Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

De hel door Boudewijn Büch

Beoordeling 6.7
Foto van een scholier
Boekcover De hel
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 2325 woorden
  • 8 december 2001
  • 34 keer beoordeeld
Cijfer 6.7
34 keer beoordeeld

Boekcover De hel
Shadow
De hel door Boudewijn Büch
Shadow
Auteur: Boudewijn Büch
Titel: De hel
Uitgever: Hema B.V
Plaats van uitgave: Haarlem
Speciale uitgave van Hema B.V., 1990
75 blz. Genre:novelle Waarom heb ik dit boek gekozen? Ik heb van de titels op de boekenlijst de samenvattingen gelezen en dit leek me een leuk boek. Wat vond ik ervan? Ik vond het een makkelijk door te lezen boek. Het verhaal vond ik een beetje grof, maar daar houd ik wel van. Samenvatting Wie is er aan het woord? De verteller
Hoeveel en welke personen komen voor? De volgende personen komen in het verhaal voor: - De hoofdpersoon is Winkler Brockhaus. - Zijn broer Laroux Brockhaus - Zijn moeder. Ze is gescheiden van Rainer Brockhaus - Zijn vader Rainer Brockhaus. - Peter en Alexis, vrienden van Winkler - De conrector - De rector - Meneer Hundertwasser; leraar Duits. - Meneer Latjes; leraar wiskunde - Meneer Staal; leraar gymnastiek - Meneer van der Camp, leraar Latijn - Meneer Wreedstaart, tekenleraar - De dames Lepelaar Wat gebeurt er, waar en wanneer? Winkler gaat naar het gymnasium en krijgt het daar heel moeilijk . De leraren zijn erg streng. Meneer Staal van gymles reageert zijn agressie van vroegere trauma’s op de leerlingen af, meneer Wreedstaart is helemaal geschift en de leraren, meneer Hundertwasser (van Duits) en meneer Latjes (van wiskunde) gaan zelfs discrimineren omdat Winkler joods is. Winkler schrijft zijn vader een brief en die zorgt ervoor dat die twee leraren ontslagen worden. Nadat de leraren weg zijn gestuurd wordt Winkler een tijdje erg populair en durven de leraren niets meer tegen hem te zeggen. Alleen meneer Staal zit hem nog steeds te vernederen. Een paar jaar later wordt Winkler van school gestuurd omdat hij traangasgranaten in het lokaal van Meneer van der Camp heeft gegooid. Hoe loopt het verhaal af? Winkler gaat een tijdje werken als meteropnemer voor een gas- water- en lichtbedrijf, maar na een half jaar stopt hij daarmee. Hij maakt zijn gymnasium af en gaat daarna Nederlands studeren. Winkler wordt een bekendheid op de televisie en mensen (vooral leerkrachten) proberen te claimen dat hij zijn succes aan hen te danken heeft. Hij komt erachter hoe het met de leraren vergaan is en dat is meestal niet zo goed. Als hij samen met Alexis op een kerkhof loopt ziet hij het graf van meneer van der Camp. Winkler komt op een reünie meneer Staal tegen, zijn oud-gymleraar. Nu is hij een stuk minder agressief en hij zit in een rolstoel. Hij legt uit dat hij vroeger zou deed omdat hij trauma’s had nagehouden van het ‘Jappenkamp’. Niet zolang na de ontmoeting met meneer Staal kwam Winkler Latjes tegen. Daar gaat het nog slechter mee. Hij en Hundertwasser konden geen baan meer krijgen en bovendien was Hundertwasser zijn gezin erbij kwijtgeraakt. Hundertwasser heeft zich toen voor een auto gegooid. Meneer Latjes is alcoholist geworden. Wat is het probleem (thema) dat als een rode draad door het verhaal loopt? De problemen die Winkler op school heeft en wat ze met hem gedaan hebben in zijn latere leven. Onderzoek van de verhaaltechniek Schrijfstijl Boudewijn Büch gebruikt helemaal geen moeilijke woorden erin, of ze worden uitgelegd. Het boek is heel makkelijk te lezen, alsof het een kinderboek is. Een hele simpele schrijfstijl dus. De ruimte(plaats en tijd) Het verhaal speelt in het begin van de jaren zestig af. Een gedeelte van het verhaal speelt in een dorp af, maar het meerendeel gebeurt op school. De verhaalfiguren De hoofdpersoon is Winkler Brockhaus. Hij is joods maar is na de Tweede Wereldoorlog katholiek geworden. Zijn ouders zijn gescheiden. Hij moet naar het gymnasium toe en daar krijgt hij veel problemen. Wordt van het gymnasium gestuurd, maar maakt de opleiding later weer af. Later wordt hij een bekendheid op de televisie. Laroux Brockhaus is de broer van Winkler. Laroux gaat twee jaar eerder naar het gymnasium en zit zijn broertje bang te maken als hij ook naar het gymnasium moet. De moeder van Winkler Brockhaus is gescheiden van Rainer Brockhaus. Ze wil dat niemand van hun verleden als joden te weten komt en laat daarom de kinderen van naam veranderen en katholiek worden. Rainer Brockhaus is de ex-man van de moeder van Winkler. Rainer helpt Winkler met zijn problemen met de leraren op school door op school langs te komen en ervoor te zorgen dat de leraren Hundertwasser en Latjes ontslagen worden. Peter en Alexis zijn vrienden van Winkler. Alexis komt Winkler tegen op de eerste dag van school en Peter komt pas later in het verhaal voor, dus zal wel later in Winkler zijn schooltijd vrienden worden met Winkler. De conrector: betrapt Winkler als hij op het schoolplein fietst (wat niet mag) in zijn eerste schooljaar.Overlijdt later

De rector: stuurde Winkler van school toen hij een gasgranaat in het lokaal van meneer van der Camp gooide. Meneer Hundertwasser:leraar Duits. Was een van de twee leraren die ontslagen werden toen ze antisemitische opmerkingen maakten tegen Winkler. Toen raakte hij zijn gezin kwijt. Gooide zich daarna voor een auto. Meneer Latjes: leraar wiskunde. Was de andere van de twee leraren die ontslagen werden toen ze antisemitische opmerkingen maakten tegen Winkler. Kon geen baan meer vinden en is alcoholist geworden. Meneer van der Camp: leraar Latijn. Was de leraar bij wie Winkler de gasgranaten gooide. Is later overleden. Meneer Wreedstaart:tekenleraar, zit het langst van alle leraren op school, is ook het oudst. Helaas wordt hij steeds gekker en is de school genoodzaakt om hem te ontslaan. Later komt Winkler erachter waarom dat gebeurde: hij is in de oorlog in een klap z’n gezin kwijtgeraakt. Geestelijk komt hij er nooit meer bovenop. De dames Lepelaar: zijn oude kennissen van Winkler, hij komt vaak bij ze langs als hij nog op school zit. Heeft de traangasgranaten bij de dames gekocht. De situaties De situaties komen allemaal tot stand door gevoelens die Winkler heeft, en hoe hij ermee omgaat. Hij voelt vooral woede. Omdat hij boos op de leraren is die antisemitische opmerkingen maken, laat hij ze door zijn vader van school sturen. Omdat hij zich niet meer populair voelt gooit hij traangasgranaten in het lokaal van meneer van der Camp. Er zijn nog wel meer situaties op te noemen maar dit zijn wel de belangrijkste. De vertelwijze Er is sprake van een personaal verteller. Op zoek naar de thematiek Hoofdgedachte (het thema) Winkler Brockhaus is een jongen die zijn schooljaren een hel vindt en ziet later hoe het met zijn leraren vergaan is. Welke tekstgedeelten en motieven zijn typerend voor dat thema? In het verhaal wordt “de hel” vaak genoemd. Op deze manier wordt duidelijk gemaakt dat hij het niet leuk heeft op school. Wat is het verband tussen de titel en het thema? Zoals ik al zei, Winkler vindt zijn school een hel. Hiermee wordt dus uitgedrukt hoe Winkler over zijn school denkt. Plaats in de literatuurgeschiedenis Wanneer is het werk voor het eerst gepubliceerd? In 1990.
Wat weet je van de schrijver? Boudewijn Maria Ignatius Büch is op 14 December 1948 te Den Haag geboren. Het gezin woonde in Wassenaar. Zijn vader is na de 2e Wereld Oorlog naar Nederland gevlucht. Boudewijn Büch verafgoodde zijn vader, ondanks dat zijn vader geen gemakkelijke man was. Boudewijn heeft zijn vader dan ook een rol gegeven in zijn romans. Zijn moeder is van Italiaans Joodse afkomst. Boudewijn Büch heeft vijf broers, waaronder Menno en Patrick Büch. Boudewijn groeide op in Wassenaar. Boudewijn zijn ouders scheidden van elkaar toen hij 12 jaar was. Boudewijn werd op tienjarige leeftijd eerst geplaatst in een psychiatrische inrichting. De oorzaken waren de scheiding van zijn ouders en een te hechte band met zijn vader. Het jaar in de inrichting wordt beschreven in “Het Dolhuis”. Ook de middelbare schooljaren worden beschreven, dat gebeurt in “de hel”, het boek dat ik dus gelezen heb. Boudewijn zijn schrijversloopbaan is begonnen met de
