Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

The painted bird door Jerzy Kosinski

Beoordeling 8
Foto van een scholier
Boekcover The painted bird
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 4143 woorden
  • 16 december 2003
  • 171 keer beoordeeld
Cijfer 8
171 keer beoordeeld

Boekcover The painted bird
Shadow
The painted bird door Jerzy Kosinski
Shadow
zakelijke gegevens De auteur is Jerzy Kosinski. De titel is; ’the painted bird’ en de uitgeverij is Bantam Books. Dit boek is uitgegeven in 1978 in de Verenigde Staten en is de vijfde druk. Het boek heeft 251 pagina’s. en twintig hoofdstukken. Het genre is: oorlogsroman. Het is een roman, omdat het een uitgebreid verhaal is waarin de daden en gedachtes van de hoofdpersoon worden beschreven. Verder is het een oorlogsroman, omdat het verhaal zich afspeelt tijdens de tweede wereldoorlog. samenvatting Het is het jaar 1939. De tweede wereldoorlog is net uitgebroken. In een grote stad in Oost-Europa woont een jongetje van zes jaar bij zijn ouders. Wanneer de oorlog werkelijk uitbreekt, willen de ouders dat de jongen naar het oosten van het land gaat. Hier heeft hij namelijk een grotere kans van overleven. De jongen heeft typische gelaatskenmerken die men toeschrijft aan joden en zigeuners. Ondanks deze gelaatskenmerken is hij geen jood of zigeuner. De jongen wordt het platteland op gestuurd omdat daar betere overlevingskansen zijn. Eerst komt de jongen terecht bij een oude vrouw in een hutje, haar naam is Marta. De jongen helpt deze vrouw in ruil voor onderdak en voedsel. Marta geloofde dat de joongen duivelse krachten bezat door zijn zigeuneruiterlijk. Daarom voelde de jongen zich niet echt gewenst. Na enige tijd wordt de vrouw ziek. Op een zekere morgen wordt het jongetje wakker in de hut. Het is er ijskoud en stil. Marta zit nog precies zoals de vorige dag in haar stoel en haar lichaam voelt koud en stijf aan. Het jongetje gelooft dat de vrouw aan het slapen is en kater wel wakker zou worden. Als het nacht wordt wil hij een lamp aansteken. Daarbij morst hij met de petroleum, als hij in het donker aan het prutsen is met de lucifers, breekt er een af en het tapijt vat vlam. Enkele ogenblikken later staat heel de hut in lichterlaaie met Marta erin. Dan vlucht hij naar het bos om zich te verschuilen voor de andere mensen uit het dorp. Hij zwerft door het bos en komt uiteindelijk bij een ander dorp. Daar wordt hij door een man meegenomen, die hem aan de andere bewoners laat zien. Uiteindelijk koopt Olga de Wijze hem. Olga is een soort medicijnvrouw die allerlei kwalen door planten weet te genezen. De jongen moet haar mee helpen met het bereiden van drankjes, zalfjes, poeders en medicijnen. Op een dag wordt de jongen gevangen door een vreemde man en in de rivier gegooid. De jongen had van Olga veel geleerd om te kunnen overleven en dit lukt hem dan ook. Nu zwerft hij weer rond op zoek naar onderdak. De jongen komt nu bij een molenaar terecht, die de “jaloerse” wordt genoemd. De molenaar verdenkt zijn vrouw van een seksuele relatie met de knecht. Zijn vrouw ontkent dit niet. Hij wordt vaak dronken en ranselt zijn vrouw dan af. Op een zekere avond raakt de molenaar erg dronken en hij stapt op de knecht af met een grote lepel. Hij valt de knecht aan en lepelt zijn beide ogen uit. De jongen was door dit voorval erg van streek geraakt en toen s’avonds de molenaar en zijn vrouw sliepen, vluchtte de jongen uit de boerderij weg. Het jongetje kwam daarna terecht bij Lekh, van beroep een vogelvanger. Hier leerde de jongen vogels te observeren en aan de hand van hun gedrag af te leiden waar ze goed voor waren. Zo kon Lekh met vogels vele problemen oplossen zoals vloeken ongedaan maken. Lekh verfde ook levende vogels met felle kleuren, die hij daarna weer laat vliegen. De vogels vlogen dan naar hun soortgenoten, maar werden door hun felle kleuren niet herkend. Hierdoor worden de vogels aangevallen door hun eigen soortgenoten. Lekh heeft een grote liefde, zij wordt door de dorpsbewoners Domme Ludmila genoemd. Zij was ook tot over haar oren verliefd op Lekh. Op een dag wordt het jongetje door deze gestoorde vrouw meegenomen naar de begraafplaats. Zij probeert hem onder bedreiging te verkrachten. Als zij hem slaat met een riem, komen boeren van de weides op het geschreeuw van de jongen af. Zij zien de vrouw liggen en nemen zonder na te denken een voor een de plaats van de jongen in. De vrouwen van de boeren merken dit en worden uit jalousie woedend op Ludmilla. Ze gaan met zijn alle Ludmila te lijf. Lekh komt toevallig langs en probeert de vrouwen tegen te houden. Maar hij kan de groep kwade vrouwen niet aan en wordt zelf ook gemarteld. Hij kan niet verhelpen dat Ludmilla onder zijn ogen doodgetrapt wordt. De jongen zag alles gebeuren en besloot dan maar weer te vertrekken. Nu kwam hij bij een timmerman en zijn vrouw. Zij dachten dat de jongen met zijn zwarte haren de bliksem aantrok. Daarom mocht hij niet in huis of in de schuur slapen. Toen op een stormachtige avond de timmerman ziek was had de vrouw geen tijd om de jongen weg te brengen en ging deze uit zichzelf maar overnachten in de schuur. Plotseling slaat de bliksem in de muur en het hooi vat vlam. De jongen rent dan weg omdat hij denkt dat het zijn schuld is en hij is bang om gestraft te worden. Hij vlucht weer het bos in waar hij een hol vindt, waar hij schuilt voor de regen. Het hol ligt langs een spoorweg en hij springt op de trein die elke ochtend het hol passeert. De trein reed het bos in en toen de jongen een vlak stuk land zag, sprong hij van de trein af. In het bos ontdekte hij een bunker, die een gat in de vloer had waar duizenden ratten in zaten. Hij ging op zoek naar een nieuw dorpje waar hij onderdak kon krijgen. Aan de rand van het bos ontdekt hij een dorpje, toevallig was het hetzelfde dorpje waar hij de avond tevoren uit weggevlucht was. Hij ziet een zeer bekend gezicht, het is een kennis van de timmerman. Deze man herkent de jongen en houdt hem gevangen. De knecht van deze boer gaat de timmerman halen. De man is razend, slaat de jongen en laat hem de verkoolde resten van zijn schuur zien. Hij houdt hem verantwoordelijk voor het afbranden. Hierna krijgt de jongen van de man een klap op zijn hoofd en hij raakt bewusteloos. Als hij terug bijkomt, is de timmerman bezig met een grote zak, waarin hij normaliter katten verdronk. De jongen begreep dat ze hem wouden verdrinken. Om zijn leven te redden beloofde hij de timmerman te brengen naar een verlaten bunker in het bos die vol lag met waardevolle spullen de voor het oprapen lagen. De jongen slaagt erin de timmerman in het gat in de bunker te laten vallen. De man wordt binnen enkele secondes verzwolgen door de duizenden ratten. Met de kar en de os van de timmerman, ging de jongen er vandoor en reed net zolang tot hij zeker wist dat hij ver genoeg van het dorp weg was. In dit nieuwe dorpje kwam de jongen terecht bij een smid en zijn vrouw. Deze man had hoog aanzien in het dorp. Op een zekere dag werd de smid opgezocht door de partizanen. De smid, zijn vrouw , de twee knechten en zijn zoon werden door hen gemarteld. De jongen verstopte zich. Toen ze de hut binnendrongen roofden ze alles wat ze konden gebruiken. Tenslotte vonden de partizanen de jongen op de zolder, waar hij zich verscholen had. Er werd besloten de jongen uit te leveren aan de dichtstbijzijnde Duitse post. De Duitse officier van de post geeft een soldaat de opdracht de jongen af te maken. Bij het bos gaan de soldaat en de jongen even zitten. Dan geeft de soldaat de jongen het teken dat hij mag weglopen. De jongen is als de dood om in zijn rug geschoten te worden. De soldaat draait zich om en wanneer de jongen in het bos is verdwenen lost hij een paar schoten om zijn executie te simuleren. Weer zwerft de jongen alleen door de bossen heen. De winter valt en de jongen kan nergens terecht. Op een dag vindt hij op het pad een omgeslagen kar en een paard met een gebroken been. De jongen neemt de kar en het paard mee en weet de eigenaar van het paard te vinden. Het dier is te erg gewond om nog gered te worden en moet afgemaakt worden. De boer nam de jongen in huis. Ook mocht de jongen mee naar allerlei feestjes, waar hij een attractie was met zijn gedichten. Toch wordt hij door de jongens uit het dorp lastig gevallen. Op één van zijn tochtjes door het bos ontdekt de jongen verschillende soorten munitie, die daar as achtergelaten en hij neemt het mee naar huis. Op een zondag wordt de jongen weer eens lastig gevallen door een aantal dorpsjongens. Maar deze keer weet hij een jongen met een zware steen in het gezicht te raken. Als hij in de boerderij is komt een grote groep gewapende mannen de jongen op de jongen af. Hij vlucht naar de schuur met de groep nog steeds op zijn hielen. De jongen legt de munitie bij elkaar en ontsteekt een lange lont. Hij brak aan de achterkant van de schuur, enkele planken af en vluchtte naar het bos. Enkele ogenblikken later vindt de explosie plaats en wordt de hele schuur opgeblazen. Hij zwerft enkele dagen door het bos en dan ontmoet hij een boer. Deze man woonde langs de spoorweg. Regelmatig passeerden hier ook veewagens waar joden en zigeuners in zaten. Soms sprongen mensen van de wagons, in de hoop te kunnen vluchten van de Duitsers. Op een dag overleeft een meisje de sprong. Een man genaamd Regenboog, neemt haar mee in huis. Op een nacht hoort de jongen geschreeuw. Hij keek door een gat in de muur en zag dat het meisje werd verkracht door de man. Uiteindelijk komen ook de andere dorpsbewoners en maken het meisje dood omdat ze de man zou hebben behekst. Wat later zoeken de Duitse troepen de omgeving af. De jongen gaat schuilen in het korenveld in de hoop niet gevonden te worden, maar drie soldaten vinden hem toch. Ze brengen de jongen samen met een andere gewonde man naar het dorp waar de bewoners hem bekogelen met allerleiharde voorwerpen. De jongen komt terecht bij de plaatselijke priester. De priester gelooft niet dat hij duistere krachten bezit en zoekt daarom iemand die voor de jongen kan zorgen gedurende de oorlog. De jongen komt terecht bij een verschrikkelijke man Garbos. De jongen wordt veel geslagen en bedreigt, maar hij mag de priester niets laten weten. De jongen ontsnapt vaak aan de dood door zijn verstrouwen te leggen in bidden terwijl Garbos zijn afschuwelijke hond Judas op hem af stuurde. Een jaar later is één van de misdienaars ziek en de nieuwe priester komt de jongen halen. Hij hoopte dat het ging meevallen, want hij wist hoe hij alles moest doen, maar alles liep er mis omdat garbos hem teveel had verzwakt. De bijgelovige kerkgangers beschouwden dit als een teken van God en beschuldigde de jongen een zigeunervampier te zijn en ze gooiden hem in de beerput achter de kerk. Hij slaagt erin uit de put te klimmen, maar tot zijn grote verbazing kan hij niet meer spreken. Het dorpshoofd plaatst de jongen bij een andere boer, Makar. Deze man leeft enigszins geïsoleerd van de rest van het dorp. Hij heeft een zoon Anton en een dochter Ewka. Ewka houdt van de jongen omdat hij haar vaak helpt en zehaalt hem over tot seksuele handelingen. Omdat de jongen Ewka op een nacht wakker wordt en ziet hoe ze onder het toeziend oog van haar vader seks ziet hebben met de geit. Besluit de jongen naar een ander dorp te gaan. In het volgende dorp ontmoet hij Labina. Zij zorgt goed voor hem en zegt dat voor God iedereen gelijk is en dat men hem daarom niet mag veroordelen. Labina is een mooie vrouw die zich prostitueert, omdat haar man Laba enige tijd geleden zelfmoord had gepleegd, omdat zijn waardevolle spullen waren gestolen. Uiteindelijk overleed Labina en toen de jongen zag dat haar lichaam naar de hut werd gedragen wist hij dat het tijd was te vertrekken. Rond deze tijd krijgen mensen te horen dat het rode leger in aantocht was en dat ze snel bevrijd zouden worden. Niet veel later kwamen de Kalmukken op hun paarden het dorp binnenstormen. De jongen had zich verborgen in een frambozenstruik. Vanuit daar zag hij hoe de mannen alles plunderden. Hij zag hoe ze willekeurig mannen vermoorden en alle vrouwen en meisjes in het dorp en zelfs een man verkrachtte, soms waren wel drie mannen tegelijk met een meisje tegelijk bezig. De jongen werd ontdekt in het bosje en werd met de achterkant van het geweer van de man in zijn maag gestompt, er brak wat. Wat later arriveert het Rode Leger in het dorp en zij schakelen de Kalmukken uit. Al de Kalmukken werden ondersteboven aan bomen gehangen en het hele dorp kwam ze vervloeken. De jongen mag met het Rode Leger meegaan. Hier wordt hij in het veldhospitaal opgenomen en hij hersteld volledig, op zijn stem na. Hij maakt er nieuwe goede vrienden, Mitka en Gavrila. Beide belangrijk in het leger. Deze mannen zorgen dat hij aansterkt en leert lezen en schrijven, want ondanks zijn elf jaar oud had hij dat nog nooit geleerd. De jongen had het echt naar zijn zin hier en kreeg veel respect voor de communisten en begon in deze filosofie te geloven. De jongen wil na de oorlog in het Leger blijven maar ze sturen hem op last van de communistische partij toch naar een weeshuis in zijn geboortestad. Zijn vrienden beloven dat ze hem zullen komen oppikken na de oorlog als zijn ouders dat niet komen doen. In het weeshuis is er veel geweld en de jongen was bang om in slaap te vallen omdat ze dan pijnlijke grappen met hem zouden uithalen. Hij weigerde om zijn uniform die hij uit het legerkamp had meegekregen uit te doen, want dat was zijn trots. Hij kreeg in het weeshuis een vriend die ook nooit wat zei, zijn bijnaam was ‘de stille’. Ze haalden samen veel kattenkwaad uit om respect van de andere wezen te krijgen. Op een dag laten ze zelfs een trein ontsporen om een man te wreken die de jongen had geslagen. De man zat alleen niet in de trein, dus hun wraakactie was mislukt. Op een dag moet de jongen bij de directrice komen, die hem tot bij zijn ouders brengt. Ze herkennen elkaar en hij gaat bij zijn ouders en zijn vier jaar oude geadopteerde broertje wonen. Hij wil vaak s’nachts de straat op en maakt hier vele vrienden. Hij bezorgt pakjes voor hem en in ruil daarvoor kreeg hij snoep en prostituees. Op een avond wordt hij opgepakt door de politie en moet de gevangenis in. Zijn ouders komen hem halen en laten hem onderzoeken. De dokters schreven hem berglucht voor en veel beweging, omdat hij te verzwakt was. De jongen gaat in de bergen bij een oude skileraar in een verlaten dorp wonen. Doordat het afgelegen is ziet hij zijn ouders maar één keer per week. De jongen valt op een dag door en sneeuwstorm in een diep ravijn. Toen hij wakker werd in een ziekenhuis ging de telefoon, maar niemand kwam die opnemen. Maar omdat de telefoon maar bleef gaan besloot hij maar op te nemen en tot zijn verbazing had hij zijn stem terug en hij besefte dat deze nu niet meer afgepakt kon worden.
Verwerkingsopdracht Mijn grootste vraag is hoe de jongen steun zoekt bij hogere machten, terwijl hij er continu van wordt beschuldigd een slecht en behekst persoon te zijn. Om hier achter te komen ga ik uitzoeken hoe hij zich gedraagt als hij net een geloof heeft gevonden en wat hij er precies mee wil bereiken. Daarna kijk ik hoe hij God ziet in betrekking tot de Duitsers, aangezien God uiteindelijk bepaald wie de oorlog wint en wie niet. Vervolgens zoek ik uit hoe hij God in twijfel trekt aan alles wat hij meemaakt en ziet. Ten slotte probeer ik er achter te komen waarom hij zijn geloof verliest terwijl hij eerder hier al zijn kracht uit putte. Eerst bekijk ik dus hoe de jongen zich gedraagt als hij net het geloof heeft gevonden. Op dat moment zit hij bij Garbos in huis en wordt hij door de priester van het dorp in de gaten gehouden. Hij is naar de priester gegaan om te leren bidden, omdat hij heeft bedacht dat je door te bidden zorgeloze dagen kan verdienen. En omdat hij bij Garbos flink gemarteld werd kwam dat hem dus wel goed uit. Hij had voor zijn gevoel dus nog heel wat gebeden in te halen. Uit het volgende fragment kan men afleiden hoe serieus hij het bidden nam: pag 133 :”There was no time to lose. Any spare moment