De inhoud
Jittie denkt nog steeds terug aan het blanke meisje met het gele petje dat ze op het station in Rotterdam heeft gezien.
Ze wilde haar geld geven voor een broodje te kopen en iets te drinken maar Ivo, haar beste vriend, hield haar tegen.
Soms ziet Jittie vreemde dingen. Ze denkt dat ze paranormaal begaafd is en ze ziet vaak vreemde dingen.
Als ze dat in de klas vertelt lacht iedereen haar uit. Willemijn en Loes pesten haar daarna heel vaak daarmee.
In het dorp waar Jittie woont, daar woont ook een vrouw, Kira. Jittie vindt haar heel aardig maar alle mensen in het dorp vinden haar raar. Ze noemen haar soms een heks.
Ze is al best oud maar ze gedraagt zich alsof ze een kind is. Soms gaat Jittie naar haar toe om met haar te praten en om naar haar verhalen te luisteren.
Willemijn en Loes pesten haar daar mee, ze noemen haar steeds para-Jittie en Kira de tweede.
Toch blijft Jittie naar Kira toegaan. Zij woont in een paar vreemde hutten in een klein bos. Ivo en Jittie krijgen opeens ruzie omdat Ivo niet meer zoveel met Jittie om wil gaan. Jittie denkt dat dit is omdat ze nog steeds naar Kira toe gaat.
Op een dag gaat Jittie niet naar school maar gaat ze gezellig met Kira praten. Ze vindt haar verhalen altijd erg leuk. Opeens komt Jittie erachter dat ze later net zoals Kira kan worden. Ze wordt dan kwaad en fietst dan hard weg.
Een keer gaat Jittie in plaats van naar school naar Rotterdam. Daar gaat ze op zoek naar het meisje met het gele petje en het haar als een suikerspin omdat Jittie gedroomd heeft dat ze dood gegaan is.
Nergens kan Jittie het meisje vinden en gaat dus weer terug naar huis.
Jittie maakt het weer goed met Ivo en hij zegt dat hij niet zoveel meer met haar om wil gaan als vroeger omdat hij verliefd is op Floortje, een meisje uit de klas.
Jittie verteld uiteindelijk alles aan haar moeder en aan Ivo dat iedereen haar zo pest omdat ze bevriend is met Kira.
Ivo wordt kwaad op Willemijn en Loes en gaat dus naar de coördinator en verteld hem alles.
De coördinator neemt meteen maatregelen en zorgt ervoor dat Willemijn en Loes, Jittie nooit meer zullen pesten. Voor straf moeten die twee meiden alle w.c.’s op school schoon gaan maken.
Uiteindelijk doen Loes en Ivo heel aardig tegen Jittie, terwijl ze toch goede vrienden blijft met Kira.
Tekstbestudering/Tekstanalyse
A. De hoofdpersonen:
* Jittie. Een meisje van ongeveer 15 jaar ze voelt zich anders dan de anderen en voelt zich aangetrokken tot mensen die in een fantasie wereld leven.
* Ivo. Hij is Jittie’s beste vriend, ze kennen elkaar hun hele leven al omdat hun moeders tegelijkertijd zwanger waren.
* Kira. Een oud vrouwtje dat in het bos woont, waar ze zieke dieren verzorgt. Iedereen uit het dorp vindt Kira maar een apart geval, heks wordt ze wel eens genoemd. Niemand weet precies waar Kira vandaan komt en hoe ze geworden is zoals ze is.
* Fleur. Fleur is een meisje dat Jittie tegen kwam toen ze met haar klas een dagje in Rotterdam waren. Ze is zwerft rond in de stad, maar op een of andere manier kan Jittie haar niet uit haar hoofd zetten, ze geeft haar zelfs een naam; Fleur.
*Jittie is een denker, emotioneel want er worden veel emoties van haar beschreven, kalm en een dromer omdat ze vaak zich zelf dingen afvraagt.
*Ivo is aardig, bescheiden want hij is niet echt heel uitgesproken, kalm en trouw want na de ruzie wil hij wel weer graag vrienden weer met Jittie blijven.
*Kira is een gulle vrouw want ze verzorgd dieren in haar huis, laat iedereen gewoon bij haar spelen en iedereen is altijd welkom, ze is een dromer, een prater, en erg trouw want ze probeerde Jittie altijd te helpen met haar problemen.
*Fleur haar eigenschappen zijn eigenlijk onbekend, ze komt vaak in het verhaal voor maar haar gevoellens, gedachten en eigenschappen worden niet echt beschreven.
*Jittie haar probleem is dat ze Fleur wil zoeken maar ze kan haar niet vinden. En dat ze ruzie krijgt met veel kinderen.
*Het probleem van Ivo is dat hij ruzie krijgt met Jittie omdat hij een meisje leuk vind en daar is Jittie jaloers op.
*Kira haar probleem is dat ze anders is en bijna niemand haar mag.
*Fleur haar probleem zijn de drugs.
*Jittie haar probleem met Fleur wordt opgelost, de ruzie wordt namelijk weer opgelost.
*Ivo zijn probleem wordt ook opgelost door met Jittie te gaan praten.
*Kira haar probleem wordt niet opgelost.
*Het probleem van Fleur wordt niet opgelost, want Jittie heeft haar niet meer gevonden. Ze is waarschijnlijk dood gegaan.
B. De bijpersonen
*De moeder van Jittie.
*Willemijn: zij heeft ruzie met Jittie.
*Loes: had even ruzie met Jittie maar daarna vond ze het zielig.
C. De tijd
Wanneer speelt het verhaal zich af? Ongeveer 10 jaar geleden.
Speelt het verhaal zich af op chronologische volgorde? Nee, er zit soms nog wel een kleine flash back in. Die zijn best belangrijk voor het verhaal. Want anders kan je het verhaal misschien niet begrijpen,
D. Het thema
Het thema van dit boek is omgaan met emoties.
E. De titelverklaring
Alles heeft een verhaal: ook de reden waarom Jittie zich anders voelt dan de anderen, heeft een verhaal. Eigenlijk is dit boek steeds een verhaal over een verhaal.
De tekstbeoordeling/je eigen menig/een gedetailleerd oordeel
A. Het verhaal
Ik vond het boek heel erg mooi, omdat het zo spannend geschreven is. En het een goed onderwerp is. Ik vind para normaal begaafde mensen erg interessant. En door dit boek ben ik er wat meer over te weten gekomen. Ik vond het wel een beetje jammer dat het boek zo snel uitgelezen was. En ik zou eigenlijk wel een vervolg erop willen lezen.
B. Het onderwerp
Ik vind dat de schrijver heel goed duidelijk maakte wat het onderwerp nou precies was. Het verhaal zou best echt gebeurd kunnen zijn. Want er zijn wel meer mensen die paranormaal begaafd zijn. En ik denk dat er ook wel mensen zijn die zo leven net als Kira dat doet. Ik vond dat er niet veel dingen die in het verhaal stonden niet in het echt zou kunnen gebeurt zijn.
C. De bedoeling
Ik vind de bedoeling van het boek niet zo moeilijk aan te wijzen. Het staat onder het kopje groei naar volwassenheid/identiteit. Daar vind ik het boek ook goed bij passen. Want Jittie is best onzeker over wie en hoe ze nou eigenlijk is. Omdat haar klasgenoten haar dan daarover gaan pesten gaat ze daar nog meer aan twijfelen. Aan het eind van het verhaal gaat ze zichzelf meer respecteren, en ze komt er langzaam achter wie ze is en wie ze eigenlijk zijn wil.
D. De situatie van de personen
Alle situaties van de personen zijn wel herkenbaar. Want de personages in het boek zijn herkenbaar; een onzeker meisje, een pestend meisje en een goede vriend. Behalve die van Kira. Omdat ze in hutjes woont bij iemand in de tuin, dat is wel een beetje vreemd. Maar de gevoellens van Kira zijn wel herkenbaar.
E. Taalgebruik
Ik vind dat de taal waarin het boek geschreven staat makkelijk te lezen is, want er komen veel bekende woorden in voor die ik ook gebruik. De verhaalpersonen spreken als mensen in de werkelijkheid.
Jittie denkt nog steeds terug aan het blanke meisje met het gele petje dat ze op het station in Rotterdam heeft gezien.
Ze wilde haar geld geven voor een broodje te kopen en iets te drinken maar Ivo, haar beste vriend, hield haar tegen.
Soms ziet Jittie vreemde dingen. Ze denkt dat ze paranormaal begaafd is en ze ziet vaak vreemde dingen.
Als ze dat in de klas vertelt lacht iedereen haar uit. Willemijn en Loes pesten haar daarna heel vaak daarmee.
In het dorp waar Jittie woont, daar woont ook een vrouw, Kira. Jittie vindt haar heel aardig maar alle mensen in het dorp vinden haar raar. Ze noemen haar soms een heks.
Willemijn en Loes pesten haar daar mee, ze noemen haar steeds para-Jittie en Kira de tweede.
Toch blijft Jittie naar Kira toegaan. Zij woont in een paar vreemde hutten in een klein bos. Ivo en Jittie krijgen opeens ruzie omdat Ivo niet meer zoveel met Jittie om wil gaan. Jittie denkt dat dit is omdat ze nog steeds naar Kira toe gaat.
Op een dag gaat Jittie niet naar school maar gaat ze gezellig met Kira praten. Ze vindt haar verhalen altijd erg leuk. Opeens komt Jittie erachter dat ze later net zoals Kira kan worden. Ze wordt dan kwaad en fietst dan hard weg.
Een keer gaat Jittie in plaats van naar school naar Rotterdam. Daar gaat ze op zoek naar het meisje met het gele petje en het haar als een suikerspin omdat Jittie gedroomd heeft dat ze dood gegaan is.
Nergens kan Jittie het meisje vinden en gaat dus weer terug naar huis.
Jittie maakt het weer goed met Ivo en hij zegt dat hij niet zoveel meer met haar om wil gaan als vroeger omdat hij verliefd is op Floortje, een meisje uit de klas.
Jittie verteld uiteindelijk alles aan haar moeder en aan Ivo dat iedereen haar zo pest omdat ze bevriend is met Kira.
Ivo wordt kwaad op Willemijn en Loes en gaat dus naar de coördinator en verteld hem alles.
De coördinator neemt meteen maatregelen en zorgt ervoor dat Willemijn en Loes, Jittie nooit meer zullen pesten. Voor straf moeten die twee meiden alle w.c.’s op school schoon gaan maken.
Uiteindelijk doen Loes en Ivo heel aardig tegen Jittie, terwijl ze toch goede vrienden blijft met Kira.
Tekstbestudering/Tekstanalyse
A. De hoofdpersonen:
* Jittie. Een meisje van ongeveer 15 jaar ze voelt zich anders dan de anderen en voelt zich aangetrokken tot mensen die in een fantasie wereld leven.
* Kira. Een oud vrouwtje dat in het bos woont, waar ze zieke dieren verzorgt. Iedereen uit het dorp vindt Kira maar een apart geval, heks wordt ze wel eens genoemd. Niemand weet precies waar Kira vandaan komt en hoe ze geworden is zoals ze is.
* Fleur. Fleur is een meisje dat Jittie tegen kwam toen ze met haar klas een dagje in Rotterdam waren. Ze is zwerft rond in de stad, maar op een of andere manier kan Jittie haar niet uit haar hoofd zetten, ze geeft haar zelfs een naam; Fleur.
*Jittie is een denker, emotioneel want er worden veel emoties van haar beschreven, kalm en een dromer omdat ze vaak zich zelf dingen afvraagt.
*Ivo is aardig, bescheiden want hij is niet echt heel uitgesproken, kalm en trouw want na de ruzie wil hij wel weer graag vrienden weer met Jittie blijven.
*Kira is een gulle vrouw want ze verzorgd dieren in haar huis, laat iedereen gewoon bij haar spelen en iedereen is altijd welkom, ze is een dromer, een prater, en erg trouw want ze probeerde Jittie altijd te helpen met haar problemen.
*Fleur haar eigenschappen zijn eigenlijk onbekend, ze komt vaak in het verhaal voor maar haar gevoellens, gedachten en eigenschappen worden niet echt beschreven.
*Jittie haar probleem is dat ze Fleur wil zoeken maar ze kan haar niet vinden. En dat ze ruzie krijgt met veel kinderen.
*Het probleem van Ivo is dat hij ruzie krijgt met Jittie omdat hij een meisje leuk vind en daar is Jittie jaloers op.
*Kira haar probleem is dat ze anders is en bijna niemand haar mag.
*Fleur haar probleem zijn de drugs.
*Jittie haar probleem met Fleur wordt opgelost, de ruzie wordt namelijk weer opgelost.
*Ivo zijn probleem wordt ook opgelost door met Jittie te gaan praten.
*Het probleem van Fleur wordt niet opgelost, want Jittie heeft haar niet meer gevonden. Ze is waarschijnlijk dood gegaan.
B. De bijpersonen
*De moeder van Jittie.
*Willemijn: zij heeft ruzie met Jittie.
*Loes: had even ruzie met Jittie maar daarna vond ze het zielig.
C. De tijd
Wanneer speelt het verhaal zich af? Ongeveer 10 jaar geleden.
Speelt het verhaal zich af op chronologische volgorde? Nee, er zit soms nog wel een kleine flash back in. Die zijn best belangrijk voor het verhaal. Want anders kan je het verhaal misschien niet begrijpen,
D. Het thema
Het thema van dit boek is omgaan met emoties.
E. De titelverklaring
Alles heeft een verhaal: ook de reden waarom Jittie zich anders voelt dan de anderen, heeft een verhaal. Eigenlijk is dit boek steeds een verhaal over een verhaal.
De tekstbeoordeling/je eigen menig/een gedetailleerd oordeel
A. Het verhaal
Ik vond het boek heel erg mooi, omdat het zo spannend geschreven is. En het een goed onderwerp is. Ik vind para normaal begaafde mensen erg interessant. En door dit boek ben ik er wat meer over te weten gekomen. Ik vond het wel een beetje jammer dat het boek zo snel uitgelezen was. En ik zou eigenlijk wel een vervolg erop willen lezen.
Ik vind dat de schrijver heel goed duidelijk maakte wat het onderwerp nou precies was. Het verhaal zou best echt gebeurd kunnen zijn. Want er zijn wel meer mensen die paranormaal begaafd zijn. En ik denk dat er ook wel mensen zijn die zo leven net als Kira dat doet. Ik vond dat er niet veel dingen die in het verhaal stonden niet in het echt zou kunnen gebeurt zijn.
C. De bedoeling
Ik vind de bedoeling van het boek niet zo moeilijk aan te wijzen. Het staat onder het kopje groei naar volwassenheid/identiteit. Daar vind ik het boek ook goed bij passen. Want Jittie is best onzeker over wie en hoe ze nou eigenlijk is. Omdat haar klasgenoten haar dan daarover gaan pesten gaat ze daar nog meer aan twijfelen. Aan het eind van het verhaal gaat ze zichzelf meer respecteren, en ze komt er langzaam achter wie ze is en wie ze eigenlijk zijn wil.
D. De situatie van de personen
Alle situaties van de personen zijn wel herkenbaar. Want de personages in het boek zijn herkenbaar; een onzeker meisje, een pestend meisje en een goede vriend. Behalve die van Kira. Omdat ze in hutjes woont bij iemand in de tuin, dat is wel een beetje vreemd. Maar de gevoellens van Kira zijn wel herkenbaar.
E. Taalgebruik
Ik vind dat de taal waarin het boek geschreven staat makkelijk te lezen is, want er komen veel bekende woorden in voor die ik ook gebruik. De verhaalpersonen spreken als mensen in de werkelijkheid.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden