Primaire gegevens:
Auteur: Gustave Flaubert
Titel: Madame Bovary
Jaar van uitgave: 1856
Verantwoording van de keuze:
We hebben dit boek met de literatuurlessen besproken en daardoor lag het wel voor de hand om het te kiezen. Ik wist dan ongeveer in welke tijd ik het plaatsen moet en wat ik er van kan verwachten. Ook moesten we nog iets uit deze periode lezen en kwam ik hier vanzelf bij.
Verwachtingen vooraf:
Toen ik de voorkant van mijn boekje bekeek was ik niet echt positief. Er staan een man en een vrouw op in een typisch tuttig 19e-eeuws interieur. Dit zijn niet echt boeken waar ik van hou. Voor engels heb ik ook al Sence and Sensibility gelezen en dat was ook iets te zoet. Ook zie ik er meestal nogal tegenop om een Frans boekje te lezen, want het duurt heel lang en vaak is het moeilijk te begrijpen. Toch ben ik er maar aan begonnen.
Reactie achteraf:
Toch was het wel een mooi verhaal. Heel moeilijk om te volgen, maar ik had de samenvatting erbij en toen begreep ik het iets beter. Het is geen verhaal van actie, moord en doodslag, maar dat hoeft ook niet altijd. Het is een mooi verhaal, kenmerkend voor haar tijd. Ik ben wel trots op mezelf dat ik het gelezen heb, zo’n hoogstaand literair welk uit de franse geschiedenis.
Samenvatting:
Wegens zuinigheid van zijn ouders gaat Charles Bovary pas laat naar school. Later studeert hij medicijnen in Rouaan en trouwt met een zekere Heloïse. Deze sterft echter al vroeg. Op de Bertauxhoeve, waar hij vader Rouault behandelt, komt Charles in contact met de dochter des huizes, Emma. De boerendochter en Charles worden verliefd op elkaar en besluiten te trouwen. Maar al snel valt het huwelijk Emma tegen. In de boeken die zij tijdens haar opleiding in een kloosterschool verslonden heeft, scheen alles haar veel mooier toe. Spanning en avontuur trekken haar aan. De dagelijkse sleur en de saaiheid van haar man staan daar lijnrecht tegenover.
In deze toestand van uitzichtloze verveling wordt Emma's fantasie plotseling geprikkeld, als ze op een bal door een burggraaf ten dans gevraagd wordt. Maanden later droomt ze nog van deze man. De saaie werkelijkheid valt haar zwaarder. Ze wordt grillig en lastig; haar gezondheid gaat achteruit. Voor Charles gaat het doktersleven ondertussen gewoon zijn gang. Hij eet, drinkt en slaapt goed, is tevreden met zijn bestaan. Hij besluit naar Yonville I'Abbaye (ook in Normandië) te verhuizen in de hoop daar wat meer afleiding voor zijn vrouw te vinden. Bij het inpakken van de spullen steekt Emma zich aan de doornen van haar bruidsboeket. Geërgerd verbrandt ze het. Zoals van het boeket slechts as over is, zo is ook van de huwelijksvreugde weinig over. Ondertussen blijkt Emma zwanger te zijn.
In Yonville voelt Emma zich direct aangetrokken tot Leon Dupuis, die klerk is bij de notaris en woont bij apotheker Homais. Met Leon praat ze over haar gemoedstoestand: "Ik haat gewone helden en gematigde gevoelens..." Als ze bevalt van een dochter, Berthe, is ze teleurgesteld, want ze had op een zoon gehoopt. Een man kan volgens haar zijn hartstochten volgen, terwijl een vrouw tegengehouden wordt door conventies.
Emma en Leon zoeken elkaar steeds meer op. Charles heeft niets door. Emma is weliswaar verliefd op Leon, maar zoekt de eenzaamheid op om op haar gemak in gedachten met hem bezig te zijn. Als ze hem ziet, wordt het gedroomde beeld verstoord. Daarom is ze in zijn bijzijn koel. Wegens deze uiterlijke koelheid van Emma ziet Leon er niet van af het dorp te verlaten om te gaan studeren in Parijs.
Rodolphe Boulanger, een rijke landheer, houdt Emma gezelschap tijdens een landbouwfeest dat in het dorp wordt gehouden. Hij heeft zich voorgenomen haar te versieren, want hij heeft gemerkt dat ze zich verveelt. Tijdens het feest praat Emma met Rodolphe over de saaiheid van het bestaan en de illusies van het hart. Rodolphe zegt haar dat men moet uitkomen voor zijn hartstochten in plaats van zich te conformeren aan conventies.
Zes weken later ziet Emma Rodolphe opnieuw. Hun gevoelens zijn nog even heftig en tijdens een uitstapje te paard geven ze zich over aan het liefdesspel. Emma voelt zich een heldin uit een roman. "Ik heb een minnaar...," flitst het door haar hoofd. Toch gaat ze wroeging voelen omdat deze verhouding in strijd is met haar katholieke levensovertuiging.
De liefde voor Rodolphe vlamt echter weer op. Emma bestelt een uitzet bij de handelaar Lheureux om samen met haar minnaar een nieuw bestaan in Parijs te gaan opbouwen. Maar de avond voor de definitieve vlucht naar Parijs ziet Rodolphe van het plan af. Hij laat Emma een afscheidsbrief en een mandje abrikozen na. Niets vermoedend smult de goeiige Charles van de vruchten, terwijl Emma flauwvalt. Lange tijd is ze neerslachtig. Geen arts kan haar helpen zodat ze denkt de dood nabij te zijn. Charles moet ondertussen een schuldbekentenis aan Lheureux tekenen, zonder precies te weten waarvoor. Om Emma wat af te leiden, neemt hij haar mee naar een operavoorstelling in Rouaan. Daar ontmoet ze Leon weer die na zijn verblijf in Parijs voor twee jaar in Rouaan studeert. Omdat hun financiële situatie erg slecht is, biedt Emma Charles aan om advies te gaan vragen bij Leon, die immers verstand van geldzaken heeft. Drie dagen blijft ze in Rouaan. Het wordt een soort huwelijksreis voor Emma. Om Leon vaker te kunnen zien, vraagt ze Charles pianolessen te mogen volgen in Rouaan.
Ondertussen strooit Emma met geld en steekt zich steeds dieper in de schulden, zodat schuldeiser Lheureux lastig wordt. Deze Lheureux weet bovendien van haar verhouding met Leon. Na korte tijd dooft de liefde tussen Emma en Leon uit. Als ze Leon later nodig heeft om geld van hem te lenen, laat hij het afweten. Wanhopig gaat ze naar Rodolphe, haar laatste strohalm, maar ook deze weigert haar financieel te helpen. Ten einde raad dringt Emma de apotheek van Homais binnen, neemt een handje arsenicum en stopt het in haar mond. Na een heftige doodsstrijd sterft ze.
Na de begrafenis krijgt Charles steeds opnieuw schuldeisers aan de deur en vindt hij allerlei bewijzen voor Emma's ontrouw. Desondanks is hij niet jaloers. Hij voelt zich daarentegen juist vertederd bij het idee dat zijn vrouw zo in de smaak viel bij iedereen. Niet lang daarna sterft hij.
Verwerkingsopdracht 45:
Fictief interview met de auteur.
1) Had u verwacht dat uw verhaal zo bekend zou worden?
Niet direct, nee. Ik wist wel dat het een goed verhaal was, maar niet zó goed. Ik wilde een mooi, gevoelig liefdesverhaal schrijven en dat is schijnbaar goed gelukt.
2) Heeft u het verhaal zelf verzonnen of zitten er waargebeurde dingen in?
Ik heb het zelf verzonnen, maar heb me goed gedocumenteerd. Zoals ik al eerder eens in een interview gezegd heb: ‘Madame Bovary…dat ben ik.’ Ik kon me tijdens het schrijven goed inleven en heb het verhaal dus geloofwaardig over kunnen laten komen.
3) U heeft na het uitbrengen van het boek een proces aan uw broek gekregen, wat vond u daarvan?
Ik was er natuurlijk niet blij mee. Ik had het boek niet bedoeld als zijnde ‘immoreel’, maar schijnbaar waren er mensen die dat wel vonden. Gelukkig ging het boek wel goed verkopen nadat ik het proces gewonnen had. Het was voor mij een bewijs dat ik toch gelijk had en dat voelt goed.
4) Denkt u dat u voor beïnvloeding gezorgd heeft van de latere literaire stromingen?
Nee, ik denk het niet. Nieuwe stromingen proberen zich juist af te zetten tegen de gevestigde orde. Of misschien heb het dan juist wel beïnvloedt, want anders was er niets geweest waar ze zich tegen af konden zetten. Je kan het op verschillende manieren bekijken.
5) Heeft u het gevoel dat u nog meer goede werken had kunnen schrijven?
Ja, als ik langer geleefd had was er vast nog meer uit mijn vingers gekomen. Ik heb het gevoel dat ik nog niet alles geschreven heb wat ik wilde schrijven, maar het heeft zo moeten zijn. Ik kan er verder ook niets meer aan veranderen.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
G.
G.
Rouaan > Rouen
13 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
He Mart, mooi verslag. Mag ik dat zeggen? Dat mag ik zeggen
7 jaar geleden
Antwoorden