Anne de Vries
Gegevens. 17-mei-2007
Bartje
Anne de Vries
Streekverhaal omat er veel over Drenthe gaat
5. Het thema in het boek Bartje is armoede. Armoede. Vader is boerenknecht en daardoor hebben ze geen gemakkelijk leven. Door armoede moeten zowel vader als moeder hard werken. Inhoud. 6. Het boek gaat over Bartje die opgroeit in Drenthe. Zijn vader werkt bij een boer die hard moet werken voor een klein beetje geld waar het gezin maar net van rond kan komen. Als Bartje op een dag ziet dat ze bruine bonen eten vraagt hij gelijk aan zijn moeder of hij het prakje van gisteren nog mag hebben na lang zeuren mag dat. Maar als ze gaan eten denkt Bartje: wanneer komt mijn prakje nou? Als moeder dan de bruine bonen op zijn bord wil scheppen trekt hij snel zijn bord weg. Zijn moeder wordt dan erg boos maar Bartje zegt: ik kreeg het prakje van gisteren maar moeder zegt denk jij dat ik tijd heb om prakkies op te warmen! Je eet maar bruine bonen! Als Bartje dan moet bidden zegt hij ‘k bidt nie veur brune bone Vader wordt boos op hem omdat hij niet wil bidden. Als de boer waar vader werkt die ook hun huisbaas is zelfmoord pleegt moeten ze wachten of de nieuwe boer vader nog wel als arbeider wil. Een Groningse boer koopt de boerderij en die wil ook vader wel in dienst hebben en ze mogen gewoon in het huisje blijven wonen. Bij de boer heeft vader het niet naar zijn zin. Bartje en zijn broers kunnen niet opschieten met het zoontje van de boer. Om Sikko zo heet het zoontje een keer voor gek te zetten. Laten ze Sikko een keer een liedje zingen. Waarin Pikka wordt uitgescholden terwijl ze bijna achter Sikko loopt. Sikko weet dat niet. Sikko krijgt van Pikka een pak rammel. Lammechien kreeg een vriend die elektricien is . Hij belooft aan vader een baan in de stad in de zuivelfabriek. Vader wil dat wel. Vader is blij dat hij een ander baantje kan krijgen. De boer wil dat Bartje gelijk straf krijgt omdat Sikko dat liedje moest zingen van Bartje. Omdat vader en de boer ruzie hadden. Krijgt vader gelijk ontslag en moet binnen een week het huis uit. Het baantje op de zuivelfabriek gaat niet door en de familie moet verhuizen naar de “lange jammer”(dat is een arme buurt) Op een avond komt Boer Wapse langs. Boer Wapse is voorzitter van het schoolbestuur van de Gereformeerde school. Hij wil vader als knecht in dienst hebben, als de kinderen van de familie naar de gereformeerde school gaan. Ze gaan nu naar de hervormde school. Maar nu ze in het armenhuis wonen, gaan ze niet vaak meer naar de kerk. Vader geeft toe aan het verzoek van Boer Wapse. Vijf kinderen van de familie gaan naar de andere school. Doordat vader weer werk heeft kunnen ze de lange jammer verlaten. Moeder krijgt dan weer een kind, Grietien. Na de geboorte van een dood kindje. Wordt moeder ziek. Ze heeft koorts. De volgende morgen moet iedereen afscheid van moeder nemen. Een paar dagen later is de begrafenis van moeder. Net voor die dag wordt er bij de kruidenierswinkel ingebroken. Het blijkt dat Arie, de broer van Bartje dat gedaan heeft. 's Morgens wordt hij opgehaald door de veldwachter. Nu moeder overleden is komt Lammechien terug in huis om het huishouden te doen, 's avonds gaat ze naar de stad. Vader trouwt ,nadat het ongeveer 1 jaar is geleden dat moeder overleden is, met Geese. 7. De hoofdpersoon uit het boek is Bartje. Omdat hij er het meest in voor komt en het draait om hem. Bartje is een jongen met blond haar. Altijd oude kleren aan. En hij loopt vaak op klompen. Andere belangrijke bijpersonen zijn:Bartje, Vader, Moeder, Opoe Tjobbe het karakter van Bartje is dromerig jongen die diep over dingen nadenkt. Bartje verandert; in de loop van de tijd gaat hij anders denken. 