Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Begrippen H4

Beoordeling 7.5
Foto van een scholier
  • Begrippenlijst door een scholier
  • 3e klas havo/vwo | 326 woorden
  • 18 juli 2013
  • 4 keer beoordeeld
Cijfer 7.5
4 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Ak begrippen paragraaf 1 t/m 4 H4

American way of life = de manier van leven van de Amerikanen waarbij ze ervan uit gaan dat het land onbeperkte natuurlijke mogelijkheden heeft

Benedenloop, bovenloop, middenloop = de delen van een rivier in het laagland, het gebergte en daartussen

Debiet = afvoer van een rivier

Delta = riviermonding waarbij de rivier zich steeds vertakt en zand en klei neerlegt

Gebiedsvreemd water = water dat via kanalen op kunstmatige wijze naar een gebied is geleid

Gletsjerrivier = een rivier die zijn water vooral door het afsmelten van gletsjers en sneeuw krijgt

Intertropische convergentie zone(itcz) = het gebied met lagedrukgebieden rond de evenaar waar lucht van het noordelijk en zuidelijk halfrond bij elkaar komt

Koelwater = water dat is gebruikt om machines in een fabriek of centrale te koelen

Komgrond = laaggelegen gebied in het riviergebied dat bestaat uit zware klei die door de rivier is neergelegd

Meander = bocht in rivier

Moesson = wind die een gedeelte van het jaar van zee waait en dan veel neerslag brengt

Noodoverloopgebied = dunbevolkte gebieden langs de grote rivieren, die bij een heel hoge waterstand onder water gezet kunnen worden, om te voorkomen dat dicht bevolkte gebieden overlopen

Oeverwal = het gebied langs een rivier dat bestaat uit zanderig materiaal dat door de rivier is neergelegd

Regenrivier = een rivier die zijn water alleen uit regen krijgt

regiem = de jaarlijkse schommelingen in de afvoer van een rivier

Riviervlakte = het gebied dat zonder dijken regelmatig door de rivier werd overstroomd

Stroomgebied = het gebied waarvan al het water in een hoofdrivier terechtkomt

Tropische stormen = storm die boven een warme zee ontstaat doordat wat damp snel condenseert

Verhang = het hoogteverschil van een rivier per kilometer

Verval = het hoogteverschil van een rivier tussen de bron en de monding

Verzilting = het zouter worden van (grond)water door verdamping van water, waarbij het zout in de bodem achterblijft.

waterbeheer = het regelen van de waterstrand

waterschappen = overheid die zorgt voor het waterbeheer en de waterkwaliteit

waterscheiding = grens van een stroomgebied

 

 

 

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.