Betoog orgaandonatie: geregistreerde orgaandonoren moeten worden beloond

Beoordeling 7.3
Foto van een scholier
  • Betoog door een scholier
  • wo | 901 woorden
  • 25 maart 2018
  • 19 keer beoordeeld
Cijfer 7.3
19 keer beoordeeld

Geregistreerde orgaandonoren moeten worden beloond

De nieuwe donorwet
Het onderwerp ‘orgaandonatie’ is recent weer veel in het nieuws geweest door de nieuwe donorwet die door D66 werd ingediend om te proberen het aantal orgaandonoren te vergroten en zodoende wachtlijsten te verkorten. Ongeveer een maand geleden (13 februari 2018) werd de wet met een meerderheid van 2 zetels in de Eerste Kamer aangenomen, nadat de wet in 2016 met één stem meer voor dan tegen in de Tweede Kamer werd aangenomen1.

De essentie van deze wet is (in tegenstelling tot de eerdere regeling omtrent orgaandonatie) dat elke persoon die volwassen is en niet duidelijk heeft aangegeven geen donor te willen zijn, automatisch donor is. Dit brengt echter ook een interessante kwestie naar voren: verdient iemand die duidelijk heeft aangegeven wél donor te willen zijn voorrang indien hij/zij zelf een orgaandonatie nodig heeft ten opzichte van iemand die zijn donorkeuze niet heeft geregistreerd? Moeten we dit systeem invoeren in Nederland? Het antwoord is duidelijk: ja.

Vergelijkbaar systeem & financieel voordeel
Een systeem wat hierop lijkt is al geïmplementeerd in Israël. Bij dit systeem krijgen geregistreerde donoren en mensen die toestemming hebben gegeven voor orgaandonatie van een overleden familielid voorrang ten opzichte van niet-geregistreerde personen. Het gevolg: een verkorting van de wachtlijst van 10% en een toename van het aantal orgaandonaties van 46% per miljoen inwoners2. Het is dus bewezen dat het systeem waarbij geregistreerde donoren voorrang krijgen op hen die geen donor zijn werkt: de wachtlijsten worden korter en het aantal orgaandonaties neemt toe. Bovendien heeft zo’n ‘beloningssysteem’ nog vele andere voordelen.

Ten eerste levert dit systeem een financieel voordeel op. Doordat het aantal donororganen toeneemt, kunnen mensen sneller een donororgaan krijgen, waardoor ze sneller in staat zullen zijn weer aan het werk te kunnen gaan en/of weer efficiënter kunnen werken dan vóór de orgaandonatie, wat gunstig is voor de economie. Ook zorgt een stijging van het aantal donororganen voor een afname van de ziektekosten, omdat het ziekbed van de personen die de orgaandonatie nodig hebben korter zal zijn en patiënten minder lang gebruik hoeven te maken van dure medische voorzieningen zoals nierdialyses.

Morele verplichting & free-rider probleem
Verder kan het donor-zijn ook gezien worden als een morele verplichting, die iedereen heeft en niemand (tenzij donorschap voor een individu niet mogelijk is om redenen als ziekte of geloofsovertuiging) kan ontkennen. Het zou immers zeer immoreel zijn om een ander die hulp behoeft niet te helpen door uw organen (na uw dood) ter beschikking te stellen voor hen die een donororgaan nodig hebben, terwijl het u eigenlijk (in ieder geval na uw dood) niks kost. Eigenlijk is het dus uw morele verplichting tegenover uw naasten om uw donorschap te laten registreren: het is de enige moreel juiste handeling. Is het niet terecht om hen die zich aan deze morele plicht houden te belonen ten opzichte van hen die dit niet (duidelijk) hebben geregistreerd? Het antwoord is duidelijk: ja.

Tevens wordt het free-rider probleem binnen het gehele orgaandonatie-systeem opgelost bij invoering van dit beloningssysteem: mensen die zelf geen donor willen zijn, maar wel een donororgaan willen, zullen er bij dit systeem langer op moeten wachten. Aangezien het hele orgaandonatie-systeem draait op de welwillendheid van mensen om donor te worden, is dit geheel terecht: mensen die wel willen profiteren van het systeem maar niet aangeven of zij zelf donor willen zijn, dienen een achterstand te hebben bij het verkrijgen van een donororgaan ten opzichte van hen die het systeem (indien zij zelf geen donorgaan nodig zouden hebben) in stand zouden houden door hun donorschap te laten registreren.

Discriminatie binnen medische wereld: per se verkeerd?
Een tegenargument wat genoemd zou kunnen worden tegen deze stelling is dat hier gediscrimineerd wordt binnen de medische wereld, wat eigenlijk niet toelaatbaar zou zijn, aangezien iedereen gelijk is en dus ook gelijke zorg verdient. Volgens deze redenatie zou een ‘wie het eerst komt, wie het eerst maalt-systeem’ beter zijn. Dit argument is echter zeer zwak: het hele orgaandonatie-systeem draait immers op mensen die vrijwillig hun organen doneren. Zonder deze mensen zou dit systeem helemaal niet bestaan en kon er niemand geholpen worden met donororganen. Verdienen de mensen die duidelijk aangegeven hebben dit systeem in stand te willen houden dan geen voorrang op hen die dit niet hebben gedaan? Het antwoord op deze vraag lijkt mij evident: ja.

Conclusie
Al met al kunnen we dus wel concluderen dat het invoeren van een systeem waarbij geregistreerde donoren voorrang dienen te hebben indien deze persoon zelf een donororgaan nodig heeft ten opzichte van personen die hun donorkeuze niet hebben geregistreerd. Het functioneren van een soortgelijk systeem is al eerder bewezen in Israël en het systeem levert een financieel voordeel op.

Verder houden geregistreerde donoren zich duidelijk aan hun morele verplichting aan hun medemens, terwijl zij die hun donorkeuze niet hebben laten registreren dit niet duidelijk doen. Ook helpt de invoering van dit systeem bij het tegengaan van het free-rider probleem binnen het orgaandonatie-systeem. Laat ons hen die ons orgaandonatie-systeem in stand houden en zich houden aan hun morele verplichting jegens hun medemens belonen!

Bronnen

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.