De Engelenmaker door Stefan Brijs

Beoordeling 6.4
Foto van een scholier
Boekcover De Engelenmaker
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 5407 woorden
  • 23 oktober 2010
  • 43 keer beoordeeld
Cijfer 6.4
43 keer beoordeeld

Boekcover De Engelenmaker
Shadow

Op 13 oktober 1984 keert na een afwezigheid van bijna twintig jaar Doktor Victor Hoppe terug naar zijn geboortedorp Wolfheim, vlak bij het drielandenpunt in de buurt van Vaals en Aken. De bekrompen dorpelingen reageren argwanend op zijn komst, zeker als blijkt dat hij drie kinderen van een paar weken oud bij zich heeft: een identieke drieling met een schrikwekkende af…

Op 13 oktober 1984 keert na een afwezigheid van bijna twintig jaar Doktor Victor Hoppe terug naar zijn geboortedorp Wolfheim, vlak bij het drielandenpunt in de buurt van Vaals en A…

Op 13 oktober 1984 keert na een afwezigheid van bijna twintig jaar Doktor Victor Hoppe terug naar zijn geboortedorp Wolfheim, vlak bij het drielandenpunt in de buurt van Vaals en Aken. De bekrompen dorpelingen reageren argwanend op zijn komst, zeker als blijkt dat hij drie kinderen van een paar weken oud bij zich heeft: een identieke drieling met een schrikwekkende afwijking. Na enkele bijzondere genezingen wordt de dokter toch aanvaard in het dorp en gestaag groeit zijn populariteit. Zijn kinderen zijn echter zelden te zien en dat voedt de geruchten. Langzaam groeit het besef dat ze alle drie ernstig ziek zijn. Maar er blijkt meer aan de hand, niet alleen met de kinderen, ook met de dokter zelf die, gegijzeld door zijn verleden, een beslissing neemt die hem onsterfelijkheid moet bezorgen. De engelenmaker is een roman vol geruchten en rumoer, gefluister en geroddel. Een verhaal over geloof en wetenschap, werkelijkheid en verbeelding, macht en onmacht, zin en onzin. Een roman waarin iedereen naar de waarheid op zoek is en uiteindelijk alleen zijn eigen waarheid vindt en gelooft.

De Engelenmaker door Stefan Brijs
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Mijn mening
De engelenmaker. Het is een eigenaardig boek maar wel een hele goeie eigenaardige boek. Omdat het makkelijk te lezen was begreep je hoe alles structureel in elkaar zat. Je ziet alles vanuit diverse oogpunten waardoor je eigen mening over de situatie kan scheppen. Het is wel een dikke roman maar het leest fijn waardoor de dikte alleen maar voordelig is. Zo ben je nog lang niet uit het verhaal. De drie delen worden helder van elkaar gescheiden en de verhaallijnen kon ik ook goed uit elkaar halen. Hierdoor wist ik hoe iedereen over een onderwerp dacht. Alles werd uitvoerig beschreven zonder het te moeilijk of onoverzichtelijk te maken. Het is wel leuk om te lezen hoe in het boek godsdienst en wetenschap bij elkaar komen. Meestal staan ze lijnrecht tegenover elkaar maar in De engelenmaker gaat het toch op een vreemde manier samen. Vanaf het begin tot het eind vond ik het heel spannend. Zelfs de laaste bladzijde zat nog vol spanning. Ik werd echt verbluft achter gelaten. Alle verhaallijnen die door het boek verweven waren kwamen tot elkaar. Dokter Hoppe die zich ophangt, Vera Weber die toch nog een kind krijgt (!), Rex Cremer die verongelukt en dan een van de dorpelingen die een lijn op de kaart trekt en vervolgens zegt dat dit de lijn der ongelukken is als gevolg van de omgehakte walnotenboom. Ook zijn er veel leuke zinnetjes in het boek te vinden waarover je toch even na moet denken zoals: ‘Soms is wat onmogelijk lijkt, alleen maar moeilijk’ en ‘God het nakijken geven’. Verder is het leuk om een personage te kennen die heel weinig emotie toont en dan wordt je zo verrast als je leest dat hij een heel klein beetje emotie vertoont door alleen maar knikje of een korte blik. Verder is het leuk om te lezen hoe de karakters in het boek zich ontwikkelen, de een positief en de ander negatief.

