De gele scooter
De titel van mijn boek is: ‘De gele scooter’. Dit boek is geschreven door Elle van den Bogaart.

Het boek heet ‘’De gele scooter’’ omdat de dader, die Spike heet, een gele scooter heeft. Hij rijdt daar op rond en jat ook scooters. Hij zorgt ook voor ongeluk.

Als Isis in haar eentje over een verlaten weg fietst, ziet ze een gele scooter in het gras liggen, zonder bestuurder. Ze gaat langzamer fietsen. Ze hoort gegil. Langzaam beseft ze dat ze moet helpen, maar hoe?
Ze roept, in de hoop dat iemand haar hoort. Tevergeefs. Dacht ze. Toen ze weg wilde rijden haalde een gele scooter haar in. De jongen bedreigde haar iets aan te doen als ze haar mond niet zou houden.

In de loop van het verhaal knapt Wies op, Isis komt erachter wie de bestuurder van de gele scooter was die vervolgens wordt opgepakt.

Dit boek is heel erg realistisch. Het gaat over een meisje dat verkracht is door een jongen op een gele scooter. Dit gebeurt in de werkelijkheid ook steeds meer. Na dat het meisje verkracht is komt ze heel vaak bij de politie, ze moet zich heel veel laten onderzoeken en telkens als ze weer iets weet moet ze dit doorgeven. Dit geldt ook voor het andere meisje. Ze is bedreigd door diezelfde jongen.

De hoofdpersonen zijn
- Spike (De jongen op de gele scooter)
- Wies (Het meisje dat verkracht is)
- Isis (Het meisje dat bedreigt is)

Spike
Spike heeft Wies verkracht. Ondertussen hoorde hij iemand ‘klootzak’ roepen. Dat was Isis. Hij is haar achterna gereden en zei tegen haar: “Je houdt je bek dicht, anders doe ik hetzelfde bij jou” en rijdt weg. Hij snapt zelf ook wel dat de meisjes toch de politie erbij gaan halen. Hij laat daarom zijn opvallende gele scooter eventjes in de garage staan en verteld tegen zijn vrienden, dat er iets kapot is.
Spike komt er thuis achter dat hij zijn zakmes is kwijt geraakt. Als hij gaat kijken bij de plaats waar het gebeurd is staan er al politie auto’s. Hij draait weer om en hoopt dat ze hem niet te pakken krijgen.


Wies
Wies rijdt op een dag alleen naar huis. Uit een zijweg komt een gele scooter gereden. Ze kon niet op tijd remmen en botst heel zachtjes tegen hem aan. De jongen wordt boos en dwingt haar om het bosje in te lopen. Daar wordt ze verkracht door de jongen. Als ze iemand ‘klootzak’ hoort roepen gaat de jongen weg en blijft ze alleen achter. Ze strompelt alleen naar de straat toe en wordt opgehaald door een auto. Die zet haar thuis af. Haar ouders zijn heel bezorgd. Ze moet heel veel verschillende onderzoeken doen op het politiebureau.

Isis
Isis komt terug van haar tennis en ziet een gele scooter in de berm liggen. Ook hoort ze een meisje gillen. Ze weet niet wat ze moet doen. Ze durft er niet heen te gaan omdat ze zo bang is. Toch roept ze ‘klootzak’ naar die jongen. Die jongen hoort het en achtervolgt haar. Hij bedreigt haar. Ze herkent die jongen ergens van. Als ze thuis is komt de politie langs en die zegt dat ze iets weet dat ze dan meteen moet bellen. Na een tijdje kan Isis herinneren dat de jongen een pizza bezorger is. Ze pakt hem samen met de politie op.

Wies en Isis zijn in die tijd heel bang geweest en zijn dus nu een stuk voorzichtiger. Spike heeft spijt van wat hij gedaan heeft maar zit nu in de gevangenis.

Het verhaal duurt ongeveer 17 dagen. Het begint op 6 oktober en het eindigt op 22 oktober. Er zitten geen flashbacks in het verhaal.

Het sprak mij het meest aan toen Wies nog alleen in de bosjes lag. Spike was net weg en ze wist niet wat ze moest doen. Ze kon niet recht staan omdat haar enkel heel erg pijn deed. Ze is toen helemaal alleen naar de weg gestrompeld. Een man heeft haar opgepikt en naar huis gebracht. Haar ouders zijn heel erg geschrokken.

De spanning zat al heel snel in het begin in het boek. Isis wist niet wat ze moest doen en is toen bedreigt.