schoolkrant. Eerst zette hij er gedichten erin, maar hij werd al gauw hoofdredacteur! Dit allemaal gebeurde rond 1964, 1965. In 1966-’67 begon Boudewijn aan zijn studie op de Universiteit in Leiden. Om wat te verdienen ging hij bij de V&D werken als bordenwasser. In zijn vrije tijd was hij actief in de homobewegingen. Hij schreef vooruitstrevende artikelen in enkele homobladen. Boudewijn kwam vervolgens terecht in zeer linkse kringen en hij werd lid van de ultralinkse partij, “De Bange Duivel”. In de roman “Links!” wordt deze tijd op een humoristische manier beschreven. Na anderhalf jaar is hij uit deze commune gestapt. Begin 1970 krijgt Boudewijn iets met een oudere vrouw, en daaruit wordt een zoontje geboren, Mickey genaamd. Op zesjarige leeftijd gaat het jongetje dood aan een hersentumor. Van die gebeurtenis heeft Boudewijn een dichtbundel gemaakt, genaamd “Dood Kind”. Ook “De Kleine Blonde Dood”is van die gebeurtenis afgeleid. Pas in 1975 begon zijn werkelijke schrijfloopbaan. Eerst schreef Boudewijn gedichten voor het tijdschrift “Maatstaf”, daarna mocht hij werken voor “Hollands Diep”. Zijn debuut kwam met de gedichtenbundel “Nogal Droevige Liedjes Voor Kleine Gijs”. Daarna volgde nog 2 andere dichtbundels. In begin tachtiger jaren verhuisde hij naar Amsterdam. Hij werd o.a. medewerker / redacteur van het Leidse studentenblad, Mare en van het Amsterdamse studentenblad, Folia Civitatis. In '82/'83 zien we hem o.a. werkzaam bij de Vpro-radio waar hij meewerkt als reporter voor het programma Vpro-boeken. Bij de Vara-tv krijgt hij de kans een boekenprogramma te maken, in het begin geheten:”De verwondering”,waarna het later simpelweg “Buch”werd genoemd.Boudewijn werd door deze mediacarrière enorm populair bij het publiek. In 1991 gaat het mis met zijn samenwerking met de al jarenlange uitgever De Arbeiderspers. Boudewijn vertrekt naar de uitgeverij “Atlas”. Hij brengt de volgende 4 jaar een aantal boeken uit: “Eenzaam”, Het 2e Eilanden Boek”in 1992,”Het Ijspaleis” in 1993, “Het Bedrog” in 1993, “De Hel” in 1994, “Blauwzee”in 1994, “Leeg En Kaal” in 1995 en “De Verzamelde Gedichten” ook in 1995. In dat Jaar gaat Boudewijn weer terug naar “De Arbeiderspers”. “De Kleine Blonde Dood” wordt herdrukt en er komt ook nog een nieuwe roman bij; “Geestegrond”. Hij behoort tot de top 10 van meest gezochte auteurs. Op elk nieuw werk wordt met vingerdraaien gewacht. Boudewijn zijn laatst uitgegeven boeken zijn: “Voorgoed Verliefd”(1997), “Een Boekenkast op reis” (1999), “De Kiezen Van De Keizer” (2000), En “De Hele Wereld In Een Vitrinekast”. Wat weet je van de tijd waarin het werk geschreven werd (tijdvak en stroming)? Het boek is in 1993 geschreven. Over de stroming weet ik eigenlijk niet veel. Volgens mij is het een na-oorlogse stroming. Op internet staat dat dit boek onder de stroming moderne Nederlandse literatuur. In hoeverre is dit werk typerend voor de schrijver? (Kun je dit werk vergelijken met andere werken van de schrijver?) Dit boek is heel typerend voor de schrijver, want dit boek verteld een stukje over zijn leven, en dat doet Boudewijn Büch met al zijn boeken. Dit boek gaat over zijn schooltijd en hoe hij dat ervaren heeft. In hoeverre