En avant door E.J. Arnold

En avant Samenvatting Hoofdstuk 1: De kerstboom Het is december en erg koud. De kinderen (Paul, Marie en Louis) gaan niet naar buiten. Ze kijken tijdschriften. Moeder komt binnen en zegt dat ze een verrassing heeft. Het is in de tuin. Ze gaan naar de tuin en daar zien ze naast de appelboom een kerstboompje. Ze nemen hem mee naar binnen en Paul gaat uit de kamer van zijn zus de spullen halen om de boom op te tuigen. Hij haalt kaarsen, slingers en kerstballen, en ook een engeltje. Als de boom klaar is gaan ze er met z’n allen om heen zitten en zingen ze een liedje. Hoofdstuk 2: Verboden voor jongens Op de poort staat een tekst geschreven: 'Voor jongens verboden'. Dat laten Paul en Louis niet op zich zitten en zij maken een vlieger en schrijven daarop: 'Alle meisjes zijn stom'. Want er zijn een heleboel meisjes in de tuin en dat zijn allemaal vriendinnen van Christine en Marie. Als de meisjes dat zien zijn ze erg boos, maar ze kunnen niets doen. Totdat de jongens de vlieger per ongeluk loslaten. Dan pakken de meisjes de vlieger en veranderen de tekst in : 'Alle jongens zijn stom'. Als de jongens dat lezen, zijn ze uitgepraat.
Hoofdstuk 3: Bravo Paul Francoise is stewardess. Ze is 19 jaar en ze is overal al geweest. Een van haar vrienden is Yves. Francoise, Marie en Paul mogen mee een rondje boven de stad maken. Ze zien de rivier, de gebouwen, enzovoorts. Ook zien ze hun huis en hun moeder zwaait met een vlaggetje naar hen. Maar plotseling schreeuwt paul. Hij ziet rook. Eerst dacht hij dat het bij de kerk vandaan kwam, maar later zag hij dat het bij de school vandaan kwam en Yves besluit om de brandweer te bellen. Bravo Paul! Hoofdstuk 4: Juist op tijd Mevrouw leon is in de keuken. Haar man is naar de kerk. Ze hoort een vliegtuig. Ze kijkt en ziet dat haar kinderen erin zitten. Ze zwaait, en dan gaat ze weer naar binnen. Ze hoort kloppen op de deur. Het zijn Louis, Robert en Christine. Ze komen vragen of Paul en Marie er zijn, maar die zijn er niet. Dan komt er een brandweerwagen voorbij stuiven. Louis, Robert en Christine gaan er achter aan. Het is bij hun school. En kijk eens wie daar op het dak zit, dat is de kat van de concierge. Ze halen hem er af. Het was juist/net op tijd.