Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Het denken van Karl Marx

Beoordeling 5.3
Foto van een scholier
  • Verslag door een scholier
  • 4e klas vwo | 663 woorden
  • 23 augustus 2010
  • 25 keer beoordeeld
Cijfer 5.3
25 keer beoordeeld

Het denken van Karl Marx
Marx heeft veel nagedacht over hoe het kapitalisme in elkaar zit. In zijn theorie speelt uitbuiting een belangrijke rol. Uitbuiting betekent het houden van de winst door de kapitaalbezitters. Hij denkt dat het kapitalisme uiteindelijk in elkaar zou storten. Een groot doel van hem is: de bevrijding van de onderdrukte klassen in het kapitalisme, en daarmee de opheffing van de vervreemding die dit systeem in stand houdt. Volgens Marx is het communisme (een stelsel van gemeenschappelijk bezit van productie- en consumptiemiddelen) een oplossing. Pas als dat er is komt er een eind aan de strijd van de mens met de mens en van de mens met de natuur. Tot die tijd is de mens vervreemd van zijn eigen wezen.
De vervreemding is een proces waarbij de mensen zich niet meer eigen voelen met de maatschappij. Volgens Karl Marx is de vervreemding een belangrijk deel van het kapitalisme. Marx vindt dat de vervreemding met de arbeidskrachten te maken heeft, omdat de arbeiders hun krachten verlenen aan iemand, maar er zelf niks aan verdienen. Zo ontstaat er een groot verschil tussen de arbeiders en de kapitaalhouders. Vervreemding gebeurt op verschillende manieren:
•    De arbeider heeft geen controle over het productieproces, maar wordt gecontroleerd door de kapitalist. De arbeider kan alleen maar zijn arbeid aanbieden op de markt.
•    Doordat de arbeider slechts een middel is, en geen controle heeft over het arbeidersproces, gaat een groot deel van de winst naar de kapitalist en heeft de arbeider geen inspraak in de productie. Hierdoor is het arbeidsproces een gewoonte geworden, zonder vreugde.
•    Ook is hij vervreemd van de maatschappij in het geheel. Vroeger draaide alles meer om sociale relaties, maar nu is alleen het financiële aspect belangrijk.
•    De creatieve bezigheid in het werken gaat ook verloren, want de arbeider moet precies doen wat de kapitalist zegt.
Karl Marx zegt dat arbeid heel belangrijk is, want arbeid is volgens hem een maatschappelijke activiteit. Als je naar de geschiedenis kijkt zie je volgens hem dat de arbeid zich ontwikkelt. Je hebt arbeidsmiddelen: werktuigen, instrumenten en machines. Die worden steeds beter gemaakt en daardoor worden de productiekrachten (datgene waarmee iets geproduceerd wordt) steeds groter. Het geheel van de productieverhoudingen noemt hij de economische basis van de maatschappij, onderbouw. De onderbouw bepaalt de bovenbouw weer en dat is het maatschappelijk menselijke bewustzijn.
Er zijn uiteindelijk twee klassen: de bourgeoisie en de klasse van het proletariaat.
Het proletariaat zijn de mensen die alleen hun arbeidskracht bezitten en die moeten verkopen, dus de arbeid van de mens is zijn arbeidskracht en er is bijna geen mogelijkheid meer voor ontwikkeling.
De bourgeoisie zijn de burgers en degene die de arbeidskrachten inhuren.
Pas als de strijd tussen de bourgeoisie en het proletariaat is gestreden, dan wordt de mens zichzelf (wat hij in werkelijkheid is).

Karl Marx vindt dat de arbeidersklasse ‘proletariërs’ een socialistische revolutie moet beginnen om de vervreemding te beëindigen. Ze moeten dan tijdelijk de baas zijn ‘dictatuur van het proletariaat’. Hij vindt dat ze de kapitalisten het bezit af moeten nemen en het geld eerlijk moeten verdelen over iedereen. Daarna zou de heerschappij van het proletariaat weer afnemen en zou er een bezitloze en staatloze maatschappij ontstaan: het communisme. Marx denkt dat het daarna zo goed zou gaan met die maatschappij, dat iedereen in overvloed zou kunnen leven.

Tot nu toe is er van Marx' voorspellingen niet zo veel terecht gekomen. Het kapitalisme is springlevend, de arbeidersklasse is niet armoedig geworden, maar rijker dan ooit en heeft meer zin in een voetbalwedstrijd dan in een revolutie. Toch is er waarschijnlijk geen econoom die meer invloed op de loop van de (economische) geschiedenis uit heeft kunnen oefenen.

Bronnen
http://nl.wikipedia.org/wiki/Karl_Marx
http://nl.wikipedia.org/wiki/Vervreemding
http://nl.wikipedia.org/wiki/Dictatuur_van_het_proletariaat
http://www.economische-begrippen.nl/Marx.htm
Godsdienstboek blz. 41 en 42

REACTIES

S.

S.

Heb er zeker wat aan gehad!

13 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.