8. Het verhaal speelt zich af in Drenthe in het boek staat niet in welke plaats in ieder geval wel op het platteland. 9. Het boek speelt zich af rond het jaar 1925. Ik heb het jaartal van Internet gehaald. De tijdsduur van Het verhaal is ongeveer in 7 jaar geschreven. Want het gaat er helemaal over hoe Bartje opgroeit. In het boek wordt alles achter elkaar verteld ,soms denkt Bartje terug aan vroeger. 10. Het boek begint dat Bartje langzaam begint wakker te worden en dat hij allerlei geluiden hoort van moeder die koffie aan het zetten is. 11. Er is niet echt een probleem in dit boek het grootste probleem is het verschil tussen arm en rijk maar Bartje heeft daar geen moeite mee. Een voorbeeld: Bartje heeft een vriendje zijn vader is boer en heeft veel geld, Bartje geeft daar niks om. 12. Het boek heeft een open einde dus het heeft niet echt een goede of slechte afloop. Maar het verschil tussen arm en rijk is wel gebleven. 13. Het boek heet “Bartje” omdat hij de hoofdpersoon is en alles om hem draait. 14. Mijn mening over het boek is het is een makkelijk te lezen en een echt verhaal. Er zat ook veel humor in vooral als ze Drents praten. BELEVINGSVERSLAG
Het onderwerp 1. Het onderwerp van het boek beschrijving van een arbeidersgezin in de jaren 30. 2. Ja het is goed beschreven hoe arm de mensen vroeger waren. 3. Mijn mening over het thema is dat je goed ziet hoe rijk wij nu zijn en hoe arm de mensen vroeger waren. 4. Nee ik ken niet meer van deze boeken.
De gebeurtenissen
5. Ik denk dat de belangrijkste gebeurtenis is toen Bartje z’n moeder stierf en zei tegen Bartje “mien jongen ” dit was voor Bartje het bewijs dat zijn moeder echt van hem heeft gehouden.
6. Aan dit boek valt niks te verbeteren het is te mooi geschreven.
7. Wat er in het boek beschreven staat is heel echt. Het zou echt gebeurd kunnen zijn .
8. Ik ben geen gedeelte tegengekomen waar ik ineens aan iets moest denken wat ik heb meegemaakt dat komt denk ik omdat het een tijd geleden is.
9. Het gedeelte waar ik nog wel eens aan denk is dat Bartje bruine bonen moest
Eten en toen zei “k bid nie veur brune bone”. Bij het Drentse dialect moest ik wel eens lachen. 10. Het boek heeft me de hele tijd geboeid al waren er soms ook langdradige stukken De personen 11. Ik kom het meest te weten over Bartje zelf omdat hij de hoofdpersoon is
12. Ik voelde me het meest vriend met Bartje. 13. Ik kon het beste meeleven met Baartjes moeder want die zorgde van s’ochtends vroeg tot s’ avonds laat voor haar gezin. 14. het meest onbegrijpelijke vond ik dat Gert(dat is de oudste broer van Bartje) zijn moeder sloeg. 15. Nee ik ken niemand die veel op een bekende van mij leek. INHOUDELIJK VERSLAG
C. Tijd 4. Het verhaal speelt zich af in de vorige eeuw in de jaren 30. 5. Er zijn nog bijna geen telefoons een auto had alleen de dokter. 6. Ik denk dat er ongeveer 7 jaar voorbij gaat in het boek want er wordt beschreven vanaf dat Bartje nog een pork (kleuter) was tot ongeveer 10jarige leeftijd. 7. Ja tot zijn 10de jaar wordt zijn leven beschreven. E. Titel 11. de titel geeft aan dat het boek over Bartje gaat want hij is de hoofd persoon. 12. Het is Bartje voor Bartje na. 13.de beschrijving van een arbeidersgezin in de jaren 30. J. Taalgebruik Ik vind het niet echt bijzonder maar wel bijdehand voor een ventje van 4.
L. Krantenartikelen
Het boek van Bartje, geschreven door Anne de Vries, verscheen in 1953.
Het boek geeft een beeld van het Drentse platteland tijdens de kindertijd van de schrijver. Het is een leven van hard werken in armoede.
In 1954 werd ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van Anne de Vries het beeldje van Bartje onthuld aan de Oostersingel.
Het originele kalkstenen beeldje staat tegenwoordig in het Stadhuis aan de Noordersingel.
Het huidige bronzen exemplaar stamt uit 1982.
In de jaren zeventig is het boek Bartje verfilmd.(van internet)
4. Niet aansprekend.
PERSOONLIJK VERSLAG
A. De naam van de hoofdpersoon is Bartje.
Zijn belangrijkste uitdaging is zich zo volwassen mogelijk te gedragen.
Hij pakt die aan door met oudere kinderen te spelen.
Als ik voor zo’n probleem zou staan zou ik proberen om met oudere mensen te praten en om te gaan omdat de oudere mensen mij dan wijs vinden.
C. De naam van de hoofdpersoon is Bartje.
De hoofdpersoon heeft de volgende lijfspraak: “Och lieve heer”.
Volgens mij past deze spreuk helemaal bij de persoon omdat hij veel van de God wilde houden.
E.
Eigenschappen Personen die deze eigenschappen bezitten.
Driftig Vader
Zorgzaam Moeder
Dromerig Bartje
Sterk Gert
Schijnheilig Arie
Gegevens. 17-mei-2007
Bartje
Anne de Vries
Streekverhaal omat er veel over Drenthe gaat
5. Het thema in het boek Bartje is armoede. Armoede. Vader is boerenknecht en daardoor hebben ze geen gemakkelijk leven. Door armoede moeten zowel vader als moeder hard werken. Inhoud. 6. Het boek gaat over Bartje die opgroeit in Drenthe. Zijn vader werkt bij een boer die hard moet werken voor een klein beetje geld waar het gezin maar net van rond kan komen. Als Bartje op een dag ziet dat ze bruine bonen eten vraagt hij gelijk aan zijn moeder of hij het prakje van gisteren nog mag hebben na lang zeuren mag dat. Maar als ze gaan eten denkt Bartje: wanneer komt mijn prakje nou? Als moeder dan de bruine bonen op zijn bord wil scheppen trekt hij snel zijn bord weg. Zijn moeder wordt dan erg boos maar Bartje zegt: ik kreeg het prakje van gisteren maar moeder zegt denk jij dat ik tijd heb om prakkies op te warmen! Je eet maar bruine bonen! Als Bartje dan moet bidden zegt hij ‘k bidt nie veur brune bone Vader wordt boos op hem omdat hij niet wil bidden. Als de boer waar vader werkt die ook hun huisbaas is zelfmoord pleegt moeten ze wachten of de nieuwe boer vader nog wel als arbeider wil. Een Groningse boer koopt de boerderij en die wil ook vader wel in dienst hebben en ze mogen gewoon in het huisje blijven wonen. Bij de boer heeft vader het niet naar zijn zin. Bartje en zijn broers kunnen niet opschieten met het zoontje van de boer. Om Sikko zo heet het zoontje een keer voor gek te zetten. Laten ze Sikko een keer een liedje zingen. Waarin Pikka wordt uitgescholden terwijl ze bijna achter Sikko loopt. Sikko weet dat niet. Sikko krijgt van Pikka een pak rammel. Lammechien kreeg een vriend die elektricien is . Hij belooft aan vader een baan in de stad in de zuivelfabriek. Vader wil dat wel. Vader is blij dat hij een ander baantje kan krijgen. De boer wil dat Bartje gelijk straf krijgt omdat Sikko dat liedje moest zingen van Bartje. Omdat vader en de boer ruzie hadden. Krijgt vader gelijk ontslag en moet binnen een week het huis uit. Het baantje op de zuivelfabriek gaat niet door en de familie moet verhuizen naar de “lange jammer”(dat is een arme buurt) Op een avond komt Boer Wapse langs. Boer Wapse is voorzitter van het schoolbestuur van de Gereformeerde school. Hij wil vader als knecht in dienst hebben, als de kinderen van de familie naar de gereformeerde school gaan. Ze gaan nu naar de hervormde school. Maar nu ze in het armenhuis wonen, gaan ze niet vaak meer naar de kerk. Vader geeft toe aan het verzoek van Boer Wapse. Vijf kinderen van de familie gaan naar de andere school. Doordat vader weer werk heeft kunnen ze de lange jammer verlaten. Moeder krijgt dan weer een kind, Grietien. Na de geboorte van een dood kindje. Wordt moeder ziek. Ze heeft koorts. De volgende morgen moet iedereen afscheid van moeder nemen. Een paar dagen later is de begrafenis van moeder. Net voor die dag wordt er bij de kruidenierswinkel ingebroken. Het blijkt dat Arie, de broer van Bartje dat gedaan heeft. 