Media-over-media opdracht
Inleiding Communicatiewetenschap, Communicatiewetenschap, UvA, 2017
Een vernieuwende vorm van nieuwsmedia
Media is overal om ons heen. Billboards aan de kant van de weg, elektronische nieuwsbrieven aan de wand in de studieruimte van de Universiteit en je mobiele telefoon die je vrijwel altijd bij je draagt. Niet alleen wetenschappers denken na over de mogelijkheden en gevolgen van media, ook mediamakers zelf discussiëren en fantaseren er op los. In tal van mediaproducten wordt iets beweerd over media die de blik op deze media kan veranderen. Zo ook in het boek ‘De Nieuwsfabriek’ van Rob Wijnberg (2015), waarin hij felle kritiek levert op de nieuwsmedia van tegenwoordig.
In De nieuwsfabriek bekritiseerd Rob Wijnberg, inmiddels hoofdredacteur van De Correspondent, in vijf hoofdstukken de mechanismen achter de nieuwsmedia.
Wijnberg schrijft over de Journalistiek als aandachts-economie waarin hij uiteenzet dat de hedendaagse nieuwsmedia als doel hebben om zo vele mogelijk bereik te behalen wat in de praktijk betekend dat er sprake is van meer lifestyle, meer BN’ers en minder moeilijke vragen.
Ook infotainment en slapstickjournalistiek wordt behandeld. Terwijl infotainment juist in de basis bedoeld was om een groter publiek te interesseren voor nieuws, is van infotainment tegenwoordig voornamelijk ‘tainment’nog over. ‘Iets is ín het nieuws, dus is het nieuws’ zien we tegenwoordig steeds vaker in de berichtgeving van tegenwoordig. Uit angst nieuws te missen worden, vanuit journalistiek oogpunt, oninteressante onderwerpen overgenomen, uitgekauwd en overbelicht. Het gevolg van de onderwerpkeuzes van de media is dat er cynisme en apathie wordt gekweekt en daarnaast een ongeïnformeerd publiek wordt creëert.
Daarnaast heeft Wijnberg het over instant meningen, opiniedwang en schandpaaljournalistiek. Hij spreekt van een ‘homo opiniens’in plaats van de homo sapiens. Er heerst een onuitgesproken taboe op het niet hebben van een mening. Talkshowtafels zitten vol met mensen die ergens een mening over geven en websites staan vol met lezerspolls. De aandrang om over alles een instant opinie te hebben is zo groot dat we zelfs van opiniedwang kunnen spreken. Opvallend is de snelheid waarmee een mening tegenwoordig tot stand komt. In de huidige mediacratie is een mening niet iets waar je moeite voor hoeft te doen, door iets te bestuderen, af te wegen of door te denken. Ook dringen media er onbewust op aan om in conflicten altijd en onmiddellijk een kant te kiezen; om primair te oordelen over de wereld om ons heen.
Met ontknopingsdrang, visieloosheid en soundbytejournalistiek doelt Wijnberg op de snelheid waarmee nieuws geen nieuws meer is. Omdat nieuws na één, twee soms drie dagen al te oud wordt gevonden, raken gebeurtenissen of ontwikkelingen met een lange tijdsspanne algauw uit beeld in de media.
Tot slot wordt vooruitgangsblindheid en het ontstaan van mediamythes behandeld. Massamedia is volgens Wijnberg een bepalende factor voor het verlies van het geloof in de vooruitgang. Of beter gezegd: de opkomst van de 24uursnieuwsvoorziening. Mediamythes zijn het ‘mobiele leger metaforen’ dat na lang gebruik als waarheid te boek komt te staan. Verhalen of theorieën over de wereld die in de media zo vaak de revue passeren dat ze uiteindelijk algemeen geaccepteerde feiten worden.
In de epiloog noemt Wijnberg hoe zijn perfecte nieuwsmedium eruit zo moeten zien. Dit zou een platform zijn die alleen digitaal te lezen is en waar geen advertenties te zien zijn. De journalistiek moet namelijk belangrijker zijn dan het rendement. Het medium is dagelijks, maar gaat voorbij aan de waan van de dag, is tegen clichébevestigende beeldvorming en kent geen categorieën als binnenland en buitenland, maar toont thema’s en dwarsverbanden. Journalistieke idealen worden getoond in plaats van politieke ideologieën, het medium schrijft niet voor doelgroepen maar voor geestverwanten
De inhoud van het boek stelt dat journalistiek is verworden tot een ordinaire nieuwsfabriek, waar kijkcijfers, lezersaantallen, advertentie-inkomsten en winstgevendheid gelden als onbetwiste graadmeters voor succes. De bedoeling is om burgers permanent gebiologeerd te houden met spectaculaire, vermakelijke of anderszins aandachttrekkende berichten en niet met het doel om inzicht te kweken in de wereld om ons heen. Nieuws is tegenwoordig niet simpelweg meer een weergave van wat er gebeurt in de wereld. Nieuws is een selectieve, conservatieve en repetitieve uitsnede van de wereld. Het laat alleen de uitzonderingen van de wereld zien, richt zich op het negatieve en herhaalt zich eindeloos. Het draait in grote lijnen maar om een paar dingen: elites, grote instituties en geld.
Ook wordt er gesteld dat er een diepe kloof heerst tussen hoe de nabije ‘echte’ wereld om ons heen wordt ervaren en hoe de rest van de mediawereld wordt ervaren, wat veroorzaakt wordt door de media.
Tot slot stelt Wijnberg dat de nieuwsvoorziening een drieledig effect heeft op onze meningsvorming. Nieuws stimuleert om zo snel mogelijk te oordelen terwijl er vaak bij geen context aanwezig is die wel nodig is om iets op waarde te schatten. Daarnaast verleidt nieuwsmedia tot een zo groot mogelijke zekerheid, en liever nog tot veroordelen. Ondertussen maakt het nieuws ons blind voor samenhang tussen gebeurtenissen. Een langdurig proces zal niet tot nieuws worden bekroond. En zo veroorzaakt nieuws een versnelling van het systeemdenken.
Het boek ‘De Nieuwsfabriek’ beschrijft de nieuwsmedia van tegenwoordig; iets wat binnen de studie Communicatiewetenschap ook gebeurd. Wat juist aan dit infotaiment-boek interessant is, is dat het niet geschreven is door een wetenschapper die van buitenaf op de nieuwsmedia kijkt maar juist door iemand die middenin het productieproces van deze media is gevestigd.
Rob Wijnberg werkte zelf als hoofdredacteur van nrc.next en kent de journalistiek dus ook vanbinnen en van buiten. Met een filosofische kijk bekritiseerd Wijnberg de mechanismen achter onze aandachts-economie. Hij legt de ware aard van de moderne nieuwsvoorziening bloot en laat zien hoe media ons wereldbeeld vervormen en burgers ontmoedigen om na te denken. Interessant is dat hij naast de kritiek ook daadwerkelijk met oplossingen komt voor een vernieuwende vorm van nieuwsmedia. Erg sterk is dat hij deze nieuwe vormen van het bedrijven van journalistiek ook daadwerkelijk heeft uitgevoerd. Nu is Wijnberg hoofdredacteur van het online nieuwsplatform ‘De Correspondent’. Hij doet daadwerkelijk iets met zijn visie. Dat vind ik buitengewoon inspirerend.
Als we kijken naar de inhoud van dit boek, zou dit gekoppeld kunnen worden aan Medialogica. Deze theorie stelt dat media en media-aandacht belangrijk zijn in onze samenleving en dat mediaproducenten een eigen logica hebben. Media willen bijvoorbeeld scoren en volgen elkaar snel in hun berichtgeving. Verschillende actoren anticiperen op wat media willen en deze ongeschreven mediaregels verdringen andere overwegingen. (Brants & van Praag, 2006). In het boek komst sterk naar voren dat door commercialisering en concurrentie de wensen van het publiek steeds belangrijker zijn geworden. De journalistiek is dominant, entertainenden cynisch. De berichtgeving is interpretatief en minder inhoudelijk. Deze beweringen die gedaan worden in het boek passen uitstekend bij het tijdperk van de Medialogica.
Nadruk wordt ook gelegd op de nieuwswaarden. Een nieuwswaarde is een conceptueel kader om de poortwachterpraktijken te beschrijven. Dit houdt in dat gebeurtenissen ‘nieuws’ worden als ze bij specifieke nieuwscriteria passen (Harcup & O’Neill, 2001).Wijnberg stelt in zijn boek duidelijk dat nieuws tegenwoordig enkel nog maar draait om elites, geld en grote bedrijven. Dit zijn drie nieuwswaarden die hij hier noemt.
Daarnaast is ook de Cultivatietheorie aan de inhoud van het boek te koppelen. Deze theorie houdt in dat het geheel aan media entertainment ons een bepaalde werkelijkheid laat zien waardoor onze blik op de wereld veranderd (Gerbner, 1998). Wijnberg stelt dat er een groot verschil is tussen de werkelijkheid die door de media getoond wordt en de ‘echte’ werkelijkheid. Sterker nog, Wijnberg stelt dat nieuwsmedia bijna het omgekeerde beeld geven van de wereld door bijvoorbeeld bovengemiddeld veel aandacht te besteden aan individuele criminelen gevallen, waardoor het gevoel ontstaat dat de criminaliteit toeneemt. Het beeld dat mensen van de wereld hebben wordt dus veranderd door het beeld dat de media creëren. Deze gedachte van Wijnberg komt overeen met de Cultivatietheorie.
Al met al geeft dit boek dus een blik op de nieuwsmedia; Niet vanuit de wetenschap maar vanuit de journalistieke wereld zelf. Na de uitgebreide kritiek die door Wijnberg gegeven wordt op de hedendaagse nieuwsmedia kan er geconcludeerd worden dat het tijd is voor een andere, nieuwe vorm van nieuwsmedia. De manier waarop het nieuws nu wordt gepresenteerd door de meeste mediabedrijven schiet te kort en heeft negatieve gevolgen voor de samenleving. Aan de hand van de kritiek die Wijnberg levert zou een nieuwe vorm van nieuwsmedia ontwikkeld kunnen worden. Hier geeft hij zelf ook al een eerste aanzet voor. Nieuwsmedia die ook kijkt naar lange termijn processen en die niet afhankelijk is van advertenties. Nieuwsmedia die niet de uitzonderingen in de wereld toont maar die het beeld uit de echte wereld terug laat komen in de media zodat de Cultivatietheorie niet meer van kracht is. Kortom, nieuwsmedia die niet toegeeft aan de Medialogica die heerst in de huidige tijd.
Als deze door Wijnberg opgestelde nieuwe eisen voor nieuwsmedia toegepast worden, zal het publiek beter, objectiever en advertentievrij worden geïnformeerd.
Literatuurlijst
Brants, K., & van Praag, P. (2006). Signs of media logic. Half a century of political communication in the Netherlands.Javnost - The Public, 13(1), 25-40.
Griffin, E., Ledbetter, A., & Sparks, G. (2015). Cultivation Theory of George Gerbner. In J. W. J. Beentjes, & R. J. W. Van der Wurff (Red.), Inleiding Communicatiewetenschap (pp. 83-94). New York, Verenigde Staten: McGraw-Hill.
Harcup & O’Neill (2001). What is news? Galtung and Ruge revisited. Journalism Studies, 2(2), 261–280.
Wijnberg, R. (2015). De Nieuwsfabriek (5e ed.). Amsterdam, Nederland: De Bezige Bij.
REACTIES
1 seconde geleden