is dit werk typerend voor de tijd (stroming) waarin het ontstaan is? Deze vraag kan ik helaas niet beantwoorden, want ik wist de vraag over de stroming ook niet zeker. Beoordeling Welke verhaalelementen hebben voor jou een positieve werking? (aangrijpend, spannend, ontroerend, veelbetekenend, diepzinnig, enzovoort) - Op een gegeven moment krijg je het gedeelte dat Winkler een traangasgranaat in het lokaal van meneer van der Camp gooit, en dat Van der Camp de granaat dan onder de stoel van Winkler rolt, de klas uit gaat en de deur op slot doet. Dat vond ik wel een humoristisch element en het leukste stukje van het boek. - Als Winkler later zijn oude gymleraar ontmoet en hem dan uitscheldt, en dat de leraar en hij op het einde van de ontmoeting dan de beste vrienden zijn geworden. Ik vond dat stukje erg raar, want Winkler heeft al vanaf zijn schooltijd een hekel aan die leraar gehad en hij wordt in een avondje vrienden met de leraar. Welke passage spreekt je het meeste aan en waarom? Het eerste element van de vorige vraag. Omdat het boek op een of andere manier best wel humoristisch is, en dat stukje is gewoon het meest humoristische.
Welke verhaalelementen hebben voor jou een negatieve werking?(vervelend, choquerend, saai, zinloos, te vergezocht, enzovoort) - Als Winkler eenmaal bekend wordt op de televisie, en dat mensen claimen dat hij zijn succes aan die mensen te danken heeft. Zo ook een leraar die met zijn vrouw Winkler tegenkomt en zegt dat hij Winkler altijd de beste vond, terwijl Winkler zijn hoogste cijfer een 5 was. Ik vind dat gewoon heel irritant om te lezen, ik wil dan gelijk stoppen met lezen. Je kunt dit soort stukjes verwachten en het is zonde van het papier waarop het gedrukt wordt. Kun je dit boek met andere boeken of met een film vergelijken? Leg dit uitvoerig uit. Ik weet op dit moment geen boeken of films te herinneren met hetzelfde soort verhaal. Je kunt het wel met het echte leven vergelijken. Je hebt moeite op school dus je gaat kattenkwaad uithalen en je wordt van school gestuurd. Dan wordt je beroemd en opeens denkt iedereen positief over je en zeggen ze dat je altijd lief en aardig was. Wat is je oordeel over het thema van het boek? (herkenbaar probleem of situatie, zinvolle oplossing, heeft je aan het denken gezet, enzovoort) Het boek heeft een herkenbaar probleem. Deze situatie komt vaak in het echte leven ook voor en dat komt misschien omdat het verhaal ook uit het echte leven komt van Boudewijn Büch. Wat vind je van het taalgebruik? (gemakkelijk, ingewikkeld, heel origineel, enzovoort) Gemakkelijk, er wordt helemaal geen gebruik gemaakt van moeilijke woorden, ook niet van grof taalgebruik. Hoe luidt je eindoordeel over dit werk? Ik vind het een grappig boek. Soms een klein beetje grof, maar daar houd ik van. Zou je een ander aanraden om dit boek ook te lezen? Waarom? Ja, want je leest er gemakkelijk doorheen, het is grappig en het is een klein beetje grof. Ideaal als je ff snel een boekje moet lezen.

REACTIES

A.

A.

hej ik heb veel aan je verslag gehad en ik hoop dat ik je nog zal spreken om je te kunnen bedanken.
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De hel door Boudewijn Büch"