De gouden dolk door Thea Beckman

Titel: De gouden dolk. Schrijfster: Thea Beckman Beschrijving van de belangrijkste personen: Jiri is een smidszoon als het verhaal begint, hij helpt zijn vader in de smidse. Aan het begin van het boek denkt hij dat je door stelen en liegen niet naar de hemel zal gaan. Oda is een heel lief meisje in het gevolg van koningin Eleonore. Zee heeft rood haar en sproeten.Ze is het vriendinnetje van Jiri. Arnold is de neef van Jiri. Hij is ook mee op kruistocht, en hij en Jiri blijven het hele boek bij elkaar.
Aycan is de broer van Jiri. Jiri kan hem niet uitstaan. Aycan mocht eigenlijk niet mee met de kruistocht omdat maar 1 van de 2 zonen van de smid mee mocht. Hij is stiekem toch gegaan. Aycan bekeert zich tot de Islam zodra hij in Jeruzalem komt. De grootvader van Jiri is meegegaan met de 1e kristocht. Hij vertelt er vaak mooie verhalen over. Hij vertelt Jiri op een dag ook over een gouden dolk, een prachtig wapen. Hij sterft in het begin van het boek. Nour-ed-din is een heerser uit het oosten, waar Jiri naartoe wordt gestuurd als hij gevangen is. Nour-ed-din heeft de gouden dolk waar Jiri naar op zoek is. Samenvatting: Jiri is de zoon van een wapensmid uit Vezelay, een dorpje in Bourgondië. Een oude vrouw voorspelt dat hij de gouden dolk, een prachtig wapen dat nu in bezit van de Saraceense leider Nour-ed-din is, in handen zal krijgen. Als de paus een kruistocht aankondigt, besluiten Jiri en Arnold mee te gaan. Ze beleven veel onderweg en blijven het hele boek samen. Jiri wordt verliefd op Oda, de dochter van een dienares van het gevolg van koningin Eleonore. Koningin Eleonore is de vrouw van koning Louis. Zij gaan mee op de kruistocht. Jiri ontmoet op kruistocht een Grieks jongetje, tomas. Jiri leert heb een beetje Frans en Tomas leert Jiri een beetje Grieks. Ook ontmoet hij Aycan, zijn grote broer weer. Die mocht eigenlijk niet mee op kruistocht, omdat vader Rambor maar een zoon kon missen in de smederij. Aycan is toch meegegaan, met een groep pelgrims die ook naar het heilige land trekken. Zodra ze in Jeruzalem aankomen, bekeert Aycan zich tot de islam, en vraagt aan Jiri of hij dit ook wil. Jiri vindt het een verschrikkelijk verraad en weigert. Op een dag worden Jiri en Arnold gevangen genomen door de Saracenen, die ze later met nog wat andere gevangenen als krijgsgevangenen naar Nour-ed-din sturen. Daar komen ze Aycan weer tegen, die ze helpt ontsnappen. De hele kruistocht is mislukt, er zijn te veel mensen gestorven of uitgeput. Als ze na een lange reis over zee weer terug zijn, vervelen ze zich heel erg in hun saaie dorpje waar nooit iets gebeurt. In een stuk natuur bij het dorp vindt hij een oude grafheuvel. Hij haalt Arnold en ze gaan in de grafheuvel. Ze vinden veel zilveren en gouden schatten, en een grafkist. Jiri maakt de kist open, en ziet de resten van een oude heidense heerser. In het graf ligt ook een gouden dolk. Jiri pakt de dolk en denkt aan vrouw Cantal. Opeens snapt hij het: dit heeft ze gezien. Hij had helemaal niet op kruistocht hoeven gaan, maar is nu toch wel blij dat hij gegaan is. Anders had hij oda niet ontmoet. Jiri en Arnold zijn rijk, en nu kan Jiri met Oda trouwen. Beoordeling: Ik vond dit een leuk boek om te lezen. Het verveelde niet en was erg spannend. Ik vond de gebeurtenissen erg realistisch beschreven, maar het verhaal op zich vond ik niet zo realistisch. Er gebeurden zoveel rampen dat het haast onmogelijk is om te overleven.