1. Boekbeschrijving
Titel: Al mijn vrienden zijn gek
Auteur: Sera Anstadt
Jaar van uitgave: 1ste druk: 1983 ik las de 14de druk: 1998
Plaats van uitgave: ’s-Gravenhage, Uitgeverij: BZZTôH
Aantal bladzijde: 151
Ondertitel: De dagen van een schizofrene jongen
Opdracht: Geen
Indeling: 14 hoofdstukken, elk hoofdstuk ong. 7 tot 10 blz. Voorkant: De voorkant van het boek weerspiegelt voor mij Raf . Om te beginnen door het uiterlijk van de jongen op de voorkant. Maar ook door de ogen die uit de afbeelding lijken te “springen”. De moeder vertelt veel over hoe ze dingen ziet in de ogen van Raf. Ze kan aan zijn ogen zien hoe hij is. Voor haar gevoel ziet ze alles in zijn ogen. Als ik naar de afbeelding kijk, vallen de ogen mij het meest op. Ze kijken je niet recht aan, maar kijken angstig en hulpeloos naar boven. Verder zie je verschillende stukken die toch doorzichtig zijn maar ook een deel van Raf zijn. Die stukken zie ik als de verschillende persoonlijkheden van Raf. Ze bedekken Raf voor een groot deel van zijn hoofd en van dus ook zijn hersenen. De stukken samen vormen Rafs persoonlijkheid al zijn ze gesplitst van elkaar. De hand die deels over zijn gezicht en door zijn haren gaat is de greep die de ziekte op Raf heeft. Hij is ook doorzichtig, maar hij is er wel en houdt hem wel degelijk is zijn bezit. De hand houdt zich bezig met Rafs hoofd en zijn gedachten, net als zijn ziekte. Rechts van Rafs hoofd zie je een soort strepen die de snelheid van de hand weergeven. De hand grijpt naar Rafs hoofd, zoals de ziekte dat eigenlijk ook doet. Klein en net buiten Rafs hoofd zie je “anti-psychiatrie” staan dat wel aanwezig is als een stem, maar die niet altijd helemaal doordringt. De kleuren die gebruikt zijn, zijn koele, donkere kleuren die staan voor het alleen zijn van Raf en hoe hij zich onveilig en koud voelt. Ook staan ze voor zijn leven die geen kleur meer bevat en dat hij alleen is in een groot zwart gat. 2. Samenvatting Raf is nu dertig jaar oud, een teruggetrokken, ernstig gestoorde jongen die soms nog met een melancholieke glimlach aan vroeger denkt. Hiermee begint de moeder van Raf het boek: Al mijn vrienden zijn gek. Het boek is een biografie van Sera Anstadt. Zij beschrijft het leven van haar zoon Raf vanaf het moment dat zijn leven over werd genomen door de ziekte schizofrenie. Het begin van zijn ziekte begon met het rondzwerven op straat, in de stad Amsterdam. Toen deze fase weg was, leefde Raf niet meer zoals iedereen overdag maar hij leefde s’ nachts. Hij kwam niet meer zijn kamer af. Alleen wanneer zijn moeder sliep ging hij naar beneden om te eten. Zijn moeder wist zich geen raad meer en belde de GGD. Hier werd ze onfatsoenlijk behandeld en werd niet geholpen, waardoor ze in een nog dieper dal terecht kwam. De ziekte van Raf werd erger en erger tot Raf daar zelf ook achter kwam en zich op liet nemen in Paviljoen Drie. De eerste inrichting waar Raf werd opgenomen. Hier ging het nog slechter met Raf. Raf ging steeds meer achteruit en was erg terughoudend. In totaal was hij 4 maanden in de inrichting geweest. Hij zou nu naar een inrichting gaan buiten de stad met veel frisse lucht en bewegingsvrijheid. In zijn nieuwe inrichting ging het na 2 maanden weer erg slecht met Raf maar hij kon zich redelijk goed gedragen door de medicijnen die hij kreeg. Na een jaar vond de inrichting dat Raf weer contact moest krijgen met de maatschappij en moest proberen de weekends thuis te zijn. Het was erg moeizaam in het begin maar na een jaar zei hij dat hij niet meer terug ging naar de inrichting. Dat ging een tijdje goed totdat Raf zijn medicijnen niet meer wilde innemen. Hij was niet meer te handhaven. Weer werd Raf opgenomen. Maar nu een inrichting waar hij het erg naar zijn zin heeft. Het buiten Oord. Hij kon daar van alles doen, gitaar spelen, knutselen enz. RAF zag er weer stralend uit. maar na een verblijf van tweeëneenhalf jaar in Buiten Oord moest Raf er letterlijk worden uitgezet. Hij werd te oud en men kon hem ook bijna niet meer handhaven zonder medicijnen. Raf was woedend. Na thuis drie weken chaos, maakte hij weer van de dag een nacht. Raf kreeg vrienden van de jeugdsociëteit bij het Leidseplein. Sinds dat hij vrienden had ging het beter met Raf. Maar na enkele jaren kon Raf het niet meer aan en besloot zich weer op te laten nemen. Ditmaal in de Berg Kliniek. Niet lang heeft hij daar gezeten. Hij was weer thuis en leerde een meisje kennen. Het was een lief meisje die Raf voorlas en hem hielp. Ze werden verliefd en gingen samen wonen. Een tijdje ging dit goed totdat Raf een oude vriend ontmoette en teveel met hem omging en Heleen( het meisje) liet zitten. Heleen werd ook ziek en toen bleek dat zij net zoals Raf ook al in een psychiatrische inrichting had gezeten. Zij liet zich op een gegeven moment weer opnemen. Ze kon deze situatie niet meer aan. Nu Heleen weg was stond Raf er weer alleen voor en ook hij werd weer ernstig ziek. Maar na een tijdje wilde Raf zich weer laten opnemen omdat hij thuis erg eenzaam was. Hij wilde mensen van zijn soort in zijn omgeving hebben. Hij kwam ditmaal terecht in Santpoort, afdeling Maasland. Ook hier had hij het niet naar zijn zin. En ging weer naar huis
Raf had af en toe hele heldere momenten. Hij vond het heel erg dat hij niet meer in de maatschappij paste en dat hij niet meer kon werken. Hij had dan veel interesse in zijn familie.
Maar hoe langer hij thuis was hoe zieker hij weer werd. Weer was hij niet meer te handhaven thuis. Ditmaal hoefde de moeder de GGD niet op te bellen maar kwam Raf er zelf achter dat het zo niet meer door kon gaan. Hij had een opname aangevraagd in Eden Oord en zou een week later vertrekken. Even onverwacht als Raf zich had laten opnemen kwam hij ook met zijn hele bagage weer terug. Hij was alles bij elkaar 4 maanden in Eden Oord geweest. Hij gaf geen uitleg, hij lachte alleen.
Weer ging het slechter met Raf, hij zwierf weer op straat. Hij had zelfs zijn moeder geslagen. Dat was de druppel. Hij mocht niet meer bij zijn moeder wonen. Ze kon het niet meer aan. Raf sliep tijdelijk bij zijn oom. Er werd een woning voor hem gezocht, hij moest op zichzelf wonen. Nadat Raf weer wat was opgeknapt belde hij zelf de sociale afdeling voor woningzoekenden op. Ze hadden een huis voor hem. Hij kon daar gaan wonen, maar na een week kwam hij terug en zei dat hij daar niet kon blijven wonen. Hij sliep vanaf toen soms hij zijn moeder en soms hij hemzelf.
Nadat Raf voor de zoveelste keer weer was ingestort wilde hij niets meer eten. Alleen Hans (zijn vader) kon hem nog enigszins nog wat voeren.
Weer werd de GGD gebeld. Tot twee keer toe was het zinloos geweest, ze werden telkens afgewezen. Ten einde raad belde de moeder de psychiater van haar werk op. Hij was de enige die iets aan de situatie deed. De volgende dag stond dokter van Thuyl op de stoep. Hij opserveerde Raf een tijdje. Hij kwam tot de conclusie dat Raf niet kon worden opgenomen als hij zelf niet wilde, tenzij hij niet meer voor zichzelf kon zorgen konen ze bewijzen dat Raf direct hulp nodig had. Dit lukte! Raf werd opgenomen met veel moeite want zelf wilde hij niet. Hij werd opgenomen in de Bertus kliniek, waar hij het erg naar zijn zin heeft. Zijn leven speelt zich sindsdien daar af.
3. Verhaalfiguren
A Noem de belangrijkste verhaalfiguren, uiterlijk, karakter en gedrag:
Raf is een jongen van 15 jaar, die leid aan de ziekte schizofrenie. Op het eerste gezicht een gewone jongen, toen hij nog jong was tenminste. Er is één karaktereigenschap die zijn ziekte duidelijk weergeeft en die eigenschap is dat hij heel verschillend kan zijn en heel veel verschillende kanten heeft. Hij kan door een (emotionele) gebeurtenis helemaal omslaan en een heel ander iemand worden.
Mooiste moment
Toen zijn moeder hem vertelde over de medicijnen die ze in zijn eten had gedaan: ‘Raf, nu je naar Israël wilt, moet ik je iets vertellen, zei ik nerveus. Je hebt gemerkt dat het de laatste tijd goed met je gaat, maar….’ ‘wat’, vroeg Raf. ‘Ik doe al een jaar medicijndruppels in je eten.’ Hij keek me aan zonder iets te zeggen en kreeg een kleur. Zijn ogen vulden zich langzaam met tranen, die langs zijn gezicht druppelden, steeds maar door. Het bleef een tijd stil. Toen zei hij: ‘Ik dacht dat ik het zelf gedaan had.’ Zijn uiterlijk wordt alleen van zijn vijftiende jaar beschreven, hij is lang, met zwart krullend haar, grote donkere ogen en brede schouders. De moeder van Raf wordt qua uiterlijk niet beschreven. Verder heeft ze het moeilijk met haar zoon en gedraagt zich ook naar de wisselende stemmingen van haar zoon. Ze heeft heel erg veel doorzettingsvermogen, ze is moedig en erg hulpvaardig. B Uitbouwkarakter / gegeven karakter: Eigenlijk zijn allebei de karakters uitbouwkarakters. Want Raf bouwt uit doordat telkens als zijn schommeling van gezondheid weer bij ziekte aankomt is het erger de ziekte word steeds en steeds erger totdat hij zelfs een keer zijn moeder slaat. Sera is eigenlijk steeds bezig met moed en energie bij elkaar rapen om weer verder te kunnen gaan met Raf helpen en daar stopt ze geen 1 keer mee maar ze zakt wel in naarmate het boek vordert. Ze wordt ouder en zwakker van alle vermoeienis om Raf heen. 4. Ruimte A Op welke plaats(en) speelt het verhaal zich af? De belangrijkste plaatsen zijn: -Thuis -De inrichtingen waar Raf word opgenomen. B Wat voor invloed hebben de belangenruimten? De inrichtingen worden nooit echt uitvoerig beschreven maar in het huis is voor al de kamer van raf wel erg goed beschreven. Hij heeft de muren beschreven met allemaal onbestaande woorden Hillifi, Pillifi, Dillifi enz. Deze ruimte benadrukt erg zijn gestoordheid. Het is er donker en op een gegeven moment spant hij een soort spinnenweb van wol door de hele kamer. Dat vind ik persoonlijk een vrij gestoorde indruk wekken. 5. Vertelwijze Ik-vorm, het hele verhaal word verteld uit het oogpunt van de moeder van Raf (Sera) zij verteld hoe het voor haar en een beetje voor Raf was om in deze situatie te leven. 6. Tijd A In welke tijd speelt het verhaal zich af? Het verhaal speelt zich af ergens in de jaren 60. Je kan uit het verhaal zelf niet echt halen dat het zich in dit jaartal afspeelt maar aangezien het boek uitkwam in 1983 en Raf dan 30 is. Moet hij ongeveer rond de jaren 60/70 dit allemaal hebben meegemaakt. B Chronologisch? Eigenlijk is het verhaal 1 hele grote chronologische flashback. Want ze verteld het verhaal vanaf zijn 15de helemaal perfect chronologisch maar ze verteld het op het moment dat Raf al 30 is. C Flashbacks? Behalve dat het hele verhaal een flashback is, komen er geen flashbacks voor in het verhaal zelf. 7. Motieven - schizofrenie - uithoudingsvermogen - moeder-kind-liefde
Schizofrenie omdat dat het hoofdonderwerp is van het boek, de ziekte van Raf.
Uithoudingsvermogen omdat de moeder van Raf het allemaal verteld en je dus heel erg meeleeft met hoe hard zij moet volhouden om haar zoon een goed leven te bezorgen.
Moeder-kind-liefde omdat dat ervoor zorgt dat zij ook daadwerkelijk doorgaat met het zoeken naar de perfecte uitweg voor Raf en dus is deze liefde de bron voor haar uithoudingsvermogen.
8. Titel en motto
A Verklaar de titel van het boek:
Op het laats dan zegt hij : al mij vrienden zijn gek. Het kan zijn dat hij daarmee bedoelt dat iedereen gek is behalve hem, omdat hij verder geen vrienden heeft buiten de inrichting.
B Heeft het boek een motto?
Nee, het boek heeft geen motto.
9. Thema
Het verloop van een leven van een moeder die tot het uiterste gaat om haar zoon met schizofrenie een goed leven te bezorgen.
10. Stijl
A Hoe is de zinsbouw?
Heel allerdaags. Er is geen sprankje te bekennen van proberen moeilijke of poëtische woorden te gebruiken zoals veel schrijvers doen. Deze vrouw is geen schrijfster maar gewoon iemand die zijn verhaal verteld.
B Hoe is de woordkeuze?
Ook gewoon zoals ieder anders woordkeuze. Geen gedoe met het best passende, grappige, aangrijpende of whatever woord te zoeken maar gewoon zoals ieder mens het zou melden.
- Toen ik hem vroeg waarom hij dat had gedaan, zei hij alleen:
“Ik kon niet naar binnen”
Hij keek dromerig voor zich uit, alsof hij niets met dit alles te maken had.
Ik was de ellende even kwijt geweest en nu voelde ik paniek in mij opkomen. Ik wilde weg zijn, geen verantwoording meer dragen, geen schuldgevoel meer hebben. Ik wilde er niet meer zijn.
11. Eigen mening
A In hoeverre heeft dit boek jou leesplezier gegeven?
Veel leesplezier, ik ging er snel doorheen en had niet telkens het idee van bluh weer gaan lezen.
B In hoeverre heeft het boek voor jou informatieve waarde?
Dit is 1 van de weinig boeken die ook een vrij grote informatieve waarde heeft omdat er stap voor stap op een gangbare manier word uitgelegd hoe schizofrenie precies in ze werk gaat en hoe je dit ervaart als buitenstaander, oftewel de moeder.
C In hoeverre heeft het boek voor jou literaire waarde?
Het is zeker een boek dat je raakt. De moeder verteld op een heel menselijke manier over haar ervaring met schizofrenie en omdat het boek erg fijn is geschreven lees je er dus lekker snel doorheen maar toch doet het je wat.
D Zou je iets aan de tekst willen veranderen?
Nee, want dan zou het geen echte ervaring meer zijn. Nu is het boek geschreven uit het hart van een vrouw die alles wat ze schrijft heeft meegemaakt op deze manier en het ook zo voelt. Daar kun je niks aan veranderen.
E Eindoordeel:
Goed boek, zeker eentje die je moet hebben gelezen. En een aanrader voor alle andere scholieren die nog een boek moeten kiezen voor hun literatuurlijst.
Auteur: Sera Anstadt
Jaar van uitgave: 1ste druk: 1983 ik las de 14de druk: 1998
Plaats van uitgave: ’s-Gravenhage, Uitgeverij: BZZTôH
Aantal bladzijde: 151
Ondertitel: De dagen van een schizofrene jongen
Opdracht: Geen
Indeling: 14 hoofdstukken, elk hoofdstuk ong. 7 tot 10 blz. Voorkant: De voorkant van het boek weerspiegelt voor mij Raf . Om te beginnen door het uiterlijk van de jongen op de voorkant. Maar ook door de ogen die uit de afbeelding lijken te “springen”. De moeder vertelt veel over hoe ze dingen ziet in de ogen van Raf. Ze kan aan zijn ogen zien hoe hij is. Voor haar gevoel ziet ze alles in zijn ogen. Als ik naar de afbeelding kijk, vallen de ogen mij het meest op. Ze kijken je niet recht aan, maar kijken angstig en hulpeloos naar boven. Verder zie je verschillende stukken die toch doorzichtig zijn maar ook een deel van Raf zijn. Die stukken zie ik als de verschillende persoonlijkheden van Raf. Ze bedekken Raf voor een groot deel van zijn hoofd en van dus ook zijn hersenen. De stukken samen vormen Rafs persoonlijkheid al zijn ze gesplitst van elkaar. De hand die deels over zijn gezicht en door zijn haren gaat is de greep die de ziekte op Raf heeft. Hij is ook doorzichtig, maar hij is er wel en houdt hem wel degelijk is zijn bezit. De hand houdt zich bezig met Rafs hoofd en zijn gedachten, net als zijn ziekte. Rechts van Rafs hoofd zie je een soort strepen die de snelheid van de hand weergeven. De hand grijpt naar Rafs hoofd, zoals de ziekte dat eigenlijk ook doet. Klein en net buiten Rafs hoofd zie je “anti-psychiatrie” staan dat wel aanwezig is als een stem, maar die niet altijd helemaal doordringt. De kleuren die gebruikt zijn, zijn koele, donkere kleuren die staan voor het alleen zijn van Raf en hoe hij zich onveilig en koud voelt. Ook staan ze voor zijn leven die geen kleur meer bevat en dat hij alleen is in een groot zwart gat. 2. Samenvatting Raf is nu dertig jaar oud, een teruggetrokken, ernstig gestoorde jongen die soms nog met een melancholieke glimlach aan vroeger denkt. Hiermee begint de moeder van Raf het boek: Al mijn vrienden zijn gek. Het boek is een biografie van Sera Anstadt. Zij beschrijft het leven van haar zoon Raf vanaf het moment dat zijn leven over werd genomen door de ziekte schizofrenie. Het begin van zijn ziekte begon met het rondzwerven op straat, in de stad Amsterdam. Toen deze fase weg was, leefde Raf niet meer zoals iedereen overdag maar hij leefde s’ nachts. Hij kwam niet meer zijn kamer af. Alleen wanneer zijn moeder sliep ging hij naar beneden om te eten. Zijn moeder wist zich geen raad meer en belde de GGD. Hier werd ze onfatsoenlijk behandeld en werd niet geholpen, waardoor ze in een nog dieper dal terecht kwam. De ziekte van Raf werd erger en erger tot Raf daar zelf ook achter kwam en zich op liet nemen in Paviljoen Drie. De eerste inrichting waar Raf werd opgenomen. Hier ging het nog slechter met Raf. Raf ging steeds meer achteruit en was erg terughoudend. In totaal was hij 4 maanden in de inrichting geweest. Hij zou nu naar een inrichting gaan buiten de stad met veel frisse lucht en bewegingsvrijheid. In zijn nieuwe inrichting ging het na 2 maanden weer erg slecht met Raf maar hij kon zich redelijk goed gedragen door de medicijnen die hij kreeg. Na een jaar vond de inrichting dat Raf weer contact moest krijgen met de maatschappij en moest proberen de weekends thuis te zijn. Het was erg moeizaam in het begin maar na een jaar zei hij dat hij niet meer terug ging naar de inrichting. Dat ging een tijdje goed totdat Raf zijn medicijnen niet meer wilde innemen. Hij was niet meer te handhaven. Weer werd Raf opgenomen. Maar nu een inrichting waar hij het erg naar zijn zin heeft. Het buiten Oord. Hij kon daar van alles doen, gitaar spelen, knutselen enz. RAF zag er weer stralend uit. maar na een verblijf van tweeëneenhalf jaar in Buiten Oord moest Raf er letterlijk worden uitgezet. Hij werd te oud en men kon hem ook bijna niet meer handhaven zonder medicijnen. Raf was woedend. Na thuis drie weken chaos, maakte hij weer van de dag een nacht. Raf kreeg vrienden van de jeugdsociëteit bij het Leidseplein. Sinds dat hij vrienden had ging het beter met Raf. Maar na enkele jaren kon Raf het niet meer aan en besloot zich weer op te laten nemen. Ditmaal in de Berg Kliniek. Niet lang heeft hij daar gezeten. Hij was weer thuis en leerde een meisje kennen. Het was een lief meisje die Raf voorlas en hem hielp. Ze werden verliefd en gingen samen wonen. Een tijdje ging dit goed totdat Raf een oude vriend ontmoette en teveel met hem omging en Heleen( het meisje) liet zitten. Heleen werd ook ziek en toen bleek dat zij net zoals Raf ook al in een psychiatrische inrichting had gezeten. Zij liet zich op een gegeven moment weer opnemen. Ze kon deze situatie niet meer aan. Nu Heleen weg was stond Raf er weer alleen voor en ook hij werd weer ernstig ziek. Maar na een tijdje wilde Raf zich weer laten opnemen omdat hij thuis erg eenzaam was. Hij wilde mensen van zijn soort in zijn omgeving hebben. Hij kwam ditmaal terecht in Santpoort, afdeling Maasland. Ook hier had hij het niet naar zijn zin. En ging weer naar huis
Toen zijn moeder hem vertelde over de medicijnen die ze in zijn eten had gedaan: ‘Raf, nu je naar Israël wilt, moet ik je iets vertellen, zei ik nerveus. Je hebt gemerkt dat het de laatste tijd goed met je gaat, maar….’ ‘wat’, vroeg Raf. ‘Ik doe al een jaar medicijndruppels in je eten.’ Hij keek me aan zonder iets te zeggen en kreeg een kleur. Zijn ogen vulden zich langzaam met tranen, die langs zijn gezicht druppelden, steeds maar door. Het bleef een tijd stil. Toen zei hij: ‘Ik dacht dat ik het zelf gedaan had.’ Zijn uiterlijk wordt alleen van zijn vijftiende jaar beschreven, hij is lang, met zwart krullend haar, grote donkere ogen en brede schouders. De moeder van Raf wordt qua uiterlijk niet beschreven. Verder heeft ze het moeilijk met haar zoon en gedraagt zich ook naar de wisselende stemmingen van haar zoon. Ze heeft heel erg veel doorzettingsvermogen, ze is moedig en erg hulpvaardig. B Uitbouwkarakter / gegeven karakter: Eigenlijk zijn allebei de karakters uitbouwkarakters. Want Raf bouwt uit doordat telkens als zijn schommeling van gezondheid weer bij ziekte aankomt is het erger de ziekte word steeds en steeds erger totdat hij zelfs een keer zijn moeder slaat. Sera is eigenlijk steeds bezig met moed en energie bij elkaar rapen om weer verder te kunnen gaan met Raf helpen en daar stopt ze geen 1 keer mee maar ze zakt wel in naarmate het boek vordert. Ze wordt ouder en zwakker van alle vermoeienis om Raf heen. 4. Ruimte A Op welke plaats(en) speelt het verhaal zich af? De belangrijkste plaatsen zijn: -Thuis -De inrichtingen waar Raf word opgenomen. B Wat voor invloed hebben de belangenruimten? De inrichtingen worden nooit echt uitvoerig beschreven maar in het huis is voor al de kamer van raf wel erg goed beschreven. Hij heeft de muren beschreven met allemaal onbestaande woorden Hillifi, Pillifi, Dillifi enz. Deze ruimte benadrukt erg zijn gestoordheid. Het is er donker en op een gegeven moment spant hij een soort spinnenweb van wol door de hele kamer. Dat vind ik persoonlijk een vrij gestoorde indruk wekken. 5. Vertelwijze Ik-vorm, het hele verhaal word verteld uit het oogpunt van de moeder van Raf (Sera) zij verteld hoe het voor haar en een beetje voor Raf was om in deze situatie te leven. 6. Tijd A In welke tijd speelt het verhaal zich af? Het verhaal speelt zich af ergens in de jaren 60. Je kan uit het verhaal zelf niet echt halen dat het zich in dit jaartal afspeelt maar aangezien het boek uitkwam in 1983 en Raf dan 30 is. Moet hij ongeveer rond de jaren 60/70 dit allemaal hebben meegemaakt. B Chronologisch? Eigenlijk is het verhaal 1 hele grote chronologische flashback. Want ze verteld het verhaal vanaf zijn 15de helemaal perfect chronologisch maar ze verteld het op het moment dat Raf al 30 is. C Flashbacks? Behalve dat het hele verhaal een flashback is, komen er geen flashbacks voor in het verhaal zelf. 7. Motieven - schizofrenie - uithoudingsvermogen - moeder-kind-liefde
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden