Verslaafd aan alcohol

Verslaafd aan alcohol Twaalf miljoen Nederlanders gebruiken alcohol. Dat is op zich geen probleem. Daaronder vinden we echter wel 650.000 tot 1 miljoen probleemdrinkers en nog eens 300.000 verslaafden. Zij drinken jaren achtereen twaalf tot twintig glazen alcohol per dag. Er is wel hulpverlening voor deze mensen, maar slechts vier procent van de probleemdrinkers die verslaafd dreigen te worden, wordt daardoor bereikt. Dit alcoholprobleem veroorzaakt een maatschappelijke schade van 2,7 miljard euro. (Uit het artikel ‘Verslaafden’ van Erik Vermeulen in het Parool) Hier moeten toch oplossingen voor te vinden zijn? Vaak begint een verslaving op jonge leeftijd. Je wilt dan experimenteren en probeert uit nieuwsgierigheid een bepaald middel uit. Dat kan alcohol zijn, maar ook sigaretten of drugs. Je weet dan alleen niet hoe ver je kan gaan en welke effecten het heeft. Daarna kan je het middel blijven gebruiken als genotmiddel. Wanneer je het gebruikt vanwege spanningen of onlustgevoelens kan het schadelijk worden, omdat je dan steeds meer gaat gebruiken. Dit kan uitlopen in een echte verslaving waarin het middel je hele leven beheerst. Bij alcoholisme is dat middel de alcohol. Het normale gebruik van alcohol gaat bij alcoholisten het sociaal gebruik te boven. Dat kan niet alleen komen door spanningen en onlustgevoelens, maar ook door een erfelijk bepaalde structuur van de persoonlijkheid, een biologisch bepaalde structuur en beïnvloeding door milieufactoren. Ook speelt tolerantie een rol. Als je er goed tegen kan drink je vaak meer dan goed voor je is. (Microsoft Encarta Encyclopedie Winkler Prins) Wanneer iemand beseft dat hij teveel drinkt kan hij op eigen kracht of met de hulp van familie en vrienden proberen te stoppen. Bij echte verslaafden zal dat niet lukken. Zij hebben niet-professionele of professionele hulpverlening nodig. De niet-professionele hulpverlening bestaat vaak uit ex-verslaafden zoals de Anonieme Alcoholisten. Bij professionele hulpverlening krijgt de verslaafde hulp van huisartsen, ziekenhuizen en psychiatrische instellingen. Er zal meer geld beschikbaar moeten worden gesteld voor al deze hulpverlening, zodat er meer verslaafden bereikt en geholpen kunnen worden. Dit geld zou bijvoorbeeld gehaald kunnen worden uit de accijns op alcoholische dranken. Die accijns kan eventueel ook verhoogd worden, waardoor het gebruik ervan zal dalen. Verder kan ook de drankwetgeving bijdragen aan de matiging van het alcoholgebruik. Zo zijn er wetten over openbaar dronkenschap, ordeverstoringen en het bedreigen van andermans veiligheid onder invloed van alcohol. Ook gaat het niet meer op dat mensen niet voor hun daden verantwoordelijk kunnen zijn, omdat ze onder invloed waren van alcohol. Ze worden dan eerder zwaarder gestraft. Daarnaast zijn er ook nog wetten over de alcoholreclame. Daarin staat bijvoorbeeld dat alcohol niet aangeprezen mag worden als middel dat ontremmend werkt en angsten laat verdwijnen en dat elke reclameboodschap voorzien moet zijn van een educatieve slogan als “Geniet, maar drink met mate”. (feiten over alcohol door R. Postma) Op scholen, in tijdschriften en op televisie zal meer voorlichting moeten worden gegeven over de gevolgen van teveel alcohol en er zal strenger gecontroleerd moeten worden op de minimum leeftijd van zestien jaar. De Nederlandse tiener drinkt namelijk op steeds jongere leeftijd steeds meer glazen alcohol. Een kwart van de jongeren tussen de twaalf en achttien jaar drinkt zoveel dat er mate van dronkenschap optreedt. (Uit het artikel ‘Een bijzonder kind’ door Rinus Ferdinandusse in Vrij Nederland) Van jongeren van tien tot vijftien jaar die al eens alcohol hebben gedronken heeft 43 procent zelf wel eens alcohol gekocht. (NIPO enquête 2003) Ook mogen mixdrankjes met een alcoholpercentage onder de vijftien procent in de supermarkt verkocht worden. De supermarkt is voor iedereen toegankelijk en zo komen jongere kinderen al vroeg in aanraking met al die drankjes. Door te zorgen dat iemand vanaf zijn zestiende jaar met mate drinkt, zal hij op latere leeftijd ook met mate drinken. Toch zullen er altijd mensen zijn die wel verslaafd raken en daar moet dan betere hulpverlening voor komen, die de overheid deels zal subsidiëren. Verder kan de accijns op alcoholhoudende dranken verhoogd worden om het gebruik van alcohol af te remmen. Hopelijk kan het gebruik van alcohol door deze maatregelen teruggedrongen worden om te voorkomen dat het een groot maatschappelijk probleem gaat worden in de toekomst.