Jaartallen/ gebeurtenissen die je moet kennen
De Republiek 1515-1648
*1521: Luther verschijnt voor de Rijksdag in Worms. à Tijdens deze bijeenkomst van alle Duitse vorstendommen krijgt Luther de kans zijn mening over het geloof te herzien, maar hij houdt vast aan zijn standpunt. (Kenmerkend aspect: De protestantse reformatie had splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg.)
*1531: Instelling van Karel V van de drie Collaterale Raden. à De drie advies raden (Raad van State, Geheime Raad, Raad van Financiën) nemen in de Nederlanden functies over die lange tijd van de adel waren. Karel V voert een politiek van centralisatie door het bestuur van zijn gebieden meer in eigen hand te nemen en te houden. De Nederlandse edelen zien hierin een bedreiging voor hun eigen inspraak op hun privileges. (Kenmerkend aspecten: Het begin van staatsvorming en centralisatie & het streven van vorsten naar absolute macht.)
*1550: Instelling van de Bloedplakkaten. à De bloedplakkaten verbieden de verspreiding van ketterse boeken en afbeeldingen. Op het helpen van de ketters staat de doodstraf. (Kenmerkend aspect: Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.)
*1555: Vrede van Ausburg. à De vorst van een gebied bepaalt welk geloof zijn onderdanen volgen. Deze bepaling geldt alleen binnen het Duitse Rijk.
*1566: Smeekschrift der edelen. à Verzoek van enkele vooraanstaande edelen uit de Nederlanden aan de landvoogdes Margaretha van Parma om de ketterwetgeving op te heffen. De kettervervolgingen worden opgeschort, dit leidt tot de Beeldenstorm.
*1572: De watergeuzen verjagen ‘in naam van Oranje’ de Spaanse troepen uit Den Briel. De Opstand tegen Spanje breidt zich uit tot de gewesten Holland, Zeeland en een aantal andere steden in andere Nederlandse gewesten.
*1574: Het ontzet van Leiden. à Na een langdurig Spaans beleg bereikt begin oktober het water, via de doorgestoken dijken in Rotterdam, de omgeving van de stad Leiden. De Spaanse legers slaan op de vlucht en de watergeuzen komen Leiden tegemoet met haring en wittebrood. (Kenmerkend aspect: Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.)
*1576: Pacificatie van Gent. à De tot dan toe loyale gewesten in het zuiden van de Nederlandsen sluiten zich aan bij de opstandige gewesten in het noorden, onder de voorwaarde dat het katholieke geloof bij hen wordt gehandhaafd.
*1578: Alteratie van Amsterdam. à Het katholieke bestuur in Amsterdam wordt vervangen door een grotendeels calvinistisch bestuur. Amsterdam wil namelijk een handelsisolement met het grotendeels opstandige Noorden voorkomen. (Kenmerkende aspecten: de opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden & de protestantse reformatie had splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg & het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.)
*1579: De pacificatie van Gent valt uiteen, de opstandige noordelijke gewesten en steden verenigen zich in de Unie van Utrecht.
*1581: Plakkaat van Verlatinge. à De Unie van Utrecht stelt vast dat een koning die zijn volk als tiran bestuurt, zoals Filips II in de ogen van de Unie, door het volk afgewezen mag worden. Met het Plakkaat van Verlatinge maken de Nederlanden zich los van Spanje en leggen daarmee de basis voor de latere Republiek. (Kenmerkend aspect: Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.)
*1584: Willem van Oranje wordt vermoord door de katholieke fanaticus Balthasar Gerards die beweert in opdracht van de Spaanse koning te hebben gehandeld.
*1585: Antwerpen valt weer in Spaanse handen.
*1588: Vorming van De Republiek der Zeven Verenigde Provinciën.
*1588: De Spaanse Armada wordt verslagen. à Filips II stuurt zijn gewapende vloot richting Engeland om de strijd met (zijn schoonzuster) Elizabeth I aan te gaan. De Spaanse Armada kampt met veel nederlagen. De Engelse schepen vallen de Armada aan voordat het Engeland heeft bereikt en de Armada heeft last van slecht weer. (Kenmerkend aspect: Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.)
*1596: Engeland en Frankrijk erkennen de soevereiniteit van de Republiek.
*1602: De Staten-Generaal van de Republiek richten de VOC op. De VOC krijgt het monopolie op de handel met Azië.
*1609-1621: Twaalfjarig bestand. à Wapenstilstand tussen Spanje en de Republiek.
*1619: Coen verplaatst het bestuurscentrum van de VOC naar Batavia. à De Staten Generaal geeft de VOC ruime bevoegdheden in de handel met ‘de Oost’ en stelt het bestuur van nieuwe handelsgebieden onder de hoede van VOC bestuurders. (Kenmerkend aspect: Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.)
*1619: Johan van Oldenbarnevelt wordt onthoofd. à van Oldenbarnevelt is de voorvechter voor het behoud van de soevereiniteit van de zeven onafhankelijke staten. Prins Maurits wilt echter dat de macht bij de Staten Generaal te liggen komt. Hij beschuldigd Van Oldenbarnevelt van hoogverraad en wordt ter dood veroordeeld. (Kenmerkend aspecten: het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat & de bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek.)
*1639: Ontstaan van de Portugees-Israëlitische Gemeente in Amsterdam. à De religieuze tolerantie blijkt een succesvolle manier om immigranten naar de Republiek te krijgen. Veel joden uit Spanje en Portugal verhuizen naar Amsterdam, dit leidt tot het ontstaat van Portugees-Israëlische gemeentes in Amsterdam. (Kenmerkend aspect: de bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek.)
*1648: Met de Vrede van Munster wordt de Republiek internationaal erkend als staat.
Verlichtingsideeën en de democratische revoluties 1650-1848
*Baruch Spinoza(1632-1677) à Spinoza is er van overtuigd dat God aanwezig is in het dagelijkse leven. Alles wat bestaat, dus ook de mens, is een verschijning van God. Dit is een revolutionaire gedachte, want het beeld van de allemachtige God die kan ingrijpen in het dagelijks bestaan wordt hiermee aan de kant geschoven. Bovendien is Spinoza een voorvechter van de vrijheid van meningsuiting. (Kenmerkende aspecten: de wetenschappelijke revolutie & rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.)
*John Locke(1632-1704) à John Locke over het sociaal contract: volgens Locke is er een natuurwet, door God ingesteld, die voor iedereen bepaalde grondrechten heeft vastgelegd. Denk hierbij aan recht op leven, vrijheid en bezit. Men is zelf verantwoordelijk voor de uitvoering van deze grondrechten, ook als ze de verantwoordelijkheid overdragen aan het centraal gezag. Als het centraal gezag het vertrouwen van het volk beschaamt, kan het volk de uitvoering van de eigen grondrechten weer in handen nemen. (Kenmerkende aspecten: de wetenschappelijke revolutie & rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.)
*Voltaire (1694-1778)à Het uitgangspunt van Voltaire is: ‘alles voor het volk, niks door het volk’. Voltaire is tegen het algemeen kiesrecht en tegen te veel inspraak van het volk. Hij vindt dat het gewone volk nog niet geschikt is om zich over de politiek uit te laten. Hierdoor speelt onderwijs een belangrijke rol in de ideeën van Voltaire. Bovendien vindt Voltaire dat de staat verplicht is om te zorgen voor goede hygiëne en gezondheidszorg. Voltaire pleit wel voor vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst. (Kenmerkende aspecten: de wetenschappelijke revolutie & rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen & voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse verlichte wijze vorm te geven.)
*Jean-Jacques Rousseau(1712-1778)à Rousseau is een voorstander van de directe democratie waarin een volksvergadering beslist over de wetgeving. De wetten worden dus niet door een afgevaardigde gemaakt, maar er is sprake van volkssoevereiniteit. Rousseau ziet wel de noodzaak van de scheiding van de machten. Rousseaus sociaal contract wordt afgesloten tussen staat en onderdanen op initiatief van de onderdanen, net zoals bij het sociaal contract van Locke. Rousseau richt zich op de algemene wil van het volk, waarbij de meerderheid bepaalt en er geen partijen zijn. (Kenmerkende aspecten: de wetenschappelijke revolutie & rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.)