Ik ben het eens met Arjen Fortuin die zegt dat je in het eerste deel denkt dat je met een dorpsroman te maken krijgt, de verhouding tussen een dokter en de dorp met centraal de peutertjes. Maar als je steeds verder leest viel me mond van verbazing open. Alles was het tegenovergestelde van wat ik had gedacht dat er zou gaan gebeuren. En dat de dorpelingen aan het eind denken dat hij vermoord is door de gekke vrouw, dient alleen nog maar om de rijkdom van Brijs' geweldige roman te benadrukken. Zoals Clara Strijbosch zegt, beheerst Brijs het grote en het kleine in dit boek. Alle perspectieven zijn zo overtuigend dat je niet weet wie wel goed zegt en wie niet. Je wordt elke keer weer op het verkeerde been gezet. Het is Stefan Brijs in De engelenmaker gelukt: een spannende roman schrijven over de gevaarlijke en aanlokkelijke mogelijkheden van het scheppen van leven.

Ik ben heel blij dat ik dit boek heb gelezen en ik vind het een van de beste boeken die ik tot nu toe voor een boekverslag heb gelezen!


Verhaallijnen
Victor Hoppe: De verstrooide genie die geen emoties toont en zwijgzwaam de strijd aangaat met God.

Karl Hoppe: De vader van Victor Hoppe. Hij voelt enige sympathie voor zijn zoon in tegenstelling tot zijn vrouw. Maar hij heeft zijn gevoelens nooit naar hem kunnen uiten waardoor dit hem fataal wordt.

Rex Cremer: De collega van Victor Hoppe op de Universiteit in Aken. Hij staat altijd achter Victor Hoppe maar als hij ziet dat Victor fouten begint te maken probeert hij zich van hem los te laten maar dit is hem nooit meer gelukt.

Frau Maenhout: De gepensioneerde onderwijzeres die is ingehuurd door Victor om voor de drie peuters te zorgen. Ze leert de peuters lezen, schrijven en rekenen. Ook laat zij hun kennis maken met de bijbel. Ze is een slimme vrouw die haar intuïtie volgt maar ook dit wordt haar fataal.

Vera en Lothar Weber: Een van de dorpelingen die pas aan het eind van het boek veel contact krijgen met dokter Hoppe vanwege een IVF behandeling.

De biologische moeder van de drie klonen: haar naam ben ik niet tegengekomen. Ze werd vooral als de gekke vrouw beschreven. Deze vrouw probeert haar kinderen (de drie kleuters) voor zich te winnen en koste wat het kost hun levens sparen maar ook zij slaagt hier niet in.

Zuster Marthe: Wanneer Victor als een kleuter van vijf jaar in een klooster voor debielen en idioten wordt gegooid ontmoet hij de oudere zuster Marthe. Marthe voelt enige sympathie voor Victor en gelooft er niet in dat hij idioot is. Ze leert hem lezen, schrijven en rekenen. Al gauw ontdekt ze dat Victor een heel slim mannetje is.

Het verhaal heeft een gesloten einde. Alle open plekken worden gevuld. Je komt te weten dat Victor Hoppe zichzelf gekruisigd heeft, Rex Cremer is verongelukt, Frau Maenhout en de gekke vrouw zijn ook vermoord en verder krijgt de familie Weber een zoon door de succesvolle IVF behandeling.

Michael, Gabriel, Rafael: Hun hebben niet echt een verhaallijn omdat je niet weet hoe ze over iets denken en hun handelingen worden niet beschreven maar omdat het verhaal grotendeels om hun gaat en iedereen over hun praat hebben deze kleuters toch nog enigszins een verhaallijn geschept.

Bron: boek en uittreksel


Spanning en open plekken
Er wordt tegenstrijdige informatie gegeven: Victor Hoppe gelooft dat God alleen maar kwaad doet en daarom de goede Jezus niet heeft geholpen bij zijn lijden. Ook gaat hij de strijd aan met God in een hele gelovige en bijgelovige dorp. Alleen de dorpelingen weten hier niets van.

Het achterhouden van informatie: in het begin weet je heel veel niet. Je weet niet hoe Victor aan de drie peuters is gekomen. Ook weet je niet waarmee Victor echt bezig is. Je weet wel dat hij dokter is maar dat is maar schijn. Naar de echte achterliggende gedachtes van de dokter kun je alleen maar gissen.

Verwijzingen naar elementen die nog niet bekend zijn: Wanneer Frau Maenhout de albums vind met V1, V2 en V3 en data. Hier staan allemaal foto’s van lichaamsdelen in. Maar je weet nog niet wat de namen en de data precies inhouden.

De drie peuters zijn eigenlijk ook een verwijzing. Ze verwijzen naar de echte denken en doen van de dokter. De overreden zoon Gunther Weber van Lothar en Vera Weber. In het begin denk je dat het irrelevante informatie is dat Gunther is verongelukt. Maar dit is een heel belangrijke gebeurtenis. Door de grote gemis bij de ouders zijn ze ertoe in staat om aan een experiment deel te nemen van dokter Hoppe. Een combinatie van IVF en klonering die tot een succes lijdt. Helaas kan de dokter zelf dit niet meer meemaken.

De titel: het is een mysterieuze titel. Want wat versta je precies onder engelenmaker? Dit is ook een van de redenen waarom ik het gelezen heb. Ik wist niet precies wat de schrijver hiermee bedoelde maar later wordt alles duidelijk.

Het ontbreken van motivatie voor het handelen van een persoon: Dit is een heel belangrijk element in het boek. Op een gegeven moment vind de gekke vrouw de twee overgebleven peuters in hun eigen ontlasting op bed en overal soepblikken. Dit terwijl de dokter zelf in huis aanwezig is. Alleen hij doet er niks aan. Hij laat het allemaal maar gebeuren. Hierdoor wil je juist weten waarom hij zo met de peuters omgaat. Het was een schok om te lezen dat hij ze eigenlijk wilde uithongeren zodat ze zo snel mogelijk zouden overlijden. Ook in het tweede deel van het boek wordt zo spanning opgebouwd. Wanneer Karl Hoppe de vijfjarige Victor naar een klooster brengt en hem vervolgens belooft dat hij hem zal schrijven. Dit is er nooit van gekomen. Maar Karl bleef wel met een schuldgevoel zitten. Hij heeft nooit gedacht dat zijn zoon echt debiel was omdat hij niet kon praten maar hem in huis houden was ook geen optie. Dit werd echter bevestigd door zuster Marthe die beweerde dat Victor heel slim was. Uiteindelijk heeft hij toch de stap gezet en heeft Victor voor ongeveer twee jaar weer in huis gehouden.

Het overschakelen op een andere verhaallijn: het overschakelen op een andere verhaallijn wordt heel vaak gebruikt. Bijvoorbeeld wanneer Victor meer dan ooit weet dat hij de touwtjes in handen heeft en zo God kan verslaan, je weet alleen niet hoe en verwacht dat je er zo achter kan komen maar dan schakelt de schrijver naar een andere verhaallijn die nog spannender is. Dan belt er opeens een vrouw naar Rex Cremer die beweert dat zij de moeder is van de drie jongens.

De belangrijke open plekken zijn:
- Wie de drie baby’s zijn die de dokter bij zich heeft.
- De keuzes van Rex Cremer, wanneer hij eindelijk de dokter durft tegen te houden.
- Of Viktor de strijd wint met God.
- Vera en Lothar Weber die aan een experiment van Viktor meedoen.
- Hoe loopt het met Frau Meanhout en de gekke vrouw af?
- Wanneer het dorpje de dokter accepteert.


Personages - Hoofdpersonen
Viktor Hoppe: Een man die alleen zwart/wit kan denken. De grijstinten ertussen in bestaan voor hem niet. M.a.w. hij kan alleen goed en kwaad onderscheiden. Hij begrijpt niet dat mensen die goed zijn ook kwaad kan doen en andersom. Hij heeft zo zijn eigen opvattingen over God en Jezus. Hij denkt dat God slecht is en Jezus goed. Viktor herkent zichzelf in Jezus en hij herkent zijn vader als God.

Verder toont hij bijna nooit emoties, heeft geen gevoel voor humor en is hij heel erg in zichzelf gekeerd maar in tegenstelling tot dit alles is hij een geniale dokter die elke keer de grenzen probeert te overschrijden en het engste is nog dat dit hem nog lukt ook. Hieruit is duidelijk op te maken dat hij aan het syndroom van Asperger lijdt: vorm van autisme: tekort aan socialiteit, voorstellingsvermogen en communicatie. Geen gevoel voor humor en mensen die eraan lijden kunnen amper emoties tonen. Alles heel letterlijk en serieus nemen maar uitzonderlijk intelligent. Hij is heel erg gericht om progressiviteit. Als hij iets kan, gaat hij dat niet herhalen om te bewijzen dat hij het nog kan, hij gaat gewoon door met de volgende stap. Zo gaat hij de strijd aan met God. God geeft en God neemt. Hij wilt net als God leven geven maar niet nemen.

Om dit te bereiken gaat hij wel heel erg ver maar hij is vastbesloten de strijd te winnen. Een uitspraak die hij vaak doet is: ‘iets wat onmogelijk lijkt is eigenlijk alleen maar moeilijk.’ Over zijn uiterlijk wordt veel gepraat.

Hij heeft rood haar, in het begin kort maar naarmate de tijd verstrekt laat hij zijn haar groeien waardoor hij er onverzorgd uit gaat zien. Ook heeft hij een rood baardje die hem zo op een duivel doet lijken. Het opmerkelijkste aan zijn gezicht is zijn hazelip. Weliswaar gehecht maar toch erg opvallend. Hierdoor heeft hij een stem gekregen die doet denken aan nagels die over een bord krassen.

