Piratenkid door Hans Baumann

Titel van het boek ‘Piratenkid’ Schrijver van het boek Hans Baumann Samenvatting Het boek gaat over een jongen die Redleg heet, hij wordt zo genoemd omdat hij rode benen heeft. Hij komt uit Schotland en is 10 jaar oud. Zijn ouders zijn al vroeg overleden, en hij heeft geen ene cent, hij staat verder ook alleen op de wereld. Veel mensen lachen Redleg uit om zijn rode benen en zijn schotse rok, in die tijd droomde Redleg van een wondermolen, die allerlei lekkere broden bakte. Redleg ging een paar dagen op weg/ reis om die molen te zoeken. Redleg heeft ook hele goede ogen. Op de derde dag van zijn reis blijft hij plotseling staan. Hij ziet de molen en blijft daar drie jaar werken, daarna vertrok hij naar de zee, omdat hij een piraat wilde worden. Hij komt terecht op een piratenschip, waar hij op mag blijven. De schipper/ kapitein heet Feuerbart. Zij zijn al onderweg dus hij kan er niet meer af. Hij moet hard werken en wordt gebruikt als wachter op de uitkijktoren omdat hij hele goede ogen heeft. Elke keer vordert hij weer een stukje verder, doordat Feuerbart hem wel ziet zitten, zeker omdat hij zulke goede ogen heeft. Hij zorgt er ook voor dat de concurrent van het schip "Krake", het schip waar Redleg op zit, blijft vast liggen op de zee, toen de kanonnen van "Krake", op waren, Redleg zorgt er ‘s nachts voor dat hij de kanonnen van dat schip kan pikken, omdat die van hun op zijn. Doordat Feuerbart heel goedgelovig is, of in ieder geval hij gelooft mensen heel snel, hij laat zich beïnvloeden door anderen, omdat hij iets dan zo graag wil. Redleg vertelt hem dat hij de negers kan omkopen door hun niet te verhandelen, daardoor wordt hij de koning van de negers. Nadat Feuerbart na een tijdje door zijn eigen piraten van het schip verbannen word, willen ze Redleg als kapitein. Feuerbart valt overboord. Redleg keert met het schip terug naar waar de molen stond, terug naar huis, Redleg heeft allerlei gouden dukaten van het schip meegenomen. Samen met zijn vriend de dokter van het schip, besluit om van boord te gaan en naar de molen te verhuizen. De man die in de molen woonde, werd door Redleg omgekocht met gouden dukaten, en Redleg en zijn vriend leefde daar nog lang en gelukkig.