De huidige uitvoering van het kinderpardon lost het probleem van gewortelde kinderen niet op

Honderden kinderen en jongeren leven iedere dag in angst dat zij worden opgepakt door soms wel meer dan tien politieagenten, om uitgezet te worden naar een land waar zij zich niet (meer) thuis voelen. De kinderen zijn allemaal langer dan vijf jaar in Nederland, maar zij hebben nog steeds geen verblijfsrecht.

92% van alle definitieve aanvragen voor de kinderpardonregeling zijn afgewezen. Oorzaken hiervan kunnen zijn dat één gezin niet onder het Rijk stond of/en dat er geen asielaanvraag is gedaan, maar een aanvraag voor een andere vergunning. De meeste asielzoekerskinderen wonen hun hele leven al in Nederland. De regeling zou aangepast moeten worden, omdat de meeste asielzoekerskinderen Nederland zien als hun moederland.

Kinderen zonder verblijfsvergunning hebben tevens rechten, zoals in artikel 2 van het VN-kinderrechtenverdrag staat. Helaas is het voor kinderen zonder verblijfsvergunning toch moeilijk om deze rechten te krijgen. Kinderen hebben recht op eten, drinken en onderdak, wat zij dus vaak niet hebben of krijgen.

Marc Dullaert, de kinderombudsman, heeft ook onderzoek gedaan naar het kinderpardon. Hij trok op 26 mei 2016 de conclusie dat 54 dossiers van asielzoekerskinderen onterecht geen verblijfsvergunning hebben verkregen op de wet van het kinderpardon. Dit kwam omdat de kinderen niet stonden ingeschreven bij het Rijk, maar bij de gemeente waar zij verbleven. De kinderombudsman noemt dat "idioot". Als kinderen staan ingeschreven bij een gemeente en niet bij het Rijk, moeten de kinderen ook recht krijgen op het kinderpardon.

Grenzen zijn wel nodig bij het kinderpardon, anders gaan ouders hun kinderen inzetten als instrument. Door het kinderpardon kan een heel gezin in Nederland blijven en tevens een Nederlands paspoort krijgen. Zo raakt Nederland sneller dichtbevolkt en hebben bijvoorbeeld scholen en de arbeidsmarkt minder plekken over voor de mensen die al een Nederlands paspoort hebben.

Maar kinderen die onder de wet van het kinderpardon vallen, leven wel elke dag in stress. Zij moesten hun land verlaten en zijn opgegroeid in Nederland. Vaak spreken de kinderen de Nederlandse taal en gaan ze naar school toe. De kinderen zijn de toekomst, kinderen onder het kinderpardon kunnen een toevoeging zijn aan de arbeidsmarkt. Er zou bijvoorbeeld in de toekomst meer specialisatie per beroep op kunnen treden, omdat er meer mensen op de arbeidsmarkt komen.

Kortom, kinderen die langer dan vijf jaar in Nederland wonen, moeten een Nederlandse verblijfsvergunning krijgen. Zij moeten zonder angst dat zij alsnog het land uit worden gezet, kunnen leven. Of kinderen nu bij het Rijk of bij een gemeente staan ingeschreven, hoeft geen verschil te maken om in aanmerking te komen voor het kinderpardon. Ook moeten de rechten van artikel 2 uit het VN-kinderrechtenverdrag strikter worden nageleefd. Elk kind heeft recht op kleding, eten, drinken en onderdak!