*Immanuel Kant(1724-1804)à De definitie van Kant: “Verlichting is de bevrijding van de mens uit de onmondigheid die hij zichzelf te danken heeft. Onmondigheid is het onvermogen zich van het verstand te bedienen zonder de leiding van een ander”. Kant waarschuwt voor het gevaar van radicalisme als gevolg van het consequent doorvoeren van rationalisme. (Kenmerkende aspecten: de wetenschappelijke revolutie & rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.)
*1789: Cahiers de doléances. à Dit zijn klachten van burgers van Frankrijk gericht aan de koning. De burgers klaagde over machtsmisbruik van de landadel, oneerlijkheid van oude feodale afspraken, de willekeur in de rechtsspraak, etc. Deze klaagbrieven werden meegegeven aan afgevaardigden van de Staten-Generaal die in mei 1789 bijeen zou komen. (Kenmerkende aspecten: rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen & de democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap)
*1789: Eerste Franse revolutie en Verklaring van de Rechten van de Mens.
*1791: Wet Le Chapelier. à Deze wet verbiedt economische samenwerkingsverbanden, er moet vrijheid van ondernemen komen. Alle gilden worden verboden, gulden staan volgens de Jacobijnen de vrije toegang tot een beroep in de weg. Bovendien worden alle verenigingen van boeren en arbeiders verboden, waardoor vakbonden en stakingen ook verboden werden. De Jacobijnen zijn namelijk tot detail gericht op vrijheid en gelijkheid van de Franse burgers. Deze wet maakte een einde aan alle voorrechten die een lidmaatschap et zich meebracht. (Kenmerkende aspecten: rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen & de democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap)
*1791: Ontstaan van de eerste Franse grondwet.
*1792: Tweede Franse revolutie. à De Jacobijnen grijpen de macht.
*1792: Proces van ‘burger Capet’. à Volgens de Jacobijnen is ook de koning lid van het volk. Hierdoor is hij gelijk aan alle andere burgers en niet langer de hooggeachte monarch, maar gewoon burger Capet. De koning wordt beschuldigd van landverraad en ter dood veroordeeld. (Kenmerkende aspecten: rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen & de democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap)
*1795: De Girondijnen nemen de macht in Frankrijk over nadat de grote Jacobijn Robespierre onthoofd wordt. Ze zetten het Directoire op.
*1799: Napoleon maakt een eind aan het Directoire en wordt alleenheerser over Frankrijk.
*1804: Code Napoleon.à Dit is het Franse burgerlijk wetboek dat in opdracht van Napoleon opgesteld wordt. Hiermee wil hij een einde maken aan de willekeur die in Frankrijk bestaat op het gebied van rechtsspraak, eigendomsrecht en burgerlijke stand. Een belangrijk doel van de Code Napoleon is dat voor de wet iedereen gelijk is. (Kenmerkende aspecten: rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen & de democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap).
*1815: Congres van Wenen. à Na de Napoleontische oorlogen streven de Europese machthebbers op het Congres van Wenen naar een stabiele orde in Europa. De uitgangspunten van dit congres zijn: De Restauratie opgang brengen en een machtsevenwicht creëren tussen de Europese Staten.
*1822: Verdrag van Verona. à Bondgenootschappen spelen een belangrijke rol in de zoektocht naar een stabiel machtsevenwicht in Europa. Zo werken Groot-Brittannië, Rusland, Oostenrijk, Pruisen en later Frankrijk samen om Europa te beschermen tegen aanvallen van nieuwe revolutionairen. In Verona vraagt Frakrijk steun aan haar bondgenootschappen om de Spaanse kwestie op te lossen. De Spaanse koning was in 1820 namelijk afgezet door liberalen. Al gauw blijkt dat niet iedereen hetzelfde beeld heeft van de oude orde, Engeland kende voor de democratische revoluties bijvoorbeeld al een parlement met grondwet. Engeland besluit dan ook niet met het Verdrag van Verona in zee te gaan en het bondgenootschap valt uiteen. (Kenmerkende aspecten: Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse verlichte wijze vorm te geven & de democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.)
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden