Titel: Harry Potter en de steen der wijzen.
Auteur: J.K. Rowling
Uitgever: De Harmonie
Jaar van Uitgave: 1998

Soort verhaal/Genre: Fantsie

Opdracht: Aan de lezers

Motto: -

Ondertitel: -

Titelverklaring: Hij komt achter het misterie van de steen der wijzen die hij moet redden van Voldemort.

Thema: Beschermen van de steen.

Beschrijf het hoofdpersoon kort: Harry Potter, jonge tovenaar waarvan de ouders vermoord zijn. Draagt afdankertjes van Dirk tot hij naar Zweinstein gaat. Hij is aardig, en niet bang.

Zijn er nog andere belangrijke personen? Voldemort, de slechte tovenaar in het verhaal die wraak wil nemen op Harry.


Wat heeft de schrijver volgens jou met dit boek geprobeerd te berijken?
() een ontzettend spannend verhaal vertellen.
() over problemen laten nadenken.
() kennis laten maken met andere mensen en culturen.
() zijn/haar eigen wereld leren begrijpen.

Tijdkenmerken.
Het verhaal speelt zich af in deze tijd en doet net of er altijd tovenaars en heksen en demonen etc. hebben bestaan. Het verhaal duurt 1 schooljaar en een deel v/d zomervakantie.

Plaatskenmerken.
Het speelt zich af bij de dreuzel-familie Duffeling en op Zweinstein: hoge school voor hekserij en hokus-poukus.

Perspectief. Hij/Zij perspectief.
Hoe vond je de taal?
Gemakkelijk

Geef kort je mening.
Ik vond het een geweldig boek en aangezien ik het zo leuk vond ben ik aan de tweede begonnen en ik verzeker je het wordt steeds beter en beter en beter!

Korte samenvatting.
Harry Potter verliest op jonge leeftijd zijn ouders en wordt bij zijn gemene oom een tante Duffeling afgezet waar hij verder opgroeit. Zijn oom en tante moeten niks van hem hebben omdat zijn ouders volgens hun ook al vreemd waren en Harry beviel ze ook niet, zeker niet met dat litteken op zijn voorhoofd. Harry’s kamer is in de dan ook onder de trap in de bezemkast. Als Dirk Duffeling jarig is en Harry mee mag naar de dierentuin omdat ze geen oppas voor hem hebben, normaal werd hij altijd bij de buurvrouw gedropt waar hij naar de eeuwig durende foto’s van haar katten moest kijken. In het reptielenhuis wordt hij ineens aangesproken door een slang. Hij vindt dit erg vreemd, want de slang wist dat hij speciale gaven had en hem kon verstaan. Hij vertelt dat hij hem moet helpen ontsnappen. Het glas verdwijnt en alle slangen glijden weg. Harry wordt meteen als verdachte aangewezen door de Duffelings en krijgt straf. Op een morgen krijgt Harry een brief, dit kan niet want hij heeft geen vrienden of iemand die hem ook maar een brief zou willen sturen en oom Herman verbrandt hem. De volgende dag krijgt Harry 4 brieven die ook worden verbrand; oom Herman timmert alle gaten en kieren dicht. De dag daarna komen er honderden brieven door de schoorsteen! En Harry kan er geen 1 bemachtigen. Oom Herman huurt een verlaten huisje aan zee om op vakantie te gaan. Als ze die avond in de kamer zitten wordt er keihard op de deur gebonkt. Met een klap valt de deur op de grond en de reus Hagrid staat in de deuropening. Hij vertelt dat Harry een tovenaar is en dat zijn ouders, ook tovenaars, vermoord zijn door Voldemort. ( Dit is de kwaadaardigste tovernaar van allemaal en iedereen is bang van hem. Iedereen noemt hem jeweetwel omdat ze bang zijn dat de terreur van een paar jaar terug weer terug zou keren). Hij neemt Harry mee naar de school voor Hekserij en Hocus- Pocus: ZWEINSTEIN

Hagrid gaat met Harry naar Londen om zijn spullen voor Zweinstein te kopen. Ze gaan naar cafe de Lekke Ketel; als ze daar binnen komen is iedereen stil staat op en wil hem een hand geven. Hij is heel bekend eomdat hij jeweetwel verslagen zou hebben. Ze lopen door de gang en komen achter bij een muur. Hagrid tikt op de muur en die gaat open….. dan zijn ze in de Wegisweg. Ze gaan naar de bank, de Goudgrijp, en halen Harry ’ s geld op dat zijn ouders hebben nagelaten. Ze kopen Harry ’ s school-spullen. Harry krijgt van Hagrid een uil en een treinkaartje voor perron 9 ¾. Op 1 september vertrekt Harry met de trein naar Zweinstein vanaf perron 9 ¾. Onderweg maakt Harry een vriend, Ron, en krijgt hij ruzie met Malfidus en diens vrienden Korzel en Kwast. Eenmaal aangekomen worden de eerstejaars door Hagrid naar het kasteel gebracht. Daar wordt iedereen door de sorteerhoed in-gedeeld. Er zijn 4 afdelingen: Griffoendor, Ravenklauw, Huffelpuf en Zwadderich. Harry komt bij Griffoendor. Sneep, de leraar van toverdrankles, heeft een hekel aan Harry; dat kost Griffoendor 2 punten voor het kampioenschap op het eind van het jaar. Op een nacht komt Malfidus niet opdagen bij een tovenaarsduel met Harry. Harry en zijn vrienden moeten vluchten voor Foppe, de klopgeest, en komen dan in de verboden kamer waar een reusachtige hond een luik bewaakt. Als ze niemand meer horen gaan ze terug naar hun slaapplaats. Op de avond van Halloween, en plotseling wordt Hermelien aangevallen door een trol. Harry en Ron slaan de trol buiten westen door hem met zijn eigen knuppel op zijn hoofd te slaan. Harry mag als uitzondering meedoen in het zwerkbalteam omdat hij een natuurtalent is. Hij krijgt een Nimbus 2000 en traint en speelt als enige eerstejaars in het zwerkbalteam. Griffoendor en Zwadderich moeten een wedstrijd zwerkbal spelen. Harry wordt bijna van zijn bezem gegooid door een toverspreuk waarvan Hermelien en Ron denken dat Sneep het is. Hermelien zet Sneep in de brand met een spreuk terwijl Ron met Malfidus vecht. riffoendor wint met 170-60!


Harry krijgt voor kerstmis een onzichtbaarheidsmantel die van zijn vader was. Dus gaat Harry ( onzichtbaar) naar de verboden delen, en ontdekt de spiegel van Neregeb waar hij zijn familie in ziet staan; Perkamentus zegt dat de spiegel laat zien wat je wilt zien en dat Harry er weg moet blijven. Harry, Hermelien en Ron weten dat de reusachtige hond, die ze tegen waren gekomen toen Malfidus niet was komen opdagen en ze moesten vluchten voor de conciërge en Fokke, de Steen der Wijzen bewaakt die eenlevenselixer maakt en al het metaal in goud verandert. Griffoendor moet tegen Huffelpuf spelen en Griffoendor wint. Hagrid wint met gokken een drakenei, maar draken houden is verboden. De broer van Ron, Charlie, zal de draak meenemen. Met de onzichtbaarheidsmantel smokkelen ze de draak weg, maar dan worden ze betrapt als ze terug gaan, dit kwam omdat ze de mantel vergeten waren om te doen. Voor straf moeten ze naar het verboden bos met Hagrid; en vinden een dode eenhoorn. Via via komen ze erachter dat alleen vervloekte eenhoornbloed moeten drinken om in leven te blijven. Hagrid zegt dat er maar een is waarvan zeker was dat hij vervloekt was door een zekere Harry Potter zonder dat hij het weet dat hij het gedaan heeft. Harry had jeweetwel verslagen en die moest dus zo overleven. Hij zat dus achter de steen aan. Harry, Ron en Hermelien gaan naar Hagrid en vragen naar de hond. Hij reageert geschokt en vraagt hoe ze er vanaf wisten en van de steen. Hij vertelt dat het zijn hond is en dat hij Pluisje heet. Met een fluit kan je hem in slaap spelen en er voorbijgaan. Hagrid zegt dat ze hun mond moesten houden tegen iedereen want anders zou hij zijn baan wel eens kwijt kunnen raken. Harry, Ron en Hermelien gaan naar de verboden kamer. Eerst wordt de hond in slaap gespeeld en dan gaan ze het luik in. Na een paar toverspreuken te hebben verbroken gaat Harry naar de laatste kamer waar de Steen der Wijzen is. Alleen er was al iemand, was het Sneep? Harry gaat de kamer binnen en……. en daar staat Krinkel. ‘Professor Krinkel zegt?’ zegt Harry. ‘Maar Sneep dan, hij….hij wou mij….’ ‘Nee,’ zegt Krinkel, ‘hij was niet degene die jouw bezemsteel betoverde en hij wilde de trol juist verjagen. Nee, ik had jouw bezemsteel verbroken en Sneep probeerde mij tegen te houden, en ook ik had de trol opgeroepen om ongemerkt naar de kelder te gaan. En aangezien ik had meegeholpen om de gangen en toegangsdeuren te bezweren wist ik hoe ik langs de betoveringen moest komen. Toch knap dat het jou ook gelukt is Potter! Je hebt dus niet alleen een bekende naam!’ ‘Maar waarom wou Sneep mij niet vermoorden, hij heeft immers een hekel aan me,’ zei Harry. ‘Hij had altijd ruzie met je vader, ze konden elkaar niet uitstaan, maar je vader heeft hem een keer het leven gered en door jou te beschermen denkt hij iets terug te kunnen doen.’ Als Harry om zich heen kijkt ziet hij de spiegel van Neregeb en ziet zichzelf met de steen in zijn hand en hij stopt het in zijn zak. Een zware plof merkt hij in zijn zak en hij kijkt wat er in zit, het is de steen. Harry ziet dat Krinkel druk bezig is met het verbreken van de spreuk van Perkamentus en probeert weg te glippen. Dan hoort hij: ‘En waar ga jij naar toe?!’ Harry kijkt op en aan de andere kant van het hoofd van krinkel ziet hij het hooft van Voldemort. Dus daarom had hij altijd zo’n gekke sultan op, denkt Harry. Voldemort trekt aan het lichaam van Voldemort een hij loopt vanzelf op Harry af, maar op de 1 of andere manier kan Voldemort hem niet aanraken. Elke keer als Harry beetgepakt wordt door Krinkel-Voldemort gaat er een ondraaglijke pijn door zijn voorhoofd en zijn litteken licht groen op. Maar hij is niet de enige die pijn heeft. Krinkel-Voldemort heeft ook pijn, ondraaglijke. Harry verzamelt zijn moed en raakt hem aan en laat niet loss en dan wordt Harry wakker. Hij kijkt om zich heen en ziet dat hij in een ander bed ligt, op een witte zaal. Hij ligt op de ziekenboeg. Harry’s litteken doet vreselijk zeer en gloeit groen op. Dan komen Ron en de andere binnen. Ze vertellen hem dat Perkamentus hem gered heeft. Dan is de dag aangebroken dat de afdelingsbeker uitgereikt wordt. Door het grote aantal punten dat ze verloren hadden 50 pp nadat ze betrapt waren in de school toren na het wegbrengen van de draak van Harry was iedereen boos op hem noch sprak met hem. Maar door de aktie die hij had gedaan door Voldemort opnieuw te verslaan, gedeeltelijk, en het redden van de steen krijgen ze genoeg punten om alsnog de afdelingsbeker in de wacht te slepen.

‘Wat ga jij inde zomer doen?’ vraagt Ron. ‘Ik weet niet waarschijnlijk weer een ellendige zomer bij de Duffelings. Maar ik zal wel eens komen logeren als dat mag.’ ‘Tuurlijk ik zal schrijven zo vaak ik kan.’ ‘Ik ook,’ zei Hermelien. ‘Nou tot na de vakantie dan maar weer. Maar ik heb zo’n gevoel dat ik heel wat plezier kan beleven samen met Dirk nou hij weet dat ik een tovenaar ben en ik denk dat dat nog wel eens leuk kan gaan worden….’