geluidsgolf = snelle veranderingen van luchtdruk die ontstaan bij geluidsbron en doorgegeven worden door lucht
geluidssnelheid = snelheid waarmee de trillingen worden doorgegeven
geluidssterkte = hard of zacht geluid
toonhoogte = hoge tonen of lage tonen
frequentie = aantal trillingen per seconde in Hz (hertz)
klankkast = versterkt geluid doordat de klankkast en de lucht er in mee gaan treillen
resonantie = de ene stemvork trilt mee met de ander zonder aangeslagen te worden --> alleen bij gelijke frequenties
oscillogram = weergave van geluid als elektrisch signaal in een grafiek
u,t-diagram = diagram van de uitwijking u op elk tijdstip t
evenwichtsstand = positie van benen van stemvork in rust, zonder trilling
periode = bepaalde korte tijd waarin periodieke bewegingen plaatsvinden --> worden elke periode herhaald
harmonische trilling = trilling met 1 frequentie en een sinuslijn als oscillogram
zuivere toon = als de geluidsbron een harmonische trilling uitvoert, noemen we het geluid een zuivere toon
toongenerator = maakt kunstmatige tonen, frequentie van elektrische trillingen en maximale elektrische spanning kun je instellen
trillingstijd (T) = periode van 1 hele trilling in seconden
amplitude (A) = maximale uitwijking van de trilling, bij elektrisch signaal in Volt
samengestelde trilling = groot aantal frequenties door elkaar heen
grondtoon = frequentie van de laagste toon die voorkomt in een samengestelde trilling
eigenfrequentie = frequentie die altijd hetzelfde is bij dezelfde spankracht en lengte
massa-veersysteem = voert harmonische trilling uit, wanneer je de massa opzij trekt en weer loslaat
boventonen = frequenties hoger dan de grondtoon
open buis = een buis die aan beide zijden open is
buik = de plaats waar de amplitude van de trillingen van de lucht maximaal is
knoop = de plaats waar de lucht niet trilt
staande golf = het patroon van de bewegingen van de lucht, de knopen en de buiken beweegt niet
klankkleur = ontstaat doordat er tegelijk grondtoon en boventonen aangeblazen worden
frequentiespectrum = welke boventonen meeklinken en hoe luid
radiogolven = elektromagnetische golven die zich voortplanten met de snelheid van het licht (300.000 km/s)
draaggolven = golf die signalen 'vervoert' via eigen frequentie
moduleren = het omzetten van een analoog signaal naar een digitaal signaal
demoduleren = het omzetten van een digitaal signaal naar een analoog signaal
amplitudemodulatie = draaggolf heeft vaste frequentie maar variërende amplitude
frequentiemodulatie = draaggolf heeft vaste amplitude maar variërende frequentie
bandbreedte = het interval waarbinnen de frequentie kan veranderen
analoog signaal = heeft op elk moment een spanning die elke waarde kan hebben tussen de onder- en bovengrens van de verticale schaal + continu in tijd
digitaal signaal = bestaat uit een reeks opeenvolgende bits + discreet in tijd
bit = binair cijfer
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden