgevraagd had bij het ziekenhuis. De derde was Koos Kassenaar die op de huwelijksdag het gerucht hoorde en Tiny de volgende dag meeneem naar de dokter. Tiny kwam met de uitslag: Koos was onvruchtbaar, zij niet. De twee bleven hun hele leven bij elkaar. Koos vond de ruzie die Tiny altijd uitlokte namelijk wel grappig en kon goed tegen haar feeks zijnde.
- Ruimte:
Lynxstraat, Eindhoven, Geldrop, Breda.
- Tijd:
Het verhaal begint ongeveer in 1954 en eindigt in de 21e eeuw wanneer tante Tiny overlijdt. Er is een redelijke vorm van chronologie, maar er zijn wel erg veel flashbacks en fastforwards wat dus opletten is.
- Handeling (gebeurtenissen) en Spanning:
Er is heel erg spraken van een climax. Het hele boek werkt toe naar het moment dat tante Tiny eindelijk eens zegt waarom ze al die “onschuldige” mensen terroriseert. Als dit bereikt is komt er een anticlimax – de hele familie gaat dood (opa, oma, moeder en tante zelf).
- Perspectief:
Ik – perspectief. Vanuit Albert Egberts.
- Slot:
Persoonlijk vind ik het een vrij gesloten einde, omdat eindelijk de feeks begraven is en niemand meer last van haar kan hebben.
Het kan ook een open einde zijn. Hoe gaat Albert verder met zijn leven nu zijn tante eindelijk uit de weg is geruimd? Hoe gaat zijn vrouw om met het gegeven dat hij met tante Tiny het bed heeft gedeeld en dat zij daar achter is gekomen? Hoe gaat het verder met Koos Koest? Heeft hij eindelijk het fijne leven met al zijn kinderen die hij verdient?
- Thema en Motieven:
(http://www.scholieren.com/boek/12548/de-helleveeg/zekerwetengoed)
Het thema is geheim: Tiny loopt met een geheim rond wat ze aan niemand wil vertellen, maar geeft iedereen wel de schuld ervan.
Motieven: Verkrachting, leugens en bedrog, haat, abortus, relatieproblemen.
- Samenvatting:
(http://www.scholieren.com/boek/12548/de-helleveeg/zekerwetengoed)
Hoofdstuk I:
Tante Tiny is een mooie meid, maar ze kan geen vrijer houden, zegt de ik-verteller Albert Egberts. Ze is de zus van zijn moeder. Hij en zijn tante zijn in hetzelfde huis geboren, nl. bij de grootouders in de Eindhovense arbeiderswijk Tivoli. Die zijn verhuisd uit Den Bosch omdat “de grond te heet werd” onder hun voeten. Dat is natuurlijk een vooruitwijzing naar wat er in de loop van het verhaal onthuld zal worden. Tante Tiny werkte bij de schoenfabriek Lata waar ze zolen onder de schoenen plakte. Ze klaagt nogal over haar ouders (de grootouders van Albert) die haar erg strak houden. Ze verwijst dan weer naar vroeger. Maar tante Tiny is ook gewoon een ettertje: ze knijpt jongens en zeikt ze af.
Hoofdstuk II:
Tiny heeft ook nog een jonger broertje Hasje, die meer een oudere broer voor Albert is dan een oom. Hij is tien jaar ouder dan Albert. Zelf is Tante Tiny twaalf jaar ouder dan Albert.
Op een nacht besluit Hasje met zijn schilderspullen naar Amsterdam te gaan om daar een loopbaan als kunstschilder te beginnen. Omdat de politie hem moet terugbrengen na het alarm slaan van zijn ouders, komt Tiny in aanraking met agent Henneman, die een oogje op haar heeft. Haar ouders vinden het een goede partij, maar Tiny verbreekt de relatie.
Hoofdstuk III:
Niet lang daarna komt de volgende jongen in beeld: Peer Portier(zijn bijnaam). Eigenlijk heet hij Peer Walravens, maar hij is portier bij een hotel. Ze verloven zich, maar de ouders vinden het geen goede partij voor haar. Dan verzint Tiny dat ze zwanger is, maar Peer twijfelt eraan, omdat hij een brief van Henneman heeft, waarin staat dat Tiny voor het leven onvruchtbaar is. Hij wil dat niet en maakt de verkering uit. Opa spreekt er schande van. De kleine Albert ziet het allemaal van een afstandje aan. Hij kruipt wel eens op zondag bij zijn tante in bed. (ook al een vooruitwijzing naar wat later verteld wordt) Die krijgt “toevallig” enkele dagen nadat Peter het heeft uitgemaakt een miskraam.
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden