Eerste druk: 1919
Auteur: William Somerset Maugham
Titelverklaring:
Een moeilijk te verklaren titel. Nergens in het verhaal zijn direct aantoonbare verbanden met deze titel te vinden. Mijn beste gok ligt in de leefwijze van de hoofdpersoon. Charles Strickland verlaat zijn gegoede leven met helemaal niets (sixpence = Engels voor bijna geen geld) en de maan is zijn begeleider op de eenzame tocht.
Thema
Door het boek heen tref je een overduidelijk thema aan. Zowel Charles Strickland en de jood Abraham hebben beide hun welvarende bestaan opgegeven en gehoor gegeven aan hun diepste verlangens en dromen. Strickland is ondanks het feit dat hij geen enkele opleiding had genoten en al tegen de 40 loopt, gaan schilderen. En Abraham heeft zijn veelbelovende carrière als chirurg opgegeven om als scheepsarts in de Pacific te gaan werken. Ook is daar Blanche Stroeve, die haar liefhebbende echtgenoot Dirk achterliet voor een vurige, nieuwe liefde (die haar uiteindelijk fataal werd).
Hoofdfiguren
Charles Strickland: Komt in eerste instantie over als een saaie, doodgewone man, maar gaat dan zijn ware aard tonen. Hij ontpopt zich als een man die nergens en met niemand rekening houdt en zonder berouw over lijken gaat om te bereiken wat hij wil: schilderen en met rust gelaten worden. Uiteindelijk bereikt hij dit doel ook, maar niet op de manier zoals hij had verwacht.
Dirk Stroeve: Dikke, kleine Hollander die met kitscherige schilderijtjes een fortuin heeft vergaard. Dom, ongeloofwaardig en zo trouw en aanhankelijk als een hondje. Wordt geregeld door iedereen gruwelijk voor schut gezet, maar kan er altijd om lachen. Na de dood van zijn vrouw Blanche raakt hij echter verbitterd.
De Verteller: We weten weinig over hem. Hij vertelt het verhaal, we weten alleen dat hij een schrijver is en zich geregeld verbaasd over Stricklands standvastigheid.
Synopsis
Het verhaal wordt verteld door een naamloze ik-figuur die zijn persoonlijke geschiedenis met Charles Strickland vertelt. Hij kwam met Strickland in contact via Rose Waterford. Zij had een tea party georganiseerd voor schrijvers en andere culturele grootheden. Hier was ook Mrs. Strickland aanwezig, een charmante, open en sociaalvoelende vrouw. Ze nodigt de ik-figuur uit voor lunch bij haar thuis. Hij kan het heel goed met Mrs. Strickland vinden, en komt vaak bij haar langs. Ze is getrouwd met Charles Strickland een redelijk succesvolle handelaar in aandelen. Ze hebben 2 kinderen (een jongen en een meisje 16 en 14). De ik-persoon wil haar man wel eens ontmoeten, maar dat wil ze in eerste instantie niet. Ze houdt veel van haar man, zegt ze, maar hij heeft geen enkel artistiek talent. Toch stemt ze toe, en de ik-figuur wordt uitgenodigd voor een diner, waar ook haar man aanwezig is.
Het valt hem al gelijk op dat Charles Strickland zich niet goed thuis voelt tussen het gezelschap van hoogwaardigheidsbekleders en schrijvers. Hij is een gewone, goeiige man, aldus de ik-figuur.
Deze mening wordt dramatisch gewijzigd als hij enkele weken later van Rose Waterford te horen krijgt dat Strickland bij zijn vrouw is weggegaan en richting Frankrijk is getogen.
Hij zoekt haar een beetje ongemakkelijk op. Ze is in diepe rouw, maar zegt toch niet te willen scheiden. Ze wil hem weer terug en hun leven een nieuwe kans geven. Ook al zou hij, volgens de geruchten, met een andere vrouw zijn vertrokken. Dit gerucht is de wereld in geholpen toen bleek dat Strickland, die al jarenlang drie avonden ging bridgen op de club, er in feite nooit gezien is. Er moet dus wel een ander zijn, is de onvermijdelijke conclusie.
Een paar dagen later vraagt ze of de ik-figuur Strickland niet wil opzoeken. Hij stemt na enige aarzeling toe. Hij gaat naar Parijs, en verwacht Stricland in een luxieus hotel aan te treffen met een mooie vrouw. Hij vindt hem echter in een krot, helemaal alleen. Na wat trekken krijgt de ik-figuur er uit dat Strickland al die jaren ’s avonds schilderlessen heeft genomen. Hij wil leren schilderen… hij kan er niks van, maar dat maakt hem niks uit. Hij heeft alles opgegeven, vrouw, kinderen, een goede zaak… Maar hij heeft geen greintje berouw. Iets dat de ik-figuur vreemd vind. Strickland zegt verder nog er geen moeite mee te hebben als zijn vrouw wil scheiden. Het maakt hem niks uit, zelfs niet dat ze geen cent meer heeft om te leven. “ze overleef het wel” zegt hij. Verbouwereerd gaat de ik-figuur terug naar Londen om het nieuws te vertellen.
Zijn vrouw is stomverbaasd. Als hij had willen leren schilderen, zou ze hem hebben gestimuleerd, zegt ze. Maar dan verandert haar houding, als ze hoort dat hij haar niet voor een andere vrouw heeft verlaten… Maar voor een idee.
Enkele jaren verstrijken, waarin de ik-figuur zijn carrière als schrijver een nieuwe impuls wil geven. Hiervoor gaat hij een tijdje in Parijs wonen. Daar komt hij in contact met een oude vriend, de Hollander Dirk Stroeve. Via Stroeve komt hij weer in contact met Strickland. Stroeve vindt Strickland een miskend talent, een kunstenaar met geweldige talenten. Strickland kan Stroeve niet uitstaan en zet hem geregeld ontzettend voor schut. Hij is in de loop der jaren sterk veranderd. Hij is vermagerd door het armoedige bestaan, en heeft een grote, rode baard laten staan. Hij lijkt een beetje op een profeet. De ik-figuur zegt dat hij Stricklands werk wil zien, maar krijgt geen schilderij onder ogen.
Stroeve is zelf ook schilder, maar maakt ongelooflijk kitscherige werken (voornamelijk Italiaanse tafereeltjes). Die echter wel worden verkocht, hij is een welvarend man en woont met z’n vrouw Blanche in een riant huis met eigen studio. Strickland echter woont nog steeds enorm slecht. Zijn schildertalenten worden nog steeds miskend, maar dat maakt hem niets uit. Hij toont geen greintje spijt of berouw. Dat intrigeert de hoofdfiguur.
Rond kersttijd wordt Strickland ziek. Stroeve en de ik-figuur vinden hem in een krot, terwijl hij een zware koortsaanval heeft. Stroeve, overbezorgd en behulpzaam als hij is, wil Strickland meteen helpen (ondanks alles wat Strickland hem heeft aangedaan).
Ondanks hevige protesten van Blanche (ze wil niet, want Strickland had Stroeve eens gruwelijk beledigd. Hij liet hem al zijn schilderijen zien, waarop Strickland slechts vroeg of hij geld kon lenen) wordt hij toch overgehuisd. Zijn revalidatieproces zo’n 6 weken, en daarna begint hij in Dirks studio weer te schilderen.
Alles lijkt goed te gaan, tot Dirk op een avond in tranen bij de ik-figuur aanklopt. Blanche heeft hem verlaten voor Strickland (die eerst al z’n hele studio had ingenomen). Dirk blijft voorlopig bij de vertelfiguur, want hij heeft Strickland zijn hele huis gegeven… Hij kon niet aanzien dat zijn Blanche in armoedige toestanden terecht zou komen. Hij wil haar zo terugnemen als Strickland genoeg van haar heeft. Maar ze wil niks meer van hem weten.
3 maanden later komt Dirk met het bericht dat Strickland Blanche heeft verlaten. En hierop heeft Blanche gif (oxalid acid) ingenomen, waardoor haar hele verteringssysteem verbrand is.
Samen gaan ze naar het ziekenhuis, Strickland is nergens te bekennen. Stroeve wil naar Blanche toe, maar ze wil hem onder geen voorwaarde zien. Enkele dagen later sterft ze. Stroeve is ontroostbaar en gebroken. Hij besluit terug te gaan naar Nederland, om daar het timmermansschap weer op te pakken.
De ik-figuur komt enige tijd later Strickland weer tegen, die hem maar al te graag wil spreken. Eerst wil de ik-figuur niet, maar Strickland blijft hem volgen. Bij de ik-figuur thuis blijkt eens te meer Stricklands meedogenloze aard. Hij verklaart glashard dat hij geen enkel berouw voelt voor het stelen van Stroeve’s vrouw en het verwoesten van diens leven. De ik-figuur kan er met z’n verstand niet bij dat een man zo kan denken.
Strickland vertelt hem verder de geschiedenis van Blanche Stroeve, hoe ze bij Dirk terechtkwam. In haar jongere jaren was ze een kindermeisje bij een vooraanstaand Frans gezin, tot de zoon des huizes haar zwanger maakte en ze op straat kwam te staan. Stroeve was zo met haar lot betrokken dat hij met haar trouwde en haar zo van de straat hield. Uit dankbaarheid bleef ze bij de onaantrekkelijke maar oh-zo vertederende Hollander. Het kind werd dood geboren, maar dat maakte weinig uit. Blanche werd verliefd op Strickland, en voelde vanaf de eerste keer dat ze elkaar zagen al een fonkeling (vandaar haar afkeer, ze wilde niet dat Strickland hun leven verwoestte, maar ze gaf toch toe aan haar gevoelens).
