A: Gegevens Naam: Rosan
Klas: A3a
Titel: 13 enveloppen & 1 rugzak
Auteur: Maureen Johnson
Uitgever: De Fontein B: Mening Het is een boek dat mij erg aan spreek omdat het voor mijn leeftijd is en ook omdat het net zoiets is als 4 vriendinnen 1 spijkerbroek en de vervolgen daarvan en dat vind ik ook erg leuke boeken! De kaft ziet er leuk en modern uit dus dat trekt je ook aan om het te gaan lezen. Ik vond het boek: begrijpelijk: Omdat het voor mensen van mijn leeftijd is geschreven is de tekst wel makkelijk om te begrijpen. Verrassend: Het verhaal loopt soms anders als gepland. Echt: Het zou echt gebeurd kunnen zijn. Zet me aan het denken: Ik ga nadenken wat ik zou doen als ik in haar schoenen zou staan. C: Samenvatting Net na de begrafenis van Ginny’s tante Peg ontvangt Ginny een envelop en geld om een vliegticket naar Londen te kopen. In de brief krijgt ze te horen dat ze een reis naar Europa gaat maken. In die brief staan 5 regels 1: Je mag alleen meenemen wat in de rugzak past. 2: Je mag geen reisgidsen of woordenboeken meenemen. 3: Je mag gen extra geld, creditcards, pinpassen enz. meenemen. 4: Neem geen laptop, mobieltje, muziek of fototoestel mee, het is verboden om naar huis te bellen of contact te zoeken met vrienden via Internet. Kaarten of brieven sturen is prima. 5: Open de enveloppen in de juiste volgorde en niet eerder dan aangegeven. Dan vertrekt Ginny volgens de opdracht naar New-York naar 4Th noodle een chinees restaurant. Daar haalt ze een pakje op, in het pakje zit een stapel met 12 enveloppen nr.2 t/m 13.Op envelop nr.2 staat: open mij in het vliegtuig. In de brief staat: je bent nu op weg naar Engeland zodra je bent geland ga je naar je logeer adres. Toen ze bij haar logeeradres aankwam deed er een man open hij heette Richard van hem krijgt ze een pincode voor een pinpas die in de brief zat. De volgende opdracht zegt dat ze een artiest die ze goed en leuk vind 500 pond moet geven. Dus ze ging naar een toneelstuk van een school en daar ontmoet ze een leuke jongen: Keith. Gelijk gaat ze een brief naar Miriam haar vriendin schrijven over hoe leuk Keith is. De dagen erna gaat ze naar hem toe. En dan moet ze weer een brief openen en daarin staat dat ze naar Rome moet. Als ze in Rome is mag ze de volgende brief openen daarin staat dat ze aan een Romeinse jongen moet vragen of hij cake met haar wil eten. Ze vindt een jongen en die vraagt of ze meegaat naar het huis van zijn zus. Toen begon hij haar te zoenen terwijl ze dat helemaal niet wilde, dus rent ze de straat op zonder te weten waarheen. Toen maakte ze de volgende brief open er stond in ga naar het station en neem de nachttrein naar Parijs en ga naar het Louvre maak daar de volgende brief open. Als ze bij het station wegloopt, gaat ze eerst op zoek naar een slaapplek. Het eerste wat ze tegen komt is een jeugd herberg dus daar gaat ze maar in. Als ze daar is gaat ze eerst nog een brief schrijven naar haar vriendin Miriam daarin verteld ze wat ze in Italië heeft gedaan en wat er is gebeurd met die jongen. Bij het Louvre maakt ze brief 8 open. In de brief staat dat ze een café moet zoeken met beschilderingen zoals haar tante die altijd maakte, daar moet ze vertellen dat haar tante is overleden. Ze heeft de hele dag gezocht en uiteindelijk vind ze het. Als ze weer bij de jeugdherberg als ze naar binnen loopt ziet ze Keith. Ze is heel blij om hem te zien en te spreken. Samen gaan ze een rondje door Parijs lopen. Als Keith weg is gaat ze naar het Louvre daar maakt ze de volgende brief open. Daarin staat dat ze naar Amsterdam moet gaan om de nachtwacht van Rembrandt te bekijken. Ze moet naar westerstraat 60 maar als ze daar is blijkt de gene die er hoorde te wonen verhuisd te zijn. Dus gaat ze weer op zoek naar een jeugdherberg, de enige die ze kon vinden was ontzettend smerig en stonk naar wiet dus liep ze weer naar buiten. Toen liep ze door een klein straatje en zag daar een bordje op een huis waarop stond: het kleine huis jeugdherberg en hotel Amsterdam. Er woonde een gewoon gezin en ze moest deelnemen aan de dagelijkse activiteiten zoals museums bezoeken. Dus ook het rijksmuseum. Toen ze de nachtwacht gezien had maakte ze de volgende brief open. Ze moet naar Kopenhagen haar tante schrijft dat daar iemand op haar wacht. Toen ze er was kwam een man naar haar toe lopen hij heet Knud. Ginny ging met Knud mee naar huis, hij woont op een woonboot waar ze meteen mee rond gingen varen. Toen Knud haar weer van de boot had gezet ging ze weer op zoek naar een jeugdherberg. Daar zat ze met een paar Australiërs op een kamer. Toen maakte ze de volgende brief open daarin stond dat ze naar Griekenland moest. Ondertussen had ze de Australiërs goed leren kennen en ze hadden ook aangeboden om mee te gaan naar Griekenland en Ginny vond dat wel een goed idee. Dan is ze ook niet meer zo alleen. Toen ze op de boot naar Griekenland zaten maakte Ginny de een naar laatste brief open. Daarin verteld tante Peg dat de volgende brief heel belangrijk is. En dat ze de laatste maanden van haar leven met Richard heeft doorgebracht. En dat hij haar maandenlang heeft geholpen om een schilderruimte te hebben waar ze kon doen wat ze leuk vond. Toen Ginny met de Australiërs op het strand van Griekenland lag werden hun spullen gestolen, dus ook de laatste brief, dus het laatste wat ze kon doen was Richard bellen en die regelde een kaartje voor het vliegtuig naar Londen voor haar. Richard stond haar op te wachten bij het vliegveld in Londen. Toen vertelde hij allemaal dingen over tante Peg en hem, over tante Peg’s ziekte en over de laatste maanden van haar leven. Samen hebben ze het atelier van tante Peg opgezocht en dat bracht weer goede herinneringen van haar naar boven. Toen ging Ginny zelf de laatste brief schrijven ze schrijft erin wat zij denkt dat er in had gestaan. Toen ging ze weer naar huis. Ze heeft een geweldige reis gehad!