Tekst 2, Opdracht 3: a.Ja ik kan begrijpen dat hij dat niet doet. Francesca heeft een gezin; man en kinderen. Hij wil dat allemaal niet van haar afpakken. Ze zegt ook van: ‘Robert I’m not quite finished. If you took me in your arms and carried me to your truck and forced me to go with you, I wouldn’t murmer a complaint. You could do the same thing just by talking to me. But I don’t think you will. You’re too sensitive, too aware of my feelings, for that. And I have feelings of responsibility here.’ b.Een beetje. Zoiets zou niet zo snel in het dagelijkse leven gebeuren denk ik. Toeval(of het lot?) dat ze elkaar ontmoeten en dat het ook nog is liefde op het eerste gezicht is. Het is ook nog is onmogelijke liefde. c.Lieve Francesca, Ik begrijp je gevoelens voor Robert. Hij is een heel ander persoon dan Richard. Hij weet precies hoe hij een vrouw lief moet hebben en uit zijn liefde en gevoelens ook beter dan Richard. Bij Richard gaat dit allemaal niet zo makkelijk en dat ligt niet aan jou. Zo is hij gewoon. Maar dit maakt hem niet een slechter persoon, hij heeft genoeg mooie kanten. Maar als jij dit gevoel echt mist, en je gelukkige voelt bij Robert, dan vind ik dat je nog is heel goed over je keuze na moet denken. Als je echt denkt dat je gelukkig zult worden met Robert, kies dan voor hem. Ik weet dat dit allemaal niet makkelijk voor je is. Veel sterkte de komende tijd met je keuze. Liefs, Dilek.
Tekst 3, Opdracht 4: a.Als ze bij het huis is, komt mr. Rochester naar buiten. Omdat hij blind is ziet hij haar niet. Ze houdt zich stil en gaat hem bekijken. Wel raar dat ze niks zegt en hem alleen observeert. b.Ik denk dat dat zo is gebeurd om zo te laten zien dat Jane echt van hem houdt. In wat voor staat hij ook verkeert. Ik vind het wel leuk dat het zo is gegaan, want je merkt dat dit echte liefde is en je leeft helemaal mee. c.De ruimte zou ik zo houden. Ze wonen afgelegen in een oud huis. De kamer van mr. Rochester zou ik er romantisch uit laten zien. Vrij donker, met hier en daar een kaars. En wat betreft het weer: slecht weer. Mistig en koud. Dit maakt het allemaal een stuk romantischer.
Tekst 5, Opdracht 6: a.In werkelijkheid is er maar een, maar eigenlijk zijn er twee Walter Mitty’s. De tweede is de Walter Mitty in zijn fantasiën. De Walter Mitty in zijn fantasiën is heel anders dan de echte Walter Mitty. Dat is echt een held en krijgt alles voor elkaar, terwijl bij de echte zijn vrouw de baas over hem is. b.Ik vind hem fantasierijk en ook een beetje dom. Hij fantaseert de hele dag door. Wat ik dom vind is dat hij alles doet wat zijn vrouw zegt. Hij durft niet voor zichzelf op te komen. c.Af en toe fantaseren is wel leuk, maar als je leven echt zo saai is dat je altijd maar aan het fantaseren bent, vind ik dat er iets moet veranderen in je leven. Hij moet zijn leven wat spannender maken.
Tekst 6, Opdracht 7: a.Ik vind het heel erg onrealistisch. Het lijkt me echt raar als iemand van de kaart zou raken van het gevoel van zijden kousen. Ik denk ook niet dat dat in werkelijkheid zou gebeuren of je moet niet helemaal 100% zijn. Dat zij zich zo voelt door zijden kousen betekent dat zij een heel saai leven heeft, anders zou ze dit niet als een hele happening zien. b.Hij ziet niks, maar als hij slim genoeg is ontdekt hij haar diepe verlangen. d.Mrs. Sommers, omdat ik het gewoon heel raar vind dat zij helemaal van de kaart raakt door zijden kousen. Dat kan ik me niet voorstellen.
Tekst 8, Opdracht 9: a.Oneindigheid, vrolijkheid, opgewektheid, schoonheid. Als hij weer thuis is, voelt hij zich droevig, maar als hij dan terugdenkt aan de narcissen voelt hij zich gelukkig. b.Het innerlijke oog daar bedoelt hij zijn gedachten, ziel mee. Wat hij voor zich ziet. Dat is belangrijk voor een dichter, omdat een dichter zijn gedachten en dromen op papier zet. Hij zet zijn ziel op papier en beschrijft wat hij voor zich ziet. c.Nee ik vind van niet. Hij gebruikt af en toe moeilijke woorden, combinaties en de zinsopbouw is ook soms best raar. Bijv. ‘A poet could not but be gay.’ d.Ik vind het wel een leuk onderwerp. Hoe hij bepaalde gevoelens met een narcis beschrijft, is leuk gedaan. Dit past goed in zijn gedachten over natuur, want hij vindt niets zuiverder en mooier dan de natuur.
Tekst 10, Opdracht 11: a.Alles dat we zien of lijken, is maar een droom in een droom. Wat je ziet is niet de werkelijkheid, het is maar een droom. b.Hij zou het hiermee oneens zijn, want hij is voor het niet rationele. Dat je je verstand dus niet gebruikt. Maar in dit gedicht gebruikt de ik-persoon wel zijn verstand en komt erachter dat het maar een droom is.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden