Die große Flatter
Leonie Ossowski Samenvatting Schocker woont met zijn moeder, stiefvader, 4 stiefzusters en 2 stiefbroers in een achterstandswijk in Duitsland. Hun woning bestaat uit één slaapkamer waar de 7 kinderen slapen en een woonkeuken waar mevrouw Schock en mijnheer Warga op een bedbank slapen. Schockers echte naam is Joachim, maar die is in vergetelheid geraakt sinds mijnheer Warga hem Schocker noemt. Schocker haar zijn stiefbroers en –zusters, die hij stiekem de Warga-bende noemt. Alleen de jongste, Fritchen heeft een plekje in zijn hart. Schocker deelt zijn bed noodgedwongen met Charli, de dikste van de Warga-bende. Charli nam eerst altijd eten mee naar bed om dat luid smakkend onder de deken op te eten. Hier werd Schocker meestal erg misselijk van, maar zijn moeder vond dat hij het zelf moest regelen, terwijl mijnheer Warga Schocker ervan langs gaf als hij er iets aan probeerde te doen. Maar sinds een paar maanden neemt hij geen eten meer mee naar bed, maar zijn schamele bezittingen om te voorkomen dat deze gestolen worden. Eerst waren deze spijkers, schriftjes, fietsbellen en een oude pijp, maar deze nacht ligt er een ook nog een groot, stinkend ding onder de dekens. Charli weigert het te laten zien of onder het bed te leggen, en als hij eindelijk slaapt haalt Schocker het ding onder de dekens vandaan om te kijken wat het is. Het blijkt een vogelkooi te zijn, waar Charli al zijn spullen in heeft gestopt. De meeste spullen kunnen Schocker niet veel schelen, maar de muts fascineert hem. Hij heeft hem nog nooit om Charli’s hoofd gezien, en vraagt zich af waar die vandaan komt. Hij haalt de muts uit de vogelkooi en zet hem op zijn hoofd. Maar dan vallen er een paar spijkers op de grond. Charli wordt wakker en begint te schelden omdat hij zijn muts terug wil. Schocker lacht en houdt de kooi ondersteboven boven Charli’s hoofd, zodat alles eruit valt. Nu wordt de rest van de Warga-bende ook wakker en beginnen de anderen zich er ook mee te bemoeien. Schocker rent met de kooi weg, door de kamer, de woonkamer en uiteindelijk naar buiten. Charli rent hem luis schreeuwend achterna waarop zijn ouders ook beginnen te schelden dat iedereen stil moet zijn. Schocker rent intussen door, zelfs als hij doorheeft dat Charli het heeft opgegeven. Opeens hoort hij dat iemand hem roept en hij kijkt om. Richy lacht hem uit en zegt dat hij wel erg weinig aan heeft. Schocker weet dat Richy hem morgen op school helemaal belachelijk zal maken. Pas aan het einde van de wijk houdt hij op met rennen. Hij gaat ergens liggen en wordt ’s morgens weer wakker als de zon op zijn gezicht schijnt. Hij kruipt uit het graan en loopt naar huis terwijl hij zich vreselijk schaamt omdat hij in zijn ondergoed loopt. Hij gaat niet naar school die dag, hij is alt e laat en hij is ook bang dat Richy het niet laten zal om te vertellen in welke staat hij Schocker vannacht aantrof. Daarom gaat hij naar een parkeerplaats langs de snelweg waar meestal vrachtwagens staan. Ze staan voor hem symbool voor een manier om uit de wijk te komen en de wijde wereld in te gaan. Schocker kent een aantal chauffeurs die daar altijd uitrusten dan ook en hij praat een tijdje met ze. De volgende dag gaat Schocker weer naar school en wordt hij, zoals verwacht, flink belachelijk gemaakt door Richy. Schocker is een van de weinige uit zijn wijk die bijna altijd naar school gaat en hij is vooral dol op aardrijkskunde. In