Victor is een round character. In het begin wordt hij als een type beschreven: de gesloten dokter die uitstekend zijn werk doet maar een man is van weinig woorden. Je leert hem dus kennen als een man die geen gevoel voor humor heeft en alles letterlijk neemt. Een irritante vent dus. Maar in de tweede deel wordt zijn zware jeugd en zijn jaren als student uit de doeken gedaan. Je leert hem steeds meer te kennen en je weet waarom hij dan zo op alles reageert. Zo is hij opeens geen irritante man meer maar eentje die veel te verduren heeft gehad en zo tot een gesloten persoonlijkheid is gekomen. Je leest hoe hij zich steeds meer ontwikkelt van een slim ventje van 5 tot een gestoorde dokter van 40 die zichzelf probeert te klonen om zo God het nakijken te geven. Dit is zo goed beschreven omdat je opeen bepaald moment medelijden en tegelijkertijd sympathie voelt voor deze man.

Rex Cremer : Rex Cremer is stafarts op de universiteit in Aken. Hij is een man die zich aan de regels houdt en alles eraan doet om zijn eer hoog te houden.

Daarom kan hij niet zo goed met Victor opschieten maar ondanks alles staat hij wel pal achter hem en steunt hem als enige wanneer hij met zijn experiment door wilt gaan. Als blijkt dat het experiment na alle investeringen van de Universiteit toch tot een flop eindigt probeert hij zijn hachje te redden en schuift alle schuld op Victor af. Victor die hem totaal niet boeit hoe de mensen op de universiteit over hem denken neemt ontslag en gaat naar Wolfheim om verder te gaan met zijn onderzoek.

Rex Cremer doet alsof hij niks van het kloneren van mensen weet maar toch heeft hij hier nog altijd schuldgevoelens over. Hij vind het experiment om mensen te kloneren opwindend maar weet dondersgoed dat het verboden is. Hij is te laf om hem tegen te houden. Rex zei: ‘Je hebt God het nakijken gegeven’. Pas later zou hij achterkomen dat dit ene zinnetje alles bij Victor op gang heeft gezet omdat hij alles te serieus opvat.

Gabriel, Rafael, Michael: Hoewel deze drie peuters niks zinnigs kunnen zeggen gaat toch het hele verhaal in de eerste instantie om hen. Het zijn drie peuters met een identieke hazelip( geerfd van hun vader) en rood haar. Deze valt later uit. Met deze jongetjes wordt er geexperimenteerd maar daar weet niemand wat van. Degene die erachter komen worden vermoord. Verder zien ze er afschuwelijk uit. Het zijn echt mislukkelingen en iedereen schrikt van hen als ze hen zien. Maar naarmate het verhaal vordert krijgt iedereen sympathie voor deze peuters.

Frau Meanhout: Frau Meanhout speelt een kleinere rol dan Rex en Victor maar is even belangrijk. Zij voedt in principe vier jaar de kinderen op. En je leert Frau Meanhout vier jaar lang kennen. Ze is een strenge maar rechtvaardige vrouw. Verder is ze niet alleen de juffrouw voor de drie kleintjes maar tevens een moeder. Ze maakte het huis schoon, deed boodschappen en ze verzorgde de kinderen.


Personages - Bijpersonen
De gekke vrouw : Eigenlijk is dit de moeder van de drie baby’s. Ze heeft ze door IVF en klonering gekregen. Nadat ze had gehoord dat het drie jongens waren stootte ze hen meteen af. Jaren later heeft ze hier nog steeds spijt van en op het laatst besluit ze dan toch nog op te zoeken. Ze is een sterke vrouw met een duidelijke moederinstict. Ze weet niet zo goed wat ze wilt en dat maakt haar onzeker. Als ze eenmaal de kleuters( haar kinderen dus) heeft gezien neemt ze een vast besluit en gaat ze vanaf dat moment voor haar kinderen zorgen zoals een echte moeder dat zou doen.

Karl en Johanne Hoppe: Karl en Johanne Hoppe zijn de ouders van Vincent Hoppe. Karl is een sympathieke man aangezien hij zijn kind niet meteen afstootte maar nog enig contact met hem onderhield. Echter sloeg hij Victor en mishandelde hem. Karl kon er niet tegen dat Victor geen emoties toonde en alleen sprak als hij dat zelf wilde Johanne daarentegen een kille moeder die alleen een ‘gezonde’ zoon of dochter wilde. Nadat ze zag dat haar zoon een hazenlip had verafschuwde ze hem meteen. Daarom heeft ze nooit voor hem gezorgd en zorgde ze ervoor dat hij naar een klooster ging zodat ze hem niet thuis om zich heen had. Karl pleegde later zelfmoord omdat hij zich te schuldig voelde tegenover zijn zoon.

