Twee koffers vol door Carl Friedman

Beoordeling 4.9
Foto van een scholier
Boekcover Twee koffers vol
Shadow
  • Verslag door een scholier
  • 5e klas havo/vwo | 2527 woorden
  • 11 januari 2013
  • 5 keer beoordeeld
Cijfer 4.9
5 keer beoordeeld

Boekcover Twee koffers vol
Shadow

In twee koffers vol is het decor joods Antwerpen. Chaja, die filosofie studeert, is op zoek naar meer houvast dan de boeken haar kunnen bieden. Dagelijks wandelt ze met de kleuter Simcha Kalman, een ontroerend buitenbeentje in een orthodox joods gezin, naar de vijver in het stadspark om zijn geliefde eendjes te bezoeken. Met een oude vriend van haar vader, meneer Apfe…

In twee koffers vol is het decor joods Antwerpen. Chaja, die filosofie studeert, is op zoek naar meer houvast dan de boeken haar kunnen bieden. Dagelijks wandelt ze met de kleuter …

In twee koffers vol is het decor joods Antwerpen. Chaja, die filosofie studeert, is op zoek naar meer houvast dan de boeken haar kunnen bieden. Dagelijks wandelt ze met de kleuter Simcha Kalman, een ontroerend buitenbeentje in een orthodox joods gezin, naar de vijver in het stadspark om zijn geliefde eendjes te bezoeken. Met een oude vriend van haar vader, meneer Apfelschnitt, voert zij geestige gesprekken over de komst van de Messias, terwijl haar vader zelf op zoek is naar koffers die hij lang geleden heeft begraven.

Het boek werd in 1998 verfilmd door Jeroen Krabbé onder de titel left luggage. 

Carl Friedman debuteerde in 1991 met de novelle tralievader, waarin beschreven wordt hoe een kind tevergeefs probeert door te dringen in het kampverleden van haar vader. In 1996 verscheen de verhalenbundel de grauwe minnaar. 

Twee koffers vol door Carl Friedman
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Titelbeschrijving

Carl Friedman, Twee koffers vol, Amsterdam : Van Oorschot, zestiende druk 2001, eerste druk 1993.

Titelverklaring

In dit boek wordt er geschreven over twee koffers die de vader van de hoofdpersoon, Chaja, is kwijtgeraakt tijdens de Duitse bezetting in de 2e wereldoorlog. De enige informatie dat gegeven wordt is dat hij daar opzoek naar is, en de reden hiervan. Verder wordt er hier niet uitgebreid over gesproken.

Waar het waarschijnlijk op reflecteert  zijn de twee verschillende “werelden”waarin de hoofdpersoon en het bijzondere kindje, Simcha, waar zij veel oog voor heeft, in leven. Koffers duiden een langere bezoek aan iemand aan, je blijft op een plek voor een langere tijd en je neemt wat bagage van je mee om het verblijf te kunnen realiseren. Chaja nam in die zin een deel van haar “gedachtewereld” mee naar het gezin. Zij was zeer open en nam een rol van een moeder over. Zij verschilde van de Joodse mensen en had haar eigen gewoonten en gebruiken. Door een lange tijd bij de Familie Kalman op te passen kon zij meer in de wereld van Simcha verdiepen. Al met al, het zijn een soort van twee koffers met verschillende inhouden.

Motto

Er is geen motto geschreven.

Korte samenvatting

Chaja was twintig en studeerde filosofie in Antwerpen. Toen ze zich inschreef voor de universiteit overtrof de wil om uit huis te gaan de gezamenlijke sfeer van huis. Zij moest hierdoor gedwongen werken, om aan haar financiën te voldoen. ‘s Ochtends werkte ze in een bloemisterij die bekend was om haar grafkransen. Daarna van ’s middags tot halverwege de avond spoelde ze in een groot restaurant de vaat. De spoelkeuken was klein en het wemelde er van de kakkerlakken. Dit gebeurde iedere dag. Ze had hier genoeg van en nam ontslag. Na 2 maanden was het geld op de bank op. Ze moest opnieuw werk gaan zoeken en keek in de krant. Daar zag ze een advertentie van de familie Kalman. Ze zochten een promeneuse.

Onderweg naar de familie Kalman zag ze dhr Apfelschnitt. Hij maakte zich zorgen om haar vader. Hij schaakte niet meer met hem. Zij kwam ook niet meer zo vaak bij haar ouders, terwijl ze maar een halfuurtje vandaan woonde. De familie Kalman woonde in een buurt vol Joden. Ze hadden hun eigen gebruiken en gewoontes. Het gezin bestond uit vijf kinderen. De oudste 2 gingen gewoon naar school. Ze moest voor de tweeling zorgen en voor Simcha, het middelste kind. Hij viel bij haar gelijk op. Hij was niet zindelijk genoeg voor zijn leeftijd. Hij beheerste alleen de taal Jiddisch, had rood haar terwijl zijn oudere broers zwart haar hadden en was een zeer stil kindje. Voor haar was hij de liefste en de mooiste. Het duurde lang voordat zij zijn vertrouwen van hem won. Hij stelde filosofische vragen en leek hierdoor te verschillen van de meeste kinderen.

Zij ging langs bij haar ouders en praatte met haar moeder. Zij vertelde haar dat hij zijn tijd vaak bestad aan een landkaart die hij van de gemeente had ontvangen. Hij zocht naar zijn verloren koffers. Hij had die koffers meegenomen naar zijn onderduikadres in de 2e wereldoorlog. Het was in een doorgangshuis, waar hij één nacht kon blijven waarna hij te horen kreeg dat hij de volgende ochtend naar een veiliger onderkomen gebracht werd. Hij wilde de koffers meenemen, maar ze waren te zwaar en het zou teveel opzien baren. Daarom wilde hij ze in het huis in kwestie achterlaten. Maar zijn gastheer wilde niet verantwoordelijk gesteld worden als bewaarder van de bezittingen van haar vader. Samen met zijn vader heeft hij in de nacht de koffers begraven in de achtertuin. In de koffers zaten foto’s, albums en overwegend veel boeken.

Haar contact met haar medestudenten beperkte zich tot het bezoeken van de colleges.

Hoe meer ze op de kinderen moest passen hoe meer ze aan Simcha dacht. Hij had een voorliefde voor eendjes, die steeds meer groeide als Chaja hem en zijn tweelingzusjes Tzivja en Esja naar het meer in het park gingen. Omdat zij meer wilde weten over de wereld waarin hij leefde waarvan zij nadrukkelijk buitengesloten was, bestudeerde ze ’s avonds de Mozaïsche wet. Ze ging naar Temse en ging theologisch te werk.

Aan de universiteit werden werkgroepen opgericht die zich in een bepaalde opdracht moesten verdiepen. Hier bespraken zij onderwerpen als onderdrukking. Chaja bestudeerde bronnen waaruit de Joodse onderdrukking werd geschreven.

Zij las als een bezetene, at weinig en vergde het uiterste van haarzelf. Zwetend ontwaakte ze uit haar nachtmerries. Ze kwam pas tot rust als zij de zolderdeur achter zich dicht deed. Wekenlang werd zij gekweld door angstdromen . Haar zwakke plek was gemakkelijk te vinden. Simcha begon te verschijnen in een droom die iedere nacht terugkeerde.

Zij deelde dit verhaal met dhr. Apfelschnitt. Hij zei dat dromen een samenraapsel zijn van indrukken en herinneringen. Wie wegliep voor het vuur, viel in het water. Een spreekwoord met een betekenis. De dromen zeiden meer dan dat zij dacht. Hij betrok het geloof bij, en zei dat een van Gods uitverkorene ook droomde, maar zijn droom was een visioen.

Zij ging weer eens oppassen. Tijdens haar bezoek bij de familie Kalman ontstond een akkefietje tussen haar en de conciërge waardoor zij zijn jas heeft gescheurd. Chaja creëerde een haat voor hem en probeerde zich te beschermen om hem te ontwijken. Mevrouw Kalman voelde de onprettige sfeer aan en vertelde haar dat het beter was om een tijdje maar niet te komen.

Chaja luchtte haar hart op bij dhr. Apfelschnitt. Zij vertelde hem wat mevrouw Kalman tegen haar zei. Na haar bezoek ging ze langs bij haar ouders. Haar moeder was zeer emotioneel, haar man gaf haar geen aandacht en haar dochter ging niet meer bij haar langs, ook nodgide Chaja haar ouders ook niet om bij haar langs te komen. Haar vader was aan het graven voor zijn koffers, maar werd door twee agenten aangehouden. Hij mocht niet zonder vergunning zomaar ergens gaan graven. Hierdoor werd de hoop op het vinden van zijn koffers zeer klein. Hij stopte hierdoor naar het zoeken van zijn koffers.

Een paar dagen later kwam Chaja weer langs bij dhr. Apfelschnitt. Hij deelde het trieste nieuws dat Simcha verdronken was. Chaja ging langs de familie Kalman om hen te condoleren. Maar dat viel verkeerd; dhr. Kalman gaf Chaja de schuld van het overlijden van zijn zoontje. Zij werd gevraagd om uit het huis te gaan, maar mevrouw Kalman liep naar haar toe en zegende haar. Chaja deed de deur achter zich dicht en zag de congiërge. Zij wilde hem zijn geld voor zijn gescheurde jas geven. Hij weigert eerst, maar neemt het later toch aan.

Zij was geslaagd voor haar tentamens en werd toegelaten tot het tweede cursusjaar, zij verkocht haar filosofieboeken en liet zich inschrijven voor de studie natuurkunde.

Bespreking van de tijd en ruimte (setting )

Waar de hoofdpersoon zich vaak bevond is in het huis van de familie Kalman, het park, bij haar ouders, de bloemisterij en bij dhr. Apfelschnitt.

De tijd waarin het verhaal speelt zal rond 1970 zijn. Waarom ik dit denk is omdat aan het eind van dit boek geeft de schrijver een precieze jaartal aan waarin de koffers zijn begraven. De moeder van Chaja geeft dan aan dat er in zevenentwintig jaar veel veranderd is. Dus moet het zevenentwintig jaar later zijn, want dan zoekt de vader van Chaja zijn koffers.

Bespreking van de vertelsituatie

Je leest het boek in principe door de ogen van Chaja. Zij deelt haar ervaringen met de lezer en spreekt ook over de interactie met de deelpersonen.

Er is geen sprake van een onbetrouwbare hoofdpersoon. Chaja is bewust, en vertelt in een directe manier haar beleving in een bepaalde situatie. Hieruit kan ik volgen dat zij niet verward is. Ik neem ter verduidelijking een passage uit de tekst. Hier gaat het over haar droom en hoe zij het ervaart. Hoe zij er mee omgaat is hier van belang, “Wekenlang werd ik gekweld door angstdromen … Het was alsof mijn onderbewuste bleef zoeken naar een doeltreffend middel om me de stuipen op het slapende lijf te jagen”

“In de bloemisterij gleden de anjers me uit de vingers … Maar meestal wist ik wakker te blijven door uit alle macht te denken aan mijn moeder en de kar die ze door Auschwitz had getrokken.”

Bespreking van de thematiek en de motieven

De schrijver uit dit boek heeft het niet moeilijk gemaakt. Alleen de boodschap van dit verhaal moet je goed kunnen analyseren door de verstandshouding van de hoofdpersoon en de gebeurtenissen om haar heen. Wat centraal staat is het geloof, de theologie wordt in dit boek veel gebruikt. Ook de naoorlogse verwerking van Chaja’s ouders en dhr. Apfelschnitt is iets dat ook zeer belangrijk is.

  1. Chaja kwam bij de familie Kalman. Zij waren orthodoxe joden en zochten een promeneuse om voor hun drie jongste kinderen te zorgen. Van de drie sprong Simcha uit doordat hij verschilde van zijn broertjes en zusjes. Op een of ander manier voelde Chaja iets voor Simcha en wilde zijn leefwereld begrijpen, want zij was daarin totaal buitengesloten. Doordat zij in zijn leefwereld ging verdiepen kreeg het geloof een prioriteit in haar leven.
  2. De vader van Chaja wilde zijn koffers meenemen, maar ze waren te zwaar en het zou teveel opzien baren. Daarom wilde hij ze in het huis in kwestie achterlaten. Maar zijn gastheer wilde niet verantwoordelijk gesteld worden als bewaarder van de bezittingen van haar vader. Samen met zijn vader heeft hij in de nacht de koffers begraven in de achtertuin. Door de oorlog is hij de koffers verloren. Om erover te praten met haar dochter deelt hij een stukje van zijn leed. Dhr. Apfelschnitt is zijn vrouw verloren in de oorlog, hoe hij daarmee omging vertelde hij aan Chaja.

 

Eindoordeel

Dit boek vond ik interessant. De reden hiervoor is omdat ik bij de titel een ander verhaal voorstelde. Vooral toen ik de eerste bladzijde las en de hoofdpersoon sprak over foto’s die bepaalde gedachtes maar geen herinneringen opbrachten. Maar het ging om de verhouding tussen de hoofdpersoon en het kindje Simcha. De schrijver speelde hierdoor met mijn verwachtingen. Dat heb ik wel eens eerder gehad bij bepaalde boeken. Maar dit boek was tegelijkertijd makkelijk te begrijpen maar soms ook moeilijk omdat je verder moest nadenken over de boodschap die de schrijver wilde geven.  

Ook was de band tussen Simcha en Chaja opvallend. Waarom hij? Er is geen duidelijke aanwijzing hieraan gegeven. Het enige wat ik weet is dat hij verschilde van zijn broertjes en zusjes, hij moeilijk mensen kon vertrouwen en eendjes helemaal geweldig vond, maar dat is toch niet raar? Toen hij overleed raakte het mij wel, maar dat er iets met het kindje zou gebeuren was niet ondenkbaar. Dit boek verraadt bepaalde dingen, maar laat ook veel achterwegen. Toen Chaja naar haar ouders ging, praatte zij samen met haar moeder over de verloren koffers van haar vader waarnaar hij aan het zoeken was. Later in het boek stopt hij met zoeken omdat hij door agenten duidelijk werd gemaakt dat hij niet meer zomaar mocht graven. De hoop op het vinden van de koffers werd toen minimaal. Ik dacht eerst iets hieruit te kunnen halen, maar veel dan dit is er niet meer van geworden.

Kortom, interessant maar verraderlijk.

Secundaire literatuur

  1. Mirjam van Hengel, Kraakvers en ondoorgrondelijk, in; Het Financieele Dagblad, 21-03-1998
  2. Carel Peeters, Eendjes kunnen plassen wat ze willen, in; Vrij Nederland, 24-04-1993

 

Samenvatting van de twee geraadpleegde recensies

1. Het begin van dit boek wordt besproken. Ook de inhoud wordt zorgvuldig verklaard. Er wordt vaker geschreven dat Friedman achteloos met het onderwerp van dit boek omgaat. Dit tot tegenstelling van deze schrijver. Volgens v. Hengel staat alles op z’n plaats. Om deze argument te onderbouwen citeert zij een stukje uit het boek en vergelijkt zij een eerdere debuut van Friedman met “Twee koffers vol”.

Wat taal  en verhaal betreft lopen de niveaus voortdurend door elkaar, wat de recensent hiermee bedoelt wordt niet geschreven. Door de gesprekken die de hoofdpersoon voert met dhr. Apfelschnitt wordt zij steeds geconfronteerd met de vroegere Jodenhaat dat leidde tot een oorlog. Door de band die zij opbouwt met het kindje Simcha, wordt zij steeds meer in de wereld van de Joden getrokken. Haar behoefte om uit te zoeken hoe dingen in elkaar zitten komt voort uit een soort van opstandig optimisme, ook al ziet ze hoe de geschiedenis zich herhaalt. Ze probeert voor alles zelfstandig na te denken, ondanks het feit dat generaties religieuze denkers, filosofen en wetenschappers zich al hebben gebogen over dat waar zij zich over buigt. Ze begrijpt niet waarom er zoveel bewondering bestaat voor iemand die iets zo belangrijk vergeten heeft in zijn schepping: de mensen medelijden te geven. Dat waar Chaja van onder de indruk is, heeft nooit met zekerheden te maken maar altijd met kwetsbaarheid. Wat dit boek  bijzonder maakt, is dat niet alleen de verklaringen voor het grote en abstracte afwezig zijn maar ook die voor de dichtbije, menselijke dingen. Het enige inzicht dat Chaja aan het eind heeft, is dat de natuur de dingen onvermijdelijk is en dat alles naar zijn eigen aard gemaakt is.

  1. De argeloze manier waarop het verhaal begint, voert je vanzelf mee. Dit boek geeft geen ruimte voor detaills of zijsprongen, schijft de recensent. Deze argument is hieruit verder verwerkt; echter is er een aangename combinatie van relaas en gedetailleerdheid, waardoor het verhaal zich voortspoedt én tot rust komt in terugblikken, gesprekken (over atheïsme en jodendom), gepieker en gedachten over Einstein, natuurkunde en de sterrenhemel, verstilde taferelen in een park of aan de waterkant. De rust in het verhaal hoort bij de terugblik, de onrust bij de leeftijd en het karakter van Chaja, de vertellende hoofdpersoon. In de toon van de terugblik komen we te weten hoe ze met haar joodse ouders in Antwerpen woonde, en filosofie studeerde. Ook het verspringen van scènes is typerend voor Twee koffers vol en zorgt ervoor dat geleidelijk een patroon geweven wordt waarin al het vertelde in een bepaalde verhouding tot elkaar staat; het is ook een even intuïtieve als uitgekiende techniek om de lezer benieuwd te houden. Twee koffers vol is geen omvangrijk boek, maar staat vol saillante taferelen, gesprekken en gedachten. Hiervoor wordt een voorbeeld gegeven zoals de beschrijving van de Antwerpse jodenhoek waar haar ouders wonen, ook al doen ze niets meer aan het jodendom. En de gesprekken die Chaja als `verlichte geest' voert met de vrome bovenbuurman Apfelschnitt. Hij beschrijft kleinigheden zoals de liefde die Simcha voelt voor eenden, dat maakt dit boek zo schitterend, vindt dhr. Peters. Het drama dat zich aan het einde nog voordoet wordt door Friedman met grote zelfbeheersing aangepakt, waardoor het des te harder aankomt, hiervoor geeft de recensent een vergelijking; Net als Tralievader is Twee koffers vol met argeloze trefzekerheid geschreven, met een feilloze intuïtie voor de verhouding tussen het kleine en het grote

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Twee koffers vol door Carl Friedman"