Korte samenvatting:
Eerste episode: 1945
In januari 1945 wordt in Haarlem, in de straat van de familie Steenwijk, de NSB’er Fake Ploeg doodgeschoten. Ploeg ligt voor het huis van de buren, de familie Korteweg. Deze buren verslepen het lijk van Ploeg tot voor het huis van Steenwijk. De Duitsers zijn snel ter plaatse, ze steken het huis van Steenwijk in brand en voeren de familie Steenwijk af. De ouders van Anton Steenwijk worden later gefusilleerd. In de cel van Anton zit ook een jonge vrouw, die waarschijnlijk bij de aanslag betrokken is geweest. Anton wordt na verloop van tijd uit de cel gehaald en naar Amsterdam gebracht, waar hij bij een oom en tante kan wonen.
Tweede episode: 1952
(ten tijde van de Koreaanse oorlog) In 1952 bezoekt Anton een feestje in Haarlem. Voor het eerst sinds de oorlog is hij weer in die stad. Hij besluit een bezoekje te brengen aan de straat waar hij vroeger gewoond heeft. Hij treft daar de overbuurvrouw, mevrouw Beumer, aan met wie hij een praatje maakt. Anton besluit om nooit meer terug naar Haarlem te gaan.
Derde episode: 1956
Vanwege de inval van de Russen in Hongarije, wordt het hoofdkantoor van de Communistische Partij Nederland door relschoppers bestormd. Anton woont hier heel dichtbij, dus de relschoppers staan bij hem in de straat. Een van hen is Fake Ploeg jr., de zoon van de NSB’er. Hij heeft een kei in zijn hand. Fake zat bij Anton in de klas. Anton vraagt hem mee naar binnen te gaan en daar praten zij over het verleden. Er ontstaat een kleine ruzie en Fake gooit met de kei een spiegel in en rent weg.
Vierde episode: 1966
(ten tijde van de Vietnam oorlog)Anton is inmiddels getrouwd met Saskia de Graaff en hebben een dochtertje, Sandra, van vier. Tijdens een begrafenis hoort Anton van Cor Takes dat deze bij de aanslag betrokken was, samen met Truus Coster. Truus Coster is gefusilleerd en Anton begrijpt dat zij degene was met wie hij in de cel gezeten heeft.
Vijfde episode: 1981
Anton is gescheiden en nu met Liesbeth getrouwd. Ze hebben een zoon, Pieter. Wanneer Anton hevige kiespijn heeft, gaat hij naar de tandarts. Deze wil hem alleen maar helpen als Anton mee gaat demonstreren tegen kernwapens. Anton zegt toe. Tijdens de demonstratie komt Anton zijn vroegere buurmeisje Karin Korteweg tegen. Zij vertelt hem dat haar vader en moeder niet met het lijk voor hun deur gevonden wilden worden, omdat haar vader hagedissen had die dan zeker gedood zouden worden. Bij de andere buren kon het lijk ook niet worden gelegd, want daar zaten joden ondergedoken. Uit angst voor wraak van Anton was Korteweg naar Nieuw- Zeeland geëmigreerd, waar hij in 1948 zelfmoord pleegde.
Thema:
Het thema is ‘schuld’.
De idee:
Wat is schuld en wanneer is iemand schuldig? Wie heeft er de schuld van de dood van Antons ouders en broer. Zijn het de Duitsers of is het de familie Korteweg? Daarnaast komt de schuldvraag ook bij andere gebeurtenissen terug: hebben de leden van de CPN schuld aan de Russische inval in Hongarije? Enz.
Titelverklaring:
Nou dat lijkt me duidelijk. Er wordt een aanslag gepleegd op die NSB’er en daar draait het allemaal om. Tot aan het einde van het verhaal. Totdat Anton eindelijk weet hoe de vork in de steel zit, m.b.t. de moord.
Hoofd- en bijfiguren:
De hoofdpersoon is Anton. Anton probeert de oorlog zo veel mogelijk te vergeten, maar hij wordt er steeds weer mee geconfronteerd. In de loop van het verhaal komt hij steeds meer te weten over de aanslag op Ploeg en de gevolgen daarvan voor de betrokkenen. Hij is een rond karakter.
De bijfiguren zijn: de ouders en broer van Anton. Saskia de Graaff, Sandra, Liesbeth, Peter en Cor Takes. Allen spelen een rol bij wat Anton meemaakt.
Tijdsopbouw:
Het boek begint in Januari 1945 en eindigt in November 1981. Het verhaal wordt chronologisch verteld. Wel zijn hier en daar flash- backs en flash- forwards.
Perspectief:
Hij- perspectief. Het verhaal draait volledig om de ik- figuur, Anton Steenwijk. Je ziet het verhaal door de ogen van Anton.
Maar het verhaal is geschreven vanuit een alwetende verteller. Deze alwetende verteller wendt zich af en toe tot de lezer.
Ruimte:
De twee belangrijkste steden zijn Haarlem en Amsterdam. Daarnaast heeft Anton een huisje in Toscane.
Symboliek:
In verschillende delen van het verhaalverhaal komt as voor. De tweede episode begint met de vermelding dat er nog jarenlang as uit de hemel zal neerdalen. Dit is een vooruitwijzing naar het feit dat Anton zijn hele leven met de annslag op Ploeg bezig is. As is het symbool van de vergankelijkheid: als er iets niet meer is, is er slechts as over en aan as kun je niet zien wat het ooit geweest is. (heb ik opgezocht) Het verhaal eindigt met: ‘zijn schoenen sloffen en het is of zij wolkjes as opwerpen, ofschoon nergens as te zien is.’
Originaliteit:
Het verhaal op zich vind ik niet origineel. Het gaat over een aanslag en dat dat iemand bezig houd. Er zijn zoveel boeken die daarover gaan.
Stijl:
Harry Mulisch heeft een simpele stijl, waardoor het boek makkelijk wegleest. De zinnen zijn niet te lang en niet veel moeilijke woorden.
Eigen mening:
Ik vond het een mooi boek om te lezen. Niet te moeilijk. En zo’n verhaal dat met de oorlog te maken heeft trekt mij wel. Dus mooi en spannend boek.
Over de schrijver:
Harry Mulisch wordt op 29 juli 1927 geboren in Haarlem. Mulisch gaat in 1958 in Amsterdam wonen. Hij trouwt in 1971 en krijgt 2 dochters.
Mulisch debuteert in 1947 met het verhaal in Elsevier. En vanaf 1949 wijdt hij zich geheel aan schrijven. In totaal heeft hij meer dan 50 publicaties gedaan. Waaronder, romans, autobiografieën, toneelstukken, poëziebundels en studies. Vaak maakt hij gebruik van mythische en magische elementen. Ook houdt hij zich bezig met ‘het raadsel van de tijd.’
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
A.
A.
kunstig.
8 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
Niet slecht, een paar fouten hier en daar (Bijv. "Mulisch debuteert in 1947 met het verhaal in Elsevier." Hierbij zeg je niet welk verhaal) maar verder oké
7 jaar geleden
Antwoorden