Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

The spy who came in from the cold door John le Carré

Beoordeling 8.6
Foto van een scholier
Boekcover The spy who came in from the cold
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 4851 woorden
  • 29 november 2006
  • 402 keer beoordeeld
Cijfer 8.6
402 keer beoordeeld

Boekcover The spy who came in from the cold
Shadow
The spy who came in from the cold door John le Carré
Shadow
Titel: The spy who came in from the cold
Auteur: John Le Carré

Informatie over de auteur:
Werkte in de tijd van de Berlijnse muur voor de Britse spionagedienst. Bij dit boek werd zijn pseudoniem verraden en had hij als schrijver geen rust meer. Hij heeft het boek in een periode van 6 weken geschreven, in het begin van de Berlijnse muur.

Personen:
Alec Leamas:
Kleine man, grijze haren, atletische bouw, erg sterk, ‘nuttige’ kleding, aantrekkelijk gezicht, kleine bruine ogen, ziet eruit alsof hij problemen kan gaan maken, ongeveer 50 jaar, getrouwd geweest, kinderen in tienerjaren die zakgeld krijgen van de bank, werkt voor Britse geheime dienst.

Karl Riemeck:
Bestuurslid van de Oost-Duitse communistische partij, leverde Leamas beelden en geschriften tegen deze partij, getrouwd met Elvira, verwend door de geheime dienst waardoor hij arrogant werd, vertelde alles door aan Elvira en dit is waarschijnlijk de reden waarom hij neergeschoten is.


Elvira:
Getrouwd met Karl, 40-jaar oude blondine, neergeschoten in Berlijn.

Hans-Dieter Mundt:
Atletisch, korte steile haren, heel direct, jong maar niet jeugdig, goed gebouwd, koud, niet moeilijk voor te stellen dat hij een moordenaar is. Geboren in Leipzig, een leeg en hard gezicht, Hitler-Jugend, heeft eerst in Londen gewerkt en heeft daar enkele agenten vermoord, een jaar verdwenen, daarna in Leipzig gaan werken, is opgeklommen tot de tweede man van de ‘Abteilung’, heeft alle agenten die in Berlijn verbleven vermoord.

Control:
Baas van de Britse geheime dienst, vrouw heet Mandy, geeft de opdracht om Mundt te vermoorden.

George Smiley:
Klein en nogal mollig, bril, een van de mannen die vroeger op de Mundt-zaak zaten, wil er nu niets meer mee te maken hebben, is met pensioen, zoekt uit wat Liz weet over Leamas, betaald de rekeningen als Leamas weg is.

Liz Gold:
Lang, lange benen en lange taille, twijfelend tussen gewoontjes en knap, ongeveer 22/23 en Joods. Werkt ook in de bibliotheek. Woont aan het noordelijke einde van Bayswater, twee eenpersoonsbedden, gas vuur. Lid van de socialistenpartij, Branch Secretary (Mulligan heeft ervoor gezorgd dat ze dat werd, zodat ze met hem zou slapen).

Ashe:
Leamas komt hem tegen op de dag dat hij uit de gevangenis komt, zegt dat hij hem kent uit Berlijn, dat ze samen op een feestje waren en dat hij geld van Leamas heeft geleend om een meisje te kunnen betalen. Leamas gelooft hem niet, maar laat dit niet merken. Ashe werkt eigenlijk voor Fiedler.


Sam Kiever:
Doet zich voor als journalist maar werkt voor Fiedler, verkoopt verhalen van de Britse geheime dienst aan buitenlanders, een lichtelijk illegaal zaakje, hij verdient er veel geld mee via buitenlandse banken zonder belasting, biedt Leamas een baan aan.

Peters:
Doet zich voor als de ghostwriter maar werkt eigenlijk voor Fiedler, Leamas moet hem vertellen over zijn diensttijd bij de Britse geheime dienst. Ongeveer net zo groot als Leamas, iets ouder, ongeveer 55 jaar, een hard gezicht met scherpe gelaatstrekken, Russisch uiterlijk, expressieloos gezicht.

Jens Fiedler:
Dun, netjes, vrij jong, glad gezicht, donker haar, lichte bruine ogen, intelligent en wild, snel lichaam, een rariteit in de ‘Abteilung’, Joods, tweede man van Mundt, doet alle grote ondervragingen, een eikel, martelt de ondervraagden. Control wil dat Leamas Fiedler opzet tegen Mundt en hem vermoordt, niemand anders kan dichtbij genoeg komen.

Karden:
De advocaat van Mundt, een sterke man, ziet eruit als een plattelandsdokter, klein en sympathiek, zat in Buchenwald.

Frau Ebert:
Branch Secretary van de Ward Branch van Leipzig-Hohengrün, een kleine, grijze vrouw, man is baas van een gravelwinning net buiten de stad. Liz slaapt bij haar als ze in Leipzig is.

Samenvatting per hoofdstuk:
Hoofdstuk 1:
In checkpoint Charlie, wacht Leamas, een Engelsman, op een andere man (Karl Riemick) die het checkpoint moet oversteken. Hij wacht al de hele dag en ’s avonds steekt er een vrouw over. Het is Elvira, ze zegt dat Karl vanavond zal oversteken, maar dat hij bang is om gepakt te worden, omdat ‘de anderen’ ook allemaal gepakt zijn door Mundt. Leamas is boos omdat Elvira alles lijkt te weten van de missie. Hij heeft al vaker met Karl samengewerkt en vroeger heeft hij ook al informatie naar haar doorgespeeld. Karl steekt het checkpoint bijna over, maar dan wordt hij neergeschoten.

Hoofdstuk 2:
Leamas neemt het vliegtuig terug naar Londen. Alle agenten die hij moest beschermen zijn vermoord door Mundt. In Londen heeft hij een gesprek met Control, zijn baas. Zijn volgende opdracht wordt het vermoorden van Mundt. Hij moet gaan praten met twee mensen die vroeger op de ‘Mundt-zaak’ zaten: George Smiley en Guillam.


Hoofdstuk 3:
Leamas mag geen spionagewerk meer doen, hij moet gaan werken bij ‘Banking’. Daar regelt hij dat de spionnen hun geld en spullen krijgen. Op een dag vertrekt hij zomaar, op het werk wordt gezegd dat hij een dronkaard is en dat hij bijna geen geld over heeft gehouden aan het spionagewerk. Hij heeft geen contact meer met zijn vroegere collega’s. Hij werkt een week voor een commercieel bedrijf en hij werkt een week als vertegenwoordiger voor een encyclopedie. Hij wordt steeds vaker dronken en de buurt maakt zich zorgen om hem, hij woont in een rotappartement achter een gevangenis en krijgt geen brieven en heeft geen foto’s.

Hoofdstuk 4:
Leamas gaat in een bibliotheek werken. Zijn baas haat hem, ze is of boos, of ze negeert hem. Liz is een van zijn medewerkers, ze vraagt hem vaak of hij komt eten. Ze worden geliefden. Liz ziet dat er wat is met Leamas, maar komt er niet achter wat. Ze zegt dat als hij weg wil, hij weg moet gaan, ze zal niet achter hem aan gaan. Als hij ’s ochtends bij haar weggaat staat er een man in de mist, maar als hij dichterbij komt is hij weg.

Hoofdstuk 5:
Leamas is niet komen opdagen op het werk. Liz heeft beloofd hem niet te volgen, maar hij had ook beloofd het te zeggen als hij weg ging. Op de tweede dag gaat ze naar zijn flat. Een paar dagen lang maakt ze eten voor hem. Dan op een avond zegt hij dat hij weggaat en dat ze niet meer achter hem aan moet komen. De volgende dag slaat Leamas de groenteboer neer omdat die hem geen krediet wil verlenen.

Hoofdstuk 6:
Leamas zit drie maanden in de gevangenis. Hij is een mysterie voor de andere gevangenen, ze proberen hem te intimideren, maar Leamas slaat er een met een schoffel. Als hij uit de gevangenis komt, krijgt hij een envelop mee, hij laat de envelop expres liggen op een bankje, maar Ashe komt hem ermee achterna. Deze man zegt dat hij hem kent uit Berlijn, omdat hij geld ven Leamas heeft geleend. Ze gaan samen lunchen. Ze spreken de volgende dag om 1 uur af, om de schuld af te betalen. Leamas neemt plotseling een bus, een metro en een trein. Om negen uur komt hij aan op het station en stapt in een busje dat hem naar het huis van George Smiley rijdt, Control opent de deur en ze bespreken de zaak. Leamas zegt dat hij gevolgd wordt en dat hij met Smiley heeft gesproken. Control vraagt of ze iets aan Liz moeten doen (geld), maar Leamas wil dat ze met rust gelaten wordt.

Hoofdstuk 7:
Hij luncht ’s middags met Ashe, deze biedt hem onderdak aan in zijn appartement. Ashe wil dat Leamas Sam Kiever ontmoet, een vriend uit Berlijn. Ze gaan met z’n drieën eten bij een Chinees, daarna gaan ze naar een stripclub. Leamas vraagt Ashe waar hij mee bezig is, Kiever stuurt Ashe weg. Kiever biedt Leamas een baan aan, hij kan er veel geld mee verdienen. Het houdt in dat Leamas zijn ervaringen op het gebied van spionage laat publiceren. Ze moeten de volgende ochtend met het vliegtuig naar Den Haag vliegen, om de klanten te ontmoeten.


Hoofdstuk 8:
In Den Haag aangekomen stappen ze in de auto en rijden naar een hotel dat Le Mirage heet. Daar ontmoet Leamas Peeters, Leamas verteld over zijn carrière bij de Britse geheime dienst.
1939: aangemeld voor speciale dienst in het buitenland, naar een school bij Oxford.
1941: voor bijna twee jaar gestationeerd in Holland, ze verloren heel snel heel veel agenten daar.
1943: een paar maanden in Engeland, daarna naar Noorwegen, makkelijk vergeleken met Nederland.
1945: aan de kant gezet, naar Nederland verhuist om het bedrijf van zijn vader in Leiden over te nemen, dat ging niet goed. Samen met een vriend een reisbureau in Bristol gerund voor 18 maanden. Een brief gekregen van de geheime dienst of hij terug wilde komen, eigenlijk niet, maar na nog een jaar wilde hij toch wel weer.
1949: terug op de loonlijst (vanwege de 4 jaar ertussen maar heel weinig pensioen overgehouden).
1950: van februari ’50 tot mei ’51 werkte hij voor Satellites Four, een bureaubaan, spoorde units op enz., collega’s: Peter Guillam, Brian de Grey, George Smiley.
1951: naar Berlijn, operationeel werk, baas van: Hackett, Sarrow, de Jong.
1954: een spion gevonden, Fritz Feger, tweede man in DDR ministerie van defensie, na twee jaar hoorden ze niks meer van hem, schijnt te zijn gestorven in de gevangenis.
1959: nieuwe spion: Karl Riemick, bestuur van de Oost-Duitse communisten partij, neergeschoten bij Checkpoint Charlie.

1961: Leamas teruggegaan naar Londen en heeft de rest van zijn dienst uitgezeten bij Banking Section, regelde dat de agenten hun geld kregen.
Peeters denkt dat hij van de ene kant gemakkelijk informatie van Leamas kan krijgen, omdat deze niet tevreden is over de geheime dienst en omdat hij een dronkaard is, van de andere kant weet hij dat Leamas een professional is, getraind om de goede dingen te zeggen.
Leamas verteld hoe ze aan Karl Riemeck kwamen: de Jong ging picknicken, toen hij terug kwam bij de auto lag er een film, bij ontwikkeling bleken het foto’s te zijn van de bijeenkomst van de communistische partij. Daarna is Leamas steeds met de auto naar dezelfde plaats gereden, hij liet in de auto geld achter, als hij terug kwam lag er nieuwe informatie in de auto en was het geld weg. Leamas speurde op wie de spion kon zijn, Karl Riemeck, hij kocht een boek en schreef in codetaal dat hij Riemeck wilde ontmoeten. De week erop gebeurde dit ook en Karl Riemeck ging voor de Britse geheime dienst werken.

Hoofdstuk 9:
Leamas verteld Peeters over zijn tijd bij Banking Section. Hij moest geld overmaken naar banken over de hele wereld. Daarna nam de resident het geld op en gaf het aan de desbetreffende agent. Een aantal keren (operatie Rolling Stone) kwam het voor dat Leamas geld moest overmaken op de rekening van de resident, daarna moest hij naar de hoofdstad van dat land vliegen, de resident gaf hem dan het geld, waarop Leamas het moest storten op een rekening, de agent kon dan zelf bij die rekening het geld ophalen. Dit was ongewoon, Leamas kan het zich twee keer herinneren in 1951, een in Kopenhagen op 15 juni, Horst Karlsdorf was hier de resident, en een keer in Helsinki aan het eind van september, hier was dr. Adolf Fechtmann de resident. Peeters insinueert dat ze allebei uit Duitsland komen, maar volgens Leamas is dat onmogelijk, dan zou hij er namelijk meer vanaf moeten weten. Hij liegt, hij moet dit volhouden van Control, het hoort allemaal bij het plan.

Hoofdstuk 10:
Leamas gaat wandelen en denkt aan Liz, hij wordt constant gevolgd. Peeters vertelt Leamas dat ze hem zoeken in Engeland omdat hij zich zogenaamd niet gemeld heeft bij zijn reclasseringsambtenaar, maar in feite omdat hij gezocht wordt door de Britse geheime dienst. Daarom wordt hij waarschijnlijk ook in andere West-Europese landen gezocht. Ze moeten naar het oosten en nemen een vliegtuig naar Berlijn om van daaruit verder te reizen. Leamas weet dat Control achter het opsporingsbericht zit. Voor de eerste keer sinds de missie is gestart is hij bang, hij kan er niet meer zomaar uitstappen.

Hoofdstuk 11:
Liz begrijpt niet waarom Leamas de groenteboer geslagen heeft. Ze heeft het verhaal gehoord van George Hanby. Van de oude huisbaas van Leamas hoort ze dat hij een heel aardige man was, maar de huisbaas denkt dat hij een speciale agent is. Op een avond kloppen er twee mannen bij haar aan. Liz denkt dat het agenten zijn, maar daar zijn ze volgens haar te slim voor. Ze vragen wat Leamas haar allemaal verteld heeft en of ze weet waar hij nu is. Liz weet van niks, maar toch vinden de mannen dat Leamas teveel gezegd heeft. Een van de mannen is George Smiley.

Hoofdstuk 12:
Als ze in Berlijn aankomen rijden ze met een auto naar een verafgelegen boerderij. Hun auto, een zwarte mercedes, wordt gevolgd door een DKW, die hen helpt de grens bij de Berlijnse muur over te steken. Bij de boerderij ontmoet Leamas Fiedler, deze zal hem verder ondervragen. Peeters verteld dat Leamas niet meer verder zal reizen naar het oosten, dit betekent dat hij geen kant op kan, er zijn nergens ambassades in oost-duitsland. Fiedler probeert nog meer informatie van Leamas te verkrijgen, ook hij insinueert dat operatie Rolling Stone wat met Duitsland te maken had. Leamas is bang, maar hij blijft volhouden dat hij verder niks weet.


Hoofdstuk 13:
Leamas en Fiedler gaan wandelen. Fiedler wil heel veel weten over de Britse geheime dienst, hij wil vooral weten waaróm de mensen er werken, of daar een speciale filosofie achter zit of niet. Hij vraagt nog meer over operatie Rolling Stone, maar Leamas kan niets meer vertellen. Fiedler vertelt dat hij weet dat het een operatie tegen hen was (gebied achter het Ijzeren Gordijn). Fiedler wil dat Leamas een brief schrijft naar de banken om te vragen of zijn geld ooit is opgehaald, zodat ze zo de agent kunnen vinden die het geld moest krijgen. Hij zegt ook dat hij Leamas voorlopig nog hier houdt, voor het geval hij hem weer nodig heeft. Daar is Leamas niet blij mee, maar hij kan niet anders, hij kan in ieder geval niet naar huis. Leamas denkt aan de rol die hij al zijn hele leven speelt, hij blijft die doorspelen, ook als hij alleen is.

Hoofdstuk 14:
Leamas ondertekent twee brieven naar de banken. Fiedler begint over Liz en Leamas wordt heel boos, hij mag haar nooit meer noemen, anders breekt hij Fiedler’s nek. Ze praten nog meer, Fiedler begint Leamas aardig te vinden, dat is precies het plan. Leamas zegt dat Mundt zo makkelijk uit Engeland weg kon komen omdat Maston hem niet wilde pakken, hij was bang dat zijn carrière dan afgelopen zou zijn. Ze praten nog meer over Karl, hij heeft Control een keer ontmoet, dat streelde zijn ego. Leamas heeft Karl en Control een kwartier alleen gelaten, hij weet niet waar ze over gepraat hebben. Volgens Leamas hebben ze Karl teveel verwend, daarom heeft hij ook teveel aan Elvira verteld. Fiedler heeft een brief teruggekregen van de bank van Kopenhagen, het geld van de rekening is een week na de storting opgenomen. Dit valt precies samen met het tijdstip waarop Mundt in Kopenhagen was. Fiedler is bang dat Mundt hem verraden heeft, hij denkt dat hij zo makkelijk uit Engeland weg is gekomen omdat hij een deal heeft gesloten met de Britse geheime dienst. Leamas zegt dat het onzin is.

Hoofdstuk 15:
Liz heeft een brief gekregen van de Partij. Ze mag twee weken deelnemen aan een uitwisseling met Duitsland. Ze zal daar met leden van de socialistische partij spreken. Ze vraagt zich af waarom ze haar hebben uitgekozen en herinnert zich Ashe. Ze heeft hem een tijdje geleden ontmoet en hij bleef maar doorvragen over haar leven, ze denkt dat hij haar heeft aangemeld. Ze is alleen niet zo blij met Duitsland, de west-duitsers hebben haar vader vermoord.

Hoofdstuk 16:
Fiedler en Leamas rijden terug naar het huis, buiten staan er drie mannen die Fiedler willen spreken. Leamas loopt door naar binnen. Het stuk waarin ze slapen is verdeeld in drie kamers, in de voorste kamer slapen de bewakers, in de middelste slaapt Leamas, wie er in de achterste kamer slaapt weet Leamas niet. Als Leamas in de eerste kamer komt zijn de bewakers er niet, zijn instinct zegt hem dat hij niet naar zijn eigen kamer moet gaan. Hij blijft zitten totdat er twee mensen uit zijn kamer komen. Hij slaat er een neer. Dan gaat de deur naar het huis open, er staat iemand in de deuropening met twee bewakers erachter. Achter hem komt er iemand uit de achterste kamer, maar Leamas mag zich niet omdraaien. Dan wordt hij neergeschoten/geslagen. Als hij wakker wordt ligt hij ergens in een cel, zijn handen en zijn voeten zijn aan elkaar gebonden. De celdeur gaat open en Mundt staat in de deuropening.

Hoofdstuk 17:
Mundt heeft Fiedler gearresteerd wegens poging tot sabotage van de veiligheid van de mens. Hij had een rapport doorgestuurd waar dingen tegen Mundt instonden. Leamas is nodig om een verklaring af te leggen, bovendien zal hij terecht staan voor moord, de man die hij heeft neergeslagen in het huis is dood. Mundt heeft het plan van de Britse geheime dienst door, dat ze hem willen pakken via Fiedler. Mundt ondervraagd Leamas over het plan, hij wil weten wanneer Leamas Peter Guillam voor het laatst heeft gezien. Leamas zegt dat hij het niet meer weet, hij heeft heel erge hoofdpijn. Leamas valt bijna flauw en hoort heel veel geschreeuw, dan wordt hij weggedragen, als hij bijkomt staat Fiedler aan zijn bed.


Hoofdstuk 18:
Fiedler heeft inderdaad een rapport rondgestuurd over Mundt, daarin stonden bewijzen tegen hem die hij al drie jaar lang aan het verzamelen was samen met de verklaring van Leamas, dat hij samenwerkte met de Britse geheime dienst, was het genoeg om Mundt op te pakken. Mundt zal voor een tribunaal van drie rechters moeten verschijnen, in het geheim. Hij wordt verdedigd door Karden, het gerucht gaat dat deze een getuige gaat oproepen. Mundt had Fiedler ook gearresteerd, hij heeft hem in elkaar geslagen, ondertussen fluisterde hij de hele tijd ‘jood’.

Hoofdstuk 19:
Liz is in Leipzig, ze slaapt bij frau Ebert. Ze is gelukkig daar, ze lijdt honger, maar het is voor een hoger doel. ’s Avonds zijn er dingen van de Partij, literatuur verkopen, mensen bezoeken die niet betaald hadden, discussies voeren. Op een avond organiseren ze een debat over ‘samenwerking na twee oorlogen. Liz heeft er hoge verwachtingen van, er komen maar 7 mensen opdagen en ze is heel teleurgesteld. Als ze terug naar huis willen gaan staat er een man voor haar neus, Holton van District. Hij zegt dat het Praesidium haar plannen heeft gewijzigd en dat ze uitgenodigd is voor een speciale aangelegenheid in de buurt van Görlitz, bij de Poolse grens. Liz is vereerd dat ze aan haar gedacht hebben.

Hoofdstuk 20:
De rechtzaak wordt gehouden in een klein wit zaaltje, de toeschouwers bestaan uit enkele bewakers en wat hoge ambtenaren van het Praesidium. Er zijn drie rechters: een jonge man, Leamas denkt dat hij Mundt zal proberen te verdedigen; een oudere man, die het met de uitspraak van de hoofdrechter eens zal zijn; en een vrouw, de hoofdrechter, zij zal het verhaal van Fiedler geloven. De aanklacht is dat Mundt een agent is van een imperialistisch land (Engeland).
Fiedler houdt zijn pleidooi over het verraad van Mundt. Hij beschrijft de carrière van Mundt, zijn daden en de verklaringen van Leamas en hij vertelt hoe deze geïnterpreteerd moeten worden.

Pleidooi:
Fiedler en Leamas zijn opgepakt en bedreigd en mishandeld zodat ze zouden toegeven dat ze een complot tegen Mundt aan het vormen waren. Fiedler heeft namens het Praesidium Leamas opgezocht en hem ondervraagd.
In het begin van Mundts carrière (28) had hij netwerken in Noorwegen, Zweden en Finland. Deze contacten heeft hij in een later stadium nog eens gebruikt.
Aan het eind van 1956 werd Mundt naar Engeland gestuurd, hij zat daar officieel als lid van de East German Steel Mission, maar hij moest ondertussen ook agenten van de Britse geheime dienst uitschakelen. Dit heeft hij goed gedaan. Toen hij weg wilde uit Londen werd hij door zowel de politie als de geheime dienst gezocht, alle wegen werden gecontroleerd en toch wist Mundt weg te komen. In feite is Mundt wel opgepakt, maar hij kreeg een aanbieding van Peter Guillam die op de Mundt-zaak zat, hij zou worden vrijgelaten en betaald worden in ruil voor informatie. Mundt nam het aanbod aan en op die manier kon hij uit Engeland wegkomen.
In 1960 keerde Mundt terug uit Londen en wordt hoofd van de geheime dienst in Oost-Duitsland. Vanaf dat moment gaan er geruchten rond dat er ergens een spion in hoge kringen huist. Na de dood van Riemeck blijven deze geruchten aanhouden. Een voormalig medewerker van het Praesidium bood in die periode informatie aan, aan de Britse geheime dienst, maar deze wilde de informatie niet, dit kan alleen betekenen dat de geheime dienst al over deze informatie beschikte.

Vanaf 1960 verliezen ze steeds meer een steeds sneller agenten. Soms werd er geprobeerd er dubbelspionnen van te maken, maar niet vaak, het leek alsof dat de Britse geheime dienst niet zoveel uitmaakte.
In 1961 kreeg het Praesidium een samenvatting van wat de Britse geheime dienst wist over de Abteilung, dit bleek heel erg uitgebreid te zijn. Het bevatte ook dingen die alleen de hoogste officieren wisten. Mundt heeft gezegd dat men zich daar geen zorgen over hoefde te maken.
Leamas moet vertellen over de ontmoeting die hij had met Peter Guillam toen hij voor Banking bij de Britse geheime dienst werkte. Peter had gezegd dat Maston (de voormalige Control) Mundt heeft laten gaan omdat hij bang was voor zijn carrière. Als ze hem gepakt hadden, hadden ze hem aangeklaagd of vermoord. Leamas houdt nog steeds vol dat ze hem niet gerekruteerd hebben, omdat hij dat dan zou weten, hij was in die tijd de baas in Berlijn. Fiedler zegt dat hij gewoon niks mocht weten over de operatie, hoe meer mensen het wisten, hoe gevaarlijker het werd.
Dan vertelt Fiedler over operatie Rolling Stone. De periode dat het geld werd afgehaald in bepaalde landen viel samen met de periode dat Mundt in dat land was.
Fiedler zegt dat Mundt de macht had om Riemeck te recruteren als zijn rechterhand in dit plan. Hij vindt het verdacht dat Riemeck een kwartier alleen geweest is met Control, waarom mocht Leamas, de baas van de operatie in Berlijn, iets niet weten? Ook werd Riemeck door Mundts mannen neergeschoten vóórdat hij verhoord kon worden. Riemeck kon op de dag dat hij het filmpje in de auto plaatste niet weten waar de auto stond, Mundt zou dit wel hebben geweten. Bovendien heeft Mundt Riemeck vaak promotie gegeven, tot op een punt waar Riemeck aan alle informatie kon komen. Mundt zou ook opdracht hebben gegeven om Elvira te vermoorden, ze wist natuurlijk te veel.
Fiedler denkt dat de Britse geheime dienst steeds contact met Mundt zocht als hij weer op een van zijn reisjes naar het buitenland was.

Hoofdstuk 21:
Karden begint met zijn pleidooi. Hij zegt dat Fiedler in een plot van de Britse geheime dienst is getrapt. Hij zegt dat Leamas al sinds hij terug is uit Berlijn een rol speelt, die van eenzame, gekwelde man. Fiedler zou zo graag de macht willen hebben dat hij dit niet gezien heeft. Mundt wist dit wel al langer, maar hij heeft nooit wat gezegd, hij had respect voor Fiedler en voor de goede spionage van de Britse geheime dienst. Karden zegt dat niemand het vol kan houden om zo lang een rol te spelen, om zo lang eenzaam te zijn, iedereen maakt dan menselijke fouten, hij heeft Liz als getuige. Eerst ondervraagt hij Leamas, hij vraagt of hij echt arm is en of hij echt geen vrienden heeft. Karden vindt het namelijk verdacht dat Leamas nog geld kreeg van de bibliotheek toen hij de groenteman neersloeg omdat hij geen geld had. Ook vraagt hij waarom Leamas naar het huis van George Smiley ging nadat hij Ashe had ontmoet. Leamas ontkent dat hij dat was en zegt dat hij vergeten was dat hij nog geld kreeg van de bibliotheek.

Hoofdstuk 22:
Karden ondervraagt Liz. Hij wil weten of Leamas echt geen geld heeft, maar hij komt erachter dat Leamas geld had om de boodschappen te betalen die Liz voor hem haalde toen hij ziek was. Ook wil hij weten of Leamas echt geen vrienden had, maar hij komt erachter dat er iemand was die de groenteboer en de huur van Leamas’ flat heeft betaald. Hij had dus wel vrienden waar hij geld van kon lenen. Hij vraagt Liz ook naar het bezoek dat ze kreeg, ze zegt dat het George Smiley was, een vriend van Leamas. Hij had dus wel vrienden. Karden wil verder nog weten wat Leamas zei toen ze zei dat ze communist was (hij moest lachen), hoe ze haar huur betaalde (ze heeft 1000 pond gekregen van een goed doel in de stad), waarom ze het niet vreemd vond dat ze het geld had gekregen (Leamas had gezegd dat er voor haar gezorgd zou worden en de groenteboer had ook geld gekregen) en waarom ze Leamas niet achterna gegaan was (Leamas had haar laten beloven dat ze dat nooit zou doen, de avond voordat hij de groenteboer sloeg hadden ze afscheid genomen). Liz kan er niks aan doen dat ze dit allemaal verteld, ze wordt onder druk gezet en bovendien weet ze niet wie er terecht staat. Leamas is heel erg boos dat ze Liz gebruiken hiervoor, maar nog bozer dat de Britse geheime dienst niet naar hem geluisterd heeft toen hij zei dat ze Liz met rust moesten laten. Hij vraagt zich af hoe ze alles weten, dat hij op de dag dat hij Ashe ontmoette naar het huis van George Smiley is gegaan (hij werd niet gevolgd) en dat hij zogenaamd geld had gestolen (dat was een intern verhaal).


Hoofdstuk 23:
Leamas wil Liz en Fiedler redden. Hij zegt dat Liz niks weet en ze mag weg. Daarna bekent hij het hele plan, dat hij de opdracht kreeg om Mundt te vermoorden. Hij zegt dat Fiedler geen dubbelspion is voor de Britse geheime dienst, ze verwachtten gewoon dat hij zich op deze manier zou gedragen vanwege zijn haat voor Mundt. Volgens Leamas is het fout gegaan omdat Smiley de rekeningen betaald heeft en omdat hij helemaal mee naar Duitsland is genomen, dat hadden ze niet verwacht.
Fiedler zegt dat het niet Smiley is die de operatie heeft verpest, maar de Britse geheime dienst zelf, die wisten ook alles van Liz af. Hij vraagt zich af hoe Mundt van Liz afwist. Mundt zegt dat ze haar contributie aan de partij pas had verhoogd, hij heeft zich er daarna in verdiept omdat hij zich afvroeg hoe ze aan het geld kwam. Fiedler vind dit ‘een slim antwoord’.
De jury zegt dat ze klaar zijn om een uitspraak te vormen. Fiedler wordt voorlopig ontslagen van zijn taken, Leamas staat nog onder arrest en Mundt gaat nog vrijuit.

Hoofdstuk 24:
Liz is meegenomen naar het kantoor van de commissaris. Ze probeert deze vrouw te vleien met complimentjes zodat ze te weten kan komen wat er aan de hand is. De vrouw zegt dat Leamas en Fiedler een complot tegen Mundt gevormd hebben. Ze zegt dat Leamas en Fiedler zullen worden afgeschoten. Liz wordt opgesloten in een ondergrondse cel. Een paar uur later laat Mundt haar vrij, hij bengt haar naar buiten, daar staat Leamas bij een auto. Liz en Leamas stappen in de auto en Leamas wil naar Berlijn rijden. Liz blijft maar doorvragen over wat er is. Leamas zegt: ‘ik zal je vertellen wat jij en ik nooit hadden mogen weten, Mundt is een spion van de Britse geheime dienst, hij werd bijna verraden door een slimme Jood, deze hele operatie was om hem te redden, daarom zij wij vrij gelaten’.

Hoofdstuk 25:
Liz wil weten of het ook bij het plan hoorde dat zij verliefd zouden worden. Leamas zegt dat ze wel extra aan elkaar voorgesteld zijn zodat ze haar later als getuige konden oproepen. Liz vindt het zielig dat Fiedler wordt neergeschoten, ze vindt het verschrikkelijk dat de Britse geheime dienst en Leamas een nazi, Mundt, wel steunen en een aardige man als Fiedler niet. Leamas zegt dat het altijd en overal zo gaat, vooral bij haar partij, daar wordt ook het individu opgeofferd voor de massa.
Er staat een man op de weg, Leamas stopt en de man stapt in. Ze zijn in Berlijn en er is voor gezorgd dat ze de muur over kunnen. De man wijst hen de weg naar het stukje muur. Het staat in een achterafstraatje, ze moeten in het licht dat op de muur schijnt gaan staan, dan zal het 90 seconden gedoofd worden, het prikkeldraad is doorgeknipt.


Hoofdstuk 26:
Ze lopen vanuit de auto naar de muur, ze blijven in een portiek staan, ze moeten nog twee minuten wachten. Het licht schijnt recht voor hen en ze gaan erin staan, ze lopen naar de muur, het licht verdwijnt. Leamas klimt op de muur, hij wil Liz naar boven helpen, maar dan komt er ineens overal licht om hem heen. Hij probeert Liz omhoog te trekken maar het lukt niet. Dan beginnen er allemaal mensen te schreeuwen, Leamas hoort ook Smiley roepen. Er wordt geschoten, Liz valt op de grond. Leamas gaat weer van de muur af. Liz is dood en even later wordt Leamas ook neergeschoten.

REACTIES

N.

N.

Awesome! ^^

8 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "The spy who came in from the cold door John le Carré"