Zuster Marthe: Zuster Marthe heeft een kleine rol in het boek maar wel een hele belangrijke. Door dat kleine stukje leer je haar persoonlijkheid kennen. Ze is geduldig, ze heeft respect voor iederen een houdt van de kinderen in het gesticht. Ze had het vertrouwen in dat Victor eigenlijk een heel pienter mannetje was en helemaal niet zo dom en debiel was zoals de andere zusters dat zeiden. Zo had ze Victors vertrouwen gewonnen en hem beetje bij beetje leren lezen en schrijven. Uiteindelijk bleek dat Victor buitengewoon slim was. Zuster Marthe zei tegen Victor voordat ze voorgoed wegging: ‘God geeft en God neemt maar soms moeten we dat zelf doen.’ Die zin heeft Victor heel goed onthouden. En later wanneer hij volwassen wordt gebruikt hij die zin nog vaak.

Pastoor Kaisergruber: Pastoor Kaisergruber is de pastoor van Wolfheim. Hij is eigenlijk een meeloper. Wanneer het dorpje Victor niet accepteerde was het Kaisergruber die het er nog eens in wreef maar op het moment dat het dorpje sympathie kreeg voor de dokter was het Kaisergruber die de dokter loofde. Ondanks alles is hij toch nog wel een beetje bang voor de dokter. Hij voelt zich nooit op zijn gemak als hij bij hem in de buurt is. Verder heeft hij zijn vader Karl Hoppe goed gekend.

Irma Nussbaum: Irma is de roddelaarster van het dorp. Ze woont tegenover Victor. Alles wat Irma ziet of hoort roddelt ze meteen door naar andere. Ze is daarom niet te vertrouwen. Irma is in het begin zelfs zo ver gegaan dat ze opschreef wat de dokter allemaal bestelt had voor apparaten en instrumenten.


Type of karakter
Victor is een natuurlijk een karakter. Je leest wat hij denkt en wat hij zegt. Daarnaast lees je niet alleen hoe hij over een onderwerp denkt maar ook de mensen om hem heen. Zo kun je eigen mening over hem vormen. In het begin leer je hem kennen als een gesloten man maar naarmate je verder leest lees je hoe dynamisch hij werkelijk is.

Rex Cremer is een type. Hij wilt altijd zijn eigen hachje redden en dus doet hij er alles aan om niet in een verkeerde zonlicht te komen staan.

Frau Meanhout is ook een type. Ze blijft heel het verhaal dezelfde persoonlijkheid behouden. Je leert haar wel persoonlijk kennen maar ze maakt geen persoonlijke ontwikkeling door. Ze zorgt tot haar einde voor de kinderen.

De gekke vrouw is wel een karakter. Ze komt een heel klein stukje in het boek voor maar je leert haar aan het eind pas echt goed kennen. Ze hoopte zo erg op een meisje maar toen ze hoorde dat het drie jongetjes werden stootte ze hen meteen af. Jaren later heeft ze spijt getoond en heeft ze de moed gevonden om ze op te zoeken. Wanneer ze hen ziet verandert haar hele houding. Ze gaat van onzekere vrouw naar een sterke moeder die alles voor haar kinderen overheeft.

Karl en Johanne Hoppe zijn ook types. Karl blijft heel het verhaal zich schuldig voelen over zijn zoon, zo erg dat hij dit alles op de kleine Viktor af reageert. Uiteindelijk is het allemaal te veel geworden en pleegt hij zelfmoord. Johanne is ook een type. Ze mocht vanaf het begin Victor niet en dat is tot haar dood zo gebleven.

Zuster Marthe is ook een type. Ze bleef dezelfde lieve geduldige non tot het eind. Ze werd nooit boos maar had wel zoveel moed om tegen de oudere zussen in te gaan als het moest. Maar ze maakt geen persoonlijke ontwikkeling door.

Pastoor Kaisergruber is ook een type. Hij blijft heel het verhaal lang de argwanende houding aannemen.

Irma Naussbaum is ook een type. Ze blijft voor altijd een roddelaarster en dat zal ook nooit veranderen.

Thema en motieven
Thema’s die in het verhaal voorkomen: Goed en kwaad, roddelen, embryologie en vertrouwen.

Eigenlijk gaat het verhaal alleen maar om goed en kwaad. Victor dacht ‘zwart-wit’. Je bent of goed OF slecht. Hij zag geen grijstinten wat betekent dat hij niet begreep dat goede mensen ook slechte dingen doen en andersom.

