Rachmaninov

Beoordeling 4.6
Foto van een scholier
  • Verslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 1599 woorden
  • 3 juni 2004
  • 7 keer beoordeeld
Cijfer 4.6
7 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Rachmaninofs jeugd: is ellende onontbeerlijk voor groot kunstenaarschap?

Ze zeggen wel eens: alle goede en grote kunstenaars hebben een ellendige jeugd gehad. Een vriend van mij heeft die theorie omgedraaid en uitgeprobeerd. Hij groeide op in een keurig gezinnetje in Amstelveen, maar vanaf zijn zeventiende heeft hij er alles aan gedaan om ‘ervaring op te doen in het volledige leven’: hij ging onder andere onder bruggen slapen en zette zich helemaal af tegen zijn ouders. Toen ik dit wou begrijpen, keek ik eerst om me heen naar andere kunstenaars en ik realiseerde me dat bijvoorbeeld de raphelden van nu, vroeger leden van straatbendes waren. Mijn vriend deed het echt niet om beroemd te worden, maar om zijn kunstenaarschap te verbeteren. Niet lang hierna ontmoette ik nog iemand, die ook het schrijversvak aan het beoefenen is en prachtige gedichten maakt. Hij heeft een heel beroerde jeugd gehad, die maar weinigen zich kunnen voorstellen.
In het verleden zijn er vele grote kunstenaars geweest maar die hebben zeker niet allemaal een verschrikkelijke jeugd gehad. Ik wou eens onderzoeken hoe de jeugd is geweest van een groot componist, die ik zeer waardeer, met name door zijn duistere muziek die bij mij heel erg veel gevoelens opwekt.

Hoe was de jeugd van Rachmaninof?

