Alles moet weg door Tom Lanoye

Titel van het boek: Alles moet weg Auteur van het boek: Tom Lanoye Uitgeverij: Uitgeverij Bert Bakker Geschreven in het jaar: Het boek is geschreven in het jaar 1988. Over de titel: De titel is eigenlijk dubbelzinnig. Op een bepaald moment in het boek, komt de hoofdpersonage in contact met “Andreeke”. Hij heeft een paar gestolen spullen, die hij zo vlug mogelijk kwijt wil. Tony, de hoofdpersonage, helpt hem met het dumpen van de spullen. Er mag niets meer overblijven, dus alles moet weg! De dubbelzinnigheid zit hem hierin: Tony is een deur-aan-deurverkoper, en wil alles verkopen. Dus ook hier moet alles weg. Over de auteur: Tom Lanoye werd geboren op 27 augustus 1958 te Sint-Niklaas. Na zijn middelbare studies aan het Sint-Jozef-Kleinseminarie van Sint-Niklaas, ging Lanoye naar Gent om Germaanse Filologie te studeren. Hij schrijft al jaren een veel gelezen column in de Humo. Andere werken: Een slagerszoon met een brilletje, Het goddelijke monster, Kartonnen dozen, Zwarte tranen…
Plaats in de Literatuurgeschiedenis: Proza en epiek. Genre: Het boek is een roman. Geleiding: Het boek telt 267 pagina’s. Er zijn 4 grote hoofdstukken. Er is een zeer duidelijke hoofdstukindeling. Elk groot hoofdstuk is nog eens onderverdeeld in wat kleinere en wordt afgesloten door een brief aan Soo. De grote hoofdstukken zijn genummerd. Er is geen sprake van een epiloog of een proloog. Motto: Nul n’est censé ignorer la loi / Eenieder wordt geacht de wet te kennen. Opdracht: Er is geen opdracht. Samenvatting van het boek: Hoofdfiguur Tony Hansen stopt met zijn rechtenstudies midden in de examens. Hij is er heilig van overtuigd dat hij het op een veel snellere en gemakkelijkere manier kan maken, dat voor talentrijke mensen zoals hij het geld en het succes voor het grijpen liggen. Hij doorkruist met een bestelwagen het Vlaamse land als verkoper van alles en nog wat. Overal waar Tony komt, werkt hij zich door al zijn praatjes, leugens en fantasie zodanig in nesten dat hij ofwel zich uit de voeten moet maken, ofwel zelf aardig beet genomen wordt. Op zijn tocht ontmoet hij diverse figuren. Hij biedt zijn diensten aan op een huwelijksfeest, waar de deejay niet komt opdagen; hij raakt bevriend met de zielige Andreeke, die een kick krijgt van het stelen en door wie Tony tenslotte betrokken raakt bij een slecht aflopende bankroof; hij speelt gezelschapsjongen voor een schijnbaar in de steek gelaten oude vrouw...Tony is iemand die droomt, toch steeds positief ingesteld blijft en alles probeert te relativeren. Alles moet weg bestaat in feite uit verschillende verhalen. Tony en het autowegennet waarover hij zich verplaatst en filosofeert. Zijn avonturen, dromen en bedenkingen komen samen in een luchtig verhaal dat je toch steeds opnieuw verrast. De verschillende soorten humor die erin voorkomen zijn tragikomisch, ironisch, sarcastisch., maar het blijft toch realistisch. Tijd: Her verhaal wordt in de tegenwoordige tijd verteld.
Vertelde tijd: Het verhaal speelt zich ongeveer een paar maanden af. Chronologie: Het is een chronologisch verteld verhaal. Er wordt geen gebruik gemaakt van flashbacks en flashforwards. Ruimte: Het verhaal speelt zich af in Noord België. Om exact te zijn een paar voorbeelden: Zeebrugge, Gent en Antwerpen. De hoofdfiguur is Tony Hansen. Het is een optimistische jongeman die zijn hart op de juiste plaats heeft. Hij heeft soms wat rare trekjes zoals bijvoorbeeld de manier waarop hij masturbeert. Hij doet dit op een zeer acrobatische manier. Tony is homo. Dat kan je afleiden uit de fantasieën die hij heeft. Soo is de vriend van Tony en hij studeert ook rechten. Soo is zeer bezorgd om Tony, waarschijnlijk doordat hij stiekem verliefd is op Tony, maar dat wordt niet letterlijk in het boek gezegd. Andreeke is iemand die Tony ontmoette op de autosnelweg. Hij bedreigde Tony en zei dat hij hem moest helpen. Uiteindelijk worden ze goede vrienden en besluiten ze om een bank te overvallen. Onderlinge relaties: Soo -> Tony Hansen <- Andreeken Thematiek: Het thema is hoe moeilijk deur-aan-deurverkopers het hebben om hun spullen te verkopen. Verstelsituatie en perspectief: Meestal is het de hij-verteller, maar soms verandert dat naar de ik-verteller.