Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Hoofdstuk 4

Beoordeling 9.2
Foto van een scholier
  • Aantekening door een scholier
  • 1e klas havo/vwo | 806 woorden
  • 7 april 2020
  • 10 keer beoordeeld
Cijfer 9.2
10 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

par 4.1

  • Rome was eerst een koninkrijk en vanaf 509 v.C. een republiek waarin de senaat de meeste macht had.
  • Rome kreeg een steeds groter leger. Hiermee veroverde Rome vanaf 350 v.C. stap voor stap bijna heel Italië.
  • Daarna onderwierp Rome gebieden rond de Middellandse Zee en in West-Europa. Gouverneurs bestuurden de provincies.
  • Door de veroveringen ontstonden burgeroorlogen tussen machtige legeraanvoerders zoals Julius Caesar. In 27 v.C. kreeg Octavianus alle politieke macht in handen en werd Rome een keizerrijk.
  • Keizer Augustus en zijn opvolgers zorgden met hun legers voor twee eeuwen van vrede in het rijk.

 

Par 4.2

  • In de Romeinse landbouwstedelijke samenleving was veel productie in de landbouw en de nijverheid. Door de pax Romana, de goede wegen en het Romeinse geld was er veel handel tussen de delen van het rijk onderling en met gebieden daarbuiten.
  • In het rijk waren grote sociale verschillen. Veel verarmde boeren trokken naar de steden. Bezitters van landbouwbedrijven en handelaren vormden een kleine rijke bovenlaag in de samenleving. In de steden was een grote groep armen.
  • Machthebbers in Rome hielden het volk rustig met voedsel en gratis vermaak.
  • Er waren veel slaven in het rijk. Ze hadden geen rechten en werden vaak slecht behandeld.

Par 4.3

  • In de romeinse multiculturele samenleving kwamen veel culturen in contact met elkaar
  • De romeinen hadden een polytheïstische godsdienst met staatsgoden. In het rijk was godsdienstige verdraagzaamheid, maar alle inwoners van het rijk moesten wel de staatsgoden vereren.
  • De romeinen stelden zich open voor andere culturen. Ze namen veel over van de Grieken waardoor de Grieks-romeinse cultuur ontstond.
  • In het hele rijk gold het romeinse rechtssysteem met geschreven wetten. Een deel van de mannen in het rijk bezat het romeinse burgerrecht.

Par 4.4

  • In Judea hadden joden een monotheïstische godsdienst , het jodendom. Door oorlogen en opstanden tegen romeinen raakten veel joden verspreid over het romeinse rijk.
  • Na de kruisiging van jezus christus in Jeruzalem omstreeks 30 n.C. stichtten zijn volgelingen een nieuwe monotheïstische godsdienst , het christendom.
  • Predikers verspreidden het christendom in het rijk. Omdat christenen weigerden de romeinse staatsgoden te vereren, verboden keizers van de 3e eeuw het christendom.
  • Keizer Constantijn gaf de christenen in 313 n.C. godsdienstvrijheid. In 380 n.C. werd het christendom de romeinse staatsgodsdienst. Later werden andere godsdiensten verboden.

Par 4.5

  • Tijdens de Romeinse verovering van Zuid- Nederland (tussen 58 en 50 v.C.) kwamen Keltische bewoners in opstand. Ze werden door Romeinen vermoord, verdreven en weggevoerd.
  • Ten noorden van de Rijn hielden Germanen de Romeinen tegen. De Rijn werd daarom de grens van het rijk. Germaanse Bataven hielpen de grens te verdedigen.
  • Door de Romeinse overheersing ontstond in Zuid- Nederland een landbouwstedelijke samenleving met steden, landbouwbedrijven en handel. Bewoners van Zuid-Nederland namen Romeinse gebruiken over.
  • Germaanse volken drongen vanaf de 3e eeuw n.C. het rijk binnen en stichtten er eigen koninkrijken. Door epidemieën en volksverhuizingen eindigde het West-Romeinse rijk (476 n.C.).

4.1 gouverneur bestuurder

  • imperialisme als een staat zijn macht uitbreidt over een groot gebied
  • keizer vorst van een groot rijk
  • overheid regering, bestuur
  • republiek staat zonder vorst
  • senaat vergadering met mannen uit aanzienlijke Romeinse families
  • wereldrijk groot rijk in meerdere werelddelen

 

4.2 De Romeinse samenleving

  • autoriteiten personen met macht
  • brood en spelen gratis graan en vermaak voor bevolking in Rome
  • gladiator zwaardvechter voor volksvermaak
  • proletariaat bevolkingsgroep van bezitloze armen

4.3 De cultuur van het rijk

  • antieke cultuur Grieks-Romeinse cultuur
  • elite kleine groep van aanzienlijke mensen
  • Grieks-Romeinse cultuur gemengde cultuur van Grieken en Romeinen in het Romeinse rijk
  • klassieke cultuur Grieks-Romeinse cultuur
  • multiculturele samenleving samenleving met meer culturen
  • romanisering verspreiding van de Grieks-Romeinse cultuur
  • staatsgodsdienst geloof waarvan bestuurders en ambtenaren aanhanger moeten zijn
  • verdraagzaamheid (tolerantie) toestaan van andere culturen en meningen

4.4 De opkomst van het christendom

  • bekeren iemand een andere godsdienst aan laten nemen (zich bekeren: een andere godsdienst aannemen)
  • bisschop godsdienstig leider van een kerkprovincie
  • godsdienstvrijheid recht om openlijk met een godsdienst bezig te zijn
  • heilige persoon die vereerd wordt om zijn goede daden
  • kerk 1 christelijk gebedshuis, 2 organisatie van christenen
  • paus bisschop van Rome en leider van de roomskatholieke kerk
  • prediker persoon die een geloof bekendmaakt
  • rooms-katholiek wat hoort bij de kerk onder leiding van de paus
  • synagoge joods gebedshuis
  • zonden slechte dingen die mensen doen

4.5 Romeinen en Germanen

  • bondgenootschap samenwerking
  • expansie uitbreiding
  • limes grens van het Romeinse rijk
  • verdrag afspraak, overeenkomst
  • volksverhuizing verplaatsing van een volk

TIJDLIJN:

  • Begin van de romeinse veroveringen- 350 v.C.
  • Rome verovert Griekenland – 146 v.C.
  • Augustus sticht het keizerrijk-27 v.C.
  • Julius Caesar verovert Gallië -58-50 v.C.
  • Kruisiging van Jezus christus-30 n.C.
  • Verwoesting van Pompeï -79 n.C.
  • Het christendom wordt het romeinse staatsgodsdienst.-380 n.C.
  • Einde van het West-Romeinse rijk-476 n.C.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.