could be used for one more prayer, thus earning additional days of indulgence for my heavenly account. I would soon be rewarded with the Lord’s grace, and Garbos would not torment me anymore. I now devoted my entire time to prayers. I rattled them off quickly, one after another, occasionally slipping in one that carried fewer days of indulgence. I did not want heaven to think that I neglected the more humble prayers completely. After all, one could not outwit the Lord.” Zoals hier te lezen is nam hij zijn geloof heel serieus en besteedde hij er al zijn tijd aan. Hij gedraagt zich dus precies zoals een goede Christen zich zou moeten gedragen. Hij wil met het bidden respect en zorgeloze dagen verdienen zoals ook blijkt uit het volgende stukje tekst; pag 133 :”I muttered prayers continuously from dawn to dusk, losing count of the days of indulgence I was earning, but almost seeing their pile constantly rising until some of the saints, stopping on their strolls through the heavenly pastures, looked approvingly at the flocks of prayers soaring up from earth like sparrows – all coming from a small boy with black hair and black eyes. I visualised my name being mentioned at the councils of angles, then at those of some minor saints, later at those of major saints, and so closer and closer to the heavenly throne.” Hij wil dus door heilige mensen worden beschouwd als iemand die altijd netjes bid. En uiteindelijk dus zo dicht mogelijk bij de troon van God komen. Omdat de jongen nu alles in het leven toeschrijft aan God is mijn volgende vraag hoe de jongen God ziet in combinatie met de Duitsers die nu alles voor het zeggen hebben. De jongen is er achter dat zowel God als de Duivel veel macht hebben. De mensen zagen de Duitsers nu als de rechtvaardige die de wereld aan het zuiveren waren. Hoe de jongen dit ziet is te lezen in het volgende citaat; pag 159”I also began to understand the extrordinary success of the Germans. Didn’t the priest explain once to some peasants that even in remote times the Germans delighted in waging wars? Peace had never appealed to them. Thet did not want to till the soil, they had no patience to wait all year for the harvest. They preferred attacking other tribes and taking crops from them. The germans probably were noticed then by the Evil Ones. Eager to do harm, yhey agreed to sell out wholesale to them. That is why they were endowed with all their splendid abilities and talents. That is why they could impose all their refined methods of wrongdoing on others. Success was a vicious circle: the more harm they inflicted, the more diabolical powers they had, the more evil they could achieve.” Hij zegt hier dus dat Duitsers door hun samenwerking met de Duivel aan hun krachten en talenten komen. Hier lijkt hij te beweren dat je door je met de Duivel in te laten iedereen slimmer af bent in de wereld en alles kan bereiken wat je wil. Hij blijkt hier dus zijn geloof verloren te zijn en God in twijfel te brengen. Dit blijkt ook wel uit het volgende wat hij zegt; pag 160 “I felt stronger and more confident. The time of passivity was over; the belief in the good, the power of prayer, altars, priests, and God had deprived me of my speech.” Hier is hij zijn geloof dus helemaal kwijt. Hij hangt liever de Duivel aan om zo macht en kracht te krijgen, dan eindeloos bidden tot God zonder enig resultaat. Hij heeft geen enkele hoop meer in het geloof in God. Ik geloof dat dit niet een moeilijke stap zal zijn voor hem aangezien men toch al dacht dat hij met zijn gelaat duivelse krachten bezat. En als zoiets vaak genoeg tegen een kind wordt gezegd gat deze het zonder meer geloven. Zeker onder deze omstandigheden, hij hoefde zich nu alleen nog maar te gedragen zoals men dat eigenlijk al verwachtte. Later trekt hij nog meer dingen in twijfel als het gaat om de oordelen van God als het gaat om wie de oorlog mag winnen of niet. In het volgende fragment zet hij de goddeloze Duitser en de goddeloze Sovjets tegen over elkaar; pag 183”But if God really decided what was to happen, why did the peasants worry about their faith, the chuches, and the clergy? If the Soviet commissars really intended to destroy the churches, desecrate the altars, kill the priests, and persecute the faithful, the Red Army would not have the remotest chance of winning the war. Even the most overworked God could not overlook such a menace to His people. But then would not that mean that the Germans, who also demolished churches and murdered people, would prove the winners? From God’s point of view it seemed to make more sense if everyone lost the war, since everyone was commiting murder.” Hij zegt dus dat als het aan God ligt niemand de oorlog wint, maar dat kan niet, want er zal altijd wel iemand winnen. Blijkbaar bemoeit God zich dus niet zoveel met deze oorlog anders was het heel anders gelopen, want uiteindelijk winnen toch de Sovjet, die zelf absoluut geen Christenen zijn. Hij is er dus niet uit of God de Duitsers steunt in hun strijd of niet, dit uit zijn twijfel of het geloof. Ten slotte zal ik beantwoorden waarom de jongen zijn geloof verliest terwijl hij hier eerder al zijn kracht uit putte. Ten eerste komt dat door wat eerder beschreven was, hij zag eigenlijk meer voordelen in de Duivel dan in God. Ten tweede speelt het een grote rol dat hij uiteindelijk een nieuwe ideologie vindt, namelijk het communisme. De communisten bieden hem een beter leven en beloven een betere wereld waar geen God in nodig is. Hier is een stukje uit het verhaal waar hij verteld wat hij van Gavrila heeft geleerd over God en wat nu zijn nieuwe godsbeeld is, omdat hij een grote adoratie heeft ten opzichte van Gavrila. Pag 197 “From him I learned that the order of the world had nothing to do with God, and that God had nothing to do with the world. The reason for this was quite simple. God did not exist. The cunning priests had invented Him so they would trick stupid, superstitious people. There was no God, no Holy Trinity, no devils, ghosts, or ghouls rising from graves; there was no Death flying everywhere in search of new sinners to snare. These were all tales for ignorant people who did not understand the natural order of the world, did not believe in their own powers, and therefore had to take refuge in their belief in some God.” Uit dit fragment blijkt dus dat hij niet meer gelooft, omdat hij zijn voorbeeld Gavrila op zijn woord geloof. Hij put nu kracht uit een nieuwe leider in plaats van God, namelijk Stalin. Deze man zal vanaf nu alles verdelen en zorgen dat er geen zorgen zijn in plaats van God. Die heeft tot nu toe toch niet laten zien wat hij kan en Stalin heeft een manier om alles beter te maken dan dat God ooit gedaan heeft. Mijn antwoord op de hoofdvraag is dus dat hij steun zoekt bij hogere machten zoals op dat moment het meest voor de hand ligt. Als hij met een priester om gaat bid hij tot God, als hij duivelse krachten ziet zweert hij trouw aan de duivel en als hij met communisten te maken heeft verliest hij het geloof en zweert trouw aan Stalin. Hij zoekt dus steun bij machten die op dat moment worden aangeboden en wat andere mensen dan de mensen die hij bewondert hem vertellen laat hem koud. Als mensen hem vertellen dat hij duivelse krachten heeft, neemt hij het wel aan, maar hij is er niet heilig van overtuigd

REACTIES

Y.

Y.

zo goed is jou samenvatting bedankt ik heb er veel aan gehad!

19 jaar geleden

D.

D.

goed

19 jaar geleden

H.

H.

Heejjj Michèle

Jouw samenvatting is echt geweldig....dank je wel....dank zij jou hoef ik nu niet mijn mondeling overnieuw te doen!!!
Dank je wel...

Dikke knuffel Hiske

19 jaar geleden

F.

F.

Bedankt, ik heb een vraag: Hoe lang duurt het verhaal?

12 jaar geleden

G.

G.

Veel typfouten, maar wat er staat is goed.

11 jaar geleden

D.

D.

Geweldig geschreven, nu begrijp ik het boek nog beter, ik snap nu waarom hij ging bidden en wat hij dacht te bereiken ermee, top dankje

10 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "The painted bird door Jerzy Kosinski"