In het dorpje roddelen ze voortduren en dan voornamelijk om de dokter en zijn drie zoontjes. Bij sommige personages leerde je hun niet kennen door hun gedachtes te lezen maar door het geroddel over hen. Naast al het religieuze is een ander belangrijk thema embryologie. Victor is professor in embryologie en experimenteert ook hierop los. Hij wil kosten wat kost levens scheppen door mensen te kunnen klonen. Dit lukt hem uiteindelijk maar krijgt mismaakte kinderen die hij naar de aartsengelen vernoemt. Dit verwijst naar de titel: De Engelenmaker. Zelfs tot het einde wanneer hij dood is zijn de gevolgen van zijn experimenten duidelijk te zien. Het is hem dan eindelijk gelukt om leven te scheppen d.m.v. IVF en klonering. Verder gaat het boek ook om vertrouwen. Je ziet het in verschillende niveaus terug. In het begin wanneer kleine Victor zuster Marthe vertrouwt is hij opeens heel open en kan hij veel meer van zichzelf laten zien. Later wanneer hij als dokter is afgestudeerd is het Rex Cremer die hem het vertrouwen geeft en helemaal achter de experimenten van de dokter staat. Het vertrouwen van Rex in Victor heeft ervoor gezorgd dat de universiteit Victor een kans geeft om zijn experimenten aan de universiteit te doen. Later als hij in het dorp komt kijkt iedereen met wantrouwen naar Victor maar hij bewijst zichzelf als dokter en steeds meer mensen hebben vertrouwen in hem waardoor zijn wachtkamer al gauw vol komt te zitten.

De verhaalmotieven zijn: uitspraken van de dokter en uitspraken van andere, tegenslagen en vooruitgangen. Er zijn een aantal uitspraken die geregeld terugkomen in het verhaal. Die van de dokter zelf komt het vaakst voor: ‘Soms is iets wat onmogelijk lijkt, alleen maar moeilijk’. Die van zuster Marthe: ‘God geeft en goed neemt’. En de uitspraak van Rex Cremer: ‘U heeft God het nakijken gegeven’. Er zijn erg veel tegenslagen in het boek. De meeste tegenslagen zijn de tegenslagen bij de experimenten. Elke keer hoop de dokter dat zijn experiment lukt maar dan mislukt het. Maar de dokter geeft het niet op. Dit heeft ertoe geleid dat hij uiteindelijk toch nog een mens heeft gekloond. Ook bij de drie kinderen kom je tegenslagen tegen en vooruitgangen. Ze zijn heel erg vooruit gegaan in hun lezen, rezen en wereldoriëntatie maar wat betreft hun gezond gaat het zo erg achteruit dat ze uiteindelijk een voor een sterven net na hun vijfde verjaardag.

De leidmotieven zijn: de Bijbel. De Bijbel wordt direct of indirect vaak opgemerkt. Vaak gaat het dan om de verhouding tussen God en Jezus. Victor denkt dat God het kwade is en Jezus het goede. Daarom ziet hij zichzelf als Jezus en zijn vader als God. Als hij in een klooster geplaatst wordt gaat begrijpt hij de diepere betekenis van de bijbel en dit bevestigt zijn gevoelens alleen maar. Daarnaast zijn de mensen in het dorpje heel erg gelovig. Victor kan ook zo delen van de Bijbel uit zijn hoofd doen. Aan het eind van het verhaal kruisigt hij zichzelf net als Jezus. De hazenlip is ook een leidmotief. De hazenlip komt bij Victor voor die heeft hij weer van zijn vader geërfd en ook Victor geeft dit door aan zijn nakomelingen.


Ruimte en tijd
Het verhaal speelt zich in een aantal ruimtes af.

In het eerste gedeelte speelt het verhaal zich af in het Belgische dorpje in het Duitse taalgebied genaamd Wolfheim. Omdat het een klein dorpje is, is een roddel al snel het onderwerp van de dag. Iedereen komt alles snel te weten.

Een gedeelte in het boek speelt zich ook af op de universiteit tussen allemaal professoren en doktoren. Hier heeft Victor zich bewezen als een hoogbegaafde leerling.

Het gesticht waar hij als klein kind jaren heeft doorgebracht is een sfeerscheppend ruimte. Alle patiënten sliepen op een kamer en het was broeiierig warm. Alle patiënten waren debielen en psychisch gestoorde mensen. Het was een akelig sfeertje tussen de dikke vochtige muren van de klooster. Hierdoor versterkt het nog meer het gevoel dat dit eerder een psychische inrichting was dan een klooster.

Victor pleegde zelfmoord op de cavalerieberg waarop het drielandenpunt ligt. Daarop stond een beeldenverzameling van taferelen uit de Bijbel. Victor heeft hier zichzelf op het laatst gekruisigd. Victor had heel zijn leven geprobeerd een Jezus te zijn, enkel goede daden te verrichten en enkel levens geven

De verteltijd is 428 bladzijdes en de vertelde tijd is van 29 september 1984 tot 21 mei 1989

Er is wel een verschil in fabel en sujet. Het boek is opgedeeld in drie delen waarvan het eerste en derde deel chronologisch zijn. Daarnaast is het derde deel het vervolg van de eerste.

