Boris door Jaap ter Haar

A. Algemeen

1. Datum: 5 september 2007
2. Titelbeschrijving: Boris
3. Auteur: Jaap ter Haar
4. Uitgever, druk en jaar van uitgave: uitgeverij Van Holkema &
Warendorf
5. Genre (bijv. avonturenverhaal-geschiedenisverhaal, streekverhaal- oorlogsverhaal-liefdesverhaal-probleemverhaal enz.)
oorlogsverhaal

B. Auteur

1. Geef zoveel mogelijk informatie over de schrijver. Wanneer en waar
hij/zij leefde. Welke boeken hij schreef. Over welke thema’s hij
schreef. (vermeld hierbij waar je deze gegevens gevonden hebt, dus
naam van artikel, bron enz.)
Jaap ter Haar werd in 1922 in Hilversum geboren. Hij wilde al vroeg

schrijver worden. Toen hij in 1940 zijn HBS-diploma haalde, wilde hij
dominee worden, maar door de Tweede Wereldoorlog ging het niet door.
Na de oorlog meldde hij zich aan bij de mariniers, hij werd in Amerika opgeleid en vertrok als lid van de voorlichtingsdienst naar Indonesië. Daar reed hij op een mijn. Als gevolg hier van een nieroperatie ondergaan en werd hij afgekeurd. Hij was getrouwd met Ruutje Schurink en had vier kinderen gekregen. Terug in Nederland kreeg hij een baan bij de Wereldomroep. In 1952 werd hij beroepsschrijfer. Hij schreef de boeken:
Tom Boerhave (1957) De zes Falken (1960-1963) enz.
Hij overleed op 26 februari 1998 te Laren.

2. Heeft de schrijver je aan het denken gezet, ben je anders gaan denken over bepaalde onderwerpen uit dit boek en zo ja, waar denk je dan nu anders over?
Nee, ik zou het niet weten waar ik anders ben over gaan denken.

3. Wat zou de schrijver volgens jou met dit boek willen bereiken? M.a.w. welke bedoeling heeft de schrijver met dit boek?
Ik denk dat de schrijver met dit boek wil bereiken hoe erg het was om in de Tweede Wereldoorlog te leven.

4. Leg uit waarom het boek zo heet. (titelverklaring)
Het boek heet zo omdat Boris de hoofdpersoon is.

5. Schrijf in maximaal 5 regels de inhoud van dit boek op. (minisamenvatting) Dat kan pas als je er over hebt nagedacht: “Wat het belangrijkste”.
Boris een jongen van 12 jaar, bevindt zich temidden van de Tweede Wereldoorlog te Leningrad in Rusland. Terwijl de stad dagelijks door de Duitsers wordt aangevallen, probeerde Boris zijn moed niet te verliezen en zijn angsten te onderdrukken. Hij wil zorgen voor zijn zieke moeder en zijn vriendin Nadja.


6. Wat is volgens jou het thema van dit boek? (denk aan: vriendschap, liefde, ellende, oorlog, schuld, enz.) leg uit waarom je dit koos.
Oorlog omdat het hele boek gaat over de Tweede Wereldoorlog
en ellende omdat ze haast geen eten hebben en dat Boris zijn beste vriendin sterft.

C. Tijd en Ruimte

1. In welke tijd speelt het verhaal zich af? Hoe weet je dat? (Geef eventueel voorbeelden uit het boek.
Het verhaal speelt zich af in de Tweede Wereldoorlog in het jaar 1942
Voorbeeld: Het was december 1942.

2. Hoeveel tijd ligt er ongeveer tussen het begin en einde van het verhaal?
Een paar jaar. De eerste 10 hoofdstukken zijn 1 dag. De rest een dag.
En in het laatste hoofdstuk begint de bevrijding.

3. Kun je een voorbeeld geven van flashback (terugblik) enof vooruitwijzing in het boek?
Nee, ik zou niet weten waar het staat.

4.
Waar speelt het verhaal zich hoofdzakelijk af? Licht dit toe met voorbeelden uit het verhaal. Je kunt hierbij denken aan landen, plaatsen, streken omgeving enz.
In het plaatsje Leningrad.
- Brisantbommen, brandbommen en granaten kwakten neer op het stervende Leningrad.
- Een afscheid van moeder, een afscheid van Leningrad.
- Een kreet uit het gewonde Leningrad.

5. Is het verhaal chronologisch verteld of niet. Uitleggen waarom je dit antwoord geeft.
Ja, want alles is op volgorde verteld.

D. Personen

1. Wie is/zijn volgens jou de hoofdperso(o)n(en)?
Boris.
A. Waarom vind je dat?
Het verhaal gaat het meest over Boris.
B. Beschrijf uiterlijk en karakter van deze hoofdperso(o)n(en).
Het uiterlijk wordt niet beschreven in het boek.

2. Weet je van alle personen evenveel? Maak een tweedeling: personen
van wie je veel weet en personen van wie je weinig weet.
Personen van wie ik veel weet:
Nadja

Moeder van Boris
Vader van Boris

Personen van wie ik weinig weet:
Moeder van Nadja
Vader van Nadja
Broer van Nadja
Buurvrouw van Nadja

3. Beschrijf uit de eerste groep minstens 1 persoon. (dit mag niet de hoofdpersoon zijn)
Ik ga Nadja beschrijven: Nadja had één broer, een moeder en een vader. Nadja was de vriendin van Boris. Ze hadden samen lol en verdriet. Ze heeft altijd de moed om verder te gaan al is het soms moeilijk en dan trekt ze Boris met zich mee.

