Schrijfdossier
SD1: Introductie
Onderwerp: Identificatieplicht
Stelling:. Uitbereiden identificatieplicht levert geen extra bijdrage aan de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving
Documentatie: zie achter in de bijlage. SD 2: Bouwplan Onderwerp: Identificatieplicht
Stelling: Uitbereiden identificatieplicht levert geen extra bijdrage aan de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving
Doel: Overtuigen van mijn menig
Tekstsoort: Betoog
Publiek: Nederlandse beroepsbevolking
Inleiding
Alinea 1 Korte samenvatting over wat de identificatieplicht inhoud. Alinea 2 De politieke situatie in het kort ten aanzien van dit wetvoorstel. Middenstuk
Alinea 3 Eerste argument: Er is geen (zichtbaar) onderzoek naar het doel van dit wetvoorstel. Wel is er een (zichtbaar) onderzoek dat het tegendeel bewijst. Alinea 4 Tweede argument: Het nieuwe wetvoorstel kan mensen ervan weerhouden om gebruik te maken van een aantal grondrechten in Nederland. Alinea 5 Derde argument: Er is geen duidelijke maatstaf wanneer de politie gebruik mag maken van de identificatieplicht. Alinea 6 Vierde argument: Er is niet na gedacht over alternatieve oplossingen. Slot
Alinea 7 Het is belangrijk dat er geïnnoveerd wordt in de identiekheid van identificatiebewijzen. Alinea 8 Conclusie: argumenten op een rijtje SD 3: proefversie betoog Uitbereiden identificatieplicht levert geen extra bijdrage aan de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving. De Wet op de uitgebreide identificatieplicht treedt op 1 januari 2005 inwerking. Vanaf deze datum moet iedereen in Nederland van 14 jaar en ouder een geldig identiteitsbewijs kunnen tonen als politie of andere toezichthouders daar om vragen. In de praktijk betekent dit dat iedereen van 14 jaar en ouder altijd een geldig identiteitsbewijs bij zich moet dragen. Het verzoek om identificatie door politie of andere toezichthouder moet nodig zijn voor uitvoering van hun taken, bijvoorbeeld het handhaven van de openbare orde. Wanneer iemand geen geldig identiteitsbewijs kan of wil tonen wanneer politie of toezichthouder daar om vragen, wordt hij meegenomen naar het politiebureau. Daar wordt vervolgens onderzoek gedaan naar zijn identiteit. Ook kan hij bestraft worden met een boete van maximaal 2250 euro. Mensen met de Nederlandse nationaliteit kunnen zich identificeren met het paspoort, het rijbewijs en de Nederlandse identiteitskaart. Vreemdelingen kunnen zich identificeren met een vreemdelingendocument. Het kabinet besloot in 2002 tot de invoering van de uitgebreide identificatieplicht als onderdeel van een breed pakket aan maatregelen om Nederland veiliger te maken en criminaliteit en overlast te verminderen. Het beleid van de regering is neergelegd in het veiligheidsprogramma "Naar een veiliger samenleving". De Eerste Kamer is op 22 juni 2004 akkoord gegaan met wetsvoorstel "Uitgebreide identificatieplicht".Er is overgegaan tot dit wetsvoorstel zonder (zichtbaar) onderzoek. Er is niet bewezen dat de identificatieplicht het doel van criminaliteit bestrijding zal bereiken. De identificatieplicht voor burgers wordt ingevoerd opdat de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving doeltreffender zullen worden. Er is verder niet of nauwelijks uitgelegd op welke manier of in hoeverre de bestrijding hiervan doeltreffender zullen worden. In tegenstelling met dit doel staat de nota “Beperkte uitbreiding van identificatieplichten” van het kabinet Kok II van 29 oktober 2001 waarin de uitkomsten van een onderzoek naar de mogelijke invoering van een algemene identificatieplicht zijn vastgelegd, echter aan dat er nauwelijks positieve effecten te verwachten zijn mede omdat juist personen die zich bezighouden met (georganiseerde) criminaliteit zullen beschikken over vervalste documenten of ervoor zorgen dat relevante antecedenten niet tot hen te herleiden zijn. Voorts zullen zij in het kader van de voorbereiding van misdrijven ernaar streven zo min mogelijk aanleiding te geven voor controle. Nu een paar jaar later wordt het wetsvoorstel wel ingevoerd maar is het niet duidelijk op welke grond de regering thans meent dat de wet het gestelde doel zal dienen. In Nederland hebben we een privacyrecht dit is noodzakelijk in een democratische samenleving Dit recht staat nauw in verband met andere grondrechten zoals het recht op vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst, het recht op vrijheid van meningsuiting en het recht op vrijheid van vreedzame vergadering en op vrijheid van vereniging De identificatieplicht kan een belemmerende werking hebben op het volle genot van die vrijheden. Bij dreigende wanordelijkheden kan de politie de identiteit van de personen die daarbij aanwezig zijn vaststellen. Ook indien van verdenking van een overtreding geen sprake is, maar dat wel noodzakelijk is in het kader van de handhaving van de openbare orde. Wanneer je dan niet je identiteitsbewijs wil of kan laten zien. ontstaat vervolgens verdenking van een zelfstandig strafbaar feit: namelijk het niet voldoen aan de identificatieplicht. Dit kan dus al gebeuren bij stakingen, demonstraties etc. Door de bevoegdheid om de identiteit van de betrokkenen vast te stellen zonder dat sprake is van een concrete aanleiding, wordt het gevoel van vrijheid om bij dergelijke bijeenkomsten aanwezig te zijn nogal ingeperkt. Er kan dan niet meer anoniem gedemonstreerd worden tegen de overheid. Het vooruitzicht dat gevraagd kan worden naar identiteitspapieren alleen maar om het feit dat je ergens aanwezig bent, kan dan ook een dermate grote beperking zijn dat het burgers ervan weerhoudt van genoemde rechten gebruik te maken. Het is moeilijk om te bepalen wanneer de politie het recht heeft om gebruik te maken van het nieuwe identificatieplicht. Er is nauwelijks houvast om te toetsen of het vragen om legitimatie in bepaalde omstandigheden rechtmatig is geweest of dat dit willekeurig is gebeurd. Er wordt veronderstelt dat het de politie tijd bespaart echter zal het de politie alleen maar meer werk opleveren. Doordat er geen onderzoek is gedaan naar de doeltreffendheid van de identificatieplicht is er ook niet nagedacht over alternatieve maatregelen of het intensiever benutten van bestaande maatregelen. In de eerder genoemde nota “beperkte uitbreiding identificatieplicht” staat dat de huidige identificatieregelgeving voldoende mogelijkheden biedt bij de opsporing en vervolging van criminaliteit. Aangezien de uitbreiding van de identificatieplicht vanaf 2005 wordt ingevoerd is het belangrijk dat er wordt geïnnoveerd in de identiekheid van de identiteitsbewijzen. Zodat het vervalsen hiervan moeilijker wordt. Door de invoering van het nieuwe wetsvoorstel zal het belang van een identificatiebewijs toenemen en hierbij ook de vervalsing ervan. Zoals de inhoud van het wetsvoorstel er nu uit ziet zal het niet doeltreffend zijn. Het zal niet de criminaliteit verminderen, echter kan dit wel vermindert worden door het intensiever benutten van bestaande middelen. Het zal mensen belemmeren gebruik te maken van rechten en vrijheden die in onze samenleving gelden. Het doet inbraak op het privacyrecht. Er zullen problemen ontstaan over de vraag wanneer de politie gebruik mag maken van de identificatieplicht. Daarom zal de uitbereiden identificatieplicht geen extra bijdrage leveren aan de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving. SD4: Commentaar van mijn schrijfmaatje Ik vond het een heel leerzaam betoog, je vertelde in de inleiding dingen die ik nog niet wist. Je argumenten voor je stelling waren heel sterk en die onderbouwde je ook goed met argumenten. Bij de argumenten tegen vond ik dat het iets minder het karakter van een betoog had, maar het is natuurlijk heel moeilijk om argumenten tegen een stelling te geven waar je het mee eens bent. Ik wist niet helemaal aan wat voor soort publiek je schreef. Ik vermoed dat het volwassenen zijn en geen jongeren, want daar vond ik je taalgebruik iets te formeel voor. Je had af en toe wel moeilijk taalgebruik maar het was wel te volgen. Ik zou toch eventjes je betoog nalopen om te kijken of je wat dingetjes kunt verduidelijken. Ik vond af en toe sommige zinnen ook erg lang. Daar zou je kunnen kijken of je daar komma’s of punten tussen kunt plaatsen. Ik kon heel goed het verschil zien tegen een tegenargument en een argument voor de stelling. Het onderscheid tussen inleiding, middenstuk en slot is ook heel duidelijk. Ik vond het over het algemeen een goed betoog, maar misschien kun je op sommige plekjes iets meer proberen te overtuigen van jouw gelijk. Ik kreeg af en toe de indruk dat ik een eigen mening ging ontwikkelen ipv dat ik de jouwe overnam.
SD5: Het betoog
De Wet op de uitgebreide identificatieplicht treedt op 1 januari 2005 inwerking. Vanaf deze datum moet iedereen in Nederland van 14 jaar en ouder een geldig identiteitsbewijs kunnen tonen als politie of andere toezichthouders daar om vragen. In de praktijk betekent dit dat iedereen van 14 jaar en ouder altijd een geldig identiteitsbewijs bij zich moet dragen.
Het verzoek om identificatie door politie of andere toezichthouder moet nodig zijn voor uitvoering van hun taken, bijvoorbeeld het handhaven van de openbare orde. Wanneer iemand geen geldig identiteitsbewijs kan of wil tonen wanneer politie of toezichthouder daar om vragen, wordt hij meegenomen naar het politiebureau. Daar wordt vervolgens onderzoek gedaan naar zijn identiteit. Ook kan hij bestraft worden met een boete van maximaal 2250 euro. Mensen met de Nederlandse nationaliteit kunnen zich identificeren met het paspoort, het rijbewijs en de Nederlandse identiteitskaart. Vreemdelingen kunnen zich identificeren met een vreemdelingendocument.
Het kabinet besloot in 2002 tot de invoering van de uitgebreide identificatieplicht als onderdeel van een breed pakket aan maatregelen om Nederland veiliger te maken en criminaliteit en overlast te verminderen. Het beleid van de regering is neergelegd in het veiligheidsprogramma "Naar een veiliger samenleving". De Eerste Kamer is op 22 juni 2004 akkoord gegaan met wetsvoorstel "Uitgebreide identificatieplicht".Er is overgegaan tot dit wetsvoorstel zonder (zichtbaar) onderzoek. Er is niet bewezen dat de identificatieplicht het doel van criminaliteit bestrijding zal bereiken.
De identificatieplicht voor burgers wordt ingevoerd opdat de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving doeltreffender zullen worden. Er is verder niet of nauwelijks uitgelegd op welke manier of in hoeverre de bestrijding hiervan doeltreffender zullen worden.
In tegenstelling met dit doel staat de nota “Beperkte uitbreiding van identificatieplichten” van het kabinet Kok II van 29 oktober 2001 waarin de uitkomsten van een onderzoek naar de mogelijke invoering van een algemene identificatieplicht zijn vastgelegd, echter aan dat er nauwelijks positieve effecten te verwachten zijn mede omdat juist personen die zich bezighouden met (georganiseerde) criminaliteit zullen beschikken over vervalste documenten of ervoor zorgen dat relevante antecedenten niet tot hen te herleiden zijn. Voorts zullen zij in het kader van de voorbereiding van misdrijven ernaar streven zo min mogelijk aanleiding te geven voor controle. Nu een paar jaar later wordt het wetsvoorstel wel ingevoerd maar is het niet duidelijk op welke grond de regering thans meent dat de wet het gestelde doel zal dienen.
In Nederland hebben we een privacyrecht dit is noodzakelijk in een democratische samenleving Dit recht staat nauw in verband met andere grondrechten zoals het recht op vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst, het recht op vrijheid van meningsuiting en het recht op vrijheid van vreedzame vergadering en op vrijheid van vereniging De identificatieplicht kan een belemmerende werking hebben op het volle genot van die vrijheden.
Bij dreigende wanordelijkheden kan de politie de identiteit van de personen die daarbij aanwezig zijn vaststellen. Ook indien van verdenking van een overtreding geen sprake is, maar dat wel noodzakelijk is in het kader van de handhaving van de openbare orde. Wanneer je dan niet je identiteitsbewijs wil of kan laten zien. ontstaat vervolgens verdenking van een zelfstandig strafbaar feit: namelijk het niet voldoen aan de identificatieplicht. Dit kan dus al gebeuren bij stakingen, demonstraties etc. Door de bevoegdheid om de identiteit van de betrokkenen vast te stellen zonder dat sprake is van een concrete aanleiding, wordt het gevoel van vrijheid om bij dergelijke bijeenkomsten aanwezig te zijn nogal ingeperkt. Er kan dan niet meer anoniem gedemonstreerd worden tegen de overheid. Het vooruitzicht dat gevraagd kan worden naar identiteitspapieren alleen maar om het feit dat je ergens aanwezig bent, kan dan ook een dermate grote beperking zijn dat het burgers ervan weerhoudt van genoemde rechten gebruik te maken.
Het is moeilijk om te bepalen wanneer de politie het recht heeft om gebruik te maken van het nieuwe identificatieplicht. Er is nauwelijks houvast om te toetsen of het vragen om legitimatie in bepaalde omstandigheden rechtmatig is geweest of dat dit willekeurig is gebeurd. Er wordt verondersteld dat het de politie tijd bespaart echter zal het de politie alleen maar meer werk opleveren.
Doordat er geen onderzoek is gedaan naar de doeltreffendheid van de identificatieplicht is er ook niet nagedacht over alternatieve maatregelen of het intensiever benutten van bestaande maatregelen. In de eerder genoemde nota “beperkte uitbreiding identificatieplicht” staat dat de huidige identificatieregelgeving voldoende mogelijkheden biedt bij de opsporing en vervolging van criminaliteit.
Aangezien de uitbreiding van de identificatieplicht vanaf 2005 wordt ingevoerd is het belangrijk dat er wordt geïnnoveerd in de identiekheid van de identiteitsbewijzen. Zodat het vervalsen hiervan moeilijker wordt. Door de invoering van het nieuwe wetsvoorstel zal het belang van een identificatiebewijs toenemen en hierbij ook de vervalsing ervan.
Zoals de inhoud van het wetsvoorstel er nu uit ziet zal het niet doeltreffend zijn. Het zal niet de criminaliteit verminderen, echter kan dit wel vermindert worden door het intensiever benutten van bestaande middelen. Het zal mensen belemmeren gebruik te maken van rechten en vrijheden die in onze samenleving gelden. Het doet inbraak op het privacyrecht. Er zullen problemen ontstaan over de vraag wanneer de politie gebruik mag maken van de identificatieplicht. Daarom zal de uitbereiden identificatieplicht geen extra bijdrage leveren aan de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving.
Stelling:. Uitbereiden identificatieplicht levert geen extra bijdrage aan de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving
Documentatie: zie achter in de bijlage. SD 2: Bouwplan Onderwerp: Identificatieplicht
Stelling: Uitbereiden identificatieplicht levert geen extra bijdrage aan de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving
Doel: Overtuigen van mijn menig
Publiek: Nederlandse beroepsbevolking
Inleiding
Alinea 1 Korte samenvatting over wat de identificatieplicht inhoud. Alinea 2 De politieke situatie in het kort ten aanzien van dit wetvoorstel. Middenstuk
Alinea 3 Eerste argument: Er is geen (zichtbaar) onderzoek naar het doel van dit wetvoorstel. Wel is er een (zichtbaar) onderzoek dat het tegendeel bewijst. Alinea 4 Tweede argument: Het nieuwe wetvoorstel kan mensen ervan weerhouden om gebruik te maken van een aantal grondrechten in Nederland. Alinea 5 Derde argument: Er is geen duidelijke maatstaf wanneer de politie gebruik mag maken van de identificatieplicht. Alinea 6 Vierde argument: Er is niet na gedacht over alternatieve oplossingen. Slot
Alinea 7 Het is belangrijk dat er geïnnoveerd wordt in de identiekheid van identificatiebewijzen. Alinea 8 Conclusie: argumenten op een rijtje SD 3: proefversie betoog Uitbereiden identificatieplicht levert geen extra bijdrage aan de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving. De Wet op de uitgebreide identificatieplicht treedt op 1 januari 2005 inwerking. Vanaf deze datum moet iedereen in Nederland van 14 jaar en ouder een geldig identiteitsbewijs kunnen tonen als politie of andere toezichthouders daar om vragen. In de praktijk betekent dit dat iedereen van 14 jaar en ouder altijd een geldig identiteitsbewijs bij zich moet dragen. Het verzoek om identificatie door politie of andere toezichthouder moet nodig zijn voor uitvoering van hun taken, bijvoorbeeld het handhaven van de openbare orde. Wanneer iemand geen geldig identiteitsbewijs kan of wil tonen wanneer politie of toezichthouder daar om vragen, wordt hij meegenomen naar het politiebureau. Daar wordt vervolgens onderzoek gedaan naar zijn identiteit. Ook kan hij bestraft worden met een boete van maximaal 2250 euro. Mensen met de Nederlandse nationaliteit kunnen zich identificeren met het paspoort, het rijbewijs en de Nederlandse identiteitskaart. Vreemdelingen kunnen zich identificeren met een vreemdelingendocument. Het kabinet besloot in 2002 tot de invoering van de uitgebreide identificatieplicht als onderdeel van een breed pakket aan maatregelen om Nederland veiliger te maken en criminaliteit en overlast te verminderen. Het beleid van de regering is neergelegd in het veiligheidsprogramma "Naar een veiliger samenleving". De Eerste Kamer is op 22 juni 2004 akkoord gegaan met wetsvoorstel "Uitgebreide identificatieplicht".Er is overgegaan tot dit wetsvoorstel zonder (zichtbaar) onderzoek. Er is niet bewezen dat de identificatieplicht het doel van criminaliteit bestrijding zal bereiken. De identificatieplicht voor burgers wordt ingevoerd opdat de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving doeltreffender zullen worden. Er is verder niet of nauwelijks uitgelegd op welke manier of in hoeverre de bestrijding hiervan doeltreffender zullen worden. In tegenstelling met dit doel staat de nota “Beperkte uitbreiding van identificatieplichten” van het kabinet Kok II van 29 oktober 2001 waarin de uitkomsten van een onderzoek naar de mogelijke invoering van een algemene identificatieplicht zijn vastgelegd, echter aan dat er nauwelijks positieve effecten te verwachten zijn mede omdat juist personen die zich bezighouden met (georganiseerde) criminaliteit zullen beschikken over vervalste documenten of ervoor zorgen dat relevante antecedenten niet tot hen te herleiden zijn. Voorts zullen zij in het kader van de voorbereiding van misdrijven ernaar streven zo min mogelijk aanleiding te geven voor controle. Nu een paar jaar later wordt het wetsvoorstel wel ingevoerd maar is het niet duidelijk op welke grond de regering thans meent dat de wet het gestelde doel zal dienen. In Nederland hebben we een privacyrecht dit is noodzakelijk in een democratische samenleving Dit recht staat nauw in verband met andere grondrechten zoals het recht op vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst, het recht op vrijheid van meningsuiting en het recht op vrijheid van vreedzame vergadering en op vrijheid van vereniging De identificatieplicht kan een belemmerende werking hebben op het volle genot van die vrijheden. Bij dreigende wanordelijkheden kan de politie de identiteit van de personen die daarbij aanwezig zijn vaststellen. Ook indien van verdenking van een overtreding geen sprake is, maar dat wel noodzakelijk is in het kader van de handhaving van de openbare orde. Wanneer je dan niet je identiteitsbewijs wil of kan laten zien. ontstaat vervolgens verdenking van een zelfstandig strafbaar feit: namelijk het niet voldoen aan de identificatieplicht. Dit kan dus al gebeuren bij stakingen, demonstraties etc. Door de bevoegdheid om de identiteit van de betrokkenen vast te stellen zonder dat sprake is van een concrete aanleiding, wordt het gevoel van vrijheid om bij dergelijke bijeenkomsten aanwezig te zijn nogal ingeperkt. Er kan dan niet meer anoniem gedemonstreerd worden tegen de overheid. Het vooruitzicht dat gevraagd kan worden naar identiteitspapieren alleen maar om het feit dat je ergens aanwezig bent, kan dan ook een dermate grote beperking zijn dat het burgers ervan weerhoudt van genoemde rechten gebruik te maken. Het is moeilijk om te bepalen wanneer de politie het recht heeft om gebruik te maken van het nieuwe identificatieplicht. Er is nauwelijks houvast om te toetsen of het vragen om legitimatie in bepaalde omstandigheden rechtmatig is geweest of dat dit willekeurig is gebeurd. Er wordt veronderstelt dat het de politie tijd bespaart echter zal het de politie alleen maar meer werk opleveren. Doordat er geen onderzoek is gedaan naar de doeltreffendheid van de identificatieplicht is er ook niet nagedacht over alternatieve maatregelen of het intensiever benutten van bestaande maatregelen. In de eerder genoemde nota “beperkte uitbreiding identificatieplicht” staat dat de huidige identificatieregelgeving voldoende mogelijkheden biedt bij de opsporing en vervolging van criminaliteit. Aangezien de uitbreiding van de identificatieplicht vanaf 2005 wordt ingevoerd is het belangrijk dat er wordt geïnnoveerd in de identiekheid van de identiteitsbewijzen. Zodat het vervalsen hiervan moeilijker wordt. Door de invoering van het nieuwe wetsvoorstel zal het belang van een identificatiebewijs toenemen en hierbij ook de vervalsing ervan. Zoals de inhoud van het wetsvoorstel er nu uit ziet zal het niet doeltreffend zijn. Het zal niet de criminaliteit verminderen, echter kan dit wel vermindert worden door het intensiever benutten van bestaande middelen. Het zal mensen belemmeren gebruik te maken van rechten en vrijheden die in onze samenleving gelden. Het doet inbraak op het privacyrecht. Er zullen problemen ontstaan over de vraag wanneer de politie gebruik mag maken van de identificatieplicht. Daarom zal de uitbereiden identificatieplicht geen extra bijdrage leveren aan de bestrijding van de criminaliteit en de rechtshandhaving. SD4: Commentaar van mijn schrijfmaatje Ik vond het een heel leerzaam betoog, je vertelde in de inleiding dingen die ik nog niet wist. Je argumenten voor je stelling waren heel sterk en die onderbouwde je ook goed met argumenten. Bij de argumenten tegen vond ik dat het iets minder het karakter van een betoog had, maar het is natuurlijk heel moeilijk om argumenten tegen een stelling te geven waar je het mee eens bent. Ik wist niet helemaal aan wat voor soort publiek je schreef. Ik vermoed dat het volwassenen zijn en geen jongeren, want daar vond ik je taalgebruik iets te formeel voor. Je had af en toe wel moeilijk taalgebruik maar het was wel te volgen. Ik zou toch eventjes je betoog nalopen om te kijken of je wat dingetjes kunt verduidelijken. Ik vond af en toe sommige zinnen ook erg lang. Daar zou je kunnen kijken of je daar komma’s of punten tussen kunt plaatsen. Ik kon heel goed het verschil zien tegen een tegenargument en een argument voor de stelling. Het onderscheid tussen inleiding, middenstuk en slot is ook heel duidelijk. Ik vond het over het algemeen een goed betoog, maar misschien kun je op sommige plekjes iets meer proberen te overtuigen van jouw gelijk. Ik kreeg af en toe de indruk dat ik een eigen mening ging ontwikkelen ipv dat ik de jouwe overnam.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
P.
P.
leuk
12 jaar geleden
Antwoorden