Hoofdstuk 3 Indexcijfers

Beoordeling 8
Foto van Sara
  • Aantekening door Sara
  • 4e klas vwo | 147 woorden
  • 5 november 2016
  • 2 keer beoordeeld
Cijfer 8
2 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Twijfel je nog over jouw studiekeuze?

Of heb je hulp nodig bij het inschrijven? Bezoek dan onze Extra Open Avond op 7 juni. Kom een kijkje nemen en voel hoe het is om te studeren bij Hogeschool Inholland. Wij staan voor je klaar! 

Meld je aan!

Economie Hoofdstuk 3 Indexcijfers
Nominaal: Absolute bedragen.
Reëel: Geeft een verhoudingsgetal aan, we gaan het nominale getal vergelijken met iets anders.
Indexcijfer is een verhoudingsgetal.
Reëel inkomen     Koopkracht
      
    
     Inkomen: Door prijzen, altijd de indexcijfers.
Inkomen  Nominaal loon  Bruto jaarinkomen.
Prijs   Prijspeil   Consumentenprijs(indexcijfers) .


       CPI


       Altijd in percentages.
Koopkracht is altijd in percentages.

Voorbeeld:
Het loon stijgt met 5% en de prijs stijgt met 10%. Bereken de koopkracht.
Stap 1: Maak van 5% een indexcijfer    105.
Stap 2: Maak van 10% een indexcijfer   110.
Stap 3: Dus 105:110=95.5 Er is sprake van een daling van 4.5%.
Beredenering: De prijzen zijn harder gestegen dan het loon.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Ook geschreven door Sara