Er zijn een aantal flashbacks. In het tweede deel wordt er eigenlijk alleen maar een flashback verteld. In het tweede deel van het boek ken je Victor als een klein kind en daarna als een jonge student. Een andere flashback is wanneer de gekke vrouw terug denkt aan de tijd dat ze de jongetjes nog in haar buik had. Verder zijn er veel vooruitwijzingen zoals de namen van de drie kinderen. De namen van de aartsengelen, later leer je waarom Victor hen die namen heeft gegeven. Ook het te snel ouder worden van de drie kleuters is een vooruitwijzing naar de experimenten van Victor.


Perspectief
Het is een alwetend perspectief. Dat betekent dat je de gedachtes van verschillende figuren in het boek leest waardoor je eigen mening kan vormen over een onderwerp. Doordat het een alwetend perspectief is weet je waarom de figuren zo typisch reageren daarom kun je ze ook niks kwalijk nemen. Bij Victor heeft dit bij mij een groot invloed gehad. In het begin vond ik hem echt een onaardige man en totaal niet sociaal, iemand die je liever vermijd. Maar ik leerde hem steeds beter kennen en uiteindelijk vond ik hem toch wel op een bepaalde manier sympathiek. Ik neem hem nu niks kwalijk omdat ik nu weet hoe moeilijk hij het heeft gehad en dat hij zo is geworden kan hij zelf ook niks aan doen. Op het eind kreeg ik zelfs medelijden met hem.


Structuur
Het boek heeft drie grote delen. Het eerste en derde deel zijn één verhaal en hebben een eigen nummering in hoofdstukken. Het tweede deel is een en al flashbacks en is niet opgedeeld in hoofdstukken. Verder heeft het boek geen begincitaat, proloog of epiloog.

Er is een samenhang op basis van herhaling en overeenkomst. Dit is het duidelijkst bij de Bijbel. De Bijbel komt op allerlei manieren terug in alle drie de delen. Met als hoogtepunt de zelfkruisiging aan het eind. Daarnaast komt er ook contrast voor. Het is een mooie dag wanneer de dokter terugkeert naar zijn geboortedorp. Niemand weet dan nog hoe hij echt is. Verder komt er ook spiegeling voor. Er is een herhaling in een andere vorm want Victor ziet Jezus als zichzelf en God als zijn vader. Het goede en het kwade. Daarom is dit een herhaling in een andere vorm.

Het verhaal begint ab ovo. Het verhaal begint bij de eerste gebeurtenis wanneer de dokter terugkeert naar zijn geboortedorp. Vanaf dat punt lees je steeds verder in de tijd met later een aantal flashbacks.

Ook is er een sprake van een cyclische opbouw. Het eerste en laatste deel sluiten op elkaar aan.


Verwerkingsopdracht 7 interview
De Pers
Denk je dat je de enige bent van jezelf op de wereld? Binnenkort kun je hierop ‘nee’ zeggen. Dr. V. Hoppe heeft een doorbraak in de medische wereld gemaakt. Hij is er in geslaagd om mensen te kunnen klonen m.b.v. embryologie en IVF. Op 1 december 2010 geeft hij een lezing waarin hij alles gaat leggen maar wij hebben een exclusief interview kunnen regelen! Lees snel verder en reageer op de poll op de site: www.depers.nl

Wanneer wist u dat u geneeskunde wilde gaan studeren?
Sinds ik als een klein jongetje in het klooster zat. Destijds las ik veel de Bijbel en leerde over God en Jezus. Een zuster die met mij samen de Bijbel las zei eens: ‘God geeft en God neemt.’. Sindsdien ben ik anders gaan denken. Ik wilde niet als God alleen maar kwaad doen maar ik wilde goed doen net als Jezus. Ik wilde alleen maar geven. Alleen maar levens geven. Om dit waar te kunnen maken heb ik geneeskunde gedaan en daarna gespecialiseerd in embryologie.

Hoe ging u om met het kritiek in het begin?
Er is natuurlijk veel kritiek gekomen op mijn werk. Er zijn talloze discussies geweest over het klonen van mensen. Echter heb ik gewoon mijn droom en levenswerk waargemaakt en daar ben ik trots op. In het begin lette ik heel erg op het kritiek en piekerde er lang over maar ik liet het nooit merken. Later is het verandert. Ik heb een soort schild gecreëerd voor alle kritiek. Ik let allang niet meer op ze allemaal. Ik neem het kritiek van deskundige nog serieus. Voor de rest gaat het mij voorbij. Ik heb er nu totaal geen problemen mee. Natuurlijk kunnen mensen kritiek over mij hebben maar het slaat toch niet bij me aan. Daarnaast was in het begin nog lastig voor mij om me erdoorheen te zetten want niemand geloofde in mij waardoor de kritiek nog harder aankwam.

Waarom heeft u uw eerste klonen de namen van de aartsengelen gegeven?
Aartsengelen zijn schepselen van de eenheid. Daarnaast hebben ze ook geen stoffelijk lichaaam. Ze zijn als een gedachte, als het licht, maar zij zijn niet materieel.
Ik heb mijn drie eerste klonen zo genoemd omdat ik ze niet meer zie dan experimenten. Dus ik zag ze als iets wat geen stoffelijk lichaam heeft. Ze zijn mijn gedachtes, mijn probeersels , ze zijn niets persoonlijks voor mij. Daarom heb ik ze ook aan hun lot overgelaten totdat de biologische moeder op kwam dagen en voor hen heeft gezorgd tot het eind.

Hoe ver wilt u gaan met het klonen van mensen?
Ik wil alleen het goede doen in me leven. Het geven van leven voor mensen die zelf geen leven kunnen geven. Ik wil niet mijn methode uitbreiden om klonen te maken voor het leger of iets dergelijks. Puur mensen die geen kinderen kunnen krijgen. Natuurlijk bestaan er nog zoiets als schoonheidsfoutjes in de kloon maar we gaan voorruit. Nogmaals uitsluitend voor het goede.

Hoe reageerde de dorpelingen op uw aankomst met de drie baby’s ?
In het begin was iedereen geshockeerd. Niemand had vertrouwen in mij. Ze vonden de baby’s afgrijselijk en lelijk maar zeiden er toch niets van. Ik kan ze niks kwalijk nemen, het zijn niet bepaald moedersmooiste maar het was het begin van een lange weg. Later raakten de mensen eraan gewend en kwamen ze zelfs naar hun vierde verjaardag. Ze waren er zelfs trots op dat ze waren uitgenodigd. Als de mensen langs ons tuin liepen probeerde ze altijd een glimp op te vangen van de drieling.

Wanneer bent u van plan om de eerste ‘volmaakte’ klonen op de wereld te brengen?
Dat gaat snel gebeuren aangezien we al iets verder zijn in de technologie. Er is nog volop een onderzoek aan de gang naar een succesvolle IVF behandeling. Verder zijn we nog midden in onze experimenten om volmaakte klonen op de wereld te zetten, het hangt dus allemaal van de resultaten af. Dan weten we pas of we verder kunnen of we weer opnieuw moeten beginnen met onze experimenten.

Waar haalt u de kracht vandaan om na al die tegenslagen toch nog zo ver komen?
Ik dacht niet zoveel aan de tegenslagen, eerder hoe ik nog verder kan komen. Eerst stond de universiteit zelf nog achter me, maar nadat ze niet meer in me geloofde ging ik zelf weg. Ook het kritiek uit Amerika deed me zaken niet goed. Daarom heb ik nooit aan tegenslagen gedacht. Als je dat doet kom je nooit verder. Pas achteraf denk ik aan de tegenslagen want dan heb ik mijn doel al behaald. Verder dacht ik altijd dat ik mezelf kon overtreffen bij elke volgende experiment, dit zag ik als een uitdaging en zo kwam ik verder.

Wat kunt u zeggen over uw beroemde uitspraak: ‘soms is wat onmogelijk lijkt, alleen maar moeilijk?’
Precies zoals ik het zeg: soms is wat onmogelijk lijkt, alleen maar moeilijk. Niks is onmogelijk alleen moeilijk daarom zie je het als iets onmogelijks. Als je een ding echt graag wilt bereiken maar je denkt dat het onmogelijk is moet je het woordje onmogelijk vervangen in moeilijk. Dan klinkt het opeens veel minder eng, niet waar?

En tot slot: wie is uw inspiratiebron/ grote voorbeeld?
Mijn grote voorbeeld is Jezus. Ik wil net als hem zijn dat is het doel in mijn leven. Leven geven en het goede doen. Als ik sterf wil ik daarom gekruisigd worden als eerbetoon aan hem.

Dit was dan het interview met Dr. Victor Hoppe. Heb jij nog vragen of wil je reageren op onze poll ga dan naar www.depers.com en win een koelkast!

REACTIES

A.

A.

Superverslag, denk dat je hier een goed punt voor had! als ik zoiets maakte zeker wel, ook al sluit het niet helemaal aan bij onze opdracht, mar ik ben ook nog maar vwo4...

12 jaar geleden

A.

A.

je bent vergeten dat de gekke vrouw lesbisch is, en al eerder met haar vriendin bij de doktor is geweest voor een behandeling. Dat maakt haar nog meer een karakter, ook omdat je weet dat haar vriendin haar in de steek laat. Dat verklaart nog meer haar gedrag bij de geboorte van de jongens

12 jaar geleden

S.

S.

De gekke vrouw haar naam was Rebekka dacht ik?

9 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De Engelenmaker door Stefan Brijs"