die lessen zit hij als eerste op zijn plaats, en hij onthoudt alles wat mevrouw Rese, de lerares, vertelt. Richy haat Schocker. Hij snapt niet dat Schocker nooit kwaad wordt, dat hij altijd naar school gaat en zo goed in aardrijkskunde is. Als Richy naar mevrouw Rese lacht, net zoals Schocker, kijkt ze hem alleen maar stom aan. Vandaag heeft Schocker aardrijkskunde. Vlak voordat de lerares de klas in komt legt Richy een varkenslid op het bureau ven mevrouw Rese. Deze heeft hij gestolen uit de slachterij waar zijn vader werkt. De hele klas begint te lachen, maar Schocker niet. Hij zou dat bij iedere andere les leuk hebben gevonden, maar niet bij de les van mevrouw Rese. De deur gaat open en de lerares loopt naar binnen. Eerst heeft ze niks in de gaten, maar dan ziet ze het ding liggen. Als ze vol afschuw vraagt wie dat daar heeft neergelegd zegt Richy dat Schocker dat heeft gedaan. Het wordt doodstil in de klas en iedereen kijkt Schocker aan. Hij staat heel langzaam op, met zijn aardrijkskundeschrift in zijn handen en loopt als verdoofd naar het bureau, schuift het ding op zijn schrift en gooit het uit het raam. Schocker zegt nog steeds niet, maar gaat weer op zijn plaats zitten. Dit wekt respect onder de anderen. Rese lacht even naar Schocker en begint met de les alsof er niets aan de hand is. Schocker zit, in tegenstelling tot normaal, heel stil, maakt geen aantekeningen, waarschijnlijk luister hij niet eens. Als de les voorbij is gaan alle kinderen het schoolplein op om te kijken naar dat vieze ding wat in de struiken ligt. Richy staat alleen op het plein. Hij laat zijn blik niet van de deur af, waar nog altijd kinderen uit komen rennen. Als laatste komt Schocker naar buiten. Hij loopt rechtstreeks op Richy af. Hij zegt helemaal niets, maar slaat Richy in zijn gezicht. Ze vechten, Schocker krijgt een vuist op zijn oog, en dan slaat hij hem vol op zijn mond en vlieg ter een snijtand uit Richy’s mond. Dan staat er een leraar bij en worden ze uit elkaar gehaald. Schocker moet naar huis toe terwijl Richy hem nakijkt met tranen in zijn ogen van pijn en woede. ’s Avonds, als Schocker aan tafel zit bij de Warga-bende, gaat de bel. Het is mijnheer Piesch die binnenstormt, de vader van Richy. Hij is stomdronken en eist dat mijnheer Warga de tandartskosten vergoed. Mijnheer Warga weigert, zegt dat hij op moet rotten, dat hij helemaal gek geworden is. Schocker denkt dat mijnheer Warga het voor hem opneemt. Piesch loopt achteruit naar de deur en gaat weg. Mijnheer Warga stormt naar Schocker, slaat hem links en rechts in zijn gezicht en begint te schelden. Hij moet voortaan bij Richy uit de buurt blijven en geen problemen veroorzaken, anders vliegt hij het huis uit. Schocker houdt zich hier twee dagen aan. Als hij Richy ziet gaat hij ene andere kant op of draait simpelweg op zijn hakken om. Hij loopt naar school. Aan het eind van de straat ziet hij Richy op zich af komen. Richy heeft de tand die Schocker hem heeft uitgeslagen aan een touwtje om zijn hals hangen. Ze hebben het erover en Schocker zegt ook dat Piesch bij hen is geweest om die tand betaald te krijgen. Ze lachen erom en Richy vraagt of Schocker meekomt naar de stad. Schocker vraagt wat hij wil gaan doen daar en Richy maakt met ene handbeweging duidelijk dat hij wat wil gaan stelen. Schocker gaat akkoord en ze gaan op weg. (31 bladzijdes in het boek, ongeveer 8000/9000 woorden)
Leonie Ossowski Samenvatting Schocker woont met zijn moeder, stiefvader, 4 stiefzusters en 2 stiefbroers in een achterstandswijk in Duitsland. Hun woning bestaat uit één slaapkamer waar de 7 kinderen slapen en een woonkeuken waar mevrouw Schock en mijnheer Warga op een bedbank slapen. Schockers echte naam is Joachim, maar die is in vergetelheid geraakt sinds mijnheer Warga hem Schocker noemt. Schocker haar zijn stiefbroers en –zusters, die hij stiekem de Warga-bende noemt. Alleen de jongste, Fritchen heeft een plekje in zijn hart. Schocker deelt zijn bed noodgedwongen met Charli, de dikste van de Warga-bende. Charli nam eerst altijd eten mee naar bed om dat luid smakkend onder de deken op te eten. Hier werd Schocker meestal erg misselijk van, maar zijn moeder vond dat hij het zelf moest regelen, terwijl mijnheer Warga Schocker ervan langs gaf als hij er iets aan probeerde te doen. Maar sinds een paar maanden neemt hij geen eten meer mee naar bed, maar zijn schamele bezittingen om te voorkomen dat deze gestolen worden. Eerst waren deze spijkers, schriftjes, fietsbellen en een oude pijp, maar deze nacht ligt er een ook nog een groot, stinkend ding onder de dekens. Charli weigert het te laten zien of onder het bed te leggen, en als hij eindelijk slaapt haalt Schocker het ding onder de dekens vandaan om te kijken wat het is. Het blijkt een vogelkooi te zijn, waar Charli al zijn spullen in heeft gestopt. De meeste spullen kunnen Schocker niet veel schelen, maar de muts fascineert hem. Hij heeft hem nog nooit om Charli’s hoofd gezien, en vraagt zich af waar die vandaan komt. Hij haalt de muts uit de vogelkooi en zet hem op zijn hoofd. Maar dan vallen er een paar spijkers op de grond. Charli wordt wakker en begint te schelden omdat hij zijn muts terug wil. Schocker lacht en houdt de kooi ondersteboven boven Charli’s hoofd, zodat alles eruit valt. Nu wordt de rest van de Warga-bende ook wakker en beginnen de anderen zich er ook mee te bemoeien. Schocker rent met de kooi weg, door de kamer, de woonkamer en uiteindelijk naar buiten. Charli rent hem luis schreeuwend achterna waarop zijn ouders ook beginnen te schelden dat iedereen stil moet zijn. Schocker rent intussen door, zelfs als hij doorheeft dat Charli het heeft opgegeven. Opeens hoort hij dat iemand hem roept en hij kijkt om. Richy lacht hem uit en zegt dat hij wel erg weinig aan heeft. Schocker weet dat Richy hem morgen op school helemaal belachelijk zal maken. Pas aan het einde van de wijk houdt hij op met rennen. Hij gaat ergens liggen en wordt ’s morgens weer wakker als de zon op zijn gezicht schijnt. Hij kruipt uit het graan en loopt naar huis terwijl hij zich vreselijk schaamt omdat hij in zijn ondergoed loopt. Hij gaat niet naar school die dag, hij is alt e laat en hij is ook bang dat Richy het niet laten zal om te vertellen in welke staat hij Schocker vannacht aantrof. Daarom gaat hij naar een parkeerplaats langs de snelweg waar meestal vrachtwagens staan. Ze staan voor hem symbool voor een manier om uit de wijk te komen en de wijde wereld in te gaan. Schocker kent een aantal chauffeurs die daar altijd uitrusten dan ook en hij praat een tijdje met ze. De volgende dag gaat Schocker weer naar school en wordt hij, zoals verwacht, flink belachelijk gemaakt door Richy. Schocker is een van de weinige uit zijn wijk die bijna altijd naar school gaat en hij is vooral dol op aardrijkskunde. In die lessen zit hij als eerste op zijn plaats, en hij onthoudt alles wat mevrouw Rese, de lerares, vertelt. Richy haat Schocker. Hij snapt niet dat Schocker nooit kwaad wordt, dat hij altijd naar school gaat en zo goed in aardrijkskunde is. Als Richy naar mevrouw Rese lacht, net zoals Schocker, kijkt ze hem alleen maar stom aan. Vandaag heeft Schocker aardrijkskunde. Vlak voordat de lerares de klas in komt legt Richy een varkenslid op het bureau ven mevrouw Rese. Deze heeft hij gestolen uit de slachterij waar zijn vader werkt. De hele klas begint te lachen, maar Schocker niet. Hij zou dat bij iedere andere les leuk hebben gevonden, maar niet bij de les van mevrouw Rese. De deur gaat open en de lerares loopt naar binnen. Eerst heeft ze niks in de gaten, maar dan ziet ze het ding liggen. Als ze vol afschuw vraagt wie dat daar heeft neergelegd zegt Richy dat Schocker dat heeft gedaan. Het wordt doodstil in de klas en iedereen kijkt Schocker aan. Hij staat heel langzaam op, met zijn aardrijkskundeschrift in zijn handen en loopt als verdoofd naar het bureau, schuift het ding op zijn schrift en gooit het uit het raam. Schocker zegt nog steeds niet, maar gaat weer op zijn plaats zitten. Dit wekt respect onder de anderen. Rese lacht even naar Schocker en begint met de les alsof er niets aan de hand is. Schocker zit, in tegenstelling tot normaal, heel stil, maakt geen aantekeningen, waarschijnlijk luister hij niet eens. Als de les voorbij is gaan alle kinderen het schoolplein op om te kijken naar dat vieze ding wat in de struiken ligt. Richy staat alleen op het plein. Hij laat zijn blik niet van de deur af, waar nog altijd kinderen uit komen rennen. Als laatste komt Schocker naar buiten. Hij loopt rechtstreeks op Richy af. Hij zegt helemaal niets, maar slaat Richy in zijn gezicht. Ze vechten, Schocker krijgt een vuist op zijn oog, en dan slaat hij hem vol op zijn mond en vlieg ter een snijtand uit Richy’s mond. Dan staat er een leraar bij en worden ze uit elkaar gehaald. Schocker moet naar huis toe terwijl Richy hem nakijkt met tranen in zijn ogen van pijn en woede. ’s Avonds, als Schocker aan tafel zit bij de Warga-bende, gaat de bel. Het is mijnheer Piesch die binnenstormt, de vader van Richy. Hij is stomdronken en eist dat mijnheer Warga de tandartskosten vergoed. Mijnheer Warga weigert, zegt dat hij op moet rotten, dat hij helemaal gek geworden is. Schocker denkt dat mijnheer Warga het voor hem opneemt. Piesch loopt achteruit naar de deur en gaat weg. Mijnheer Warga stormt naar Schocker, slaat hem links en rechts in zijn gezicht en begint te schelden. Hij moet voortaan bij Richy uit de buurt blijven en geen problemen veroorzaken, anders vliegt hij het huis uit. Schocker houdt zich hier twee dagen aan. Als hij Richy ziet gaat hij ene andere kant op of draait simpelweg op zijn hakken om. Hij loopt naar school. Aan het eind van de straat ziet hij Richy op zich af komen. Richy heeft de tand die Schocker hem heeft uitgeslagen aan een touwtje om zijn hals hangen. Ze hebben het erover en Schocker zegt ook dat Piesch bij hen is geweest om die tand betaald te krijgen. Ze lachen erom en Richy vraagt of Schocker meekomt naar de stad. Schocker vraagt wat hij wil gaan doen daar en Richy maakt met ene handbeweging duidelijk dat hij wat wil gaan stelen. Schocker gaat akkoord en ze gaan op weg. (31 bladzijdes in het boek, ongeveer 8000/9000 woorden)
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden