Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Carry on, Jeeves door P.G. Wodehouse

Beoordeling 0
Foto van een scholier
Boekcover Carry on, Jeeves
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 2440 woorden
  • 4 maart 2018
  • nog niet beoordeeld
Cijfer
nog niet beoordeeld

Boekcover Carry on, Jeeves
Shadow
Carry on, Jeeves door P.G. Wodehouse
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Gegevens van het boek

Auteur: P.G. Wodehouse (1881 – 1975)

Oorspronkelijke titel: Carry on, Jeeves

Voor het eerst gepubliceerd in: 1925

Nederlandse titel: Jeeves fikst ‘t

Vertaling: A.J. Richel

Omslagontwerp: Studio Spectrum

Uitgever: Uitgeverij Het Spectrum NV, Utrecht/Antwerpen, 1974, 2e druk, Prisma Pocket 1462

Aantal pagina’s: 208

Genre: korte verhalen

 

Samenvatting van het boek

In het eerste verhaal, “Jeeves neemt de leiding” (“Jeeves Takes Charge”), vertelt Bertram (“Bertie”) Wooster hoe hij aan zijn nieuwe huisbediende Jeeves gekomen is. Jeeves helpt Bertie gelijk ook uit de problemen die te maken hebben met zijn verloving met Lady Florence Craye. Lady Florence logeert namelijk bij Bertie’s oom Sir Willoughby op diens landgoed Easeby in Shropshire. Ze ontdekt daar dat Sir Willoughby zijn memoires geschreven heeft en daarin staan nogal pittige verhalen opgetekend waarin o.a. ook de vader van Lady Florence voorkomt. Lady Florence wil daarom dat Bertie de memoires gapt en vernietigt. Als Bertie dat niet doet, dan zal ze de verloving met Bertie verbreken. Bertie gapt inderdaad de memoires maar dan beginnen de problemen pas goed. Gelukkig weet Jeeves alles recht te breien. Het bijkomende voordeel daarvan is dat de verloving inderdaad verbroken wordt maar dat vindt Bertie niet erg omdat Jeeves hem ervan overtuigt dat hij en Lady Florence niet bij elkaar passen.

 

In het tweede verhaal, “De artistieke carrière van Corky” (“The Artistic Career of Corky”), vertelt Bertie hoe hij met Jeeves tijdelijk in New York neerstrijkt. Daar ontmoet hij Bruce (“Corky”) Corcoran, een schilder die van de toelage van zijn rijke oom Alexander Worple leeft. Corky verlooft zich met een toneelspeelster, Muriel Singer, en vraagt zich af of dat de goedkeuring van zijn oom zal kunnen wegdragen. Bertie vraagt Jeeves om het probleem op te lossen en dat doet hij. Worple heeft een paar boeken over Amerkaanse vogels geschreven en Jeeves laat op naam van Muriel ook zo’n soort boekje schrijven waarin erg positief geschreven wordt over de vogelboeken van Worple. Daardoor raakt Worple erg gecharmeerd van Muriel. Zo erg zelfs dat hij met haar trouwt. Dat is dan weer een tegenvaller voor Corky, zeker als er ook nog een kind van Worple en Muriel geboren wordt. Als Corky in opdracht van Worple een schilderij van de baby moet maken en dat vervolgens bij Worple niet in goede aarde valt, lijkt Corky’s positie hopeloos. Maar Jeeves suggereert Corky het schilderij als basis voor een komische stripserie in de krant te gebruiken. Corky doet dat en de stripserie wordt een groot succes.

 

In het derde verhaal, “Jeeves en de ongenode gast” (“Jeeves and the Unbidden Guest”), vertelt Bertie hoe hij opgezadeld wordt met een ongewenste huisgenoot. Lady Malvern, een vriendin van Bertie’s tante Agatha, zoekt Bertie in New York op en vertelt hem dat ze een reis langs een aantal gevangenissen gaat maken ten behoeve van haar nieuwe boek. Haar zoon, Lord Wilmot (“Motty”) Pershore, kan niet met haar mee en Lady Malvern vraagt Bertie haar zoon voor een paar weken onderdak te willen bieden. Bertie heeft weinig keus en Motty besluit na het vertrek van zijn moeder de bloemetjes eens flink buiten te gaan zetten. Bertie ziet dat met lede ogen aan maar kan er weinig tegen doen. Maar dan slaat Motty een agent een blauw oog en belandt hij in de gevangenis. Bertie en Jeeves vinden dat een prima oplossing voor het ongewenste verblijf van Motty in New York. Als Lady Malvern eerder terugkeert dan verwacht en haar zoon in de gevangenis aantreft, kost het Jeeves heel wat moeite om zijn meester uit de penarie te redden. Maar uiteraard lukt hem dat.

 

In het vierde verhaal, “Jeeves en de bikkelharde man” (“Jeeves and the Hard-boiled Egg”), vertelt Bertie over de problemen van zijn vriend Francis (“Bicky”) Bickersteth. Bicky heeft niet veel geld en is afhankelijk van een geldelijke toelage van zijn oom, de hertog van Chiswick. Volgens een afspraak met zijn oom zou Bicky in Colorado moeten zitten maar Bicky zit in werkelijkheid in New York omdat het leven hem daar beter bevalt. Nu wil de hertog op bezoek komen en dat levert problemen op. Jeeves suggereert Bertie Bicky zijn flat te lenen zodat deze enigszins zijn status tegenover zijn oom op kan houden. Bertie gaat akkoord maar bereikt het tegenovergestelde van de opzet. De hertog denkt dat Bicky nu voldoende geld van zichzelf heeft en stopt de toelage. Ook hier redt Jeeves de zaak weer. Hij komt een groot gezelschap mannen uit het stadje Birdsburg in Missouri tegen en stelt hun tegen betaling de ontmoeting met een echte Engelse hertog in het vooruitzicht. De zaak eindigt ermee dat Bicky met de hertog mee teruggaat naar Engeland en daar tegen een salaris van vijfhonderd pond per jaar als diens secretaris gaat functioneren.

 

In het vijfde verhaal, “De tante en de luiaard” (“The Aunt and the Sluggard”), vertelt Bertie het verhaal van zijn vriend Rockmetteller (“Rocky”) Todd. Rocky is dichter en verblijft het liefst op het platteland van Long Island. Rocky is voor zijn inkomsten afhankelijk van zijn rijke tante Isabel en die bedenkt op een keer dat Rocky in New York moet gaan wonen en daar volop van het leven moet gaan genieten. Rocky heeft daar geen zin in. Jeeves lost het probleem echter voor hem op. Jeeves gaat in Rocky’s plaats iedere avond uit in New York en schrijft Rocky’s tante iedere keer een brief over zijn belevenissen. Daardoor aangestoken komt de tante dan zelf naar New York waar ze Bertie in, naar de tante denkt, Rocky’s flat aantreft. Rocky moet nu halsoverkop naar New York om het spel mee te spelen. Uiteraard dreigt dit mis te gaan. Gelukkig lost Jeeves ook dit probleem op. Hij brengt de tante naar een bijeenkomst van een zedepreker en daardoor aangedaan vraagt ze Rocky zijn zondige leven in New York op te geven en voortaan op het platteland te gaan wonen. Rocky doet uiteraard niets liever.

 

In het zesde verhaal, “Het vreemde geval van Biffy” (“The Rummy Affair of Old Biffy”), vertelt Bertie hoe hij in Parijs zijn oude vriend Charles (“Biffy”) Biffen weer ontmoet. Deze vertelt hem een vreemd verhaal. Biffy was in New York met een meisje verloofd geraakt maar raakte haar kwijt en kon haar niet meer terugvinden omdat hij nogal vergeetachtig is. Teruggekeerd in Engeland verlooft Biffy zich met Honoria Glossop, de dochter van de psychiater Sir Roderick Glossop. Bertie leest de verloving in de krant en beklaagt Biffy. Hij is zelf namelijk ook kort verloofd geweest met Honoria en gelukkig is hij daar goed van af gekomen. Biffy meldt zich dan weer bij Bertie met het verzoek hem van zijn verloving af te helpen. Bertie besluit Biffy te helpen. Dat lijkt te lukken – o.a. door het gebruik van een waterspuitende bloemencorsage –, maar Jeeves blijkt uiteindelijk toch nodig om het probleem definitief op te lossen. De verdwenen verloofde uit New York is de nicht van Jeeves en hij brengt de twee oorspronkelijke geliefden weer bij elkaar op een tentoonstelling in Wembley.

 

In het zevende verhaal, “Zonder vrijheid van kiezen” (“Without the Option”), vertelt Bertie hoe zijn vriend Oliver (“Sippy”) Sipperley door de politierechter veroordeeld wordt tot drie weken onvoorwaardelijke gevangenisstraf wegen het slaan van een politieagent. Dat levert problemen op omdat Sippy afhankelijk is van een geldelijke toelage van zijn tante en deze wil dat hij op bezoek gaat bij de familie Pringle in Cambridge. Jeeves suggereert dan dat Bertie in Sippy’s plaats gaat en zich voor hem uitgeeft. Bertie besluit dat te doen maar vreest het ergste. Dat klopt ook want hij krijgt ruzie met een tante van professor Pringle en raakt bijna verloofd met Heloise Pringle, de dochter van professor Pringle. Heloise is de nicht van Honoria Glossop en lijkt sprekend op haar. Bertie probeert op alle mogelijke manieren onder het contact met Heloise uit te komen maar dat lukt niet of nauwelijks. Het bedrog komt echter uit als Sir Roderick Glossop bij de Pringles op bezoek komt en Bertie herkent. Bertie besluit dan op advies van Jeeves zelf Sippy’s tante maar in te lichten. Gelukkig neemt deze het goed op. Ze kan er wel om lachen en daarmee is Sippy’s probleem opgelost.

 

In het achtste verhaal, “Het werd voor Freddie bekokstoofd” (“Fixing it for Freddie”), vertelt Bertie hoe Jeeves de verloving van zijn vriend Freddie Bullivant met Elizabeth Vickers redde. Bertie neemt Freddie mee naar een zomerhuisje in Marvis Bay om hem zijn liefdesverdriet te laten vergeten. Toevallig blijkt Elizabeth daar ook te verblijven. Bertie ziet haar op het strand met een jongetje spelen en denkt dat het jongetje haar neefje is. Hij krijgt een idee en neemt het jongetje mee naar huis zodat Freddie het kind vervolgens als “redder” kan terugbrengen naar Elizabeth. Helaas blijkt het kind geen familie van Elizabeth te zijn. De ouders van het kind blijken de bof te hebben zodat Bertie zeer tot zijn ongenoegen met het kind opgescheept blijft zitten. Maar het kind slaagt er door een idee van Jeeves uiteindelijk wel in om de verloving van Freddie met Elizabeth weer nieuw leven in te blazen.

 

In het negende verhaal, “Om Bingo geschaard” (“Clustering Round Young Bingo”), schrijft Bertie een artikel voor het blaadje van zijn tante Dahlia. Ook laat hij Jeeves een werkster voor zijn vriend Bingo Little – die met de romanschrijfster Rosie M. Banks getrouwd is – zoeken. Tijdens een diner bij Bingo ontdekt Bertie dat deze een voortreffelijke kok, genaamd Anatole, in dienst heeft. Ook zijn tante Dahlia en oom Thomas zijn onder de indruk van Anatole. Bingo vraagt op een gegeven moment de hulp van Bertie omdat zijn vrouw ook een artikel voor het blaadje van tante Dahlia geschreven heeft. Bingo denkt dat dat artikel – waarin hij enigszins infantiel afgeschilderd wordt – zijn naam geen goed zal doen en wil daarom dat het artikel niet verschijnt. Hij vraagt Bertie het artikel uit het bureau van zijn echtgenote te stelen. Dat doet Bertie maar hij heeft niet gerekend op de aanwezigheid van een hond in de kamer zodat het plan in duigen valt. Gelukkig lost Jeeves de problemen voor Bertie op. Hij zorgt ervoor dat het artikel van Rosie niet verschijnt, dat Rosie de werkter van tante Dahlia krijgt en dat Anatole in dienst treedt van tante Dahlia.

 

In het tiende en laatste verhaal, “Bertie verandert van gedachten” (“Bertie Changes His Mind”), vertelt Jeeves hoe Bertie het plan opvat om zijn vrijgezellenbestaan op te geven en voortaan in een huis te gaan wonen met zijn zuster en haar drie kleine meisjes. Jeeves vindt dit een onzalig plan en probeert Bertie er van af te brengen. Dat lukt niet. Dan stelt Jeeves Bertie voor een paar dagen naar Brighton te gaan. Als ze per auto terugrijden naar Londen, pikken ze een verdwaald schoolmeisje op. Ze brengen het kind terug naar haar meisjesschool. Daar doet Jeeves net of de auto kapot is zodat Bertie een tijdje op de school moet blijven. Jeeves vraagt de directrice ook om Bertie een paar woorden tot de verzamelde meisjes te laten spreken. Het draait er uiteindelijk op uit dat Bertie genoeg krijgt van de schoolmeisjes en met de staart tussen de benen moet verdwijnen. Terug in Londen besluit Bertie alles bij het oude te laten en zijn vrijgezellenbestaan met Jeeves gewoon voort te zetten.

 

Beoordeling van het boek

Wodehouse was een beroemde Engelse schrijver die al op jeugdige leeftijd naar Amerika vertrok. Daar trok hij de aandacht met zijn humoristische verhalen en romans over o.a. Bertie Wooster en zijn butler Jeeves, de merkwaardige bewoners van Blandings Castle en de nogal met zichzelf ingenomen pechvogel Stanley F. Ukridge. Wodehouse heeft zijn Engelse afkomst nooit verloochend. In zijn boeken is dat ook goed te merken. In Amerika werkte Wodehouse mee aan het schrijven van teksten voor musicals en theatervoorstellingen. Verder was hij werkzaam voor de filmindustrie in Hollywood. Vlak voor de Tweede Wereldoorlog woonde Wodehouse met zijn echtgenote Ethel in het Noord-Franse kustplaatsje Le Touquet. Hij was politiek gezien nogal naïef en had de oorlog niet zien aankomen. De Duitsers sloten hem als gijzelaar op in een interneringskamp in Duitsland. Na de oorlog vestigde hij zich definitief in Amerika.

 

Ik vind het altijd leuk om te kijken of Wodehouse zijn boeken op de een of andere manier dateert (bijvoorbeeld door jaartallen in de tekst te noemen). Ook neemt Wodehouse in zijn boeken altijd veel verwijzingen op naar religie, literatuur, cultuur en geschiedenis. In dit boek begint dat gelijk al in het eerste verhaal. Daar wordt twee keer het jaartal “1887” genoemd. Ook refereert Wodehouse daar aan de figuur van Eugene Aram in een gedicht van Thomas Hood (1799 – 1845) en de filosoof Friedrich Nietzsche (1844 – 1900). In het derde verhaal wordt verwezen naar Shakespeare, Calvin Coolidge (die van 1923 tot 1929 president van Amerika was; dit boek verscheen in die tijd!) en het Bijbelse verhaal van Daniël in de leeuwenkuil. Ook in de overige hoofdstukken zijn diverse van dit soort verwijzingen te vinden.

 

Alle verhalen – met uitzondering van het tiende – in het boek worden door Bertie zelf verteld. In het tiende verhaal treedt Jeeves echter als verteller op. Dat is erg bijzonder want voor zo ver ik weet is dat de enige keer dat dat gebeurt in het werk van Wodehouse. Waarom Wodehouse er hier voor gekozen heeft om het verhaal door Jeeves te laten vertellen is niet bekend. Misschien om Jeeves eens extra in het zonnetje te zetten. Per slot van rekening redt Jeeves zijn meester in alle verhalen van de daarin optredende moeilijkheden.

 

Dit is een leuk en luchtig boek om te lezen. De verhalen zijn gemakkelijk te volgen en volgen allemaal een vast – en enigszins voorspelbaar – stramien. Iedere keer heeft een vriend van Bertie Wooster een of ander probleem. Bertie probeert dat probleem dan zelf op te lossen maar dat lukt uiteraard niet. Dan moet het meesterbrein van Jeeves er aan te pas komen om de scherven op te ruimen en de zaak weer draaiend te krijgen. Dat lukt iedere keer weer en vaak met vebluffend eenvoudige middelen. Kortom, een bundel met “smakelijke” verhalen waar je altijd om moet (glim)lachen.

 

 

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.