E. Het verhaal/vertelperspectief/werkelijkheid

1. Is het een ik-verhaal of een hij/zijverhaal? Geef hierbij voorbeelden uit het verhaal.
Het is een hij verhaal,

Hij dacht aan de drie Duitsers die Nadja en hem naar de vooruitgeschoven
stelling hadden gedragen.
Hij moest op Nadja passen.
Hij bleef pal voor de Duitser staan.

2. Is het beeldrijk verteld? Zou je er een film van kunnen maken. Waar vooral? Geef eens een voorbeeld uit het verhaal, waarin je alles zo voor je ogen ziet gebeuren.
Ja, bijvoorbeeld als ze aardappels gaan halen, en als ze door de Duitsers weer terug gebracht worden.

3. Wat vind jij ongeloofwaardig in dit verhaal?
Ik zou niet weten wat ik ongeloofwaardig moet vinden.

4. Hoe is de werkelijkheid beschreven. Vind je het boek realistisch of fantasievol? (zie blz. 65 van je boek Nederlands)
Het boek is realistisch geschreven, het is een echt gebeurd verhaal.

F. Samenvatting

Geef een getypte samenvatting van de loop van de belangrijkste gebeurtenissen van het boek in ongeveer 300 woorden.
Boris is een Russische jongen die leeft in de Tweede Wereldoorlog. Boris woont in de grote stad Leningrad. Zijn vader is gestorven toen hij voedsel over een bevroren meer naar Leningrad bracht. De mensen noemen het de dodenritten omdat er altijd veel mensen doodgaan doordat het ijs niet op alle plaatsen even sterk is. Boris droomt vaak over een waterdier dat onder het ijs zwemt waar zijn vader rijdt. Hij droomt ook vaak dat hij bij zijn vader in de vrachtwagen zit en dat ze dan over zwakke plaatsen ijs rijden en dat ze dan beschoten worden door de Duitsers. Als hij dan zijn vader probeert de goede weg te wijzen en dan niet luistert dan loopt het altijd het zelfde af. Hij heeft nog wel een moeder maar die is erg ziek. Boris heeft ook een goede vriendin. Ze heette Nadja. Nadja heeft ook alleen haar moeder nog, maar zij sterft later ook net als Nadja zelf. Vader is gestorven aan voedsel tekort en haar broer had longontsteking en was erg ziek. Boris en Nadja lopen vaak samen naar de gaarkeukens. Op een dag toen ze van de gaarkeuken vandaan kwamen zat oom Wanja bij Boris zijn moeder. Oom Wanja was een grote en vriendelijke man die elk kind wel wilde helpen. Toen zij hij tegen zijn moeder dat hij weg ging met Nadja. Hij ging naar Nadja en ze gingen op weg naar het Niemandsland waar volgens Nadja aardappels lagen. Ze waren er bijna maar toen zakte Nadja in elkaar van uitputting en ondervoeding. Toen Boris zijn jas over haar heen legde en weer opkeek schrok hij erg want er stonden enkele Duitsers. Hij dacht dat ze nu wel gevangen werden genomen of doodgeschoten werden. Maar de Duitsers waren erg vriendelijk en gaven Nadja en Boris wat te drinken en eten. Toen werden Nadja en Boris naar de Russische stelling gedragen. Toen ze vlakbij de stelling kwamen ging een groep Russische soldaten om hen heen staan. En sommige wilden op de Duitsers schieten ook toen ze wisten dat ze Boris en Nadja hadden geholpen. Maar Boris wist hen tegen te houden. De Duitsers gaven hen nog wat eten mee naar huis en vertrokken toen weer naar hun eigen stelling. Zijn moeder wilde dat Boris ging evacueren, maar Boris wilde dat zelf niet omdat hij bij zijn moeder wilde blijven. Toen Nadja gestorven was, was er een toneel waar Boris ook naar toe moest van zijn moeder. Een paar dagen later aan het einde van de oorlog werden er Duitsers door de stad gevoerd die er moe en ontredderd uit zagen. Dat kon Boris niet aan zien en gaf een manke soldaat een stuk chocola.


G. Eigen mening

1. Kun je de schrijver een christelijke auteur noemen, waarom wel/niet?
Nee, je kunt de schrijver geen christelijke auteur noemen, want het gaat geen 1 keer over de Heere of de Heere Jezus.

2. Kun je voorbeelden noemen waar de personen rekening houden met de Bijbelse boodschap? Denk ook aan de keuzes die personen maken.
Nee, ik kan geen voorbeelden noemen over personen die rekening houden met de Bijbelse boodschap.

3. Kun je een beschrijving geven van de sfeer van het boek? Dit heeft natuurlijk te maken met de stemming van de (hooft)personen. Stemming kunnen zijn: optimistich-pessimistisch-zonnig-grappig/humoristisch-negatief-spottend en nog veel meer andere stemmingen. Het heeft ook te maken met omstandigheden, bijv. donker-licht-regenachtig enz.
Donker, omdat het in een donkere tijd in de winter afspeelt.

4. Wat heeft jou in dit boek het meest getroffen en waarom?
Dat de vader van Boris toch over het bevroren meer voedsel ging halen voor de mensen in Leningrad. Al wist hij dat hij misschien toch een keer door het ijs zou zakken en zou sterven.


5. Het boek geeft mij een gevoel van: (warmte-ergernis-woede-angst-teleurstelling-veiligheid-enz.) leg ook uit waarom je dit vindt!
Woede en angst, omdat er verschrikkelijke bombardementen boven
de stad Leningrad ontploften en de moeder van Boris lag in bed
omdat ze erg ziek was en niemand die naar haar omkeek! (alleen
oom Wanja en Boris.)