Na hun gesprek nodigt Strickland de ik-figuur uit mee te komen en zijn schilderijen te bekijken.
Deze stemt gretig toe. Maar als hij de werken van Strickland ziet is hij lichtelijk teleurgesteld. De composities kloppen nauwelijks, correct kleurgebruik is hem vreemd (blauwe sinaasappels, etc.) en het lijkt wel of Strickland zichzelf van A tot Z het schilderen heeft aangeleerd, zonder theorielessen.
Een week later blijkt Strickland naar Marseille te zijn vertrokken. Enkele jaren later komt de ik-figuur weer op het spoor van Strickland, via ene Captain Nichols die hij ontmoet tijdens een reis naar Tahiti (geheel toevallig, natuurlijk… een beetje het probleem van het boek, iedereen kent Strickland stomtoevallig). Nichols was Strickland in Marseille tegengekomen in het armenkwartier. Ze trokken samen een tijdje op en wisten elkaar met baantjes in leven te houden. Strickland komt in de problemen als hij Tough Bill tijdens een kroeggevecht ernstig verwondt.
Hij is zijn leven niet zeker, en springt in de haven op het eerst de beste schip dat zich aandient.
Het blijkt een schip naar Tahiti te zijn, hij laat Frankrijk op 47 jarige leeftijd achter zich om nooit meer terug te keren.
Op Tahiti ontmoet de ik-persoon de zwaarlijvige Mrs. Tiaré Johnson, die Strickland een tijd onderdak heeft verleend (HEEL typisch, hoe een onbeholpen, botte, ongetwijfelde stinkende ouwe vent door alles en iedereen geholpen wordt). Mrs. Johnson heeft Strickland ook voorgesteld aan zijn nieuwe vrouw, Ata. Samen betrekken ze een klein hutje in de wouden van Tahiti (en krijgen 2 kinderen, waarvan er later 1 sterft en wat huisgasten) en zijn er enkele jaren zeer gelukkig. Strickland vindt in Ata wat hij altijd zocht in een vrouw, dat ze hem met rust laat.
Mrs. Johnson stelt de verteller voor aan ene Captain Brunot, die Strickland eens heeft opgezocht tijdens zijn verblijf op Tahiti. Volgens Brunot had Strickland zich helemaal aangepast aan de wildernis, en kleedde zich als een inlander (volledig naakt, met slechts een pareo aan).
Volgens Brunot was Strickland volmaakt gelukkig. Hij stelt hem verder voor aan dr. Coutras, die vertelt hoe Strickland na enkele jaren omkomt door lepra.
Al zijn doeken zijn nu vele honderdduizenden guldens waard… Maar het grootste meesterwerk van Strickland is verwoest. De zwaar zieke Strickland had met zijn laatste krachten zijn hut beschilderd (terwijl hij al een jaar voor zijn dood BLIND was) en had er een kunstwerk van gemaakt, a la de Sixtijnse Kapel in Rome. Helaas had hij Ata verzocht de hut na zijn dood te verbranden, tevreden met wat hij had bereikt. Coutras is het met de verteller eens, het is een eeuwige zonde.
Het boek eindigt als de vertel-figuur (inmiddels ook een eindje in de 40) terugkeert naar Engeland, aan het eind van de WO I en de weduwe Strickland opzoekt. Ze is inmiddels een oude vrouw, die van de beroemdheid van haar ex-man profiteert. Nadat Strickland haar had verlaten was ze een zaak begonnen als typiste. Ze was succesvol, en kan nu gewoon leven, zonder geldzorgen. Haar kinderen zijn ook goed terecht gekomen. Haar zoon zit in het leger (en kan niet wachten terug te gaan naar het front, heel vreemd) en haar dochter is verloofd met een officier in het leger. Mrs. Strickland is geïnteresseerd in de verdere levensloop van Strickland, en toont dan vol trots de replica’s van zijn werk, die ze toegezonden heeft gekregen. Een schilderij toont Ata met haar kinderen en familie, de vertelfiguur is maar zo wijs niks te zeggen (IRONIE!!!!!)
And that’s the story, het levensverhaal van Charles “Charlie” Strickland in 217 niet zo eenvoudige pagina’s. En het zou best nog wel eens waargebeurd kunnen zijn, maar heb jij ooit van een Charles Strickland gehoord? Ik niet!
REACTIES
1 seconde geleden
M.
M.
In de laatste paragraaf staat er dat het niet echt gebeurd is. Dit klopt niet, het is gebaseerd op het leven van de schilder Gaugain.
15 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
wie is Abraham?
14 jaar geleden
Antwoorden