's Morgens wordt hij opgehaald door de veldwachter. Nu moeder overleden is komt Lammechien terug in huis om het huishouden te doen, 's avonds gaat ze naar de stad. Vader trouwt ,nadat het ongeveer 1 jaar is geleden dat moeder overleden is, met Geese. 7. De hoofdpersoon uit het boek is Bartje. Omdat hij er het meest in voor komt en het draait om hem. Bartje is een jongen met blond haar. Altijd oude kleren aan. En hij loopt vaak op klompen. Andere belangrijke bijpersonen zijn:Bartje, Vader, Moeder, Opoe Tjobbe het karakter van Bartje is dromerig jongen die diep over dingen nadenkt. Bartje verandert; in de loop van de tijd gaat hij anders denken. 8. Het verhaal speelt zich af in Drenthe in het boek staat niet in welke plaats in ieder geval wel op het platteland. 9. Het boek speelt zich af rond het jaar 1925. Ik heb het jaartal van Internet gehaald. De tijdsduur van Het verhaal is ongeveer in 7 jaar geschreven. Want het gaat er helemaal over hoe Bartje opgroeit. In het boek wordt alles achter elkaar verteld ,soms denkt Bartje terug aan vroeger. 10. Het boek begint dat Bartje langzaam begint wakker te worden en dat hij allerlei geluiden hoort van moeder die koffie aan het zetten is. 11. Er is niet echt een probleem in dit boek het grootste probleem is het verschil tussen arm en rijk maar Bartje heeft daar geen moeite mee. Een voorbeeld: Bartje heeft een vriendje zijn vader is boer en heeft veel geld, Bartje geeft daar niks om. 12. Het boek heeft een open einde dus het heeft niet echt een goede of slechte afloop. Maar het verschil tussen arm en rijk is wel gebleven. 13. Het boek heet “Bartje” omdat hij de hoofdpersoon is en alles om hem draait. 14. Mijn mening over het boek is het is een makkelijk te lezen en een echt verhaal. Er zat ook veel humor in vooral als ze Drents praten. BELEVINGSVERSLAG
Het onderwerp 1. Het onderwerp van het boek beschrijving van een arbeidersgezin in de jaren 30. 2. Ja het is goed beschreven hoe arm de mensen vroeger waren. 3. Mijn mening over het thema is dat je goed ziet hoe rijk wij nu zijn en hoe arm de mensen vroeger waren. 4. Nee ik ken niet meer van deze boeken.
Eten en toen zei “k bid nie veur brune bone”. Bij het Drentse dialect moest ik wel eens lachen. 10. Het boek heeft me de hele tijd geboeid al waren er soms ook langdradige stukken De personen 11. Ik kom het meest te weten over Bartje zelf omdat hij de hoofdpersoon is
12. Ik voelde me het meest vriend met Bartje. 13. Ik kon het beste meeleven met Baartjes moeder want die zorgde van s’ochtends vroeg tot s’ avonds laat voor haar gezin. 14. het meest onbegrijpelijke vond ik dat Gert(dat is de oudste broer van Bartje) zijn moeder sloeg. 15. Nee ik ken niemand die veel op een bekende van mij leek. INHOUDELIJK VERSLAG
C. Tijd 4. Het verhaal speelt zich af in de vorige eeuw in de jaren 30. 5. Er zijn nog bijna geen telefoons een auto had alleen de dokter. 6. Ik denk dat er ongeveer 7 jaar voorbij gaat in het boek want er wordt beschreven vanaf dat Bartje nog een pork (kleuter) was tot ongeveer 10jarige leeftijd. 7. Ja tot zijn 10de jaar wordt zijn leven beschreven. E. Titel 11. de titel geeft aan dat het boek over Bartje gaat want hij is de hoofd persoon. 12. Het is Bartje voor Bartje na. 13.de beschrijving van een arbeidersgezin in de jaren 30. J. Taalgebruik Ik vind het niet echt bijzonder maar wel bijdehand voor een ventje van 4.
Zorgzaam Moeder
Dromerig Bartje
Sterk Gert
Schijnheilig Arie
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden