1 Wat is de titel? Wie is de auteur? Wanneer is het boek geschreven?
2 Wat voor soort boek is het? (drama / Science Fiction / avontuur / romantisch / etc.)
3 Leg uit waarom je dit boek hebt gekozen.
4 Leg de titel van het boek uit.
5 Wat is het belangrijkste probleem in het boek? Vertel daar in enkele zinnen iets over.
6 Waar speelt het verhaal zich af? Motiveer je antwoord met voorbeelden uit de tekst.
7 Wanneer speelt het verhaal zich af? Motiveer je antwoord met voorbeelden uit de tekst.
8 Geef informatie over de hoofdpersonen. Behandel daarbij alle volgende punten:
• Hoe heten ze?
• Kennen ze elkaar?
Indien ja: beschrijf hun relatie.
Indien nee: Hoe komen ze met elkaar in contact?
• Vinden ze elkaar aardig?
• Hoe veranderen ze tijdens het verhaal?
9 Neem een stukje uit het boek (alinea / enkele zinnen) dat veel indruk op jou heeft
gemaakt. Zet het nummer van de bladzijde erbij. Leg ook uit waarom je dat fragment hebt gekozen.
10 Hoe vond je het Engels? Motiveer je antwoord met een voorbeeld. Noteer bovendien woorden die je dankzij het boek hebt geleerd. Schrijf er de vertaling achter.
11 Beschrijf wat je van het boek vond.
12 Kies tot slot een van de volgende keuzeopdrachten en werk die uit.
A De figuren uit het boek reageren vaak anders op bepaalde situaties dan jij zou hebben gedaan. Beschrijf twee 2 situaties uit het boek en beschrijf per situatie in minimaal 45 woorden hoe jij zou hebben gereageerd.
B Noteer 5 vragen die jij de schrijver over het boek zou willen stellen als je hem of haar ooit ontmoet.
C Maak een kaartje van waar het verhaal zich afspeelt en schrijf er een artikel over voor een reisfolder. Gebruik informatie uit het boek.
D Ontwerp een omslag voor het boek en schrijf een tekst voor het achterblad waarmee je de lezer zoveel mogelijk nieuwsgierig maakt. (minimaal 40 woorden)
E Zoek een popsong die op de hoofdpersoon zou kunnen slaan. Leg uit welke delen van de songtekst je bij de hoofdpersoon vindt passen. Motiveer je keuze.
Boekverslag Engels (met antwoorden)
…………………………………………………………………………………………………
1. Title: A Christmas Carol
Author: Charles Dickens
First Publication:1843
2. Christmas story, ghost story, fairy tale, Science Fiction, fantasy story.
3. It had to by Mrs.
4. A Christmas Carol is in Dutch ‘Een kerst lied’. Scrooge hate Christmas and Christmas Carols, but later Scrooge did like Christmas.
5. (in Engels) Scrooge houd niet van kerst, dat vind hij onzin en hij geeft nooit geld aan collectanten. Niemand houd van Scrooge. Op kerstavond komt de geest van Jacob Marley – de dode vriend/zakenpartner - bij Scrooge thuis. Hij zegt dat Scrooge zijn levensstijl moet veranderen anders komt Scrooge in de hel, en zou hij als geest kettingen moeten dragen voor alle slechte dingen die hij heeft gedaan. Ook zegt Jacob Marley dat er die nacht 3 geesten zullen verschijnen, de geesten zullen hem helpen voor een beter bestaan.
6. The story is set in London: A Christmas Carol takes places in London in the 1820s. At this time, Great Britain was a very rich country. Blz. 5
7. The story is set in1820: A Christmas Carol takes places in London in the 1820s. At this time, Great Britain was a very rich country. Blz. 5
8. Ebenezer Scrooge. An rich old man. Scrooge hate Christmas, because his ‘friend’ Jacob Marley died 7 years ago at Christmas Eve. Scrooge didn’t gave money to collectors.
Bob Cratchit. An employee of Scrooge. He write many letters for Scrooge. He have a family, whose his junior son - Tiny Tim - seriously ill is.
Fred Scrooge. The son of Ebenezer Scrooge sister. He liked Christmas. Fred invites Scrooge every year at his home during Christmas.
The ghost of Jacob Marley. A died ‘friend’ of Scrooge. Jacob Marley warns Scrooge for his lifestyle. Else comes scrooge in hell.
Three other ghosts, the ghost of Christmas Past, the ghost of Christmas Present and the ghost of Christmas Future / Yet to Come. These ghost’s take Scrooge to his past, to the family from Bob Cratchit and the died from Tiny Tim and the reactions from the people of London.
9. The Ghost of Christmas Yet to Come pointed past Scrooge and they moved on again. They went back to the part of London that Scrooge knew well. They passed the building which had ‘Scrooge and Marley’ written above the door. ‘Stop, Ghost,’ said scrooge. But the Ghost kept on moving. Scrooge ran back to look through the window on his office. The room was the same, but there was different furniture. And the man sitting in the room was not Scrooge! Scrooge ran back to the Ghost. Soon they arrived at a church.
The Ghost went through the gates into the churchyard. It moved past many gravestones. Then it stopped and pointed down a grave. Scrooge was frightened, very frightened. At last, he looked the name on the gravestone: EBENEZER SCROOGE. ‘No, Ghost! Oh, no, no!’ he cried. But the Ghost pointed at Scrooge, then pointed at the ground.
‘Listen to me,’ cried Scrooge, talking hold on the ghost’s black robe. ‘You have shown me terrible things. Are they all going happen? Can I stop them from happening?’
I found this an interesting piece, because Scrooge don’t like to died. He wanted to know what he had to do to stay alive. I found that very moving.
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
Z.
Z.
Thx voor het bekijken van mijn verslag ;) Zitten er fouten in? Zet het dan A.U.B. hieronder. Groeten maker van dit verslag.
10 jaar geleden
AntwoordenZ.
Z.
Voor dit verslag had ik een 9
10 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
Goed verslag, soms het engels niet helemaal correct, maar echt top! Ik had er veel aan. Tnx voor alles Zwemke
10 jaar geleden
AntwoordenZ.
Z.
haha, mijne engels.... idd niet altijd helemaal correct, maar ik heb mijn verslag hier neer gezet zodat mensen er fouten neer kunnen zetten en dan kan ik er van leren... ;)
10 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
goed verslag, alles duidelijk geformuleerd, mijn cijfer : 8
10 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
je engels kan wel wat beter voor 2vwo met he has and he haves, he dead ipv he died
8 jaar geleden
Antwoorden