Alice in Wonderland door Lewis Carroll

De hoofdpersoon van het boek is Alice, een klein Engels meisje. Ik vond het best moeilijk om een samenvatting van het boek te maken, omdat er zo veel verschillende dingen gebeuren.

Alice is een klein meisje. ze woont in Engeland. Op een dag valt ze in slaap in het gras. In haar droom maakt ze heel veel rare dingen mee. Ze ziet een wit konijn met een jasje aan en een klokje in zijn poot. Hij rent een konijnenhol in. Alice rent erachteraan. Ze viel het konijnenhol in, heel diep naar beneden, waar ze op iets zachts viel. Ze was in een kamer met een heleboel deuren en in het midden een glazen tafel. Op de tafel lag een sleutel, die in maar een deur paste, die veel te klein was voor alice om er doorheen te passen. Toen zag ze op de tafel een flesje, met daarop de tekst ‘’Drink me’’. Alice legde de kleine sleutel op tafel en dronk het spul op, ze begon te krimpen, tot ze door de deur paste. Maar ze had de sleutel bovenop het tafeltje laten liggen. Ze was nut te klein om er doorheen te passen. Toen zag ze onder de tafel een cakeje liggen, met de tekst ‘’eet me’’. Ze at het cakeje op en begon te groeien. Tot ze haar hoofd aan het plafond stootte. Ze begon te huilen, zo hard dat ze een zwembad maakte van haar eigen tranen. Toen zag ze het konijn langsrennen. Alice sprak hem aan, maar hij schrok en rende weg. Hij liet een waaiertje vallen. Alice had het warm en gebruikte het waaiertje van het konijn. Daardoor begon ze weer te krimpen. Ze paste nu door het deurtje. Ze rende ernaar toe, maar ze viel in haar eigen plas met tranen. Toen hoorde ze het geluid van een dier, een muis. Ze praatte in het frans tegen de muis, maar hij rende weg. Alice klom uit het zwembad. Er waren nog veel meer dieren in gevallen. Een dodo, die ook in het water was gevallen, stelde voor om een race te doen omdat iedereen het erg koud had. Na de race waren alle dieren weer warm en blij. Ze gingen allemaal in een kring zitten en Alice vertelde over haar kat. Ineens was iedereen verdwenen. Alice zag het konijn weer. De hal was ineens verdwenen, en er was een dorp voor in de plaats gekomen. Toen zij het konijn ineens boos; wat doe je hier? Breng me een paar handschoenen!. Alice rende naar het huisje van het konijn. In het midden stond een glazen tafeltje met handschoentjes erop .Naast de deur lag nog een klein flesje. Alice dronk het op, en ze begon te groeien, totdat ze vast zat in het huis. Haar arm kwam uit het raam en haar been uit de schoorsteen. Alice kon niet bewegen. Toen kwam het witte konijn aangelopen. Hij kreeg de deur niet open dus hij gooide stenen door het raam naar Alice. Toen de stenen de grond raakten, veranderde ze in cakejes. Alice at een cakeje op en ze begon te krimpen. Ze rende het huisje uit, het bos in. In het bos stond een paddenstoel, met daarop een grote blauwe rups. Hij begon allemaal moeilijke vragen te stellen aan Alice. Daarna gaf hij haar twee stukken van zijn paddenstoel mee, de ene kant zou Alice groter maken en de andere kant kleiner. Toen verdween de rups in het gras. Alice at van de paddenstoel totdat ze een normale lengte was. Ze zag daarna een huisje. Ze liep naar het huisje toe. Er was geen deurbel. Ze liep naar binnen. Binnen was het erg veel herrie. Er zat een hertogin met een baby in een stoel en een kok was bezig met het koken van soep. In de soep zat erg veel peper, iedereen moest niezen, behalve de kok en de kat. De kok gooide spullen naar de hertogin en de baby.

Boekfragment: speak roughtly to your little boy and beat him when he sneezes, he only does hit to annoy because he knows it teases.(blz 23.)

De hertogin gooide de baby naar Alice, en Alice rende ermee naar buiten. Daar veranderde de baby in een varken, en hij rende weg. Buiten zag Alice de Chesire Kat. Hij wees haar de weg naar de gekke hoedenmaker. Alice ging naar het huis van de gekke hoedenmaker. Naast zijn huis stond een theetafel, met daaraan de haas, de gekke hoedenmaker en een hazelmuis. Er was nog veel ruimte aan tafel, dus Alice ging zitten. De hoedenmaker en de haas kregen ruzie, en Alice liep weg. Later zag ze in de bosjes een deur, ze gebruikte het sleuteltje uit de hal met de deuren en kwam uit in een grote tuin. In de tuin waren veel rozen, en een aantal tuinmannen waren bezig ze rood te verven. Alice vroeg waarom ze dat deden, ze zeiden dat het moest van de koningin. Toen kwam de koningin eraan gelopen. De tuinmannen lieten zich op de grond vallen. Achter de koningin liepen tien soldaten , en daarachter liep het witte konijn. De koningin werd erg boos op Alice, en schreeuwde dat haar hoofd eraf gehakt moest worden. De koning probeerde haar over te halen dat het niet nodig was, omdat Alice nog maar een kind was. Toen vroeg de koningin aan de timmermannen wat ze aan het doen waren. De timmermannen probeerde het uit te leggen, maar de koningin schreeuwde dat ze onthoofd moesten worden. De koningin en haar soldaten liepen toen verder, en 3 soldaten bleven achter om de tuinmannen te onthoofden. De tuinmannen vroegen Alice om hulp, en Alice stopte ze in een grote bloempot. De soldaten bleven nog even zoeken, maar liepen daarna verder. De koningin vroeg aan alice of ze meeging om croquet te spelen. Ze liep achterin de rij, naast het witte konijn. Ze vroeg aan het witte konijn waar de hertogin was, en hij vertelde haar dat ze onthoofd zou worden omdat ze de koningin had geslagen en te laat was gekomen om croquet te spelen. Croquet van de koningin bleek veel moeilijker te zijn dan het gewone croquet, en de koningin werd heel boos op iedereen. Toen zag Alice de Chesire Kat. De koningin wou dat de kat onthoofd zou worden, maar het lukte niet omdat hij geen lijf had. Ze riepen de hertogin om hulp, maar de kat begon te verdwijnen en de soldaten zochten hem. Toen was er ineens een rechtszaak, omdat iemand taartjes had gestolen. Er moesten verschillende getuigen komen, en toen begon alice te groeien, wel 2x zo groot als een huis. Er was een regel dat er geen mensen mochten komen zo groot als een huis, en de koningin wou dat Alice werd onthoofd. Alice riep dat ze maar een pakje kaarten waren. Alle kaarten stapelden zich toen op, en Alice begon te vechten. Toen werd ze wakker, het was maar een droom.