Blind date door Theo Hoogstraaten

Verhaalanalyse. 1 Titeluitleg: Het feest waaronder dit verhaal is gebeurd, was een blind date feest. Vandaar: Blind date. 2 Soort verhaal: A Dit is een detective verhaal. B Dit boek is een jeugdboek. C Dit boek bevat de volgende kenmerken van jeugdboeken: - veel gebeurtenissen. - chronologisch verteld. - Kinderen als hoofdpersoon. - Makkelijke woordkeus en zinsopbouw. D Dit boek bevat het volgende kenmerk van een literair boek: - het is een abstract onderwerp. 3 Gebeurtenissen: probleem en hoofdlijn. A Het probleem van de hoofdpersoon is dat ze wordt neergestoken. B De hoofdlijn in 6 stappen: Beginsituatie: Er wordt een blind date feest op het strand georganiseerd. Ontstaan van het probleem: Meyrem wordt neergestoken. Verslechtering van de situatie: Na een achtervolging worden Stefan en Astrid door de gluurder in zijn schuur opgesloten. Dieptepunt: De gluurder probeert Stefan en Astrid om het leven te brengen door middel van vergassing. Langzame verbetering: Stefan en Astrid weten te ontsnappen, en denken te weten wie Meyrem heeft neergestoken. Oplossing van het probleem: Meyrem wijst de schuldige aan. C Bij het begin van het verhaal krijg je eerst een hoeveelheid informatie. D Dit verhaal heeft een gesloten einde. E Het is een spannend verhaal. F De spanning wordt veroorzaakt door de gluurder en zijn handelingen.
4 Personen: A De volgende personen komen in het verhaal voor: - Meyrem - Astrid - Stefan - Nanda - Floor - Marlène - Joke - Ellen - Inge - De gluurder - Fredericks en Speelman ( rechercheurs ) B De hoofdpersoon is Meyrem. C Meyrem, Stefan, Astrid en de gluurder zijn round characters. De andere personen zijn flat characters. D Meyrem is een meisje van Turkse afkomst, met een getinte huid en zwarte haren. Meyrem is een meisje met een vlotte babbel. Ze heeft veel vrienden en vriendinnen. In de loop van het verhaal verandert de persoon en haar karakter niet. 5 Tijd. A Het verhaal speelt zich in deze tijd af. B Tussen het begin en eind van het verhaal verloopt een kleine week. C Het verhaal is chronologisch verteld. D Het verhaal bevat geen terugblikken. E Het verhaal Bevat niet of nauwelijks terug- of vooruitverwijzingen. 6 Vertelwijze: A We beleven het verhaal door de ogen van de schrijver. B Het is geen ik- verhaal. C Er is geen alwetende verteller. D Er is een personale verteller, het gevolg is dat hij alles kan overzien. 7 Ruimte: A Het verhaal speelt zich af ergens aan de kust. B De omgeving oefent invloed uit op de gebeurtenissen. C Door de ruimte wordt de sfeer spannender. 8 Thema: A Het thema is moord. B De volgende motieven kan ik aanwijzen: - aanslag op Meyrem. - aanslag op Stefan en Astrid. 9 Bedoeling/ Boodschap: A Volgens mij heeft de schrijver geen bedoeling met dit verhaal. B Ik heb geen boodschap kunnen ontdekken in dit verhaal. C Dit verhaal heeft me niet aan het denken gezet. 10 Taal: A Ik vond het taalgebruik normaal, het was goed te begrijpen. B Het verhaal bevat veel beschrijvingen. C Het verhaal bevat weinig dialogen.
C Mening: Ik vond het boek erg leuk om te lezen. Het was heel erg spannend. Ik heb het hele verhaal gedacht dat de gluurder het gedaan had. Ik houd ook erg van detective verhalen. Ik zou nog wel vaker boeken van Theo Hoogstraaten willen lezen. D De schrijver: Theo Hoogstraaten. Theo Hoogstraaten logeerde als elf jarig jongetje vaak bij oma en opa in de grote vakantie. Zijn opa werkte bij de politie, en bezat een groot aantal misdaadboeken. Echt geschikt waren ze niet voor hem. Te spannend, te echt en misschien ook wel te bloederig. Toen op een avond Theo weer had liggen gruwelen over de verhalen uit de boekenkast, ontstond er een knal onder zijn bed. Met een vaart ging hij naar beneden, naar opa agent. De klap bleek veroorzaakt te zijn door een muizenval. Opa zei toen dat Theo te veel fantasie had, en deze maar op moest schrijven. Zo werd Theo Hoogstraaten schrijver. Het schrijven verging Theo in de tweede klas van de middelbare school in Amsterdam. De leraar Nederlands die hij toen had, lette meer op de grammatica en de spelling dan op de inhoud van het verhaal. Na een opleiding tot onderwijzer kon Theo op de basisschool, waar hij een tijdje werkte, zijn verhalen goed kwijt. Samenvatting. Nanda, Floor, Astrid, Meyrem, Marlène, Joke, Ellen en Inge organiseren een blind date. Er worden lootjes getrokken, en voor degene die op het lootje staat word een vriend geregeld. Dan wordt er besloten waar het feest gehouden wordt. Floor stelt voor om het op het strand te doen. De anderen zijn er niet zo zeker van, omdat er ´s nachts vaak rare dingen gebeuren. Maar na een tijdje vind iedereen het goed. Als Meyrem ´s avonds naar huis fietst, Meyrem woont tijdelijk bij Astrid omdat haar ouders op vakantie naar Turkije zijn, worden ze het fietspad afgedrukt door Stefan op zijn brommer. Meyrem heeft een winkelhaak in haar blouse, maar Stefan is wel bereid de blouse te vergoeden. Als een avond het feest wordt gehouden, krijgt iedereen zijn blind date te zien. Voor Meyrem was Stefan geregeld. Het was een groot feest. Harde muziek, bier, chips alles was aanwezig. Maar wat ze niet wisten was dat er een man met een verrekijker hen zat te begluren. Hij ligt er bijna elke avond, vrijende paartjes en naakte mensen te begluren. Deze avind zat hij daar ook weer op te wachten. Uiteindelijk kreeg hij zijn zin. Een paar jongens en meisjes kleedden zich uit en gingen zwemmen. Later liepen Stefan en Meyrem weg van de groep. De gluurder volgde hen met zijn verrekijker. Ze gingen in een kuil liggen. De gluurder zocht voor zichzelf een goed plekje waar hij de twee goed kon bekijken. Even later ging Stefan weg om een condoom te halen, tot woede van de gluurder. Hij vond dat je zo´n mooie meid niet kon laten liggen, en ging er op af. Toen Stefan weer bij de groep was, hoorde hij een enorme gil. Het was Meyrem. Toen Stefan aankwam was Meyrem neergestoken. De politie en ambulance werden gauw gebeld. Meyrem was niet dood, maar wel ernsti gewond. Hoe moest Astrid dit nou aan haar ouders vertellen, want het feest was immers geheim. De volgende dag waren Stefan en Astrid naar het strand gegaan. In dezelfde kuil waar Meyrem lag zijn ze gaan praten. Stefan hoorde wat boven zich en had het gevoel begluurd te worden. Toen ze opstonden zag hij gauw iemand wegrennen. De man pakte zijn fiets en fietste gauw weg. Sefan en Astrid renden naar Stefan´s brommer en achtervolgeden de man. Toen zij bij zijn huis waren zijn Stefan en Astrid zich gaan verstoppen. Vervolgens ging de man zijn hond uitlaten, dit was voor Stefan en Astrid de kans om eens even rond te snuffelen. Toen Stefan door een raam naar binnen keek, geloofde hij zijn eigen ogen niet. In de kamer stond een etalagepop staan die het ondergoed van Meyrem droeg! In de verte hoorden ze de man weer aankomen. Hij zette zijn fiets weg en lied de hond los die meteen geur van Stefan en Astrid rook. De hond rende op hun af en dreef hun de schuur in. Trots kwam de man naar buiten en deed de deur opslot. Hij wist niet goed wat hij met de twee aanmoest, en besloot ze daarom maar te vermoorden. Hij pakte een tuinslang en schoof deze door een kier naar binnen heen, vervolgens sloot hij deze aan op de gaskraan en draaide hem open. Opeens rook Stefan een gaslucht en wist dat ze snel moesten ontsnappen. Hij wist de deur te forceren, en schopte deze zo hard open dat hij met een noodgang tegen de hond aanvloog. Deze was direct uitgeschakeld. Stefan pakte snel zijn brommer en vluchtte met Astrid. De volgende dag gingen ze naar Meyrem in het ziekenhuis. Maar Meyrem wou niet over het voorval praten, en ook niet zeggen of ze de dader had gezien. Toen ze de volgende dag weer naar het ziekenhuis gingen, stond de rechercheur hen in de grote hal op te wachten. Ze moesten aan Meyrem vragen wat er nu precies gebeurd was. Na veel aandringen zei ze dat haar broer had neergestoken, maar dat het een ongeluk was.