Rachmaninof is geboren in 1873 in Rusland, vlakbij Novgorod. Zijn ouders waren rijk en hadden veel aanzien. Zijn vader was namelijk ex-officier van het Russische leger. Het waren echter wel harde tijden voor de Rachmaninofs.
De vader van het gezin dronk veel en ze hadden al drie van de vier landgoederen moeten verkopen: toen Sergei werd geboren, hadden ze alleen nog het landgoed Oneg. Sergei Rachmaninof was niet het eerste kind; voordat hij geboren werd, hadden zijn ouders twee meisjes en een jongen ter wereld
gebracht. Na Sergei kregen zijn ouders nog een kindje, maar dat stierf tijdens de geboorte. Een jaar later werd er nog een jongetje geboren. In zijn familie was hij niet de enige met muzikaal talent: dat talent was er niet eens zozeer bij zijn eigen gezinsleden, maar hij had wel bijvoorbeeld een ouder neefje, dat op weg was een groot zanger te worden. Daardoor besefte zijn familie het belang van Sergei’s pianotalent en dat wouden ze ten volle benutten. Zij stuurden hem dus op zijn zesde naar het conservatorium in Sint Petersburg voor een eerste kennismaking. Sint Petersburg ligt niet bijster ver van Novgorod, de toenmalige woonplaats van de Rachmaninofs. De leraren op het conservatorium waren enthousiast over Sergei, en zeiden dat hij daar moest komen studeren. Dit was op zich een geluk bij een ongeluk (je kan overal altijd maar beter de positieve kant van inzien), want de vader des huizes dronk steeds meer: ook het laatste landgoed moest verkocht worden. De familie was blut. Maar de zesjarige Sergei hoefde ten minste niet alleen, zonder familie in Sint Petersburg te gaan wonen. Toch was het geen prettige tijd: een zus van Sergei was namelijk overleden net nadat ze in Sint Petersburg waren gaan wonen. Dit was op zich al verschrikkelijk, maar er kwam nog bij dat de moeder haar man de schuld gaf van de dood van deze dochter. Ze wilde van haar man scheiden, maar de Russisch orthodoxe kerk staat dat niet toe.
De vader verliet het gezin en de moeder ging naar haar ouderlijk huis om hulp te vragen. Ze kreeg er troost en de kinderen konden in de vakanties naar een buitenhuis van hun oma, vlakbij hun voormalige landgoed in Novgorod. Deze oma nam haar kleinkinderen ook elke zondag mee naar de kerk.
Hier leerde Sergei veel naar koorwerken te luisteren en ze te waarderen.
De conservatoriumstudie van Sergei ging ondertussen gewoon door, maar daar had hij als klein jongetje niet zoveel zin in. Hij verzuimde veel, haalde zijn toetsen niet, maar op zijn rapport corrigeerde hij de cijfers zo, dat z’n moeder het mooi zou vinden. Dat kon echter niet eeuwig zo door blijven gaan, en toen hij twaalf was, had hij het voor elkaar gekregen niks meer goed te doen. Hij zou van het conservatorium gestuurd worden. Nu had hij veel profijt van de contacten die zijn familie had in de muziekwereld. Zijn familie pleitte voor hem bij de directeur en die besloot toen Sergei te laten blijven op één voorwaarde: hij zou les moeten nemen van de zeer strenge leraar Zverev op het conservatorium in Moskou. Zijn oudere zus zou met Sergei meegaan om operazangeres te worden, maar ze stierf die zomervakantie. Het lot was hem niet goed gezind: Sergei ging als 12-jarige met 100 roebel op zak naar een voor hem volkomen onbekende stad.
Sergei woonde in Moskou bij zijn pianoleraar Zverev en zijn vrouw Anna, samen met twee andere studenten, Pressman en Maksimov. Ze begonnen om 6 uur ’s ochtends met 3 uur studie. De rest van de dag was Zverev op zijn werk en lette Anna op de leerlingen, zodat ze zich niet konden misdragen. Het was een harde leerschool, maar het had ook zo zijn voordelen. Zverev was namelijk bekend en beroemd in de muziekwereld en kwam dus op feesten waar niet alleen grote componisten van die tijd kwamen, zoals Tjaikovski en Rubenstein, maar ook bijvoorbeeld het eerder genoemde neefje van Sergei. Op die feesten speelden de leerlingen van Zverev dan voor.
Het ging goed met de studie van Sergei en hij probeerde ook te componeren.
Zijn eerste werk was een transcriptie voor vierhandig piano van de Manfred-symfonie van Tjaikovski. Toen Sergei deze transcriptie samen met Pressman voorspeelde, was Tjaikovski zeer onder de indruk. Hierna schreef Sergei zijn eerste echte eigen compositie (hij was toen 13 jaar) en die droeg hij op aan Pressman. Het componeren ging zo goed, dat Sergei meer tijd hiervoor wilde maken. Dit paste echter niet in het strakke schema van zijn pianoleraar Zverev. Ze discussieerden een maand lang of hij meer mocht componeren, en de conclusie was dat Sergei niet meer bij Zverev kon blijven. Sergei vertrok naar zijn tante.
Sergei ondernam steeds meer op muzikaal terrein en er brak een zeer drukke tijd voor hem aan. Hij werd dirigent van verschillende koren, en schreef nog een aantal stukken. Muzikaal ging het hem goed, maar met zijn familie dreigde een breuk. Tijdens een kerstvakantie bezocht hij zijn moeder, maar ze konden niet meer goed met elkaar opschieten. In mei 1891 vroeg hij of hij vervroegd zijn piano-examens kon doen, een jaar eerder dan normaal. Hij kreeg toestemming en op achttienjarige leeftijd slaagde hij met prachtige cijfers.
Nadat hij die zomer zijn eerste pianoconcert had afgemaakt, werd hij ziek en kon hij lange tijd niks doen. Toen hij weer beter was, begon hij gelijk aan zijn eerste symfonie. Niet lang hierna kwam zijn vader aan zijn deur om hulp te vragen. Sergei liet hem binnen en zijn vader kwam bij hem wonen. Die vader had echter niet zo veel respect voor de talenten van zijn zoon en toen Sergei een opdracht binnen had gekregen om een opera te schrijven en meteen naar huis ging om te beginnen, zat z’n vader voor een aantal vrienden piano te spelen en had hij de piano uit Sergei’s werkkamer weggesleept. Ondanks de onmogelijke omstandigheden had Sergei de opera toch binnen vijftien dagen af. Mede hierdoor kreeg hij een gouden medaille en daarmee was hij een vrij artiest. Dit was een enorme eer: maar twee mensen voor hem hadden deze medaille in ontvangst mogen nemen. Zverev was zo gelukkig en trots op zijn ex-leerling dat hij als beloning Sergei een gouden horloge gaf. Dat heeft hij tot zijn dood bij zich gedragen.
Toen de eerste symfonie in première ging, stond Alexander Glasunov voor het orkest. Het concert ging totaal de mist in: Glasunov was dronken. Voor de 23-jarige Sergei was dit een persoonlijke ramp: de symfonie betekende zeer veel voor hem. Hij had het namelijk opgedragen aan Anna (de vrouw van een goede vriend van hem) die hij heel erg bewonderde. De gehele pers kraakte het werk af. Dit was zo’n drama voor Sergei dat hij in een diepe depressie raakte, hij kwam bij de psycholoog Dahl terecht, een specialist in neurologie en hypnose. De behandeling sloeg zeer goed aan bij Sergei, zelfs zo dat hij tijdens een reis door Italië zijn tweede pianoconcert afrondde. Dit werd een zeer gewaardeerd meesterwerk.
Na deze moeilijke periode, is hij blijven componeren en musiceren. In 1943 stierf hij op zeventigjarige leeftijd, in Beverly Hills in Amerika waar hij de laatste jaren van zijn leven doorbracht.

Rachmaninof had dus een beroerde jeugd: een drankzuchtige vader, veel overleden familieleden, een moeder die hem lage rapportcijfers verweet, gedwongen op zeer jonge leeftijd op eigen benen te staan, een verpest debuut als componist. Is Rachmaninof ondanks dit alles of juist door dit alles een groot kunstenaar?
Ik denk dat de kwaliteit van zijn werk gewoon door heel erg veel aanleg en oefening is gekomen, maar ook door wat hij in zijn kinderjaren heeft meegemaakt. Die zwarte tijd beluister je in de diepe triestheid van zijn muziek. Ik denk dat je die trieste gevoelens als kind opbouwt.
De vraag is vervolgens of een beroerde jeugd ook een voorwaarde is om een groot en goed kunstenaar te worden. Mijn vriend uit Amstelveen lijkt dat te denken. Maar als er veel grote kunstenaars zijn die een beroerde jeugd hadden (een tochtig zolderkamertje, op water en brood, veel liefdesverdriet), is een beroerde jeugd nog niet perse nodig om een goed kunstenaar te worden. En als één grootheid als Rachmaninof een beroerde jeugd had, hoeft die omstandigheid nog niet een voorwaarde te zijn voor grootheid.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.