Bor door Joris Moens

Hoofdstuk 1: Beschrijven. § 1. Vermelding. De titel van het boek dat ik gelezen heb is “Bor”. De schrijver ervan is Joris Moens en het jaar van uitgave is 2000 (= 3e druk, 1e druk = 1993). § 2. Korte Samenvatting. Bor is een jongen van 16 jaar. Hij woont thuis bij zijn vader, moeder en broer in Amsterdam. Zijn 3 beste vrienden zijn Toon, Dick en John. Bor heeft van de reclassering moeten kiezen om of zijn best te gaan doen op een nieuwe school, de havo, of naar een jeugdinrichting te gaan. Doordat hij kiest om naar deze nieuwe school te gaan, gaat hij niet meer zoveel om met zijn beste vrienden. Het verhaal is ingedeeld in de dagen van de week. Het begint ermee dat hij met zijn vrienden twee Mormonen in elkaar heeft geslagen. In het hele verhaal komt dit telkens wel weer terug. Elke dag maakt Bor wel iets mee. Meestal gaat Bor op straat hangen met zijn vrienden, om mensen te pesten of te slaan. Ook rijdt hij graag rond op zijn (gestolen) Kawa, een motor. Op school verveelt hij zich. Maar dan ontmoet hij een meisje, Ruth de Kleine, die telkens achter hem aanloopt. Hij vindt haar eigenlijk helemaal niet aardig. Ze irriteert hem, maar toch wil hij Bor wat seksuele ervaring. Dan plotseling worden de vrienden van Bor een voor een opgepakt. En de politie heeft hem ook gebeld. Hij denk gelijk aan de gebeurtenis met de mormonen. Bor wordt er zo opgefokt door, en tijdens de verjaardag van Ruth, aangeschoten en helemaal verward, vergrijpt Bor zich aan Ruth. Dan wordt hij naar het politiebureau gebracht, waar hij uiteindelijk bedenkt dat zijn leven een rotzooi is en dat iedereen maar de tering moet krijgen. § 3. Waarom gekozen? In de mediatheek had ik het boek “Giph”van Ronald Giphart gepakt. Dit, omdat ik al eerder een boek van hem had gelezen en dat een leuk boek vond. Maar toen ik erin begon, begreep ik er niks van, het was een erg moeilijk boek. Ik ging dus weer terug naar de mediatheek en vroeg daar toen aan een mevrouw of zij nog een leuk boek wist om te lezen voor mijn boekenlijst. Samen met die mevrouw heb ik toen drie boeken uitgekozen. Ik wist niet welk boek ik, uit die drie boeken, moest kiezen.Toen ik in een kwt-uur Nederlands was, heb ik aan de lerares gevraagd, wat zij van deze drie boeken vond. Ze vertelde bij elk boek waar het over ging. Ze vertelde dat “Bor” van Joris Moens, wel een modern boek was, geschreven voor jongeren (“nogal grof taalgebruik”) en wel makkelijk te lezen. De andere twee boeken leken me wat saai en “Bor” bleef over. Vooral ook doordat de lerares zei dat het makkelijk te lezen was, (wat dus niet zo was bij “Giph”) en ik sowieso een makkelijk te lezen boek wilde hebben. De eerste bladzijde was gelijk al spannend…
Hoofdstuk 2: Verdiepen. § 1. Informatie over de schrijver. Joris Moens werd geboren in 1962 in Amsterdam. Hij debuteerde met “Bor” in 1993. Met Rob van Erkelens en Ronald Giphart richtte Joris Moens in 1994 het literaire tijdschrift Zoetermeer op. Het tijdschrift was direct een groot succes en moest al snel herdrukt worden. Ook brachten ze een aantal
bezoeken aan een paar middelbare scholen, wat ze ook wel ‘Dit is leuker dan disco’ noemden, een door henzelf opgezet project om scholieren op informele en speelse wijze voor literatuur te
interesseren. De tournee was een succes. Het werk van de auteurs wordt nu nog steeds door heel veel jongeren gelezen. Daarna schreef hij nog “Zondagskind” in 1995. In 1999 kwam “Het beest met twee lichamen” uit. Joris Moens schrijft regelmatig verhalen voor verhalenbundels en tijdschriften en is als representant van de jonge generatie schrijvers opgenomen in de permanente tentoonstelling van het Letterkundig Museum. § 2. Recensies. Sorry dit moet ik nog maken… Hoofdstuk 3: Verwerkingsopdracht. Opdracht: Flaptekst. (zie volgende bladzijde) Het boek Bor, gaat over het leven van een zestienjarige jongen, Bor dus, uit Amsterdam. Er worden 11 dagen van zijn leven beschreven. Vaak hangt hij rond in Amsterdam om vrouwen te begluren en een beetje rond te hangen, niets doen. Ook heeft hij het vaak met z’n vrienden over seks en over hun ervaringen, hij heeft het zelf nog nooit gedaan, maar zou het wel willen en droomt daar vaak over. Het liefst rijdt hij rond op z’n Kawa, een motor. Hij zat op de mavo, maar hij is zo slim en haalt hoge cijfers, dat hij daardoor naar de havo mocht. Hij wil niet naar het vwo, want daar zitten alleen maar ``nog meer kakkers dan op de havo´´. Hij wil niks te maken hebben met de mensen op zijn school, ze zijn alleen maar ``studies´´ volgens hem. Totdat hij steeds wordt achtervolgd door een meisje, Ruth. Zij vraagt hem op haar verjaardag te komen en gek genoeg doet hij dat. En daar gebeurt iets wat hij nooit had verwacht. Bor beleeft dus best veel met ‘niksdoen’. Hij is een beetje een crimineel, een aso, hij belandt vaak op het politiebureau na vechtpartijen, of het stelen van iets samen met z’n vrienden Toon, John, en Dick. Maar hij redt zich er altijd weer uit, tot die ene dag, de dag dat hij opgebeld word dat hij moet komen en dat terwijl z’n vrienden al op het politiebureau zitten! Maar waarom? En dan gebeurt er iets onverwachts… Dit leuke en vaak grappige verhaal van Joris Moens speciaal voor jongeren, is geschreven in duidelijke taal en dus zonder erg moeilijke woorden. Je leest het zo in 1 keer uit en er gebeurt zoveel, dat je bij het eind niet zou willen stoppen. Gewoon lezen dus! Hoofdstuk 4: Evaluatie. § 1. Taalgebruik. Het was een makkelijk boek om te lezen, er werd gewoon simpele taal gebruikt. Dat vond ik echt heel goed van de schrijver, hij vertelde het allemaal in normale, duidelijke taal. In veel andere boeken gebruiken de schrijvers vaak moeilijke woorden, die ik dan in een woordenboek moet opzoeken. Dat was in dit boek niet, ik heb niet een keer in het woordenboek hoeven kijken. Er worden ook veel scheldwoorden gebruikt, ook dit vond ik erg goed. In andere boeken word dat meestal niet opgeschreven, het is niet netjes enz. voor in een boek. Maar iedereen scheld in zijn leven elke dag wel, sommige schelden alleen wel met wat “grovere woorden” dan een ander, maar ik vind dat het er gewoon bij hoort. De schrijver vertelt over het leven en de gedachtes van een jongen, Bor, die een beetje een aso is, en daar hoort schelden echt bij. Door die scheldwoorden dan niet op te schrijven, lijkt het niet echt gebeurd. In dit boek is dat dus wel gedaan waardoor het nog meer lijkt alsof je Bor zelf bent, je leest echt met al zijn gedachtes mee.
§ 2. Verhaal. Meestal vind ik spannende verhalen leuk, een boek waarin telkens iets gebeurt. In “Bor”gebeurde er wel telkens wat, maar ik vond het niet zo spannend. Er gebeuren wel veel grappige dingen en ook Bor zijn omschrijvingen over zijn ouders en andere mensen zijn heel grappig. Dat zorgt ervoor dat het niet meer zo erg is dat het niet spannend is, want het is zo gewoon leuk om te lezen. § 3. Moeilijkheden. Er waren niet echt moeilijkheden, het was allemaal in makkelijke taal geschreven. Alleen eerst vond ik het eind een beetje vreemd. Bor komt op het politiebureau en heeft voorlopig even genoeg van zijn leven, en dat is het. Gewoon een stuk leven van Bor, wordt er beschreven, met alles wat hij doet. En dan opeens stopt het als hij op het politiebureau is. Ik had toen juist verwacht, doordat Bor zoveel rare/nare dingen beleeft, er een heel goed einde zou komen. Maar toen ik dit verslag ging maken begreep ik het opeens. Bor heeft er gewoon genoeg van en het is eigenlijk logisch dat het verhaal dan stopt. Hij hoopt dat iedereen de tering krijgt, klaar, dat is het. Ik begreep voor de rest het verhaal goed, alleen het eind is dus wel wat apart. § 4. Algemene mening. Ik vond het echt een heel leuk boek. Er gebeuren veel grappige dingen, Bor heeft ook vaak hele grappige gedachten. Het is goed geschreven met duidelijke taal. En je leest het snel door, doordat er veel in gebeurt. Een leuk boek dus!